Iblis | donderdag 18 juni 2009 @ 18:51 | |
Vorige deel: [Beta wiskunde] Huiswerk- en vragentopic Post hier weer al je vragen, passies, trauma's en andere dingen die je uit je slaap houden met betrekking tot de wiskunde. Van MBO tot WO, hier is het topic waar je een antwoord kunt krijgen op je vragen. Vragen over stochastiek in het algemeen en stochastische processen & analyse in het bijzonder worden door sommigen extra op prijs gesteld! Links: Opmaak: Wiskundig inhoudelijk: OP [ Bericht 4% gewijzigd door GlowMouse op 22-06-2009 21:03:55 ] | ||
Washington | donderdag 18 juni 2009 @ 19:02 | |
Stelling: Als A > 1 en a ≤ A^-n voor alle positieve gehele getallen n, dan a ≤ 0. (dit volgt uit het Archimedische postulaat)\ Bewijs? | ||
Iblis | donderdag 18 juni 2009 @ 19:08 | |
Voor de docent van automatic_ en andere geïnteresseerden: | ||
.txt | donderdag 18 juni 2009 @ 19:17 | |
quote:En FIPO is verboden? ![]() Het filmpje is wel uitermate geestig, als je van Britse humor houdt. 8 en 9 = Classified. ![]() | ||
Iblis | donderdag 18 juni 2009 @ 19:20 | |
quote:Hoe is je Archimedes postulaat precies geformuleerd in je boek? Ik ken het vooral als geometrisch axioma. quote:Soms moet het kunnen toch? ![]() ![]() | ||
thabit | donderdag 18 juni 2009 @ 19:23 | |
quote:Schrijf A = 1 + A', dan is A' > 0. Er geldt voor positieve gehele n dat An >= 1+nA' (met inductie makkelijk in te zien of ook door (1+A')n uit te werken met het binomium van Newton). Stel a > 0. Bekijk dan b=1/a. Kies een n > b / A'. Dan is An >= 1+nA' > 1+b > b, dus A-n < 1/b = a. | ||
Washington | donderdag 18 juni 2009 @ 19:24 | |
Archimedes postulaat: Voor elk getal a, bestaat er een geheel getaal k zodat a < k. ![]() Hieruit volgt dus die eerder gepostte stelling. | ||
GlowMouse | donderdag 18 juni 2009 @ 19:27 | |
Te flauw, dat filmpje. | ||
Washington | donderdag 18 juni 2009 @ 19:29 | |
quote:Dat is idd ook ongeveer de uitwerking in mijn boek. ![]() Toch wel lastig om zelf op dat bewijs te komen. | ||
DeborahL | donderdag 18 juni 2009 @ 19:41 | |
Hallo, wil iemand me helpen met volgende differentiaalvergelijking op te lossen (naar y=...) ? Ik geraak er niet aan uit... (y+1)dx + √(x) dx = 0 Bedankt !!! | ||
Dzy | donderdag 18 juni 2009 @ 19:48 | |
Tvp | ||
GlowMouse | donderdag 18 juni 2009 @ 19:52 | |
quote:Ik mis een dy ![]() | ||
DeborahL | donderdag 18 juni 2009 @ 20:01 | |
sorry ! dat laaste moet dy zijn.. (y+1)dx + √(x) dy = 0 | ||
thabit | donderdag 18 juni 2009 @ 20:02 | |
dy/(y+1) + dx/wortel(x) = 0, had je die stap al? | ||
DeborahL | donderdag 18 juni 2009 @ 20:09 | |
quote:ja, maar wist niet zeker of ik zo goed zat. Hoe kun je dan die dx naar het rechterlid brengen? Krijg je dan: dy/(y+1) = - dx/wortel(x) ?? | ||
Dzy | donderdag 18 juni 2009 @ 20:16 | |
quote:Ja natuurlijk kan dat, gewoon aan beide kanten -dx/wortel(x) doen. | ||
DeborahL | donderdag 18 juni 2009 @ 20:21 | |
quote:Ok; het is me gelukt! Bedankt!! | ||
-J-D- | donderdag 18 juni 2009 @ 22:47 | |
quote:Mooi. | ||
automatic_ | donderdag 18 juni 2009 @ 22:56 | |
Hoi! Ik heb het gehaald! ![]() Of naja, ik heb 7 fouten en je mag er 8 hebben, dus hopelijk gaat hij niets in mijn nadeel veranderen. Nog bedankt voor de hulp! | ||
James.Bond | vrijdag 19 juni 2009 @ 19:41 | |
Y(k) + Y(k-1) - 2Y(k-2) = k^2 (k, k-1, k-2 moet in subscript staan) Ik krijg voor Y(k) = C1(-2)^k + C2 + (k^3)/6 + (7k^2)/18 Kan iemand controleren of dit correct is? Hoe kan ik bovenstaande dv in Maple invoeren? Google isn't very helpfull... | ||
GlowMouse | zaterdag 20 juni 2009 @ 01:11 | |
Je kunt hem gewoon invullen natuurlijk, en dan kom je links niet op k² uit. | ||
James.Bond | zaterdag 20 juni 2009 @ 03:23 | |
quote:Wat moet ik eigenlijk voor Y(k) substituren om een particuliere oplossing te vinden? Y(k) = Ak^2 + Bk + c gaf de vorige oplossing. Ik kom er echt niet meer uit... [ Bericht 3% gewijzigd door James.Bond op 20-06-2009 03:29:27 ] | ||
Riparius | zaterdag 20 juni 2009 @ 05:56 | |
quote:Om te beginnen: je vergelijking Y(k) + Y(k-1) - 2Y(k-2) = k2 is geen differentiaalvergelijking. Je kunt direct zien dat Y(k) slechts tot op een constante bepaald kan zijn, want die constante valt weg als je Y(k) en Y(k-1) bij elkaar optelt en hier vervolgens weer tweemaal Y(k-2) van aftrekt. Ook is het duidelijk dat Y(k) geen kwadratisch polynoom in k kan zijn, omdat dan de termen met k2 tegen elkaar wegvallen in Y(k) + Y(k-1) - 2Y(k-2), zodat dit niet gelijk zou kunnen zijn aan k2. Als echter Y(k) een polynoom in k van de derde graad is, dan zullen evenzo de termen met k3 tegen elkaar wegvallen, zodat er een kwadratische veelterm in k overblijft. Je kunt daarom uitgaan van: Y(k) = Ak3 + Bk2 + Ck + D Herschrijf nu eerst Y(k-1) en Y(k-2) als derdegraadspolynomen in k, waarbij dan de coëfficiënten lineaire uitdrukkingen in A, B, C en D zijn. Schrijf dan Y(k) + Y(k-1) - 2Y(k-2) als polynoom in k. Hierbij vallen zoals gezegd de termen met k3 tegen elkaar weg, evenals de constante D. Je hebt dan een kwadratische veelterm in k, waarbij de drie coëfficiënten lineaire uitdrukkingen zijn in A, B en C. Door gelijkstelling met het rechterlid k2 krijg je aldus drie lineaire vergelijkingen in de drie onbekenden A, B en C, en dit stelsel vergelijkingen kun je eenvoudig oplossen. Als je het goed doet, zou je uit moeten komen op: A = 1/9, B = 7/18, C = 19/54 Daarmee is dan de gevraagde uitdrukking van Y(k) in k gevonden. [ Bericht 0% gewijzigd door Riparius op 20-06-2009 06:38:00 ] | ||
James.Bond | zaterdag 20 juni 2009 @ 07:19 | |
quote:Mijn dank is groot, hartelijk dank!! | ||
GlowMouse | zaterdag 20 juni 2009 @ 13:50 | |
Normaalgesproken vermenigvuldig je je poging voor een particuliere oplossing met k als hij niet lukt. | ||
#ANONIEM | zaterdag 20 juni 2009 @ 23:25 | |
De vraag is nog niet gesteld maar ik heb niet voor niets zitten typen terwijl er een topic op slot ging, dus ik geef het antwoord alvast ![]() Ik denk dat je moet beginnen met het weten hoe je de inhoud van een kegel en een piramide uitrekent. De formule voor de inhoud van een piramide is : 1/3 * hoogte * (oppervlakte grondvlak) Het maakt niet uit hoeveel hoeken het grondvlak heeft. Een kegel is te beschouwen als een piramide waarvan het grondvlak een oneindig aantal hoeken heeft, en dus kan dezelfde formule worden gebruikt voor het uitrekenen van de inhoud van een kegel. Omdat de kegel twee keer zo hoog is als de piramide, moet het oppervlak van het grondvlak van de piramide twee keer zo groot zijn als het oppervlak van het grondvlak van de kegel: Op = 2*Ok Op is het oppervlak van een vierkant en Ok het oppervlak van een cirkel. Ik neem aan dat je weet hoe je het oppervlak van een vierkant en een cirkel moet uitrekenen en daarmee de opgave dus kan oplossen. [ Bericht 0% gewijzigd door #ANONIEM op 20-06-2009 23:27:18 ] | ||
Robin__ | zaterdag 20 juni 2009 @ 23:35 | |
hij is gelijk weg gebleven ![]() niet te veel voorkauwen he, als je vwo doet moet je aan de hand van dat soort verhaaltje dit soort dingen zelf kunnen opstellen, of in ieder geval een poging doen vind ik. ![]() | ||
ikhebhulpnodigmetwiskunde | zondag 21 juni 2009 @ 10:24 | |
ik heb ook een vraag...![]() | ||
-J-D- | zondag 21 juni 2009 @ 10:27 | |
Begin eens met het opstellen van twee formules voor de inhoud van beide figuren. Probeer daarna het gegeven erin te verwerken dat de kegel 2x zo hoog is als een piramide. Maak mbv beide formules een vergelijking. Succes ![]() | ||
Iblis | zondag 21 juni 2009 @ 10:30 | |
quote:Begin eens met twee posts boven je te kijken. | ||
ikhebhulpnodigmetwiskunde | zondag 21 juni 2009 @ 10:32 | |
Grapje en bdankt heey!! ![]() | ||
italiaan1987 | zondag 21 juni 2009 @ 16:44 | |
De normale verdeling Help me! Hoe moet ik dit aanpakken, volgens mij begrijp ik de vraagstelling niet helemaal. 1. Bepaal indien Z~N(0,1) : a. P (0 < z < 1,93) b. P (-1,55 < z < 1,20) c. P (-2,20 < z < 0) d. P (-2,20 < z < -1,20) e. P (1,5 < z < 2,5) | ||
Robin__ | zondag 21 juni 2009 @ 16:52 | |
quote:Heb je uberhaupt nog in de topics gekeken die je geopend heb.. ongelooflijk | ||
Dzy | zondag 21 juni 2009 @ 17:20 | |
quote:Je hebt een Normaal verdeelde kansvariabele Z met een mu van 0 en een standaarddeviatie van 1 (dit is de standaardnormale verdeling). Nu moet je een 5-tal kansen berekenen. De kleine z is hoever hij van de mu afzit bij de standaard normale verdeling. Voor 1a wil je dus weten wat de kans is dat de variabele op een waarde tussen 0 en 1.93 valt, dit kun je met je rekenmachine of via een tabel uitzoeken. Het is alleen rechts van mu, maar wel bijna alles ernaast, ik gok dat het zo'n 47% is. | ||
GlowMouse | zondag 21 juni 2009 @ 17:23 | |
quote:Dat is wel een hele vreemde omschrijving hoor. Italiaan1987 moet zich inlezen en uitzoeken wat een CDF is. | ||
Dzy | zondag 21 juni 2009 @ 17:27 | |
quote:Ok misschien niet helemaal handig uitgelegd.. maar goed. Hier is een plaatje: http://www.wiswijzer.nl/bestanden/q1443img7.gif Hier is de kans van -infinite tot een bepaalde z 0.25. Bij die bovenste vraag werk je vanuit het midden tot z. | ||
italiaan1987 | zondag 21 juni 2009 @ 20:11 | |
snap het nog steeds niet. Kan iemand misschien 1tje voordoen ofzo ? | ||
Iblis | zondag 21 juni 2009 @ 20:24 | |
quote:Eerst moet je een tabel opsnorren, b.v. zo een, maar die staat ook ergens in je boek, als het goed is. Je moet verder even de klok-curve in gedachten houden, zoals deze: ![]() In jouw geval geldt dat μ = 0, en σ = 1, dus je kunt de waarden op de x-as als -3, -2, -1, 0, 1, 2, 3 zien. Met behulp van die grafiek kun je nu kansen uitrekenen voor de waarde van z door de oppervlakte onder die grafiek te berekenen. B.v. de kans dat z >= 0 is 50%, immers, vanaf 0 naar rechts is 50% van de oppervlakte van de grafiek (de totale oppervlakte onder de grafiek is overigens 1). Dat z >= -1 is 50% + 34.1% zoals je in het plaatje ziet, dus 84.1%, dat z >= 1 is echter 50% - 34.1% = 15.9%. Nou, omdat het wat lastig is om die waarden uit te rekenen gebruik je een tabel om de oppervlakte af te lezen. Nemen we je eerste som: a. P (0 < z < 1,93) We moeten dus de oppervlakte weten in feite van het donkerblauwe gedeelte rechts van het midden, en bijna het gehele stukje ernaast (voor P(0 < z < 2.0) was het antwoord natuurlijk 34.1% + 13.6 = 47.7% geweest). We kijken nu even goed naar de tabel die ik gaf, die zegt dat het de oppervlakte van -oo tot z geeft. En inderdaad zien we voor 0.000 dat Z = 50%. Voor z = 1.93 zoek je eerst de juiste rij op, die vind je bij 1.9, dan kijk je in de 4e kolom (voor 1.93) en vind je: 0.9732. Nu, 0.9732 - 0.5 = 0.4732, dus je antwoord op 'a' is 47.3%. Voor 'b' moet je even bedenken dat de grafiek symmetrisch is, dus 'links' van -1.55 zit evenveel als er rechts van +1.55 zit (en dat is 1 - wat er links van +1.55 zit). | ||
Washington | maandag 22 juni 2009 @ 18:27 | |
Is (n+1)! = (n+1)n! ??? Dit staat in mijn aantekeningen, maar ik snap het niet... | ||
Iblis | maandag 22 juni 2009 @ 18:29 | |
quote:Ja, schrijf het eens uit: (n + 1)! = (n + 1)*n*(n-1) * ... * 1 En: n! = n * (n - 1) * ... * 1 Dus ja, (n + 1)! = (n + 1)*n! | ||
Washington | maandag 22 juni 2009 @ 18:35 | |
Aha, ok ! | ||
Iblis | maandag 22 juni 2009 @ 18:37 | |
Of, maar dat is natuurlijk geen bewijs, doch het kan je wel helpen, vul het eens in: 5! = 5 * 4 * 3 * 2 * 1 = 5 * 4!. | ||
Washington | maandag 22 juni 2009 @ 18:47 | |
Idd, het werkt. ![]() | ||
Borizzz | maandag 22 juni 2009 @ 20:45 | |
Is de OP niet wat gedateerd nu er voor wiskunde een apart topic is en verder een beta overig?quote:tevens is dit, voor de scherperen onder jullie een verkapte TVP. ![]() | ||
Iblis | maandag 22 juni 2009 @ 20:55 | |
Waar zie jij die OP? | ||
GlowMouse | maandag 22 juni 2009 @ 20:56 | |
quote:je bent te laat... | ||
Washington | maandag 22 juni 2009 @ 20:57 | |
quote: [ Bericht 5% gewijzigd door GlowMouse op 22-06-2009 20:46 ] ![]() | ||
Borizzz | maandag 22 juni 2009 @ 20:57 | |
Mooi zo, gefixed! ![]() | ||
Iblis | maandag 22 juni 2009 @ 20:59 | |
Oh ja! De wiki moet even aangepast worden dus! Want daar had ik het vandaan gehaald! | ||
GlowMouse | maandag 22 juni 2009 @ 21:04 | |
quote:Oh ja! Schande! | ||
Riparius | maandag 22 juni 2009 @ 21:27 | |
quote:Er zouden nog wel wat meer aanpassingen gemaakt mogen worden aan de OP. Waarom alleen die verwijzingen naar Wolfram, terwijl er naar mijn idee toch betere sites zijn voor bijv. integratie? | ||
Hondenbrokken | dinsdag 23 juni 2009 @ 11:07 | |
quote:Iblis heeft het uitgelegd, maar om het ook maar een beetje nauwkeurig uit te rekenen heb je een rekenmachine nodig. Dus met welk apparaat/programma probeer je het op te lossen en wat heb je met dit apparaat geprobeerd om tot het antwoord te komen. | ||
Washington | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:43 | |
Ik heb een algemene vraag: Is het verstandig om Wiskunde te studeren en daarnaast 20 tot 30 uur per week werken? | ||
Gebraden_Wombat | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:50 | |
quote:Als je geen behoefte hebt aan een sociaal leven, of als je het niet erg vindt langer over je studie te doen wel. | ||
Washington | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:54 | |
quote:Als ik daardoor langer over m'n studie doe, is het dus niet verstandig. ![]() Maar zijn er hier mensen die werken en Wiskunde studeren, en alle vakken halen? | ||
Dzy | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:55 | |
Wat zijn je plannen, welk niveau en welke richting wil je doen? | ||
Washington | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:56 | |
quote:Universitair en binnen de gestelde tijd. | ||
Dzy | dinsdag 23 juni 2009 @ 12:57 | |
Nouja, ik denk dat het wel pittig wordt, dat het wel te doen is maar vooral ook aan jezelf ligt, qua inzicht en inzet. | ||
Washington | dinsdag 23 juni 2009 @ 13:23 | |
Ok. Nja, het komt vast wel goed. Als het toch te druk blijkt te worden kan ik altijd ontslag nemen. ![]() Als ik goed voorbereid het eerste jaar in ga, zal ik vast nog wel een tijdje kunnen werken. | ||
Borizzz | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:34 | |
quote:Ik. En als je er voor wil werken is het goed te combineren. Goed plannen en je aan je eigen afspraken houden, dan lukt het best wel. Door een goede planning hou ik ook tijd over voor andere leuke dingen! | ||
ikvalopdikkewijven | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:49 | |
Ik vind het lastig om de afgeleide te bepalen. Dit kan zeker niet met behulp van de GR of wel? | ||
Iblis | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:51 | |
quote:Doorgaans niet nauwkeurig, alhoewel sommige GR's het wel kunnen. Overigens is het voor de rest van je wiskundige leven, al was het maar op de middelbare school, wel beter om het wel te kunnen. Hier kunnen mensen je wel uitleg geven, als je docent er niet veel van bakt. | ||
Gebraden_Wombat | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:55 | |
quote:Volgens mij kan de GR het in elk geval niet algebraïsch. Afgeleides bepalen is iets wat je toch echt ooit zelf moet kunnen. Maar wat voor afgeleides precies, misschien kunnen we je hier wel helpen. | ||
Riparius | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:57 | |
quote:GR? Grrr... Er zijn sites waar je een afgeleide kunt laten bepalen, deze bijvoorbeeld (hint voor Glowmouse: staat niet in de OP). Maar wat vind je precies lastig? Om wat voor functies gaat het? Het is natuurlijk wel de bedoeling dat je de afgeleiden van een aantal standaardfuncties gewoon uit het blote hoofd kent, evenals de gangbare regels voor het bepalen van de afgeleide van een som, verschil, product of quotiënt van twee functies, en de samenstelling van twee functies (kettingregel). | ||
GlowMouse | dinsdag 23 juni 2009 @ 16:59 | |
Hint voor Riparius: OP staat in een wiki. | ||
italiaan1987 | dinsdag 23 juni 2009 @ 23:32 | |
quote:Heel erg bedankt ik begin het te snappen ![]() | ||
BellieB | woensdag 24 juni 2009 @ 11:44 | |
Klein vraagje: Zijn er truukjes of stappen om grote wortels in de standaardvorm te zetten? Dat 'wortel 54', '3 wortel 6' is, daar heb ik niet zo'n moeite mee natuurlijk, maar zijn er misschien wat handigheden om bijvoorbeeld 'wortel 288' snel uit te rekenen. Ik weet dat je gewoon wat kunt proberen en schrijven totdat je het gevonden hebt maar omdat ik het snel moet kunnen toepassen vraag ik het me af. Dank u | ||
thabit | woensdag 24 juni 2009 @ 12:11 | |
quote:Gewoon ontbinden in factoren en op grond daarvan bepalen wat het grootste kwadraat is dat het getal deelt. | ||
Hondenbrokken | woensdag 24 juni 2009 @ 14:36 | |
quote:Ontbinden in priemfactoren wil nog weleens helpen. Vervolgens moet je alle paren buiten haakjes halen. 54 = 2 * 3 * 3 * 3 = 3 wortel(2*3) = 3 wortel(6) | ||
Washington | woensdag 24 juni 2009 @ 15:31 | |
quote:Ok. Cool. ![]() | ||
codemss | woensdag 24 juni 2009 @ 15:57 | |
Ik weet prima hoe je de buigpunten moet berekenen, maar ik weet niet hoe je dan moet zien of ze van hol naar bol gaan of andersom... Iemand? | ||
Riparius | woensdag 24 juni 2009 @ 16:02 | |
quote:Probeer dit zelf eens te beredeneren. Als je (van links naar rechts beschouwd) overgaat van bol naar hol, dan heeft de steilheid van de curve (dus de eerste afgeleide) een minimum in het buigpunt. De afgeleide van de afgeleide oftewel de tweede afgeleide is dan nul in het buigpunt, maar wat kun je zeggen over de hogere afgeleiden? | ||
codemss | woensdag 24 juni 2009 @ 23:32 | |
ik zou het niet weten maar bedankt voor je antwoord ![]() | ||
.txt | woensdag 24 juni 2009 @ 23:40 | |
quote: ![]() | ||
Borizzz | donderdag 25 juni 2009 @ 14:53 | |
Als ik een symmetrische matrix heb met a=c en b=0, wat voor een kegelsnede heb ik dan? Klopt het dat het dan een ellips is?! | ||
thabit | donderdag 25 juni 2009 @ 16:08 | |
Dan heb je een cirkel (en dus een ellips). | ||
Borizzz | donderdag 25 juni 2009 @ 16:29 | |
quote:Waarom dan perse een cirkel? je krijgt dan toch ax2 +ay2=k. ok, of het zit zo: ax2+ay2=k. schrijf je om tot x2+ay2=k/a en dan is het idd een cirkel. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 22:55 | |
laat de formule f(x) om de y-as wentelen en bereken inhoud. f(x)=ln(x)^2 Ik krijg hem niet eens naar de x= vorm. Weet iemand hoe je deze som oplost? ![]() | ||
Quyxz_ | donderdag 25 juni 2009 @ 22:56 | |
quote:Heb je ook nog een domein? Anders is je antwoord volgens mij gewoon oneindig. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:01 | |
van 0 tot 2 | ||
Riparius | donderdag 25 juni 2009 @ 23:02 | |
quote:Je kunt een 'formule' niet om de y-as laten wentelen. Nu ja, het kan wel, maar dat is niet wat er wordt bedoeld. Iets minder onbeholpen taalgebruik mag wel. Wiskunde is een exact vak, en hoewel taal dat niet is, is nauwkeurig formuleren toch wel een vereiste bij wiskunde. quote:Geef eens de oorspronkelijke en complete tekst van de opgave. | ||
Iblis | donderdag 25 juni 2009 @ 23:03 | |
En is 't ln(x)2 of misschien toch ln(x2), beide kan op zich…, maar die jij geeft is volgens mij wel wat lastiger. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:04 | |
Het probleem is dat ik de opgave niet bij me heb. Daarom ga ik eerder ook niet het domein. Wat natuurlijk verreist is. Ik zal nog eens goed zoeken naar het opgavevel. | ||
GlowMouse | donderdag 25 juni 2009 @ 23:04 | |
quote:Hij zal het lijnstuk {(x,y) | y=f(x), 0<x<=2} wel om de y-as willen wentelen. | ||
Quyxz_ | donderdag 25 juni 2009 @ 23:09 | |
Maar moet je niet gewoon de integraal uitrekenen over het domein en dat dan maal (pi * r²) te doen? Met 2 als straal in dit geval. edit: o nee toch niet ![]() | ||
Washington | donderdag 25 juni 2009 @ 23:10 | |
quote:Is het dan wel goed als je zegt dat je "de integraal van de functie f(x) = ... " wilt wentelen om de y-as op het domein a,b ? Indien je dat bedoelt? ![]() | ||
GlowMouse | donderdag 25 juni 2009 @ 23:10 | |
quote:je r is f-1(y). | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:13 | |
Ook ik had het anders in mijn hoofd. f(x)=ln2(x) a) G is het gebied, begrensd door de X-as, de Y-as, de grafiek van f en de rechte lijn y=2 bereken algebraïsch de oppervlakte van G. b) Bereken algebraisch de inhoud van het lichaam dat onstaan door G te wentelen om de Y-as. Uit b) kom ik niet uit. | ||
GlowMouse | donderdag 25 juni 2009 @ 23:18 | |
ln(x) = sqrt(y) x = exp(sqrt(y)). b is integraal van 0 t/m 2 van pi*exp(sqrt(y))^2 dy. | ||
Riparius | donderdag 25 juni 2009 @ 23:23 | |
quote:Nee, dat klopt nog niet helemaal ... y is je onafhankelijke variabele, dus het interval waarover je integreert is niet [0,2]. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:24 | |
Maar ik zie niet hoe die kunt primitiveren? deze bedoel ik dan exp(sqrt(y)). | ||
Riparius | donderdag 25 juni 2009 @ 23:30 | |
quote:Een primitieve van e√y is 2(√y - 1)e√y. Maar bedenk dat je een primitieve moet vinden van het kwadraat van e√y ... [ Bericht 10% gewijzigd door Riparius op 25-06-2009 23:43:20 ] | ||
GlowMouse | donderdag 25 juni 2009 @ 23:35 | |
quote: quote: ![]() | ||
Quyxz_ | donderdag 25 juni 2009 @ 23:37 | |
quote:Op het gebied vanaf het snijpunt van y=2 met f(x) tot f(x)=0 is de maximale y-waarde geen 2, maar f(x). Of zit dat al in de formule verwerkt? edit: ik blijf wel weer weg uit dit topic ![]() | ||
Riparius | donderdag 25 juni 2009 @ 23:37 | |
quote:Ja, hetgeen je zei klopt wel, maar dat was pas het geval nadat Zwavel-Zuur zijn post had ge-edit en de complete opgave had gegeven. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:43 | |
Volgens mij is het wel gewoon [0.2], want de grafiek verandert toch niet? Ik snap niet helemaal wat je bedoelt. De lijn y=2 geeft toch aan tot waar hij gaat? Deze klopt nu dan wel of niet, exp(sqrt(y))? | ||
Riparius | donderdag 25 juni 2009 @ 23:44 | |
quote:Correct, maar dat gegeven (de lijn y = 2) had je er eerst niet bij staan. | ||
Zwavel-Zuur | donderdag 25 juni 2009 @ 23:56 | |
Ok ik begin het te snappen. Maar hoe kom je op deze primitieve 2(√y - 1)e√y? Voor de rest gewoon simpel oplossen. Welke methodes heb je gebruikt om daar te komen? Partieel integreren? | ||
Riparius | vrijdag 26 juni 2009 @ 00:04 | |
quote:Het simpelste is een beetje trial and error. Je weet dat ey zichzelf als primitieve heeft, dus 'probeer' je als primitieve van e√y eerst e√y. Bepaal daarvan de afgeleide, en je ziet dan wel hoe je moet 'corrigeren'. Maar ga je hier nu niet blind op staren, want je hebt voor de bepaling van het volume van het omwentelingslichaam een primitieve van het kwadraat van deze functie nodig. Edit: Ik zie dat je alweer vertrokken bent (vanwege de storingen op FOK?), maar ik heb het volume van het bedoelde omwentelingslichaam even uitgerekend en kom op: π∙((√2 - ½)∙e2√2 + ½) Numeriek is dat 50,163 ... [ Bericht 7% gewijzigd door Riparius op 26-06-2009 00:35:27 ] | ||
Borizzz | vrijdag 26 juni 2009 @ 10:08 | |
Over een half jaar begin ik met mijn laatste wiskunde vak "getaltheorie". Omdat ik me ook voor dit vak voor 100% wil inzetten zou ik graag wat tips hebben om een goede start te maken. Bijv een boek ofzo waarin ik de beginselen kan leren? Iemand tips? Vakinhouden zijn: -basistheorie rondom ggd, kgv, priemgetallen, Euler-phi-functie en kan deze theorie in opgaven gebruiken; -modulovergelijkingen en stelsels modulovergelijkingen systematisch oplossen o.a. met behulp van de Chinese reststelling; -kan de stellingen van Wilson, Fermat, Euler e n de kwadratische reciprociteitsstelling in opgaven toepassen; -kent de achtergronden uit de getaltheorie bij het RSA-cryptosysteem, hij kan ook in RSA communiceren en omgaan met een digitale handtekening. -leert toepassingen van de getaltheorie: geheim delen, geboortedag vaststellen, digitaal tossen, ISBN-nummers controleren, n-proeven. | ||
thabit | vrijdag 26 juni 2009 @ 10:58 | |
Er is een boek "Getaltheorie voor beginners" (oid), geschreven door Frits Beukers. Misschien is dat iets voor je. | ||
Borizzz | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:00 | |
Ja, dat boek heb ik ook gezien, maar daarvan wordt ons verteld dat het een veel te hoog instap niveau heeft... | ||
Zwavel-Zuur | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:02 | |
Ik heb het nog even nagekeken en je moet dus de prrimitieven van e^2wortel(y) hebben. Hoe ben je daar dan gekomen? Want daar strand ik de hele tijd. | ||
thabit | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:06 | |
quote:In dat geval raad ik je "De Telduivel" aan. | ||
Iblis | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:06 | |
quote:Je bent bijna afgestudeerd wiskundige? Als je dan geen beginner bent… Dan moet het boek wel heel raar geschreven zijn. | ||
Borizzz | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:08 | |
quote:Ik geef alleen maar weer wat ze ons verteld hebben ![]() | ||
thabit | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:08 | |
quote:Wel, de oppervlakte van een cirkel is pi * r2 waarbij r de straal is, die in dit geval gelijk is aan de functiewaarde. | ||
Borizzz | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:10 | |
quote:Je bedoelt dat boek van Enzensberger? Ik dacht dat dit voor beginners in de wiskunde was?! Is dit boek inleidend voor getaltheorie dan? | ||
thabit | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:23 | |
quote:'t Is een boek voor kinderen die geen wiskunde kunnen. Maar ik ben bang dat er toch weinig materiaal is te vinden dat qua niveau strikt tussen 'De telduivel' en 'Getaltheorie voor beginners' ligt. | ||
Iblis | vrijdag 26 juni 2009 @ 11:34 | |
Je kunt ook eens naar je universiteitsbibliotheek gaan, daar heb je natuurlijk genoeg boeken van b.v. Springer, zoals A course in number theory and cryptography. Nu zijn die Springerboeken soms best compact geschreven, maar als je met je laatste vak bezig bent moet dat toch te doen zijn. En als er dan eentje is die je bevalt, dan kun je 't kopen. Overigens is er ook een website, - genaamd (Russisch voor e-Book) die vrij veel electronische wiskundeboeken hebben, vele gescand. Sommige PDF, sommige DJVU. De legaliteit van die site vind ik wat twijfelachtig (vandaar geen link). [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 26-06-2009 17:46:47 ] | ||
Washington | vrijdag 26 juni 2009 @ 14:12 | |
Kan iemand mij vertellen waarom de functie voor een klokgrafiek zo is? ![]() | ||
thabit | vrijdag 26 juni 2009 @ 14:27 | |
quote:http://nl.wikipedia.org/wiki/Centrale_limietstelling | ||
Riparius | vrijdag 26 juni 2009 @ 14:36 | |
quote:Heb de wiskundetitels op die Russische site even bekeken en zie bij de niet-Russische titels toch veel bekende namen zoals Gauss, Hermite, Galois, Lagrange ... Al die titels zijn public domain omdat de auteurs al langer dan 70 jaar geleden zijn overleden. Dat is volkomen legaal. Russische titels zijn inderdaad wel recenter, maar ik weet niet hoe het in Rusland met auteursrecht zit. Overigens kun je ook op archive.org legaal terecht voor ingescande oudere titels. Heb daar bijvoorbeeld boeken gevonden van Cajori die mij interesseerden. Voor recente titels kun je beter even op - kijken. Zie daar al enkele dozijnen titels over getaltheorie staan. Meestal djvu formaat (wat ik zelf erg prettig vind werken). [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 26-06-2009 17:47:10 ] | ||
Iblis | vrijdag 26 juni 2009 @ 14:44 | |
quote:Als het een vertaling betreft echter, dan wordt het auteursrecht van die vertaling gegeven op het moment dat die vertaling gemaakt is. Maar b.v. Knuth staat er ook op, en dat is echt niet legaal, ook genoeg werken die in 2000 zijn gepubliceerd. quote:Jup, er zijn meer wegen die naar illegale werken leiden. De bibliotheek vind ik zelf nog het handigst echter. ![]() [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 26-06-2009 17:47:26 ] | ||
GlowMouse | vrijdag 26 juni 2009 @ 17:48 | |
Iblis toch, dat ik juist jou sites zie noemen met auteursrechtelijk beschermd materiaal. | ||
Iblis | vrijdag 26 juni 2009 @ 18:01 | |
quote:Ja, noemen, niet linken. | ||
GlowMouse | vrijdag 26 juni 2009 @ 18:04 | |
quote:We leven niet meer in 1989 dat je als je de naam van een BBS had nog niks kon zonder telefoonnummer; met dank aan zoekmachines liggen een naam en een url dicht bij elkaar; niet meer doen dus. | ||
Borizzz | zaterdag 27 juni 2009 @ 21:55 | |
Stel je moet een parametrisatie maken van de doorsnijding van de cilinder (x-1)2 + y2=1 met het vlak y+z=1. Vlg mij zijn er dan 2 mogelijkheden: 1. De doorsnijding is een ellips; als je die projecteert op het xy vlak krijg je een cirkel met middelpunt (1,0). Dan kies je x=cos(x)+1 en y=sin(x). Verder rekenen voor z. Klopt dit? 2. Kun je niet beter x=t kiezen, dan wordt y=+/- sqrt(-t2+2t). Ook weer doorrekenen voor z. Ik zoek ff een handigheidje. | ||
Riparius | zondag 28 juni 2009 @ 00:41 | |
quote:Nee, want je kunt x niet tegelijk als parameter gebruiken ... Ik zou inderdaad zeggen x = 1 + cos t, y = sin t, z = 1 - sin t, 0 ≤ t < 2π. quote:Lijkt me niet handig, maar dat hangt er ook van af wat je vervolgens met die parametervoorstelling wil gaan doen. | ||
Borizzz | zondag 28 juni 2009 @ 10:17 | |
Hoe kom je bij 1) aan z? de keuze van x en y kan ik wel volgen. Verder logisch uiteraard dat je een andere parameter t dan x neemt. | ||
Dzy | zondag 28 juni 2009 @ 14:51 | |
Je hebt y+z = 1, aangezien y= sin(t) moet z dus wel 1 - sin(t) zijn. | ||
James.Bond | zondag 28 juni 2009 @ 17:55 | |
D de driehoek is die (0,0) , (1,0) en (0,1) als hoekpunten heeft Zijn de grenzen: 0 < x < 1 en 0 < y < (1-x) ?? [ Bericht 99% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:17 ] | ||
GlowMouse | zondag 28 juni 2009 @ 17:59 | |
quote:http://betahw.mine.nu/index.php en substitueer z=x² | ||
James.Bond | zondag 28 juni 2009 @ 18:08 | |
quote:Thnx, wist niet hoe ik LaTeX werkend kon krijgen | ||
GlowMouse | zondag 28 juni 2009 @ 18:12 | |
quote:Ja, het lijkt me ook handig als je de integratievolgorde omwisselt. | ||
James.Bond | zondag 28 juni 2009 @ 18:19 | |
quote:Dus eerst integreren naar y van 0 .. (1-x) en daarna dat hele geval integreren naar x van 0 .. 1? Stel dat er dit staat: Moet ik hierboven de integratievolgorde dan ook omwisselen? [ Bericht 27% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:22 ] | ||
GlowMouse | zondag 28 juni 2009 @ 19:35 | |
Probeer gewoon, en als het niet lukt is het vroeg genoeg om de volgorde om te draaien. | ||
Borizzz | zondag 28 juni 2009 @ 19:48 | |
Als ik het me goed herinner, dan moest je met dit soort dingen altijd van binnen naar buiten werken. | ||
GlowMouse | zondag 28 juni 2009 @ 19:59 | |
quote:Ja uiteraard, maar je hebt ook nog de stelling van Fubini. | ||
GoodGawd | maandag 29 juni 2009 @ 22:16 | |
MENSEN! Ik ben met wiskunde kansberekening bezig en ik heb een brandende vraag want ik kom er niet uit! Dit is de vraag: Ik heb een bak met 100 speciale Hi-Rel bouten. Helaas voldoet 10% hiervan niet aan de gestelde kwaliteitseisen. Ik pak geheel willekeurig 8 bouten uit de bak. Bereken de kans dat er tussen deze acht hooguit 1 afgekeurde bout zit. ![]() Dat is het antwoord. Maar ik snap niet hoe ze die dingen tussen de haakjes berekenen? Op wikipedia zag ik dit: ![]() Maar dat kan niet, want 90 faculteit bijvoorbeeld is zo'n groot getal dat je GRM een error geeft! Dus wie weet dit? | ||
GlowMouse | maandag 29 juni 2009 @ 22:19 | |
Als je goed kijkt dan zie je na de tweede gelijkheid dat je 90! niet uit hoeft te rekenen. Veel rekenmachines hebben bovendien een nCr-toets. | ||
thabit | maandag 29 juni 2009 @ 22:19 | |
Als je nu iets verder naar rechts kijkt, zie je iets wat de GR wel kan uitrekenen. | ||
automatic_ | maandag 29 juni 2009 @ 22:20 | |
Je moet dan 10C1 x 90C7 delen door 100C8 De C zit gewoon op je rekenmachine (nCr) | ||
GoodGawd | maandag 29 juni 2009 @ 22:25 | |
quote:Oh man briljant, als het om de functies gaan in de rekenmachine ben ik echt een noob. ![]() Waar gebruik je nPr voor als ik vragen mag? | ||
automatic_ | maandag 29 juni 2009 @ 22:25 | |
quote:Dit is het enige wat ik goed kan ![]() ![]() | ||
Iblis | maandag 29 juni 2009 @ 22:26 | |
Dat is het nadeel van de GR! Je kunt natuurlijk vereenvoudigen. Begin eens met (90 boven 8), dat is: En (100 boven 8) is: Deel je die op elkaar (Delen door een breuk is vermenigvuldigen met het omgekeerde, streep dan 8! weg), dan krijg je: Nu zie je dat dit hetzelfde is als: En dat kun je waarschijnlijk wel intypen (je kunt natuurlijk nog verder vereenvoudigen als je wilt). [ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:29 ] | ||
GlowMouse | maandag 29 juni 2009 @ 22:27 | |
quote:Jij hier ![]() | ||
automatic_ | maandag 29 juni 2009 @ 22:27 | |
quote:Ja en ik leg wat uit! Ben je nu trots op mij? ![]() | ||
Iblis | maandag 29 juni 2009 @ 22:27 | |
quote:Ik had een rekenmachine die als de ! het niet deed, de nCr het ook niet deed. ![]() | ||
GlowMouse | maandag 29 juni 2009 @ 22:32 | |
quote:Ja, je overtreft mijn verwachtingen. quote:Batterijen op? | ||
Riparius | maandag 29 juni 2009 @ 22:34 | |
quote:Kijk nog eens goed naar de uitwerking die je er zelf bij geeft. Het gaat om quotiënten met binomiaalcoëfficiënten in de teller en in de noemer, dus wat kun je met die breuken doen? | ||
GlowMouse | maandag 29 juni 2009 @ 22:38 | |
quote:F5'en? | ||
Riparius | maandag 29 juni 2009 @ 22:41 | |
quote:Inderdaad, hét grote nadeel van Firefox en dan tegelijk veel tabbladen open hebben staan en met (heel) andere dingen bezig zijn. Mea culpa. | ||
GoodGawd | maandag 29 juni 2009 @ 22:43 | |
En trouwens met die normal pdf en normal cdf en binomal pdf, cdf etc etc. Het is mij altijd een raadsel geweest wanneer ik nou die cdf of die pdf moest nemen? | ||
-J-D- | maandag 29 juni 2009 @ 22:50 | |
ff snel: De C in CDF staat voor cumulatief. Dit betekent dat het een gebied bestrijkt. De binomcdf van 2 is daarmee de kans op 0, 1 of 2 keer succes. ( je krijgt dus de kans P(x<=2)) PDF rekent echter maar één mogelijkheid uit. De binompdf van 2 is dus puur en alleen de kans dat je 2 keer succes hebt in je reeks experimenten. (Je berekent dus de kans P(X=2)) | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 13:35 | |
Ik heb een kromme K in parametervoorstelling gegeven door: y = f(t) = t3/(t2-1) en x = g(t) = t2/(t2-1) gevraagd wordt om dit beestje te onderzoeken. Dus snijpunten met de coordinaatassen, punten waarin helling plat of loodrecht is, limietwaarden en horizontale en vertikale asympoten opsporen. Niet bijster moeilijk dus. Totdat ze scheve asymptoten gaan vragen. OK, dat zal dan grotendeels op dezelfde manier gaan als voor standaard y=f(x) functies, maw bereken de afgeleide dy/dx en bereken vervolgens de limietwaarde van dy/dx voor x naar + of - oneindig. Dit geeft de a-factor (rico dus) voor de tweeterm ax+b die de asymptoot beschijft. Uit ( f(x) - (ax + b) ) is met een hoop gegoochel dan de intercept b te berekenen. Vertaald naar parametercurven betekent dit dus (dy/dt)/(dx/dt) = dy/dx berekenen en limietwaarden van dy/dx voor t naar + of - oneindig berekenen. a heb ik dus al gevonden, maar die b-term loop ik mee te k*tten; ik kan geen uitdrukking K(t) - (at+b) vinden die op ( f(x) - (ax + b) ) lijkt. Any suggestions? | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 13:44 | |
je hebt dy/dx = -0.5(t³-3t). Ik snap alleen niet waarom je t naar +/- oneindig wilt laten gaan. | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 13:52 | |
quote:Denk daar nog over na, dan kom je uiteindelijk op twee waarden van a. We onderzoeken a=1. Dan geldt voor die asymptoot dat lim(t->1) t³/(t²-1) - t²/(t²-1) - b = 0 dus lim(t->1) t²(t-1)/(t²-1) = b dus lim(t->1) t²/(t+1) = b dus b=1/2. [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 30-06-2009 14:06:44 (puntjes ingevuld) ] | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:02 | |
quote:Is denk ik macht der gewoonte; vanwege mijn ervaringen met scheve asymptoten voor y=f(x) functies wordt die oplossingsstrategie getriggerd in mn kop. Maar goed, dan laat ik t alleen van boven naar 1, van onder naar 1, van boven naar -1 en van onder naar -1 gaan. krijg je idd 1 en -1 voor de hellingen van die twee scheve asymptoten. Maar het berekenen van de intercept dus maar niet. | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:06 | |
Van boven / van onder maakt niet uit. | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:06 | |
quote:Dus als ik het goed begrijp stel je dus y - ax - b = 0 y - ax = b f(t) - a*g(t) = b f(t) - 1*g(t) = b OF f(t) - (-1)*g(t) = b en ga je daarmee verder rekenen? | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:09 | |
zoiets ja. | ||
thabit | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:17 | |
Je kunt ook een vergelijking geven voor de kromme: x3 - xy2 + y2 = 0. Daaruit kun je e.e.a. ook makkelijk afleiden. | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:20 | |
quote:gevonden!! weer twee dingen geleerd: -in tegenstelling tot functies y=f(x) hoeft de parameter niet naar (-)oneindig te lopen voor een scheve asymptoot -voor scheve asymptoten is recht-toe-recht-aan invullen van y - ax - b = 0 voldoende | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:25 | |
quote: ![]() | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:28 | |
quote:??? ik zie het verband met mijn parametervoorstelling niet ![]() | ||
GlowMouse | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:30 | |
quote:De vergelijking is waar voor iedere t ![]() | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 14:34 | |
quote:maar hoe in godsnaam schud je zoiets zo snel uit je mouw. *kijkt nog eens met heel grote ogen OK, recht-toe-recht-aan invullen is natuurlijk geen kunst, maar ik geloof dat ik er nu ook een patroon in begin te zien. Iets met tot de kleinste gemeenschappelijke macht van t verheffen van teller en noemer. [ Bericht 17% gewijzigd door ErictheSwift op 30-06-2009 15:31:10 ] | ||
thabit | dinsdag 30 juni 2009 @ 15:28 | |
quote:Wat ik zelf handig vind hier is om met projectieve coordinaten te werken. Je krijgt dan een parametervoorstelling (X : Y : Z) = (T2U : T3 : T2U - U3) Als je nu een vergelijking wilt vinden dan moet je bijvoorbeeld de term U3 wegwerken in de Z coordinaat. U komt alleen nog voor bij X, dus krijg je iets met X3 = T6U3. Om het weg te kunnen werken moet je Z dus met T6 = Y2 vermenigvuldigen. Zo vind je X3 + Y2Z = T8U = XY2. In affiene coordinaten: x3 + y2 = xy2 | ||
thabit | dinsdag 30 juni 2009 @ 15:41 | |
Voor de geinteresseerden: In het algemeen kun je zulke vergelijkingen met Groebnerbases vinden. We hebben de ring Q[t, 1/(t2-1)] = Q[t, z] / (z(t2 - 1)). Tussen de elementen t2z en t3z willen we alle relaties vinden. Als je nu op de ring Q[x,y,z,t] een monoomordening definieert waarin elk monoom in enkel x en y kleiner is dan de rest, dan kun je de relaties uit een Groebnerbasis voor het ideaal (tz - 1, x - t2z, y - t3z) afleiden. Nu een codevoorbeeld met het wiskundepakket SAGE:
En we zien de vergelijking als laatste element van de rij. | ||
James.Bond | dinsdag 30 juni 2009 @ 20:43 | |
Je hebt factoranalyse en discriminantanalyse. Maar nu is de vraag of de factoranalyse discriminantfuncties heeft. Ik kom er echt niet uit, ik kan bij factoranalyse geen discriminantfuncties ontdekken... EDIT: Ik haal nu volgens mij alles door elkaar. Kan iemand aangeven wat de verschillen/overeenkomsten zijn tussen de factoren (uit de factoranalyse) en de discriminantfunctie uit de discriminantanalyse? Ik denk dat ik de stof dan makkelijker kan bestuderen. Ik kan hierover niets op internet of in het boek vinden. [ Bericht 44% gewijzigd door James.Bond op 30-06-2009 21:24:47 ] | ||
Borizzz | dinsdag 30 juni 2009 @ 21:22 | |
quote:Je moet even iets meer uitleggen over jouw probleem wil je hier antwoord krijgen lijkt me. | ||
James.Bond | dinsdag 30 juni 2009 @ 21:26 | |
quote:Ik heb mijn post aangepast, hopelijk kun je er wat mee. | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 23:25 | |
quote:En kan dit ook allemaal met het handje, of ben je op de brute kracht van een CPU aangewezen? | ||
Riparius | dinsdag 30 juni 2009 @ 23:43 | |
quote:Wat Thabit doet is echte wiskunde, maar in dit geval kun je ook met elementaire algebra de vergelijking van de curve uit de parametervoorstellingen afleiden, heb je alleen die CPU tussen je oren voor nodig. Je hebt: (1) x = t2/(t2 -1) (2) y = t3/(t2 - 1) Je ziet nu meteen dat geldt y = tx, oftewel: (3) t = y/x Substitutie van (3) in (1) levert dan na uitwerking x3 - xy2 + y2 = 0. | ||
ErictheSwift | dinsdag 30 juni 2009 @ 23:58 | |
quote:ik had het eigenlijk over die groebner basis, of dat ook met het handje te doen was, want het wikipedia artikel had het erover dat die basis vooral in computational algebra gebruikt wordt. Maar OK, 2 polynoomstaartdelingen uitvoeren en gelijk stellen werkt hier ook. | ||
thabit | woensdag 1 juli 2009 @ 12:00 | |
Meestal zijn Groebnerbasisberekeningen te ingewikkeld om met de hand uit te voeren (de looptijd is in het slechtste geval dubbelexponentieel als ik me niet vergis), maar in dit specifieke voorbeeld is dat geen enkel probleem. 't Is zelfs wel illustratief om dat gewoon eens een keertje te doen, dan zie je wat er gebeurt. | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:28 | |
Hoe krijg ik een sigma-teken in die site van GlowMouse? | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:31 | |
Mijn vraag is: [2n boven sigma]Sigma[k=1 onder sigma] (-1) ^ k . k = n Met n positief en geheel. Bewijs dit. (Dus je krijgt -1 + 2 -3 + 4 -5 + ... + 2n, afwisselend een min-teken en plus-teken) | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 14:32 | |
quote:\sigma typen. Of \varsigma als je de andere sigma wilt. ![]() Wat jij wilt is dus dit: En ik heb dat zo getypt:
Hmm, ik kan nog niet echt een handige guide vinden. [ Bericht 27% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:38 ] | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:37 | |
Dit bedoel ik ook niet ![]() [ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:40 ] | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 14:39 | |
Een inductiebewijs lijkt me overigens goed te doen, heb je dat al geprobeerd? | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:39 | |
quote:Hier kan ik wel wat mee. En dat bedoel ik idd. ![]() | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:41 | |
quote:Daar heb ik bar weinig ervaring mee. Met sigma's ben ik ook slecht. ![]() Ik weet wel ongeveer wat ik wil, maar weet niet hoe ik het moet uitwerken. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 14:43 | |
Hier is een tutorial: http://www.forkosh.com/mimetextutorial.html | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 14:43 | |
quote:Wat wil je dan? | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 14:56 | |
quote:Bewijzen met inductie. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:01 | |
quote:Nu, dan heb je twee zaken nodig: Een basisgeval, en een inductiehypothese. Kun je die formuleren? | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 15:10 | |
n=1 is mijn basisgeval. Ik heb laten zien dat dit klopt. Nu n + 1: Zo? Maar wat nu? [ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:44 ] | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:14 | |
Nu treedt je inductiehypothese in werking. De truc is namelijk, en dat is essentieel, dat je nu wilt bewijzen dat als het geldt voor n dat het dán ook geldt voor n + 1. Dus bij deze stap wil je het voor n + 1 bewijzen, maar dan mag je dus aannemen dat het voor n inderdaad geldt. Als je dat gegeven toepast, dan kun je de som vereenvoudigen. | ||
thabit | woensdag 1 juli 2009 @ 15:14 | |
De som voor n is een deelsom daarvan. | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 15:25 | |
Ik weet niet hoe. ![]() | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:33 | |
We beginnen dus hiermee: En splitsen nu de som, de laatste twee termen halen we eruit, om het zo te zeggen: Nu echter kun je je inductie-hypothese toepassen. Je neemt namelijk aan dat voor n de gelijkheid al geldt, dus je kunt nu stellen dat je: kunt toepassen, dat doen we dus, en we krijgen daarom: Dat kunnen we even uitwerken: Dus: n + 1 = n + 1 Dat klopt. Kortom, je hebt nu bewezen dat als het voor n geldt, dat het dan ook voor n+1 geldt. Met het basisgeval, n = 1, is nu je bewijs rond. Immers uit dit basisgeval en bovenstaande volgt dat het ook voor n = 2 geldt, en daar weer uit voor n = 3, enzovoort. [ Bericht 0% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:48 ] | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 15:41 | |
Waarom stap 2? | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:42 | |
Waar ik van een uitdrukking met som-teken naar n - (2n + 1) + (2n + 2) ga? | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 15:44 | |
Ja. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:52 | |
Dat is hele truc van inductief bewijzen. Je zet een inductiebewijs namelijk zo op: 1) Basisstap (voor n = 1) 2) Inductiestap: Als het voor n geldt, dan geldt het ook voor n + 1. (2) is dus de crux. Je zou ook kunnen zeggen: Aangenomen dat het voor n geldt, dán geldt het ook voor n + 1. In het bewijs voor stap 2 kun je dus aannemen dat de gelijkheid in het geval van n al geldt. En dat is wat ik doe. Ik heb dus deze uitdrukking: Mijn aanname is dat: inderdaad geldt. En als ik dat toepas, dan krijg ik: n - (2n + 1) + (2n + 2) Dat lijkt misschien een beetje raar, want hoe heb ik nu echt wat bewezen? Zit ik niet gewoon aan te nemen wat ik moet bewijzen? Het antwoord daarop is Nee maar dat is alleen omdat je stap (1) hebt. Stap (2) op zich is niet voldoende als bewijs. Want ik heb alleen nog maar bewezen dat als het voor een zekere n geldt (ik kan het niet vaak genoeg zeggen) dat het dan ook voor (n + 1) geldt. Dus stel het geldt voor n = 10, dan ook voor n = 11. (En dus dan ook voor n = 12). En daarom heb ik stap 1 nodig. Dat is namelijk je beginnetje. Dan zeg je: Aha, kijk, het geldt inderdaad voor n = 1, dus mag ik op basis van (2) concluderen dat het voor n = 2 geldt. En dan kan mag ik op basis van (2) concluderen dat het voor n = 3 geldt, en zo kun je doorgaan natuurlijk. [ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:54 ] | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 15:55 | |
Ah okay. Heel helder uitgelegd. ![]() Maar je zegt dus omdat je 2n + 2 hebt ? [ Bericht 2% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:25:58 ] | ||
thabit | woensdag 1 juli 2009 @ 15:57 | |
Wel, voor alle n geldt (2n+2) - (2n+1) = 1. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 15:58 | |
Ja, ik haal een paar termen uit dat somteken dus: Dat doe ik natuurlijk expres zo, zodat ik die vervanging daarna makkelijk kan toepassen. Ik zou er ook eentje meer of minder uit kunnen halen, maar ja, dat is niet handig. [ Bericht % gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:26:00 ] | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 16:03 | |
Ok. Heel erg bedankt weer. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 16:05 | |
Als je 'm nog niet gedaan hebt: Is ook een klassieker om met volledige inductie te bewijzen. Kun je kijken of je het begrepen hebt. ![]() [ Bericht 0% gewijzigd door motorbloempje op 01-09-2013 21:26:03 ] | ||
thabit | woensdag 1 juli 2009 @ 16:10 | |
quote:Ik zou er dan nog wel een k bij typen. ![]() | ||
Washington | woensdag 1 juli 2009 @ 16:10 | |
Vanavond, want ik moet nu weg. Maar, thx. | ||
Iblis | woensdag 1 juli 2009 @ 16:14 | |
quote:Gefikst! ![]() | ||
GoodGawd | woensdag 1 juli 2009 @ 19:03 | |
Dank voor het beantwoorden van mijn vraag met die nCR! Ik heb mijn toets met een 8,8 gehaald en heb daarmee mijn propedeuse in de zak ![]() | ||
.txt | woensdag 1 juli 2009 @ 19:11 | |
quote:P ! ![]() Gefeliciteerd. | ||
Riparius | woensdag 1 juli 2009 @ 19:19 | |
quote:Ik zou het heel anders aanpakken. Die factor (-1)k zorgt alleen voor een alternerend teken van de termen van je som, en het aantal termen is bovendien steeds even. Je kunt de som dan ook eenvoudig herschrijven als het verschil van twee sommen van rekenkundige rijen en vervolgens de gangbare somformule voor rekenkundige rijen toepassen. | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 22:14 | |
Hoi! Ik heb even een vraag over modulorekenen, wat waarschijnlijk heel simpel is ![]() Als vraag heb ik: Bereken de rest van 2^100 modulo 7. Tip: 2³ modulo 7 = 1 en Wat is de rest van 2 * 10^10 modulo 97 Zelf heb ik al wat geprobeerd, maar ik zie niet hoe je bijvoorbeeld van die 2³ modulo 7 naar het antwoord van 2^100 modulo 7 kan komen. Alvast bedankt! ![]() | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 22:25 | |
X1 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 X2 = 0.4X1 + 0.5X2 + 0.3X3 X3 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.25X3 X1 + X2 + X3 = 1 Hoe los ik bovenstaande (evenwichts)vergelijkingen op? Ik zie het niet in ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:30 | |
quote:Substitueren of rijreductie toepassen. quote:Kijk eens naar 2^6. 2^6 = 1 (mod 7), wat toevallig. Geldt in het algemeen dat 2^(3n) = 1 (mod 7)? | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 22:35 | |
quote:Wat moet ik waar substitueren? | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 22:36 | |
quote:Ah, dus dan zou je kunnen zeggen dat 99 het hoogste cijfer in de buurt van de 100 is die deelbaar is door 3, waardoor er 1 bij de rest bijkomt (100-99=1)? | ||
Aquax | woensdag 1 juli 2009 @ 22:36 | |
X1 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 0 = -0.7X1 + 0.25X2 + 0.2X3 0 = X (-0.7 + 0.25X + 0.2X2) dus: X = 0 of (-0.7 + 0.25X + 0.2X2) = 0 Nu gewoon even (-0.7 + 0.25X + 0.2X2) exact oplossen of ABC toepassen. X = 0, X = -2.5974, X = 1.347466 Rest moet nu ook wel lukken denk ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:39 | |
quote:Die 1, 2 en 3 zijn subscripts. quote:Kom kom, beetje zelf denken, je ziet X1 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 staan dus je haalt X1 naar links en je vervangt overal X1 door wat rechts staat. Daarna zelfde met X2, etc. quote:Bijna goed. [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 01-07-2009 22:52:43 ] | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 22:40 | |
quote:Kan je nog een kleine hint geven ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:41 | |
quote:Je hebt nog geen antwoord gegeven op quote:Indien waar: 2^99 = 1 (mod 7). | ||
Aquax | woensdag 1 juli 2009 @ 22:42 | |
quote: ![]() ![]() | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 22:44 | |
quote:Ik blijf dan toch 3 onbekenden over houden hoor. Moet alles = 1 zijn? | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 22:44 | |
quote:Ja, dat geldt, maar hoe komt je dan verder? ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:44 | |
quote:X1 raak je in stap 1 anders al kwijt hoor. | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:46 | |
quote:Als je weet waarom dat geldt dan kom je zelf ook wel verder ![]() | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 22:51 | |
quote:Fok it, ik kom er niet meer uit, bedankt iig | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 22:55 | |
quote:Bedankt, ik heb hem ![]() 2^99 = 1 (mod 7) en 2 = 2 (mod 7). 2*1 is dan dus 2, dus het antwoord is 2 ![]() Ze gooien nu bij een andere vraag ineens 'het laatste cijfer' erin, zonder dat daar iets over gezegd wordt. Als vraag staat er dan bij: Wat is het laatste cijfer van 3^100? Tip: het laatste cijfer van 3^4 is 1 ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:57 | |
quote:Eerste stapje dan (1) X1 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 (2) X2 = 0.4X1 + 0.5X2 + 0.3X3 (3) X3 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.25X3 (4) X1 + X2 + X3 = 1 Uit (1) volgt X1 = (5/14) X2 + (2/7) X3 Vul je dit in bij (2) krijg je X2 = (8/14)X2 + (29/70)X3 Kijk het even na en doe hetzelfde bij (3) en je bent X1 al kwijt. [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 01-07-2009 23:04:09 ] | ||
Riparius | woensdag 1 juli 2009 @ 22:57 | |
quote:Je hebt vier vergelijkingen met drie onbekenden ![]() | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 22:58 | |
quote:'Het laatste cijfer' is het getal modulo 10, verder zelfde truc. | ||
Riparius | woensdag 1 juli 2009 @ 23:06 | |
quote:Wees eens een beetje creatief. Als je de linker en rechterleden van je eerste drie vergelijkingen bij elkaar optelt vind je al meteen dat X3 = 0,75X3 oftewel X3 = 0. Dat maakt de eerste twee vergelijkingen wel meteen een stuk simpeler. | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 23:06 | |
quote:Ben ik nou zo dom? ![]() Als ik in (1), X1 vervang door 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 dan houd ik daar nog een X1 over hoor... Ik haal het tentamen niet ![]() ![]() Epische faal, zoiets simpels... ![]() | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 23:08 | |
quote:EDIT: Volgens het boek is X3 = 0.34965 ... | ||
Riparius | woensdag 1 juli 2009 @ 23:09 | |
quote:Dan zit er een fout in het antwoordenboekje of in de opgave zoals je die hier hebt gepost. | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 23:11 | |
quote:Opgave heb ik correct overgeschreven. Boek zegt dat X1 = 0.24476, X2 = 0.40559 en X3 = 0.34965 | ||
GlowMouse | woensdag 1 juli 2009 @ 23:12 | |
quote:Deugt niet, vul maar in. | ||
James.Bond | woensdag 1 juli 2009 @ 23:15 | |
quote:OEPS, my mistake: (1) X1 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.2X3 (2) X2 = 0.4X1 + 0.5X2 + 0.3X3 (3) X3 = 0.3X1 + 0.25X2 + 0.5X3 (4) X1 + X2 + X3 = 1 Zo klopt ie | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 23:26 | |
quote:Ok, bij één opgave komt dat truukje niet uit... 'Wat is het laatste cijfer van 2^100? Tip: Het laatste cijfer van 2^5 = 2' In dit geval wordt de rest bij een vermenigvuldiging van 5 keer n met n keer verdubbelt (zo is 2^10 = 4 (mod 10) en 2^15 = 8 (mod 10)). Wat is de gedachte hierachter? | ||
freiss | woensdag 1 juli 2009 @ 23:36 | |
quote:2^15 = (2^5)^3 = 2^3 (mod 10) = 8 mod 10 | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 23:38 | |
quote:Maar het gaat om de 2^100 = *iets* (mod 10) ![]() | ||
thabit | woensdag 1 juli 2009 @ 23:40 | |
2^100 = 2^(5*5*4) = 2^4 = 6 mod 10 | ||
CaptainCookie | woensdag 1 juli 2009 @ 23:50 | |
quote:Ah, dank u ![]() Ik heb het terugberedeneerd, en dan is het eigenlijk best simpel ![]() | ||
James.Bond | donderdag 2 juli 2009 @ 01:23 | |
We beschouwen een stochastische wandeling op het interval [0,N]. We starten in i (0 < i < N) en gaan met kans p een stap vooruit en en met kans p eens stap terug (p + q = 1), totdat we in 0 of N terecht komen: deze toestanden zijn semi-absorberend: als we in 0 komen is er een kans alpha dat we in toestand 1 komen en kans 1 - alpha dat we geabsorbeerd worden in 0. Als we in N komen is er een kans beta dat we in toestand N - 1 komen en kans 1 - beta dat we geabsorbeerd worden in N. Bepaal de kans op absorptie in 0 en in N. > > > Kan iemand stapsgewijs laten zien hoe bovenstaande opgelost dient te worden AUB? < < < In het boek, Operationele analyse, wordt dit niet volledig behandeld, maar was vorig keer wel onderdeel van een opgave op het tentamen. Wie helpt? [ Bericht 1% gewijzigd door James.Bond op 02-07-2009 01:40:24 ] | ||
TR08 | zondag 5 juli 2009 @ 08:13 | |
Ik heb een datareeks die zich goed lijkt te laten beschrijven met een exponentiele functie: X=a,b,c Y=d,e,f f(x)=t*xu+v Met drie bekende punten heb ik 3 vergelijkingen en 3 onbekenden, dus een in principe hopelijk oplosbaar probleem. Na wat uitwerken kom ik op 1 vergelijking uit die ik niet verder kon oplossen, dus hier graag wat hulp aub ![]() d,e,f heb ik naar links gewerkt in de vergelijking en dat blok vervangen door G. G=(bu-au)/(cu-au) Uit deze vergelijking moet u vrijgemaakt worden. Dit ziet eruit alsof het met een methode a la breuksplitsen te doen moet zijn, maar het probleem is dat die methode speciaal voor kwadratische functies is en ik hier een macht heb die om te beginnen al geen geheel getal is. Wie helpt me verder? | ||
thabit | zondag 5 juli 2009 @ 13:58 | |
quote:Handig lijkt het me hier om een toestand -1 en een toestand N+1 te definieren: -1 bereik je als je in 0 geabsorbeerd wordt en daar blijf je dan ook voor eeuwig. N+1 bereik je als je in N geabsorbeerd wordt (en ook daar blijf je dan voor eeuwig). Je kunt nu bij stap j een vector vj opstellen in N+3 dimensies die als kentallen voor elke toestand de kans aangeeft dat we daar na stap j zitten. De overgang van stap j naar stap j+1 wordt dan aangegeven adhv een matrix A, die onafhankelijk van j is. Stap 1 in de oplossing: parse het bovenstaande en bepaal A. | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:23 | |
Help!!! Ik kom er niet uit. Moet nog het een en ander ophalen voor mijn tentamens en probeer een sommetje te maken maar ik krijg hem maar niet uitgerekend. Volgens mij is het een vrij makkelijke som. Toch lukt het niet 0.95 = log x / 1-x Wat is x. | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 21:25 | |
Dat hangt af van hoe de haakjes staan rechts. | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:27 | |
Ik denk zo 0.95 = log(x/1-x) | ||
Quyxz_ | zondag 5 juli 2009 @ 21:28 | |
ok en is het een 10-log of een e-log (ln) ? | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 21:28 | |
Haal eerst die log maar weg rechts, hoe doe je dat? | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:30 | |
100.95=x/1-x | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 21:36 | |
quote:En hoe krijg je een breuk weg? | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:37 | |
100.95 * (1-x)=x | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 21:38 | |
quote:Haakjes wegwerken, alles met x naar één kant halen zodat je x buiten haakjes kunt halen, etc. | ||
Robin__ | zondag 5 juli 2009 @ 21:39 | |
"hoe werk je de haken weg" "verplaats alle x'en naar 1 kant" | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:44 | |
100.95*1 - 100.95*x=x Haakjes weggewerkt maar ik zie niet hoe je de -x naar rechts krijgt | ||
Quyxz_ | zondag 5 juli 2009 @ 21:45 | |
quote:100.95 is gewoon een getal hè. Dus je kan die 100.95*x gewoon bij die rechter x optellen | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:50 | |
8.91-8.91*x=x --> ? | ||
Quyxz_ | zondag 5 juli 2009 @ 21:52 | |
8.91=x+8.91x 8.91=9.91x | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:53 | |
Huh... Hoe kan dat nou weer. Dat snap ik ff niet | ||
Quyxz_ | zondag 5 juli 2009 @ 21:56 | |
quote:zie x als een appel 1appel+8.91appel=9.91 appel of gaat het om die stap daarvoor? | ||
Robin__ | zondag 5 juli 2009 @ 21:56 | |
aan allebei de kanten tel je er 8,91x bij op.. aan de linkerkant houd je 0x over.. rechts krijg je er 8,91x bij | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 21:59 | |
8.91=x+8.91x Ik zie twee appels vanaf daar ontspringt de logica mij | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 22:05 | |
Maar ik denk dat ik hem zie. 8.91x is dus 8,91 * 1 dus +x is eigenlijk +1 Thanks. Ik snap hem nu. Bedankt voor de hulp | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 22:07 | |
8.91x+1x = (8.91+1)x = 9.91x. | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 22:11 | |
Ah ja. Ik snap hem. Het is net sudoku. Tnx | ||
Robin__ | zondag 5 juli 2009 @ 22:13 | |
quote:ehrm.. nee.. -x (min teken niet negeren) maal 8,91 = -8,91x en '+x' = + 1x = + 1*x | ||
heracles | zondag 5 juli 2009 @ 22:35 | |
x= 0.90 thnx | ||
Washington | zondag 5 juli 2009 @ 22:58 | |
quote:Sudoku is veel ingewikkelder. Hoi. ![]() Ik heb nog een inductie-vraag: Te bewijzen: 1² + 2² + ... + m² = (m³ / 3) + (m² / 2) + (m / 6) . [...] We hebben: 1² + 2² + 3² + ... + k² = (k³ / 3) + (k²/2) + k/6 We tellen (k + 1)² op en we krijgen de juiste formule: 1² + 2² + 3² + ... + k² + (k + 1)² = (k³ / 3) + (k² / 2) + k / 6 + (k + 1)² "En na een paar simpele bewerkingen" (deze stap snap ik niet) 1² + 2² + 3² + ... + k² + (k + 1)² = ((k + 1)³ / 3) + ((k + 1)² / 2) + ((k + 1) / 6) [...] (dit is een voorbeeld uit een boek) | ||
GlowMouse | zondag 5 juli 2009 @ 23:00 | |
Begin met (k³ / 3) + (k² / 2) + k / 6 + (k + 1)² dan alle haakjes wegwerken en dan weer dingen binnen haakjes prutsen. Of van ((k + 1)³ / 3) + ((k + 1)² / 2) + ((k + 1) / 6) de haakjes wegwerken en zien dat het klopt. | ||
Washington | zondag 5 juli 2009 @ 23:06 | |
quote:Ok. | ||
Washington | maandag 6 juli 2009 @ 00:49 | |
quote:Ik hing voor de tv (mag ook wel eens). Maar ik kom er nu niet meer uit. Het prutsen wil niet. ![]() Ik kom in ieder geval niet op een uitwerking die lijkt op wat ik wil bewijzen. | ||
GlowMouse | maandag 6 juli 2009 @ 00:53 | |
Als je de haken wegwerkt komt er (1/3)k³+(3/2)k²+(13/6)k+1 uit voor beide uitdrukkingen. Dus zijn ze geljik. Klaar. | ||
Washington | maandag 6 juli 2009 @ 00:56 | |
quote:Dat had ik ook ! ![]() Wat is er gelijk dan? ![]() (Volgens mij ben ik gaar ofzo) | ||
GlowMouse | maandag 6 juli 2009 @ 00:59 | |
(k³ / 3) + (k² / 2) + k / 6 + (k + 1)² en ((k + 1)³ / 3) + ((k + 1)² / 2) + ((k + 1) / 6) | ||
Washington | maandag 6 juli 2009 @ 01:06 | |
quote: ![]() [ Bericht 2% gewijzigd door Washington op 06-07-2009 01:29:15 ] | ||
Riparius | maandag 6 juli 2009 @ 01:31 | |
quote:Haal om het jezelf wat makkelijker te maken eerst eens een factor 1/6 buiten haakjes in de formule voor de som S(k) van de kwadraten van de eerste k natuurlijke getallen. Je hebt dan: (1) S(k) = 1/6(2k3 + 3k2 + k) Als je nu k vervangt door (k+1) dan kun je bedenken dat we hebben: (2) (k+1)3 = k3 + 3k2 + 3k + 1 En: (3) (k+1)2 = k2 + 2k + 1 Nu zie je dat we in (1) binnen de haakjes twee maal k3 hebben en driemaal k2, en eenmaal k. Als ik dus in (1) k vervang door k+1, dan komt er dus binnen de haakjes bij: (4) 2(3k2 + 3k + 1) + 3(2k + 1) + 1 = 6k2 + 12k + 6 = 6(k+1)2. Zodoende vind je dus door substitutie van k+1 voor k in (1) en met behulp van (4) dat geldt: (5) S(k+1) = 1/6(2k3 + 3k2 + k + 6(k+1)2) Hiervoor is te schrijven: (6) S(k+1) = 1/6(2k3 + 3k2 + k) + (k+1)2 En dus ook, op grond van (1): (7) S(k+1) = S(k) + (k+1)2 QED | ||
Washington | maandag 6 juli 2009 @ 01:50 | |
Nu kom ik er wel uit. ![]() Je bent geweldig. ![]() | ||
Washington | maandag 6 juli 2009 @ 23:52 | |
Wiskunde in Kunst & Cultuur, met Boekentips! | ||
Silentalarm | dinsdag 7 juli 2009 @ 13:26 | |
Kan iemand me vertellen hoe deze vraag werkt? Ik snap niet hoe ze op het uitkeren van 10 euro terecht komen: Bij een gok spelletje wordt drie keer een muntstuk opgegooid. De inleg voor dit spel bedraagt 1.75 euro. de uitkering is het aantal keer kop in euro's. Vind je dat de inleg van 1.75 euro door de organisator van het spel verstandig gekozen is? geef een toelichting. Dan zegt het antwoordenboekje: gemiddeld 8x1.75.10=4 euro winst over 8 spelletjes dus 0.50 euro winst per spelletje gemiddeld. Het is dus verstandig. Na even kijken leek me dit: 8 = het aantal mogelijkheden (bijv. kop,kop,munt of munt,kop,munt) 1,75 = de inleg per spelletje maar hoe komen ze nou op die 10? ![]() alvast bedankt | ||
GlowMouse | dinsdag 7 juli 2009 @ 13:59 | |
P(1 keer kop) = 3/8 P(2 keer kop) = 3/8 P(3 keer kop) = 1/8 Dus de verwachte uitbetaling per spel is 1*3/8 + 2*3/8 + 3*1/8 = 10/8 euro. De inleg per spel is 14/8 euro. Per spel wordt dus naar verwachting 6/8 euro winst gemaakt. Jouw uitwerking snap ik ook niet. | ||
Silentalarm | dinsdag 7 juli 2009 @ 14:04 | |
quote:oke tnx. vast weer eens een fout in het antwoordenboek, komt vaker voor.. ![]() | ||
Flaccid | dinsdag 7 juli 2009 @ 16:24 | |
Geen huiswerk, maar had 2 dobbelstenen liggen en vroeg me af hoe groot de kans is om dubbel te gooien. Dat is toch gewoon 1/6 ? 1/6 * 1/6 om dubbel 1 te gooien. 6*(1/36)= 6/36=1/6? toch? | ||
Dzy | dinsdag 7 juli 2009 @ 16:25 | |
Ja, klopt. | ||
Smart-Einstein | dinsdag 7 juli 2009 @ 22:35 | |
quote:De kans om met dobbelsteen A een getal te gooien = 1 De kan som met dobbelsteen B hetzelfde getal te gooien is 1/6 1*1/6 = 1/6 ![]() | ||
teletubbies | woensdag 8 juli 2009 @ 11:22 | |
Hello, Als vakantiewerk moet ik binnenkort gaan simuleren en dat gaat vermoedelijk met Excel. Ik heb al jaren weinig/niet gesimuleerd op Excel en ik vraag me af of er goeie boeken of sites over simuleren in Excel te vinden zijn. Ik wil namelijk eventjes me kennis en ervaring op doen op dit gebied. Kan iemand even helpen? Alvast bedankt! | ||
GlowMouse | woensdag 8 juli 2009 @ 11:25 | |
[EXCEL] Het grote Excel vragen topic, #14 Maar Excel is niet zo goed. Pas in 2003 heb je een goede random nummer generator, maar dan nog mis je opties om makkelijk meerdere replicaties te doen, resultaten te analyseren, scenario's te vergelijken, een warm-up period in te stellen, en weet ik wat niet meer. | ||
Iblis | woensdag 8 juli 2009 @ 11:30 | |
Wát moet je precies simuleren? ![]() | ||
Washington | donderdag 9 juli 2009 @ 13:20 | |
Hoi, ik heb nu een stuk of zes inductie-vragen met succes gemaakt. ![]() Echter, ik kom niet uit deze: Bewijs dat 1+ q + q² + ... + q^n-1 = (1-q^n) / (1-q) voor elk positief geheel getal n en en elk getal q, behalve q=1. | ||
thabit | donderdag 9 juli 2009 @ 13:27 | |
Voor n=1 is het duidelijk en om van n naar n+1 te gaan hoef je alleen maar qn op te tellen. | ||
Washington | donderdag 9 juli 2009 @ 13:30 | |
quote:Done. ![]() | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:19 | |
ben ik weer met een hersenkraker (voor mij dan iig) gegeven: F(x,y,z) = 0 waarbij z impliciet een functie van x en y is. Hieruit volgt uiteraard dF(x,y,z) = 0 Mag je dan stellen: F(x,y,z) = 0 => F(x,y, g(x,y) ) = 0 dF(x,y,z) = 0 => dF(x,y, g(x,y) ) = 0 Bewijs: δx/δy * δy/δz * δz/δx = -1 ik ben gekomen tot: dFx = δF/δx * δx/δx + δF/δy * δy/δx + δF/δz * δz/δx = 0 = δF/δx + δF/δz * δz/δx en dFy = δF/δx * δx/δy + δF/δy * δy/δy + δF/δz * δz/δy = 0 = δF/δy + δF/δz * δz/δy hoe moet ik dan dFz uitwerken? als dFz = δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz * δz/δz = 0 = δF/δz of als dFz = δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz * δz/δz = 0 δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz = 0 [ Bericht 0% gewijzigd door ErictheSwift op 10-07-2009 16:33:06 ] | ||
GlowMouse | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:27 | |
Wat is d? Een reëel getal? En F(x,y,z) = 0 => F(x,y, g(x,y) ) is ook vreemd; uit een vergelijking volgt een getal? | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:34 | |
quote:sorry moet natuurlijk zijn: F(x,y,z) = 0 => F(x,y, g(x,y) ) = 0 dF(x,y,z) = 0 => dF(x,y, g(x,y) ) = 0 en die vetgedrukte d staat voor de differentiaal. | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:38 | |
quote:Ik snap hier geen zak van. Is δx/δy niet gewoon 0? | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:43 | |
quote:als ik dit stukje uit dit wikipdia-artikel mag doortrekken naar 3 variabelen niet. | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 16:57 | |
quote:In dat geval moet je je notatie aanpassen en dx/dy gebruiken ipv die rare delta. Sowieso moet je de notatie voor partiele afgeleiden alleen maar gebruiken bij functies die in termen van variabelen gedefinieerd zijn, anders betekent het namelijk niks. | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:09 | |
quote:OK scratch that idea dan maar. Blijven mn oorspronkelijke 2 vragen wel staan. mag je in het geval z als impliciete functie van x en y dan z = g(x,y) stellen en inpluggen in F(x,y,z) = 0 voor het verkrijgen van F(x,y, g(x,y) ) = 0 ? hoe moet ik dan dFz uitwerken? als dFz = δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz * δz/δz = 0 = δF/δz of als dFz = δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz * δz/δz = 0 δF/δx * δx/δz + δF/δy * δy/δz + δF/δz = 0 | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:11 | |
edit: dubbelpost | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:13 | |
quote:Dat mag, maar je moet bedenken dat dat iha alleen lokaal geldt. | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:17 | |
quote:'t Is mij niet duidelijk waar je heen wilt. Wat betekent dFz ueberhaupt? | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:21 | |
quote:hoe moet ik die voorwaarde "alleen lokaal" dan zien? Met inachtneming van continuiteit van g(x,y) binnen het domein van g, kan deze altijd een dusdanige waarde aannemen waarvoor geldt F(x,y,z) = 0 | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:27 | |
quote:Het werkt trouwens niet in punten waar dF/dz (partiele afgeleide) gelijk aan 0 is. Daarbuiten is het zo dat als F(a,b,c) = 0 er een open omgeving U in R^2 van (a,b) is en een g: U -> R met g(a,b)=c en F(x,y,g(x,y)) = 0 voor (x,y) in U. Dat is de impliciete functiestelling. Maar goed, mijn vraag is dus: wat wil je nu precies bewijzen/doen ? | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:41 | |
quote:δx/δy * δy/δz * δz/δx = -1 en dat zou moeten lukken door F naar x, y, en z afzonderlijk te differentiëren en het nodige albraïsche gegoochel met die 3 uitdrukkingen die daaruit volgen. But, feel free to correct me. | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 17:47 | |
quote:Als je zo'n notatie voor partiele afgeleiden gebruikt, dan moet je aangeven wat je daarmee bedoelt. Zie je in de factor dx/dy de variabele x als zijnde een functie van y en z, etc? Als je zoiets niet aangeeft dan heeft die hele partiele afgeleide namelijk geen betekenis. | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 18:05 | |
quote:Ben geneigd te zeggen JA. In het bovenste stuk hebben ze ook over in elke factor 1 variabele als impliciete functie van de andere 2 neer te hebben. [ Bericht 0% gewijzigd door ErictheSwift op 10-07-2009 18:10:55 ] | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 18:12 | |
quote:In dat geval heb je dus te maken met de drie functies: F(x(y,z), y, z) als functie van y en z F(x, y(z,x), z) als functie van z en x F(x, y, z(x,y)) als functie van x en y In alle drie gevallen dus even de juiste partiele afgeleide opschrijven. Uiteraard zijn de drie functies alleen lokaal gedefinieerd rond punten waar de afgeleiden niet 0 zijn. | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 19:05 | |
quote:dF = dF/dx*dx/dy + dF/dx*dx/dz + dF/dy + dF/dz ?? | ||
thabit | vrijdag 10 juli 2009 @ 19:19 | |
Nee, dF = (dF/dx)*dx + (dF/dy)*dy + (dF/dz)*dz, waarbij de zooi tussen haakjes telkens partiele afgeleiden zijn. | ||
GlowMouse | vrijdag 10 juli 2009 @ 19:35 | |
Ik wil met de pc controleren of M in span{I,A,A^2,...,A^k} zit. I is de identiteit, alle matrices zijn nxn en n>=k. Eerste aanpak: alle matrices vectoriseren en vervolgens controleren mbv loodrechte projectie of M in de kolomruimte van X = [vec(I) vec(A) ... vec(A^k)] zit. Dat lukt niet: de elementen van de matrix X zijn te groot voor de pc om nauwkeurig mee te rekenen (je krijgt bv. rank(X'X) < rank(X)). Tweede aanpak: kijk of M en A dezelfde eigenvectoren hebben, en zoja, of de vector met eigenwaarden van M (in de juiste volgorde gezet) in de kolomruimte X zit, met X_ij = (λ_i)^(j-1) (i=1..n, j =1..k+1). Maar daarbij loop ik tegen hetzelfde probleem aan. | ||
ChevyVanDude | vrijdag 10 juli 2009 @ 20:11 | |
Ik zal vast niet de enige zijn, en daarom zullen er vast mensen zijn die in het zelfde schuitje gezeten hebben: Mijn probleem is als volgt; ik snap (bijna) altijd de theoretische kant van het wiskunde (of rekenen hoe ze het bij het ROC noemen), maar als ik het in de praktijk uit oefen merk ik dat ik vaak te snel werk (wat ik wel nodig heb voor de toets)maar daardoor maak ik fouten. Ik heb aanstaande maandag een reparatie van mijn laatste (en enige)rekenentoets. Ik had een 3,8 (ongeveer een kwart niet ingevuld). Het had slechter gekund, maar ik wil voor een voldoende gaan. Heeft iemand tips/trucks hoe je wel stipt/exact/beheerst (in ieder geval: er goed naar kijken)? Ik neem aan dat hoe meer je oefent je sneller rekent. Toch? Dus het is vooral het eerste (te snel doen, fouten maken). | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 20:16 | |
quote:OK, welke aanpak dan te hanteren? F(x, y, z(x,y)) = 0 F(x, y(x,z) ,z) = 0 F(x(y,z), y, z) = 0 stellen en van elk de totale differentiaal nemen en in elkaar vlechten? Of van elke uitdrukking de partiële differentialen naar x, y en z nemen? | ||
ErictheSwift | vrijdag 10 juli 2009 @ 20:18 | |
quote:heh, je bent niet enige met dat kwaaltje hoor ![]() | ||
GlowMouse | vrijdag 10 juli 2009 @ 20:19 | |
quote:Veel oefenen ja ![]() quote:Bij de eerste kun je spreken van dz/dx en dz/dy, enz enz. | ||
GlowMouse | vrijdag 10 juli 2009 @ 20:21 | |
[Bèta wiskunde] Huiswerk- en vragentopic |