Rene | dinsdag 28 maart 2006 @ 07:57 | |||
Post hier al je vragen met betrekking tot de vakken: Hierboven staan de vakken zoals ze op de middelbare school gegeven worden. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat er hier geen ruimte is voor vragen van MBO, HBO of WO-niveau. Alle vragen die binnen het gebied van 'Bèta' vallen, kun je hier posten. Heb je een vraag die niet binnen het gebied 'Bèta' valt? Neem eens een kijkje in één van de volgende topics: [Centraal] Gamma 'huiswerk en vragen topic' [Centraal] Alfa 'huiswerk en vragen topic' | ||||
Haushofer | dinsdag 28 maart 2006 @ 09:42 | |||
quote:Integraalkenmerk, lijkt me. | ||||
SNArky | dinsdag 28 maart 2006 @ 10:43 | |||
Zoals ik al zei, het was laat voor mij gisteravond ![]() | ||||
Wackyduck | dinsdag 28 maart 2006 @ 10:46 | |||
quote:Bijna tentamens zeker. ![]() | ||||
thabit | dinsdag 28 maart 2006 @ 11:14 | |||
tvp | ||||
teletubbies | dinsdag 28 maart 2006 @ 12:24 | |||
hoi! k ben bezig met een website te maken maar ik zit met een groot probleem: http://www.gianotten.nl/d(...)ormulier%20multisite als je een formulier wilt maken op je site zodat iedereen die kan invullen en versturen, welke script/html code heb je nodig om er voor te zorgen dat die formulier het ook doet! ik heb al een formulier maar als je op Verzenden klikt, gebeurt er weinig goeds... enig idee hoe dat moet? [ Bericht 3% gewijzigd door teletubbies op 28-03-2006 12:32:54 ] | ||||
GlowMouse | dinsdag 28 maart 2006 @ 12:50 | |||
quote:Clientside HTML om het formulier te versturen (eenvoudig formulier), serverside een scriptingtaal (PHP, ASP .NET, etc) om de verzonden data op te slaan. Je kunt clientside er ook voor kiezen om het formulier direct via mail te versturen (via action="mailto:jouw@mail.com" in de form-tag) | ||||
-Mzraki- | dinsdag 28 maart 2006 @ 15:18 | |||
quote:Voor mij ook, je hebt gelijk, de un rij convergeert niet naar nul, dus kan de somrij ook niet convergeren. Maarja, om zover te plotten met je GR duurt zo lang he.. ![]() En daarbij was ik ook wel benieuwd naar de primitieve, maargoed, bedankt voor jullie hulp ![]() | ||||
teletubbies | dinsdag 28 maart 2006 @ 15:20 | |||
quote:maar dan opent ie gelijk Oultook express, het zou handig zijn als er direct mail wordt gestuurd, of heb ik een eigen server ofzo nodig? | ||||
teletubbies | dinsdag 28 maart 2006 @ 15:29 | |||
mmm , okeee.. ik zal ff zoeken hoe dit allemaal moet, hebj e er een leuke site voor? | ||||
GlowMouse | dinsdag 28 maart 2006 @ 16:37 | |||
quote:Je hosting moet PHP ondersteunen, dan is het vrij eenvoudig. Anders kom je niet om de lokale mailclient heen, tenzij je ergens anders een dergelijk script laat draaien. | ||||
Doderok | woensdag 29 maart 2006 @ 16:58 | |||
Waar blijven de vragen? Ik wil me nuttig voelen! ![]() | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 20:00 | |||
quote:Oeh, ik hoop dat je me met deze kan helpen ![]() De vraag: Gegeven: i(t)=|Asinωt| Bepaal de gemiddelde waarde als geldt: Igem = 1/T S i(t) (S is het integraalteken en de ondergrens is 0 en de bovengrens is T... kan het even niet anders opschrijven hier). Als ik 'm uitwerk kom ik op 0 uit, terwijl dat helemaal niet kan want het is een absolute waarde dus zou ik op 2*A/pi moeten uitkomen. Zo werk ik 'm uit: (ik laat even het primitieveer werk achterwege, dat zal wel goed zijn ![]() 1/T [ | A/ω | | -cosωt | ] met ondergrens 0 en bovengrens T die A/ω haal ik naar voren. Dat vermenigvuldigen met 1/T geeft A/2π(immers T = 1/f. ω = 2πf). Dan krijg je: A/2π[ | -cos2π | ] - A/2π [ | -cos0 | ] = 0 Ik doe dus ergens iets fout ![]() | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 20:23 | |||
Je moet de integraal even in twee stukken hakken: van 0 tot 1/2 T is het i(t) = A sinωt, van 1/2T tot T is het i(t) = -A sinωt. Probeer het nu nog eens ![]() | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 20:44 | |||
quote:Nee ok, maar zo kan je ook een halve periode pakken en dat keer 2 doen (ervanuitgaande dat het een zuivere sinus is). Maar ik wil juist weten waarom het mij niet lukt als ik over de hele periode integreer, met de absolute waarde erbij. Want er zijn 2 manieren om de gemiddelde waarde uit te rekenen, 1 is hoe jij of ik het doe, dus een halve periode. De andere manier is over de hele periode maar dan met de absolute waarde. En dat laatste wil ik ook kunnen ![]() | ||||
thabit | woensdag 29 maart 2006 @ 21:05 | |||
quote:"Dat zal wel goed zijn" is een grove inschattingsfout. | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:09 | |||
quote:Zit wat in ![]() Hier dan hoe ik het primitiveer: |Asinωt| dt primitiveer ik naar: | A/ω | * | -cosωt | Dat is toch goed? | ||||
teletubbies | woensdag 29 maart 2006 @ 21:10 | |||
quote:eigenlijk moesten de site gewoon lekker maken met Frontpage, maar op de site heb ik een zoekfunctie geplaatst, zodat ik op basis van ingevoerde zoektermen de hele site kan doorzoeken... ik kan bijna wedden dat je weet hoe het moet!! mag ik van jou een gemaakte pagina met zoekfunctie ff lenen!! eigenlijkheb ik niet veel tijd om al die dingen ff zelf op te zoeken ![]() | ||||
thabit | woensdag 29 maart 2006 @ 21:12 | |||
quote:Nee, je kunt niet zomaar zeggen als F een primitieve van f is dat dan |F| wel een primitieve van |f| zal zijn. | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:14 | |||
quote:Dat d8 ik dus wel... Leg uit, hoe zit het dan ![]() | ||||
Doderok | woensdag 29 maart 2006 @ 21:18 | |||
quote:Die moet je dus in stukken hakken... | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:20 | |||
quote:Bedoel je dat wat Snarky zegt? Of de absolute primitieve in stukken hakken ![]() | ||||
thabit | woensdag 29 maart 2006 @ 21:21 | |||
quote:Ja, je moet onderscheid maken tussen de x'en waarvoor f(x) >= 0 geldt en de x'en waarvoor f(x) <= 0 geldt. | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:26 | |||
quote:Maar een sinus gaat zowel positief als negatief. Bedoel je dat met in stukken hakken, dat ik dan de halve periode moet pakken en die positief en nog eens een halve periode en die ook positief? Ik snap het ff niet meer ![]() ![]() | ||||
thabit | woensdag 29 maart 2006 @ 21:27 | |||
Daar waar f(x)>=0 geldt moet je een primitieve van f pakken en waar f(x)<=0 geldt moet je een primitieve van -f pakken. | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:28 | |||
quote:Als ik het niet meer zie zitten met dit soort vraagstukken, teken ik de grafiek altijd even. Als je het grafisch voor je hebt, kan je het meestal een stukje beter voorstellen. | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:32 | |||
quote:Maar dat deed ik ook, heb het gewoon in me rekenmachine ingevuld met de absolute waarde. En de absolute waarde van -cos2pi is gewoon 1. | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:38 | |||
quote:Daar gaat het dus fout... | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:40 | |||
quote:Hoezo, is de absolute waarde van -cos2pi dan niet 1 ? | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:42 | |||
Nee, de rekenmachine. | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:44 | |||
Hehe nee ik bedoelde ik heb |-cos2pi| op me rekenmachine ingevuld, de rest niet ![]() | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:46 | |||
quote:Ik moest 'in mijn tijd' (vroegah ![]() | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:48 | |||
quote:Ow ja die weet ik ondertussen ook wel hoor. Pi van sinus is 0. Van cosinus -1. Maar ik deed het nog voor de zekerheid ff op rekenmachine zodat ik zeker wist dat ik DAAR niet de fout maak. En nog steeds weet ik eigenlijk niet waar nu echt de fout zit.. ![]() | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:50 | |||
Je moet telkens een "hak" in de integraal maken (sorry voor het taalgebruik Thabit ![]() | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:54 | |||
quote:Ja dat snap ik, dat zei je eerder ook al ![]() Maar MOET dat perse, is het niet te doen door over de hele periode te integreren dan? Want je krijgt 2 halve sinussen die positief liggen. Maar ik d8 dat je in dat geval dan ook over de hele periode kan, maar dan moet je dus toch 2x de halve doen. In dat geval kan ik gewoon hoe ik het altijd deed, 1x de halve en dat *2 ![]() Maar ik wou het dus op deze manier eens proberen maar schijnbaar werkt dat dan niet zo.. ![]() | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 21:56 | |||
Nee, want dat zie je al aan de grafiek van de sinus, de twee delen vallen tegen elkaar weg en je houdt netto 0 over. En wat Thabit al zei, je mag niet zomaar zeggen dat als F een primitieve is van f, |F| automatisch een primitieve is van |f|... | ||||
bierglas | woensdag 29 maart 2006 @ 21:58 | |||
quote:Dat eerste wat je zegt is alleen waar als je niet de absolute functie hebt. Bij de absolute functie is de nettowaarde niet 0, maar oppervlak van de halve periode * 2. | ||||
SNArky | woensdag 29 maart 2006 @ 22:04 | |||
Dat klopt, maar jij rekent bij die integraal toch stiekem de primitieve van de niet-absolute sinus uit... | ||||
GlowMouse | woensdag 29 maart 2006 @ 22:29 | |||
quote:Met frontpage een zoekmachine bouwen gaat niet lukken. Misschien kun je beter (net zoals op Fok) Google daarvoor misbruiken. Anders wordt het als je zelf wat gaat scripten, maar als je nog geen HTML kent, denk ik niet dat je op korte termijn een zoekfunctie kunt maken. quote:Inderdaad, want |sin(x)| is altijd niet-negatief, zodat een primitieve een toenemende functie is (immers, de afgeleide is nooit negatief). [ Bericht 15% gewijzigd door GlowMouse op 29-03-2006 22:35:35 ] | ||||
teletubbies | woensdag 29 maart 2006 @ 23:12 | |||
ik misbruik nix!! bijv; je gaf me een heel goeie site over hoe je moet werken met die formulier, die site heb ik bezocht en ik heb dat php-bestand aangemaakt en een hmtl pagina, het is me gelukt om de gegevens van een formulier naar mijn eigen emailadres te sturen, er is nog een klein probleempje maar dat wordt binnenkort ook opgelost!! als ik nog een goeie site kan vinden over zoek-functies dan ben ik ook weer gered.... thanx | ||||
teletubbies | woensdag 29 maart 2006 @ 23:14 | |||
trouwens; bij moeilijke dingen die wij niet hebben gehad tijdens de cursus, mochten we allerlei bronnen aanraden, incl de leraar. Maar is er maar 2x per week aanwezig en dan is ie weer snel weg... dus ik moet iemand anders raadplegen | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 00:36 | |||
quote:Het vervelende is dat je alles in HTML-files hebt zitten. Veel sites gaan uit van content in een database, wat het zoeken vereenvoudigd. Ik had nog ergens een functie die je goed kunt gebruiken om door bestanden te zoeken, en ik heb er maar een voorbeeldscript omheen geschreven. 'zoek' is hier de naam die het inputveld moet hebben.
| ||||
GoldenHeritage | donderdag 30 maart 2006 @ 14:14 | |||
Hallo iedereen! Ik zit enigszins met de handen in het haar. Ik moet morgen een korte uitleg geven over de Chi Kwadraat Toets. Ik snap nu waar ie voor gebruikt wordt, maar geen idee hoe ik het bereken en hoe ik de formule moet gebruiken danwel uitleggen. Op internet kan ik alleen andere formules vinden dan in mn boek staan. Deze staat in m'n boek, iemand enig idee hoe het werkt? ![]() | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 14:19 | |||
quote:Googles resultaat geeft een rekenvoorbeeld. Formule ziet er iets anders uit, maar de berekening gaat precies hetzelfde. Op Wikipedia staat ook een heel artikel. | ||||
GoldenHeritage | donderdag 30 maart 2006 @ 14:30 | |||
Dankjewel, ga het uitprinten en uitpluizen, kijken of ik er verder mee kom! | ||||
anuszwam | donderdag 30 maart 2006 @ 16:09 | |||
Kan iemand mij aub helpen met wiskunde? Ik heb morgen en toets, alles gaat goed maar ik krijg het uitrekenen van de volgende opdracht niet voorelkaar.![]() Dit figuur geeft de verdeling van het water op aarde weer. In de figuur kun je bijvoorbeeld zien dat maar 0,0001% van de totale hoeveelheid water op aarde zich in de rivieren bevindt. A) De totale hoeveelheid water in oceanen en zee-en is 1,90x10^16 kubieke meter (^=tot de). Hoeveel water is er opgeslagen in de poolkappen en de gletsjers? B) Hoeveel water bevindt zich als waterdamp in de atmosfeer? De antwoorden zijn: A): 3,87x10^14 kubieke meter en B): 1,95x10^11 kubieke meter. Ik kan niet op dit antwoord komen met mijn rekenmachine. Het lukt mij bijvoorbeeld niet eens om 100% uit te rekenen. Ik begrijp dat ik het alá indexcijfers moet proberen, maar mijn grafische rekenmachine pakt de getallen niet om dat het is geschreven in de aparte vorm. Hoe kun je hier wel aan komen? [edit: als je het plaatje niet goed kunt aflezen sleep het dan even in een nieuw ie venster] | ||||
Wackyduck | donderdag 30 maart 2006 @ 16:38 | |||
Iets te snel, wat GlowMouse zegt dus. [ Bericht 92% gewijzigd door Wackyduck op 30-03-2006 16:51:05 ] | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 16:43 | |||
quote:97,41% is dus 1,90x10^16. Gevraagd wordt hoeveel 1,984% is. Als je niet direct ziet hoe het moet, reken dan eerst om naar 100%. | ||||
anuszwam | donderdag 30 maart 2006 @ 16:57 | |||
quote:Dat is dus het probleem, ik krijg het niet omgerekend naar 100% Kun jij dat eens proberen? | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 17:08 | |||
quote:Ik heb het even geprobeerd, en het lukt me. Stel dat je 5,39% van 60 zoekt. Je rekent dan uit 0,0539*60 = 3,234. Nu iets abstracter: a% van b is (a/100)*b. Nu weet je a (=97.41) en (a/100)*b (=1,90x10^16). Ofwel: (97.41/100)*b = 1,90x10^16. Dan is het toch niet lastig meer om b op te lossen? | ||||
WyBo | donderdag 30 maart 2006 @ 17:22 | |||
ik weet het al ![]() [ Bericht 52% gewijzigd door WyBo op 30-03-2006 17:37:14 ] | ||||
anuszwam | donderdag 30 maart 2006 @ 17:27 | |||
quote:97.41/100 = 0.9741 dan wil ik niet weten wat 0.9741 is maar 1.0 en hier ga ik denk ik de mist in 1x(1.90x10^16) = 1.9e+16 Ans/0.9741 = 1.950518427e+18 | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 17:44 | |||
quote:De manier van berekenen klopt, maar waarschijnlijk heb je wat fout ingetypt over overgeschreven, want het antwoord zelf klopt niet (je zit er een factor 100 naast). | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 30 maart 2006 @ 18:49 | |||
Hoeveel fosforzuur zit er in 50 mL coca cola? Fosforzuur = H3PO4 H3PO4 + H2O < > H3O+ + H2PO4- H2PO4- + H2O < > H3O+ + HPO42- HPO42- + H2O < > PO43- De molverhouding is 1 : 1 En proefondervindelijk kwam ik er wel achter ongeveer 6 mL van 0,04729 mol/L reageert met 50mL cola dus 3mmol NaOH reageert met 50 mL cola en dat heb ik wel uitgerekend maar dat blaadje heb ik niet bij de hand. Tot hier kom ik.. Wat moet ik nu doen want dat weet ik niet :/ | ||||
GlowMouse | donderdag 30 maart 2006 @ 19:09 | |||
quote:Deze reacties zijn irrelevant, en bovendien geldt je molverhouding alleen per reactie en niet voor het totaal. H3PO4 zal reageren met OH-, dus moet je alleen naar die reactie kijken: H3PO4(aq) + 3OH-(aq) => 3H2O(l) + PO43-(aq) quote:6mL van wat? De vervolgstappen zijn verder logisch: - Kijk hoeveel mol OH- toegevoegd is (*hint* de molariteit is in mol/L, dus vermenigvuldig met L om mol te krijgen) - Kijk hoeveel mol H3PO4 daarmee reageert | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 30 maart 2006 @ 19:39 | |||
6 mL van 0,04729 mol per liter NaOH reageert met 50 mL cola tot de pH 7 is. Via dit kan ik er achter komen, maar ik moet het juist weten hoeveel het is zonder de NaOH er bij te betrekken. | ||||
m-ice | vrijdag 31 maart 2006 @ 07:53 | |||
5. Waarom moet het bekerglas waarin je de salicylzuur en het zijnzuuranhydride doet DROOG zijn? 6. Hoe controleer je of het waswater zuurvrij is? 7. BIj deze proef is een overmaat azijnzuuranhydride gebruikt. Leg uit warom het handig is dat juist deze stof in overmaat is gebruikt Deze moet ik binnen 2 uren inleveren haaha | ||||
GlowMouse | vrijdag 31 maart 2006 @ 08:20 | |||
quote:Ghehehehehehehe! 5. Anders verlaagt de molariteit van de stoffen in de oplossing, en zal de pH dichter bij 7 komen te liggen. 7. Wat voor experiment heb je uitgevoerd, en wat voor functie heeft azijnzuurhydride daarbij? | ||||
SNArky | vrijdag 31 maart 2006 @ 09:04 | |||
quote:Met een indicator die van kleur verandert onder pH 7? (Moet je ff opzoeken in je binas). | ||||
PescaPallaMarcusManu | vrijdag 31 maart 2006 @ 10:40 | |||
quote:5. zal wel bepaalde bindingen doen met water 6. Ja ph meter ![]() 7. misschien het goedkoopst ![]() gaat t over sterke/zwakke zuren etc?? | ||||
alyel | zaterdag 1 april 2006 @ 11:19 | |||
Ik kom hier niet uit; In de periode 1980-2000 is het aantal kilometers autosnelweg met geluidsschermen in Nederland vernegenvoudigd. Ga uit van een exponentiële groei. Bereken het groeipercentage per jaar. | ||||
alyel | zaterdag 1 april 2006 @ 11:20 | |||
Ik kom hier niet uit; In de periode 1980-2000 is het aantal kilometers autosnelweg met geluidsschermen in Nederland vernegenvoudigd. Ga uit van een exponentiële groei. Bereken het groeipercentage per jaar. | ||||
keesjeislief | zaterdag 1 april 2006 @ 11:33 | |||
quote:Groeifactoren vermenigvuldigen zich, als een bepaalde grootheid verdubbelt per jaar (*2), dan verviervoudigt het per 2 jaar (*2*2=*22) en verachtvoudigt het per 3 jaar (*2*2*2=*23). Dus in jouw geval, als g de groeifactor per jaar is dan geldt dat de groeifactor per 20 jaar gelijk is aan g20, oftewel g20 = 9 => g = 91/20 = .... Om dan van groeifactor naar percentage om te rekenen doe je simpelweg (g-1)*100% = ... [ Bericht 0% gewijzigd door keesjeislief op 01-04-2006 11:42:18 ] | ||||
alyel | zaterdag 1 april 2006 @ 11:37 | |||
ah ok bedankt! ![]() | ||||
Doderok | zaterdag 1 april 2006 @ 11:40 | |||
quote:exponentiële groei: dus een constant groeipercentage. stel P= groeipercentage, dan is (1+P/100)20=9 1+P/100=9(1/20)=1.116 P=11.6 denk ik... edit: wat keesjeislief zegt.. (eerst refreshen voordat ik antwoord...) | ||||
alyel | zaterdag 1 april 2006 @ 15:25 | |||
Ik snap echt heel weinig van het hoofdstuk waarmee we nu bezig zijn met wiskunde. (zeg ik maar ff alvast want ik heb nog veel te vragen ![]() Een hoeveelheid neemt per week met 180% toe. Hoeveel procent is de toename per dag? | ||||
GlowMouse | zaterdag 1 april 2006 @ 15:30 | |||
quote:Noem de toename per dag g. Er geldt: g^7 = 1,8 (of 2.8, afhankelijk van hoe je het leest). Vervolgens los je het op op dezelfde manier als hierboven. | ||||
teletubbies | zaterdag 1 april 2006 @ 16:32 | |||
quote:bedankt voor je code! alleen één ding: moet je dit weer in een apart bestandje zetten heet bijv. search.php ?? en je maakt een html pagina aan met een inputveld genaamd zoek? en dan met een code verwijzen naar die php pagina ???/ ik zag ook wat search engines op internet die je kunt installeren op je web... wat vind je van dit ideE?! | ||||
Doderok | zaterdag 1 april 2006 @ 17:19 | |||
quote:Effe dezelfde uitleg van keesjeislief, maar uitgebreider, met andere getallen ![]() Stel dat je je een kolonie bacteriën hebt, en die vermeerderen elke dag met 20%. Je begint bvb met 1 gram, dan heb je na één dag 1.2 gram. Eén dag later is er weer 20% bijgekomen, maar 20% van 1.2 gr niet van 1 gr maw 0.24 gr. In totaal heb je dus na twee dagen 1.44 gram. 20% bijtellen komt overeen met vermenigvuldigen met 1.20 (1% bijtellen komt overeen met *1.01 enz...) Als je wil weten hoeveel je bekomt na een week, dan moet je zeven keer 20% bijtellen, maw 7 keer vermenigvuldigen met 1.20 of vermenigvuldigen met 1.207 = *3.58 In je vraag heb je een toename met 180% . Ik neem aan dat men bedoelt dat er 180% bij komt, dus de oorspronkelijke hoeveelheid van 100% wordt na een week 100%+180%=280% = vermenigvuldiging met 2.8 je bent dus op zoek naar een waarde x zodat x7=2.8 dan is x=2.81/7 = (rekenmachine) 1.158 De dagelijkse toename is dus 15.8% | ||||
GlowMouse | zaterdag 1 april 2006 @ 17:40 | |||
quote:Dat kan ja. Als je je er een beetje in verdiept kan het ook anders. quote:Zie dit voorbeeld. Werkt denk ik niet optimaal. | ||||
Gunmen | zaterdag 1 april 2006 @ 18:14 | |||
. [ Bericht 99% gewijzigd door Gunmen op 01-04-2006 19:00:56 (Dit bericht kan weg) ] | ||||
Gunmen | zaterdag 1 april 2006 @ 18:59 | |||
. [ Bericht 0% gewijzigd door Gunmen op 01-04-2006 19:00:31 (Dit bericht kan weg) ] | ||||
s0k | zondag 2 april 2006 @ 12:42 | |||
N = 1500 log (2t +4) - 50t hoe maak je daar een afgeleide van? Iets met dx/dy= du/dy x du/dx Maar hoe zit dat dan met die -50t? | ||||
Nijna | zondag 2 april 2006 @ 12:55 | |||
Omdat het hier beter op zn plaats is maar even een kopie van mijn eerdere OP. Ik heb een soort raadseltje waar ik niet uitkom... Wie kan me op weg helpen... Er moet volgens mij gewoon een manier zijn om het op te lossen, maar mn wiskunde kennis is zo danig ver weggezakt dat ik het op dit moment niet kan bedenken. Om nou te zorgen dat ik er niet de hele nacht over na hoef te gaan liggen denken, hoop ik dat iemand me op weg kan helpen. Dit is het raadsel. Ik heb 5 dozen en die heb ik per 2 gewogen. Ik heb alle combinaties gemaakt en er zijn dus 10 uitkomsten. Dit zijn de gewichten per 2 dozen: 228 kg 230 kg 236 kg 238 kg 242 kg 244 kg 246 kg 250 kg 252 kg 258 kg Nu moet ik erachter zien te komen hoe zwaar de zwaarste doos is... HELP | ||||
Nijna | zondag 2 april 2006 @ 12:56 | |||
Dat de zwaarste 2 samen 258 kg wegen en de lichtste 2 samen 228 kg wegen dat hebben we al bedacht (dat was ook nog niet zo heel moeilijk) | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 12:57 | |||
Even kijken, je weet iig dat 228 het gewicht van de som is van de lichtste doos en de een-na-lichtste doos. En dat 258 de combinatie van de zwaarste en een-na zwaarste doos is. De som van de tien gewichten is 2424, waarin elke doos 4 keer voorkomt (nl. in combinatie met elke andere doos), dus de som van het gewicht van de 5 dozen is 2424 / 4 = 606. | ||||
-jos- | zondag 2 april 2006 @ 13:05 | |||
quote:Dus de middelste doos weegt 120 kg | ||||
-jos- | zondag 2 april 2006 @ 13:06 | |||
quote: | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:18 | |||
quote:De twee lichtste dozen zijn beiden dus minder dan 120 kilo, de twee zwaarsten allebei meer. Dat wil zeggen dat alle gewichten die kleiner zijn dan 2 * 120 = 240 kilo, in ieder geval 1 van de twee lichtste dozen bevatten, en alle gewichten groter dan 240 kilo iig een van de zwaarste dozen bevat. | ||||
dikkedorus | zondag 2 april 2006 @ 13:20 | |||
quote:Die -50t mag je gewoon apart doen aangezien diffentieren lineair is. (Ik hoop dat ik het goed zeg) Het antwoord is dus <afgeleide van log gedeelte> - 50 | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:20 | |||
Het lijkt me trouwens aannemelijk dat het 2-na-kleinste gewicht (230) een combinatie is van de lichtste doos met de middelste doos? Dat zou betekenen dat de lichtste doos 230 - 120 = 110 kilo is. Idem voor het een-na-zwaarste gewicht (258), dat moet een combinatie zijn van de middelste en de zwaarste doos, dus de zwaarste zou dan 258 - 120 = 138 wegen. | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:24 | |||
We weten dan dat de dozen A t/m E (A = lichtste, E = zwaarste) in de volgende combinaties voorkomen: 228 kg = A + B 230 kg = A + C 236 kg 238 kg 242 kg 244 kg 246 kg 250 kg 252 kg = C + E 258 kg = D + E | ||||
Nijna | zondag 2 april 2006 @ 13:28 | |||
quote:Dit lijkt me niet helemaal logisch, omdat die zwaarste doos dan vaker gebruikt is dan in alle combinaties 1 keer... je hebt ook nog B en C, B en D, C en D. Daar komen zowel de zwaarste als de lichtste doos niet aan te pas... | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:29 | |||
quote:Ja, je hebt gelijk. Volgens mijn redenatie zou D dan ook 120 moeten zijn, en dat klopt niet. | ||||
Doderok | zondag 2 april 2006 @ 13:29 | |||
a>b>c>d>e a+b=258 a+c=252 voor 250 zijn er twee mogelijkheden: ofwel is dit b+c, ofwel a+d we weten dat b-c=6 geval 1: b=128 c=122 a=130 voor de laagste getallen: c-d=2 ofwel C+D=236, ofwel b+e=236 in het eerste geval is d=117 en c=119 dat voldoet niet aangezien alle cijfers even zijn. als b+e=236 dan is e=108 d=120 nu effe narekenen of alles klopt... en nee, klopt blijkbaar niet ![]() geval 2 hmm, kom ik op 133 125 119 117 111 maar ben effe de draad van m'n berekening kwijt... en dat klopt ook niet , fuck it, eerst douchen ![]() [ Bericht 23% gewijzigd door Doderok op 02-04-2006 13:53:56 ] | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:41 | |||
Ok, even samenvatten van wat we nu zeker weten: (A = lichtste, E = zwaarste) : A + B = 228 C = 120 D + E = 258 | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 13:49 | |||
B kan ten hoogste 120 zijn, dus A is minimaal 228 - 120 = 108. D moet ten minste 120 zijn, dus E is maximaal 258 - 120 = 138. Dus: 108 <= A <= 120 108 <= B <= 120 120 <= D <= 138 120 <= E <= 138 | ||||
-jos- | zondag 2 april 2006 @ 13:54 | |||
Stel: A = 130 Dan B = 128 C= 120 -> dan krijg je: A + C = 250 -> kan wel B + C = 248 -> kan niet STOP Stel: A = 132 Dan: B = 126 C = 120 -> dan krijg je: A + C = 252 -> kan wel B + C = 246 -> kan wel 252 moet er nog uitkomen -> A + D = 252 -> D = 118 D + E = 128 -> E = 110 Volgens mij klopt dit Dus: A = 132 B = 126 C = 120 D = 118 E = 110 [ Bericht 3% gewijzigd door -jos- op 02-04-2006 14:01:54 ] | ||||
HenryHill | zondag 2 april 2006 @ 14:02 | |||
A 110 B 118 C 120 D 126 E 132 Idem hierzo ![]() | ||||
BrauN | zondag 2 april 2006 @ 15:16 | |||
Een selectie bestaat uit 22 voetballers. Er worden er 10 gekozen en 'the selection is done with replacement and the order in which the players are chosen determines their position within the team'. ![]() Sorry voor het Engels, maar zo is het wel het duidelijkst... voor mij dan. Jaap, Henk, Mohammed, Jan-Joost en Stanley maken alle 5 deel uit van de selectie. Wat is de kans dat zij uiteindelijk alle 5 gekozen zullen worden? Ik kan niet bedenken hoe ik het uitreken. ![]() | ||||
Nijna | zondag 2 april 2006 @ 16:41 | |||
Bedankt voor jullie hulp, ik ga eens even kijken als ik teruglees of ik dan ook snap hoe jullie op die 132 zijn gekomen... (dan kan ik het een volgende keer misschien wel zelf ![]() [ Bericht 1% gewijzigd door Nijna op 02-04-2006 16:47:08 ] | ||||
Nijna | zondag 2 april 2006 @ 16:46 | |||
quote:Edit: ik geloof dat ik het wel aardig kan volgen ![]() ![]() | ||||
-jos- | zondag 2 april 2006 @ 16:53 | |||
quote:Volgens mij: 10C5 x 12C5 / 22C10 = 0.309 | ||||
Me_Wesley | zondag 2 april 2006 @ 16:59 | |||
Hoi! Ik had een scheikundig vraagje. We behandelen op dit moment elektrolyse, en nu is het zo dat het rendement lager ligt naarmate je een hoger vermogen gebruikt (de reactiesnelheid gaat wel omhoog). Hoe is dit lagere rendement te verklaren? Ik neem aan dat het iets met het botsende-deeltjes-model te maken heeft, maar dan nog snap ik het niet helemaal.. Bedankt alvast ![]() | ||||
GlowMouse | zondag 2 april 2006 @ 17:05 | |||
quote:Uit het tentamen inleiding kansrekening (22 maart 2006, eerstejaars EOR UvT)? quote:Dan heb je de hypergeometrische verdeling te pakken, en die is zonder terugleggen. Ik snap trouwens niet waarom je bij dit experiment zou terugleggen, je kunt Jaap toch niet 6x opstellen? quote:Je zegt 'naarmate je een hoger vermogen gebruikt'. Dat hogere vermogen kun je op twee manieren verklaren: een hogere spanning of een lagere weerstand. Verder kun je alles natuurkundig verklaren, waarbij je bedenkt dat met I, de stroomsterkte, het aantal electronen is dat zich verplaatst. Bij electrolyse is het een maat voor de reactiesnelheid. Rendement beschouw ik als de verhouding I/P (reactiesnelheid per hoeveelheid energie). In het geval van een hogere spanning is het makkelijk: U/I = R. Dus als R constant zal in het geval van een spanningstoename I met eenzelfde hoeveelheid stijgen. P=U*I, het vermogen stijgt dus het kwadraat van de relatieve verandering van de stroom. Het vermogen stijgt dus harder dan de stroom, dus het rendement neemt af. In het geval van een lagere weerstand is het ook eenvoudig. Denk maar na: lagere weerstand (door meer aanwezige ionen) zorgt bij constante spanning voor een hogere stroomsterkte. P = U*I, waarbij U constant en I stijgt, zal P relatief even hard stijgen. Het rendement, I/P, blijft dus gelijk. [ Bericht 45% gewijzigd door GlowMouse op 02-04-2006 17:23:26 ] | ||||
BrauN | zondag 2 april 2006 @ 17:12 | |||
quote:Geen examen. Wel UvT inderdaad... Antwoord module geeft deze oplossing: 0.042 ![]() Nou ja... ik vraag het anders wel aan een docent ofzo. | ||||
dikkedorus | zondag 2 april 2006 @ 22:06 | |||
quote:Is het niet 5*4*3*2 / 22*21*20*19*18 Aantal goede keuzes / aantal mogelijke keuzes? 3,79x10^-5 | ||||
GlowMouse | zondag 2 april 2006 @ 22:11 | |||
quote:Ik heb er een tijd over na zitten denken (ben achteraf benieuwd naar de oplossing). Deze oplossing leek me niet juist, omdat er dan in de teller sowieso nog een factor 10-boven-5 in moet. En omdat de 5 spelers ook nog op de overige 17 posities kunnen komen, klopt die correctiefactor al niet. | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 11:54 | |||
quote:Niemand? ![]() | ||||
teigan | maandag 3 april 2006 @ 11:58 | |||
Er is een bepaalde hoeveelheid energie nodig om een reactie te laten verlopen... Op het moment dat je er meer energie dan die hoeveelheid instopt, blijft er dus energie over die niet gebruikt wordt.. Dan neemt dus het rendement af.. | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 12:15 | |||
quote:Je stopt er evenveel energie in, maar in kortere tijd. Ik zal mijn vraag verduidelijken: Als je bijvoorbeeld water elektrolyseert. Je 'stopt' er 10000 joule in, waarna je 9 mL waterstofgas hebt verkregen. Dit proces duurt 10 minuten. Stop je die 10000 joule er echter in bijvoorbeeld 6 minuten in, zal je minder waterstofgas hebben, terwijl je evenveel energie hebt verbruikt. Hoe komt dit? | ||||
teigan | maandag 3 april 2006 @ 12:17 | |||
Ik snap wat je bedoelt hoor.. Maar je moet die energie zien als verpakt in pakketjes.... Als het pakketje te groot is, gebruik je niet alles uit dat pakketje.. En wat overblijft is niet genoeg om de reactie verder te laten verlopen.. Je "verliest" dus dan een stukje energie... | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 12:22 | |||
quote:Oke, ik denk dat ik het begrijp ja ![]() En die energie gaat verloren in de vorm van warmte neem ik aan? | ||||
SNArky | maandag 3 april 2006 @ 12:40 | |||
Jup, als er energie "verloren" gaat, gaat dat (bijna) altijd in de vorm van warmte. Officieel is energie altijd behouden (1e hoofdwet van de thermodynamica), maar de entropie (een soort maat voor wanorde), zal altijd groter worden (2e hoofdwet van de thermodynamica). Als je de reactiesnelheid in de limiet naar 0 laat gaan, zal je het maximale rendement bereiken (en die hoeft niet per se 100% te zijn). | ||||
Doderok | maandag 3 april 2006 @ 13:16 | |||
http://www.h2-lab.com/lernen_uk.htmlquote: | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 13:19 | |||
Dankjulliewel! | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 13:30 | |||
Toch nog een vraagje, wat snap het nog niet helemaal. Als je de spanning verhoogt, dan heeft dat toch als resultaat dat er meer elektronen per seconde vrijkomen? Of is de lading van die elektronen dan ook groter? | ||||
GlowMouse | maandag 3 april 2006 @ 13:42 | |||
quote:Je had mijn reactie helemaal over het hoofd gezien ![]() | ||||
Doderok | maandag 3 april 2006 @ 13:44 | |||
quote:ja quote:Niet de lading, wel de energie. (edit: maar één electron zal slechts één watermolecule splitsen, die extra energie wordt niet nuttig gebruikt) Net zoals wanneer je de waterdruk op een tuinslang verhoogt: het debiet zal stijgen (meer liters/min), en de snelheid van het water, dus de kinetische energie van de waterdruppels. [ Bericht 7% gewijzigd door Doderok op 03-04-2006 13:53:22 ] | ||||
Doderok | maandag 3 april 2006 @ 13:48 | |||
quote:twee vragen in één post beantwoorden? ![]() Opkrikken die postcount! ![]() | ||||
Me_Wesley | maandag 3 april 2006 @ 15:18 | |||
quote:Oops ![]() Sorry ![]() | ||||
WyBo | maandag 3 april 2006 @ 17:49 | |||
Bereken de afgeleide functie van: f(x) = 2 / ((ln x) ^ 3) ![]() | ||||
GlowMouse | maandag 3 april 2006 @ 17:55 | |||
quote:Gewoon een toepassing van de kettingregel. Misschien kom je eruit door f om te schrijven tot f(x) = 2 * ln(x)^(-3). | ||||
WyBo | maandag 3 april 2006 @ 17:58 | |||
quote:ja klopt, heb ik al geprobeerd maar ik kom op een fout antwoord uit. k(x) = 2 * ln (x) ^ -3 u=ln(x) u'=1/x y=2u^-3 y'=-6u^-4 k'(x) = -6 / ( x * -6u^4 ) | ||||
GlowMouse | maandag 3 april 2006 @ 18:09 | |||
quote:Je past de kettingregel dus niet goed toe. f(x) = 2 * ln(x)^(-3). u = ln(x) df/dx = (kettingregel) df/du * du/dx = (f differentieren naar u, ofwel d(2*u^(-3))/du; u differentieren naar x, ofwel d(lnx)/dx) -6u^-4 * 1/x = (u weer invullen) -6*ln(x)^-4 * 1/x = (uitwerken) -6 / (x*ln(x)^4) | ||||
WyBo | maandag 3 april 2006 @ 18:56 | |||
quote:ja sorry dat was ik vergeten, dat kreeg ik er op papier ook uit. ik snap het nu al, staat verkeerd in het antwoordenboekje ![]() | ||||
GlowMouse | maandag 3 april 2006 @ 19:00 | |||
Gaf het antwoordenboekje toevallig -6/(xln²(x³))? | ||||
Bioman_1 | maandag 3 april 2006 @ 19:41 | |||
Ik ben met een opgave bezig waar ik niet helemaal uitkom. Misschien dat jullie me wat kunnen helpen. Beschouw het homogene stelsel differentiaalvergelijkingen dy/dx = A*y , y element R2 en A de volgende matrix: A = {{1,1},{-1,-1}} a) Maak een faseplaatje van dit stelsel b) Geef de algemene oplossing van dit stelsel Nu lukt opgave a) wel, maar b) niet. De eigenwaarden van A zijn 0 en 0 (oftwel 0 met multipliciteit 2) Nu zegt mn boek dat geldt y = u*EV1 + v*EV2, Met: EV1 = eigenvector bij eerste eigenwaarde EV2 = eigenvector bij tweede eigenwaarde u = (c1 + c2*t)*Exp[lambda*t] v = c2 * Exp[lambda*t] , met c1, c2 constanten en lambda=eigenwaarde Nu zit het probleem volgens mij bij het vinden van de eigenvectoren. Volgens mij zijn de eigenvectoren (1,-1)T en (0,0)T, maar dat ingevoerd in de bovenstaande vergelijking voor y levert geen goede oplossing. Nu kan ik me van het college nog herinneren dat je iets speciaals moest doen, als je te maken kreeg met eigenwaarde met een hogere multipliciteit dan 1. Maar ik weet dus nie meer wat :S En m'n boek snap ik niet echt. Ik hoop dat jullie me kunnen helpen... | ||||
SNArky | maandag 3 april 2006 @ 20:05 | |||
Hmm, ik kan mijn boek van DVs niet vinden... Je moet even zoeken naar "deficiente eigenruimtes", want daar heb je hier mee te maken. | ||||
Nekto | maandag 3 april 2006 @ 20:23 | |||
Een eigenvector is per defnitie een niet-nul vector: (0,0)T mag dus niet, je zult een andere moeten vinden. (Daar is wel een methode voor, ik kijk of ik die kan vinden.) [edit] Ik heb hier (in z'n algemeenheid). Stel λ is een eigenvector van A (Matrix) met algebraïsche multipliciteit (d.w.z. hoe vaak komt die eigenwaarde voor) q, dan is er een p≤q zodat de dimensie van de kern van (A - λI)p gelijk is aan q. En dat kun je gebruiken om q verschillende en lineair onafhankelijke (want dat wil je ook natuurlijk) oplossingen bij een eigenwaarde λ met algebraïsche multipliciteit q te vinden. Dat geeft dan aanleiding tot de oplossingsprocedure: 1) Zoek de kleinste p zodat Ker(A - λI)p dimensie q heeft. 2) Zoek een basis {v1, v2, …, vn} van Ker(A - λI)p. Dit werkt ook voor complexe eigenwaarden. (Veel gedoe met sinus en cosinus levert dat op). 3) Voor elke vj, 1 ≤ j ≤ q, is er de oplossing: xj(t) = etAvj. In jouw 2-dimensionale geval kan het eenvoudiger: Stel A is een 2x2 matrix met eigenwaarde λ met multipliciteit 2, en stel dat de eigenruimte dimensie 1 heeft, Zij v een niet-0 vector en kies w zodanig dat (A - λI)w = v, dan geldt dat: x1(t) = eλtv x2(t) = eλt(w + tv) samen een fundamentele verzameling van het systeem x' = Ax zijn. (Zie je boek voor uitleg achter de procedure. [ Bericht 13% gewijzigd door Nekto op 03-04-2006 20:39:06 ] | ||||
Bioman_1 | maandag 3 april 2006 @ 21:50 | |||
@ Nekto: ![]() Waarom hebben ze dit tijdens college niet verteld??? Nu heb ik inderdaad een oplossing gevonden, die ook nog klopt ![]() Bedankt !! | ||||
casper23 | dinsdag 4 april 2006 @ 00:23 | |||
Ik zit even in de knoop met een som... het gaat over het toetsen van een hypothese Koffiefabrikant Douwe Egberts beweert dat 20% van nederland zijn koffie drinkt. De concurrent zegt dat het minder is dan 20% en laat het onderzoeken onder 100 personen. Hieruit blijkt dat slechts 15 personen Douwe Egberts drinken. Onderzoek met een toets of dit een significant resultaat is. Neem a (alpha) = 0,05 Tot nu toe antwoord: H0 = 20 % H1 < 20 % normalcdf(.........) .Het is wel / niet significant... | ||||
Metalmeis | dinsdag 4 april 2006 @ 00:27 | |||
Binomcdf(100, 0.2, 15) = 0,128505etc... Dit is groter dan alpha 0,05 --> H0 mag niet verworpen worden. (Klopt ie nu voor jouw idee?) Dit wou ik net bij je andere topic plaatsen, maar toen was er ineens een slotje geplaatst. ![]() | ||||
casper23 | dinsdag 4 april 2006 @ 00:30 | |||
hehe ja dit klopt wel volgens mij.. thanks | ||||
Bioman_1 | dinsdag 4 april 2006 @ 00:32 | |||
Nog even een vraagje over differentiaalvergelijkingen: Bepaal de stroming horend bij dy/dx = A y, met: Nu heb ik gevonden: Maar nu is de vraag: Beschrijf het gedrag van de oplossingen voor x -> oneindig. Heb eigenlijk geen idee hoe ik dat moet verwoorden. Ik zie dat de waarden van de limieten voor x-> oneindig van de matrix-elementen heen en weer springen tussen + en - oneindig, maar wat betekent dat??? | ||||
Metalmeis | dinsdag 4 april 2006 @ 00:32 | |||
You're welcome! ![]() | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 00:46 | |||
quote:Zo je hebt me net ook uit de branding geholpen.. Ik zit precies bij hetzelfde... GVD morgen om 8:15 heb ik em al.. ![]() | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 00:59 | |||
Nee hij klopt niet denk ik volgensmij moet het iets zijn als: 15 mensen van de 100, is 15% normalcdf(-10^99, 0.15, 0.2, ?) | ||||
Metalmeis | dinsdag 4 april 2006 @ 01:04 | |||
quote:Nee, want het gaat bij normalcdf altijd om een linker- en rechtergrens (absolute getallen, dus geen percentages), een standaarddeviatie en een gemiddelde. Die standaarddeviatie heb je sowieso niet, dus met normalcdf schiet je niks op. ![]() | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 01:05 | |||
Wie is er nog wakker en kan me snel in Jip en Janneke taal uitleggen hoe Lisajous figuren gaan? | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 01:06 | |||
quote:Waarom zoek ik het altijd moeilijker op? | ||||
Metalmeis | dinsdag 4 april 2006 @ 01:11 | |||
quote:"Lissajousfiguren ontstaan door een horizontale beweging te combineren met een verticale beweging." Staat in mijn wiskundeboek. ![]() Bijvoorbeeld: X= cos2t Y=sin3t De X-coordinaat wordt bepaald door cos2t, terwijl de Y-coordinaat door sin3t wordt bepaald. Daardoor maakt de Lissajousfiguur van die 'rare' bewegingen. | ||||
Frenkje | dinsdag 4 april 2006 @ 01:31 | |||
Ouch... das alweer lang geleden. Hadden we toch een grafisch rekenmachine voor? ![]() | ||||
GlowMouse | dinsdag 4 april 2006 @ 08:11 | |||
quote:100 is vrij groot, dus de fractie koffiedrinkers is bij benadering normaal verdeeld (mu=10; var = 0.2(1-0.2)/100 H0: mu>= 20%; H1: mu<20% TS: Z = (F-0.2)/wortel(0.2(1-0.2)/100) RR: waarden waarvoor geldt value<-z0.05=-1.645 VAL: (15/100-0.2)/wortel(0.2(1-0.2)/100) = -1.25 Conclusie: H0 wordt niet werworpen, omdat VAL niet in RR ligt. | ||||
Haushofer | dinsdag 4 april 2006 @ 09:52 | |||
quote:Ik ben nog wakker ![]() "Normale grafieken" zijn in de vorm y=y(x), dus je ene coordinaat hangt van de andere af. Lissajous figuren zijn grafieken, waar x en y van een parameter t afhangen. Dit zorgt ervoor dat x en y beide "dubbele antwoorden" kunnen krijgen; dat lukt je bij een grafiek y=y(x) niet. y kan hier dan wel 2 verschillende antwoorden hebben bij een gegeven x, maar x kan niet 2 verschillende y antwoorden geven. Je kunt ze soms ook inmekaar over schrijven: y=x2 is hetzelfde als (x(t),y(t) ) = ( t,t2 ). | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 13:28 | |||
quote:KUT Had je dat niet eerder kunnen uitleggen... deze opdracht heb ik nu overgeslagen op mijn tentamen ![]() | ||||
2Mini | dinsdag 4 april 2006 @ 13:29 | |||
quote:toen was ik al bijna klaar.. gelukkig geen lissajous figuren gekregen.. denk ik ![]() | ||||
-J-D- | dinsdag 4 april 2006 @ 20:21 | |||
tvp | ||||
2Mini | woensdag 5 april 2006 @ 16:26 | |||
Ik heb morgen een Scheikunde titratie practicum. Kan iemand mij handige dingen en tips vertellen? | ||||
GlowMouse | woensdag 5 april 2006 @ 16:44 | |||
quote:- Goed leren wanneer je wel en niet dingen moet drogen, aftikken, etc - Kraantje van de buret aandrukken als je eraan draait (dingen op mijn oude school lekten anders ![]() - De titratie zelf tenminste 2 of 3x herhalen, afhankelijk van hoe goed het de eerste keer lukt | ||||
2Mini | woensdag 5 april 2006 @ 16:48 | |||
quote:Dat zijn die standaard dingen.. Maar echt dingen waarbij je goed moet opletten, of berekeningen die je moet maken.. | ||||
SNArky | woensdag 5 april 2006 @ 20:36 | |||
quote:Ik moest een keer zwavelzuur met mijn mond titreren, dat deed ik iets te enthousiast ![]() Ja, het is zuuuuur ![]() | ||||
Doderok | woensdag 5 april 2006 @ 20:58 | |||
quote:Als je met de mond pipeteert, zorg dan dat je pipet/buret diep genoeg in de vloeistof zit. Heb ooit ontstopper (bijtende soda, NaOH) opgezogen uit een klein bekertje. Smalle rechte buret, nogal dikke vloeistof, je kan/moet dus redelijk hard zuigen. Op het moment dat je beker leeg is en je lucht zit op te zuigen komt het heel wat sneller omhoog. ![]() Ontopic: prakticum handboek doorlezen? Kan je de vragen beantwoorden? ik vond het meestal te veel moeite om bij het studeren oefeningen te herhalen, de formules kennen leek voldoende. Maar op de dag zelf begin je dan te twijfelen "moet ik het volume van de oplossing of van het toegevoegde oplosmiddel gebruiken...", dat soort zaken. [ Bericht 16% gewijzigd door Doderok op 05-04-2006 21:31:16 ] | ||||
2Mini | woensdag 5 april 2006 @ 21:13 | |||
buret, is zon lang ding met een kraan. pipet zijn die kut zuig dingen.. hekel aan.. vooral als je amoniak moet gaan pippeteren! | ||||
Doderok | woensdag 5 april 2006 @ 21:49 | |||
quote:ach ja, 't is lang geleden. ![]() Bedoelde een gegradeerde (?) pipet , waar je dus verschillende hoeveelheden mee kunt afmeten, in tegenstelling tot een volumetrische (?) die enkel voor één vaste hoeveelheid te gebruiken is... | ||||
PescaPallaMarcusManu | woensdag 5 april 2006 @ 23:53 | |||
Is de reactievergelijking van fosforzuur en natronloog dit: H3PO4 + 3NaOH ? 3H2O + 3Na+ + PO43- Of doet de Na en zo niet mee Dat het zo iets wordt (tribune ionen) H3PO4 + 3OH --> 3H2O + PO43- | ||||
GlowMouse | donderdag 6 april 2006 @ 00:02 | |||
quote:Natronloog is een oplossing van Na+(aq) en OH-(aq). In de reactie zul je ze dus los moeten vermelden aan de linkerkant. Vervolgens kun je Na+ links en rechts wegstrepen, zodat je die niet hoeft te vermelden. Je krijgt dan inderdaad je tweede reacties (je was alleen vergeten de lading van het hydroxide-ion te vermelden). | ||||
Doderok | donderdag 6 april 2006 @ 00:06 | |||
quote:Afhankelijk van de hoeveelheid NaOH krijg je volgende vergelijkingen: H3PO4 + 3 NaOH ------> 3 H2O + Na3PO4 H3PO4 + 2 NaOH ------> 2 H2O + Na2HPO4 H3PO4 + NaOH ------> H2O + NaH2PO4 Al weet ik niet wat m'n tegenwoordig als antwoord verwacht. Maar hier vind je een ingevuld examen van bellarmine college (department of chemistry & physics, chem 116 introductory chemistry i - section c, second midterm exam) WordDocument [ Bericht 17% gewijzigd door Doderok op 06-04-2006 00:16:38 ] | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 00:37 | |||
Ik snap het niet meer ![]() | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 00:41 | |||
Ik heb fosfoor shizzle.. moet ik natronloog bijdoen.. En dan heb je zo 3 punten waar het omslaat.. zz dus dat is misschien wat jij typte? Maarrr.. is het nou in (aq) ofniet ![]() Ik ken geen Na3Po4 :| | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 09:52 | |||
quote:Klopt dit wel want Na doet toch niet mee??? | ||||
SNArky | donderdag 6 april 2006 @ 10:09 | |||
Volgens mij zou het moeten zijn: H3PO4 + OH- --> H2O + H2PO4- H2PO4- + OH- --> H2O + HPO42- HPO42- + OH- --> H2O + PO43- Want natrium slaat niet neer met fosfaat e.d. | ||||
teigan | donderdag 6 april 2006 @ 10:58 | |||
ik denk ook dat het het laatste is... Bijna alle natriumzouten zijn goed oplosbaar nl., kijk maar in je binas | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 12:57 | |||
quote:Ik heb zo een proef gedaan je zou twee omslag punten moeten zien, ik zag er maar twee Die 1e twee zijn dan de 1e twee regels denk ik ? En hoe moet je de pH berekenen uit getallen en zo met LOG etc. | ||||
teigan | donderdag 6 april 2006 @ 15:35 | |||
de pH is de -log[H3O+] en omgekeerd kun je dus de [H3O+] berekenen door 10-pH te doen... En als je twee omslagpunten ziet, zul de de eerste twee regels zien. Eerst zal het sterkste zuur worden gedeprotoneerd, dan het op een na sterkste zuur, enzovoorts enzovoorts.. | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 15:53 | |||
Ja ik snap het geloof ik (na 4 uur lange uitleg) -Log (H3O+) = 2,41 10-2,41 = [H3O+] = 0,00389045 concentratie [H3O+] = mol/L 0,00389045 concentratie = 0,00389045 mol /1L 0,00389045 = massa / 98,00 (fosforzuur) massa = 0,38 gram 0,38 gram fosforzuur in 1,0 L cola | ||||
PescaPallaMarcusManu | donderdag 6 april 2006 @ 15:54 | |||
maar hier moet ik er nog grammen fosforzuur van maken toch: H3PO4 + OH-(aq) ? H2O(l) + H2PO4- evenwicht 1 H2PO4- + OH-(aq) ? H2O(l) + HPO42- evenwicht 2 HPO42- + OH-(aq) ? H2O(l) + PO43- evenwicht 3 Evenwicht 1 pH 4.4 bij 3,85 mL 0,04729 M NaOH 3,85 mL ? 0,04729 mmol mL-1 = 0,182 mmol OH- = 1,82 ? 10-4 mol OH- (1000 mL/ 50 mL cola) ? 1,82 ? 104 mol OH- = 3,64 ? 10-6 mol H3O+ Evenwicht 2 pH 8.2 bij 7,69 mL 0,04729 M NaOH 7,69 mL ? 0,04729 mmol mL-1 = 0,359 mmol OH- (1000 mL / 50 mL cola) 3,59 ? 104 mol OH- = 7,18 ? 10-6 mol H3O+ Delen door twee want verloopt in twee ionisatie stappen 7,18 ? 10-6 mol H3O+ / 2 = 3,59 ? 10-6 mol H3O+ | ||||
GlowMouse | donderdag 6 april 2006 @ 16:10 | |||
Uit je notatie krijg ik het idee dat je het echt niet snapt. Het staat er overal erg warrig, en je neemt ergens zomaar aan dat de molariteit van het oxoniumion gelijk is aan de molariteit van fosforzuur. Vervolgens denk je het aantal gram fosforzuur te hebben berekend, en bedenk je dat je dat nog om moet rekenen naar grammen fosforzuur. Verder vermeld je dat het over evenwichten gaat, terwijl je bij de berekening van een volledige reactie uitgaat. Om het voor de lezer enigszins leesbaar te maken, denk ik dat je beter ook kunt vermelden welke gegevens je hebt, en wat je daaruit probeert te berekenen. Voor de leesbaarheid zou het gebruik van sub- en superscript ook veel uitmaken. | ||||
WyBo | vrijdag 7 april 2006 @ 16:50 | |||
Ik kom niet uit deze vergelijking ( ik moest me schamen ) x + ( 4/x ) = 5 alvast bedankt. | ||||
-J-D- | vrijdag 7 april 2006 @ 16:52 | |||
beide kanten met x vermenigvuldigen levert op: x^2 + 4 = 5x en dan x^2 -5x + 4 = 0 (x-1)(x-4)=0 x=1 of x = 4 | ||||
WyBo | vrijdag 7 april 2006 @ 16:52 | |||
quote:ja tuurlijk ![]() | ||||
-J-D- | vrijdag 7 april 2006 @ 17:01 | |||
yw | ||||
2Mini | zaterdag 8 april 2006 @ 01:45 | |||
![]() | ||||
teletubbies | zaterdag 8 april 2006 @ 20:58 | |||
Hoi, ik heb twee vragen over twee vakken: programmeren in visual-dot-net, we hebben binnen kort tentamen en we moeten kunnen werken met klassen. Dus een programma-tje schrijven door ook klassen te gebruiken. Maar daar heb ik nog een beetje problemen mee. Methoden zelf zijn niet zo moeilijk, het lukt wel.. kent iemand een goede nl/en site over klassen gebruiken, defineren, overerving etc..? wiskunde: er wordt gevraagd naar een functie die continu is alleen in x=0. nu is de oplossing bijv: f(x)=0 als x=0 f(x)=x als x element is uit Q* (of Q, ik weet niet meer). waarom continu is als x=0 en niet bij de andere gevallen? is er nog een soortgelijke functie?kan iemand nog een voorbeeld geven [ Bericht 1% gewijzigd door teletubbies op 08-04-2006 21:18:06 ] | ||||
GlowMouse | zaterdag 8 april 2006 @ 22:00 | |||
quote:Op Wikipedia staat een algemene beschrijving. Maar de uiteindelijke implementatie hangt af van de taal die je gebruikt; MS Visual Studio .NET is een verzamelnaam voor enkele verschillende pakketten. quote:Ik neem even aan dat je de definitie van continuïteit kent. Continuïteit in 0 is eenvoudig aan te tonen: Zij ε > 0, neem aan c=0, en neem δ = ε. Zij x in Df, |x-0|<δ. Er geldt: |f(x) - f(0)| = |f(x)| = |x| < ε. Elk willekeurig getal (en dus ook een breuk) kun je volgens mij altijd willekeurig dicht door een andere breuk laten benaderen, dus Q zal het niet zijn. Q* ken ik niet, dus laat ik het hierbij ![]() | ||||
teletubbies | zaterdag 8 april 2006 @ 23:01 | |||
sorry het is visual basic dot net.. Q* gewoon Q zonder het element nul. de vraag was: Create an f (x) that is continuous only at x = 0. antwoord: f(x) = x if x is a fraction, f (x) = 0 otherwise fraction is dus een breuk dus x element uit Q, maar omdat x=0 al is genoemd, geldt dat x element is uit Q*=Q\{0} | ||||
PescaPallaMarcusManu | zaterdag 8 april 2006 @ 23:11 | |||
quote:Nee ik begrijp er inderdaad ook helemaal niks van ![]() | ||||
GlowMouse | zondag 9 april 2006 @ 00:38 | |||
quote:Daar kom ik even op terug, aangezien de functie op irrationale getallen is gedefinieerd. Elke breuk kun je willekeurig dicht door een andere breuk laten benaderen, maar dan zullen er altijd irrationale getallen tussenzitten (rationale en irrationale getallen vormen allebei een 'dense' deelverzameling van de reële getallen). Met andere woorden, voor iedere c in IR, c!=0 bestaat er een ε > 0 waarvoor geldt dat in een delta-omgeving van c zal altijd een irrationaal getal zit waarbij de functiewaarde meer dan ε afwijkt van de functiewaarde in c. De functie is daarom niet continu. Bovenstaand bewijs klopt nog steeds, aangezien de functiewaarden van irrationale getallen gelijk zijn aan de functiewaarde in 0. Het wikipedia artikel over continuïteit is het lezen wel waard, er worden onder andere wat bekende functies genoemd. quote:Deze uitleg is vrij uitgebreid. Maar als je het echt goed wilt leren, kun je niet om een (e-)book en ervaring heen. [ Bericht 2% gewijzigd door GlowMouse op 09-04-2006 00:46:05 ] | ||||
alyel | zondag 9 april 2006 @ 12:22 | |||
In de periode 1955-1965 nam het aantal broedparen van de grote stern in Nederland af met 95%. In de periode 1965 -1985 werd de populatie 12 keer zo groot. Vanaf 1985 is de populatie van de stern redelijk stabiel met 14 000 broedparen. Schat het aantal broedparen in 1955. | ||||
Wackyduck | zondag 9 april 2006 @ 12:27 | |||
B is aantal broed paren: B(1965) = 0.05 * B(1955) B(1985) = 12 * B(1965) B(1985) = 14 000 Schrijf een probleem op zo een manier uit en vul het in, dan rolt het antwoord er wel uit. ![]() | ||||
anuszwam | zondag 9 april 2006 @ 15:24 | |||
Hoe gebruik ik de A b/c toets op mijn rekenmachine? Ik wil van 0.5 1/2 kunnen maken en andersom? Maar hoe doe ik dat? Als ik 0.5 heb staan en ik doe Ans en dan a/b/c dan krijg ik Syn ERROR | ||||
-J-D- | zondag 9 april 2006 @ 15:34 | |||
zo werkt ie ook niet. Als je met 0.5 wil werken, maar dan als breuk en niet als decimaal getal, moet 1 a/b/c 2 intikken. Dan noteert de rekenmachine de breuk 1/2. Switchen tussen decimaal en breuk kan volgens mij niet. | ||||
anuszwam | zondag 9 april 2006 @ 15:47 | |||
Schijnt toch te kunnen... | ||||
GlowMouse | zondag 9 april 2006 @ 16:08 | |||
quote:Van breuk naar decimaal getal lukt vaak wel, maar andersom alleen als het ook als breuk ingevoerd was. Vul je 1 a/b/c 2 in en druk je op '=', kun je via de a/b/c knop vaak wel switchen. Vul je 0.5 in lukt dat niet. | ||||
-J-D- | zondag 9 april 2006 @ 16:09 | |||
Morgen eens rekenmachine van een leerling lenen en uitproberen. Dank je ![]() | ||||
the_jasper | maandag 10 april 2006 @ 20:54 | |||
Ok zit hier met een probleempje ik moet laten zien hoe een programma een rsa code decoderert (publieke sleutel encryptie) je hebt dus: plaintekst = C^d mod n maar als die getallen gigantisch groot zijn, past dat natuurlijk niet in het geheugen maar hoe is dat simpeler te doen, zit naar de getal theorie te kijken maar ik weet niet waar ik moet beginnen ![]() ![]() Waarom o waarom begin ik dan ook aan dit onderwerp als ng'er ![]() ![]() Iig een duwtje in de goede richting plz? | ||||
HenryHill | maandag 10 april 2006 @ 21:02 | |||
quote:Natuurlijk heb je al op de betreffende Wikipedia-pagina gekeken, en dan met name naar de verwijzing naar het "uitgebreid Euclidisch algoritme"... Toch? ![]() --edit-- Sorry, ik zie dat je alleen hoeft te decoderen. In dat geval wil je het verhaal over machtsverheffen door kwadrateren wel lezen denk ik. Helaas bevat de nederlandse variant van deze pagina geen inhoud, dus ik hoop dat je engels goed is. Mocht je er niet uitkomen, dan zien we je wel in dit topic ![]() [ Bericht 26% gewijzigd door HenryHill op 10-04-2006 21:08:51 ] | ||||
thabit | maandag 10 april 2006 @ 21:07 | |||
Euclidisch algoritme heeft hier niets mee te maken. Je moet modulair machtsverheffen. Dat doe je als volgt. Schrijf d binair op, dus d is een som van machten van 2. Reken nu C^(2^k) mod n uit tot en met de hoogste k die in deze schrijfwijze voorkomt. Dit doe je door telkens te kwadrateren en na het kwadrateren gelijk weer mod n reduceren. Dan is C^d mod n het product van geschikte C^(2^k), namelijk die tweemachten die in de binaire schrijfwijze voorkomen. | ||||
the_jasper | maandag 10 april 2006 @ 21:07 | |||
Euclidisch algorithme gaat uit van het berekenen van: xa+yb=ggd(a,b) Sorry dit snap ik ff niet ![]() @thabit: zal het ff bekijken, thanx ![]() | ||||
HenryHill | maandag 10 april 2006 @ 21:47 | |||
Vanuit de google cache: Mathematics of RSA encryption: Exponentiation under a modulus is easier than exponentiation followed by a modulo operation. Let's face it, we're talking about taking very large numbers to very large powers here, and it would be totally easy to choke your computer. So, for an 'easy' example, using numbers big enough to show off the method but small enough to write: Suppose we want to take 299 to the 153rd power, under a modulus of 355. The first thing we do is to note that 153 equals 128 + 16 + 8 + 1 (binary decomposition), and that therefore, 299^153 = 299^128 x 299^16 x 299^8 x 299^1. Now, forgetting for the moment about the scary looking terms on the left, we can compute the one on the far right; it's 299, of course. Under the modulus, it's still 299. But knowing the one on the right, we can compute the one next to it: Doubling the powers by squaring the numbers, and applying the modulus to intermediate results, gives:
so 299^153 mod 355 = (151 x 16 x 146 x 299) mod 355 which looks a whole lot easier. Now, calculating the product and applying the modulus to intermediate results, we get:
so 299^153 mod 355 = 49. And that is how you take a large number to a large power under a large modulus without causing your computer to choke. The constant application of the modulus operation to intermediate results prevents you from having to deal with any number larger than the square of the modulus in any case, and saves you from having to compute a number too big to fit in memory. On ordinary machines, you can't do this type of calculation in hardware registers as we are talking about (often) 1500- bit moduluses; but given any finite modulus, you do have an upperbound for the largest number you'll have to work with. You can code your routines for standard operations on that size number any way you like. | ||||
the_jasper | maandag 10 april 2006 @ 22:10 | |||
thanx beide ![]() Dit is zeker een goed duwtje ![]() Ik kan weer ff vooruit | ||||
dikkedorus | maandag 10 april 2006 @ 22:44 | |||
T)he RSA is old and busted. V)ette Elliptic Curves are new hotness. P)lus Rijndael erbij. | ||||
Mangoworks2002 | dinsdag 11 april 2006 @ 11:58 | |||
Dit is het antwoord op je vraag RealRico: U is de spanning of het potentiaalverschil in V (volt) is, I de stroom in A (ampère) en R de weerstand in Ω (ohm) . | ||||
MrBean | dinsdag 11 april 2006 @ 11:59 | |||
quote:Ja, dat snapt hij ook, maar hij wil die rare afkortingen weten. Wat moet je daarmee Rico? Als je het principe snapt is het toch goed. ![]() | ||||
RealRico | dinsdag 11 april 2006 @ 12:00 | |||
Iedereen kent de wet van Ohm wel. U=I*R R -> staat voor Resistant I -> staat voor Influence U -> staat voor ..... Weet iemand weer de U voor staat? Resistant Influence U..... | ||||
RealRico | dinsdag 11 april 2006 @ 12:03 | |||
quote:De jongens uit mijn klas moeten een soort enceclopedy maken over electro. | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:04 | |||
Onzin om daar afkortingen in te willen zien. Vroeger was het V=IR, nu wordt meestal U=IR gebruikt. R is weerstand, I is stroomsterkte en V is spanning. | ||||
nerd4sale | dinsdag 11 april 2006 @ 12:05 | |||
Misschien een U omdat de V al op was (voor snelheid, v). Of misschien werden in de tijd dat de spanning ontdekt werd alle wetenschappelijke werken nog in het Latijn geschreven? Het Latijn gebruikt dezelfde letter voor V en U. Ik heb trouwens ook een beetje mijn twijfels over Influence. | ||||
rezjeh | dinsdag 11 april 2006 @ 12:08 | |||
quote:hoofdletter V is een eenheid, in de formule staan enkel grootheden. U is de grootheid van V. | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:10 | |||
Ja, sommige afkortingen kun je wel op het Latijn terugvoeren, v voor v[elocitas], en de onbekende in de wiskunde x komt echter via het Spaans uit het Arabisch, van het woord sjaj (dat ding/iets betekent), uit de tijd dat de x nog als 'sj' werd uitgesproken in het Spaans (Denk aan Don Quixote). Dus het zijn vaak wel (ad-hoc) afkortingen, maar er is ook vaak genoeg niet zo’n direct verband (alhoewel die R weleens als afkorting gekozen zou kunnen zijn). Verder zijn letters vaak genoeg ‘op’ in Natuurkunde, zoveel letters zijn er immers niet. ![]() | ||||
Mangoworks2002 | dinsdag 11 april 2006 @ 12:10 | |||
Misschien Usage? Usage = Resistance * Influence? | ||||
RealRico | dinsdag 11 april 2006 @ 12:11 | |||
quote:Dan houden we het op: Undifiend | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:11 | |||
quote:En dan heb je nog het verschil tussen cursief en rechtop, een verschil dat het verschil maakt tussen V en V. Grootheden staan meestal cursief, eenheden rechtop. (F=m•a), maar F is Farad. Alhoewel je hier ook met vectoren en vette letters kunt werken. Enfin. De F wordt hoe dan ook als grootheid en eenheid gebruikt.) | ||||
Mangoworks2002 | dinsdag 11 april 2006 @ 12:15 | |||
http://en.wikipedia.org/wiki/Electrical_resistance formule is V=R*I opgelost.. | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:16 | |||
quote:Misschien Utter-nonsense = Rambling * Ill-informed? | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:18 | |||
quote:Maar, bij http://en.wikipedia.org/wiki/Ohm's_law staat dat ook U en E gebruikt worden. | ||||
I-1 | dinsdag 11 april 2006 @ 12:20 | |||
Hoi , is dit goed wat ik hier doe? -(-2p - 3q - (-2p - 3q - (-2p -3q) -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q - (-2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q + 2p + 3q - 2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q) = 2p - 3q + 2p + 3q - 2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q = 2p - 3q | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:35 | |||
quote:Van regel 3 naar 4 vergeet je van de -3q +3q te maken en omgekeerd, waardoor je op 2p - 3q uitkomt, terwijl het volgens mij 2p + 3q is. Zeg dat A = -2p - 3q, dan krijg je: -(A - (A - (A) + A) + A) = -(A - (A) + A) = -A = 2p + 3q. (M.a.w. je kunt al veel eerder beginnen met vereenvoudigen, door tot het laatst te bewaren maak je het jezelf niet echt gemakkelijker). | ||||
I-1 | dinsdag 11 april 2006 @ 12:49 | |||
Hoi, Dus dit is em: -(-2p - 3q - (-2p - 3q - (-2p -3q) -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q - (-2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q + 2p + 3q - 2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q) = 2p + 3q - 2p - 3q + 2p + 3q - 2p - 3q + 2p + 3q = 2p + 3q | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 12:54 | |||
quote:Ja, maar ik zou dan dit doen: -(-2p - 3q - (-2p - 3q - (-2p -3q) -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q - (-2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q ) -2p - 3q) = -(-2p - 3q - (-2p - 3q ) -2p - 3q)= -(-2p - 3q + 2p + 3q -2p - 3q)= -(-2p - 3q ) = 2p + 3q Immers, je ziet al direct dat je kunt vereenvoudigen. | ||||
GlowMouse | dinsdag 11 april 2006 @ 13:05 | |||
quote:Nee, want spanning wordt niet verbruikt. Het vermogen is een maat voor gebruik. Vroeger was het hier ook gebruikelijk om een V te gebruiken, maar tegenwoordig zie je op de middelbare school alleen de U nog terug. | ||||
Mangoworks2002 | dinsdag 11 april 2006 @ 13:53 | |||
quote:en die betekenen in deze allemaal hetzelfde. | ||||
Keileweg-ethicus | dinsdag 11 april 2006 @ 17:36 | |||
Hoe los ik deze vergelijking op? 5-2^(x+1) > 4+1/2 | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 17:53 | |||
quote:5 naar de andere kant: -2^(x+1) > -1/2 Vermenigvuldigen met een negatief getal, teken klapt om: 2^(x+1) < 1/2. 1/2 = 2^(-1), 2^x is strikt stijgend (kunt even de afgeleide nemen, maar dat is vrij logisch): Dus, hoe kleiner de exponent hoe kleiner de functie waarde: We krijgen echter: 2^(x+1) < 2^(-1) Daarom, en nu kunnen we exponenten vergelijken: x+1 < -1 Dus: x < -2. | ||||
yozd | dinsdag 11 april 2006 @ 18:06 | |||
Volgens een moderator moest ik mijn vraag hier posten, want hij vond het Bèta (dit is het m.i. totaal niet, maar moderators wil is wet). Het gaat om het volgende: Ik heb een beetje moeite met de interpretatie van dummy variabelen. Stel ik wil een vergelijking opstellen die er zo uitziet (dit is een heel simpel en dom voorbeeldje, maar goed...) : Y = B + cX1 ; waarbij Y = hoe vaak iemand winkelt per maand B = constante X1 = afstand tot winkelcentrum Ik gooi alles in SPSS en ik krijg er een mooie vergelijking uit (de zwarte lijn in onderstaand figuur waarschijnlijk). Maar stel nu dat er mensen in de dataset zitten die een auto hebben en die het niks uitmaakt hoever ze van de winkel wonen (de rode stippen/cases in onderstaand figuur, de blauwe stippen zijn dan de mensen zonder auto). Dan maak ik een dummy variabele, waarbij iedereen die een auto heeft de waarde '1' krijgt en iedereen zonder auto de waarde '0'. Je krijgt nu: Y = B + cX1 + cX2 ; waarbij Y = hoe vaak iemand winkelt per maand B = constante X1 = afstand tot winkelcentrum X2 = het wel of niet hebben van een auto En hoe interpreteer ik dit nu? cX2 = c (als mensen een auto hebben) of cX2 = 0 (als mensen geen auto hebben). De enige toevoeging van deze variabele is dus een verandering in de 'intercept' van de vergelijking. Krijg je nu als het ware twee vergelijkingen ofzo? Dus: voor mensen met auto: Y = B + c + cX1 (waarbij die eerste c de coëfficient van X2 is, m.a.w. de constante wordt 'groter') voor mensen zonder auto: Y = B + cX1 (X2 verdwijnt, want deze is '0') Samenvattend; ik weet hoe je een dummy variabele maakt en waarom (om niet kwantitatieve data toch mee te kunnen nemen in een regressie), maar ik weet niet precies hoe je de uitkomsten nu interpreteert. Kan iemand me daarmee helpen? Figuur: ![]() | ||||
Keileweg-ethicus | dinsdag 11 april 2006 @ 18:26 | |||
quote:Dank. ![]() | ||||
DatMeenJeNiet | dinsdag 11 april 2006 @ 19:17 | |||
Oke een vraagje.Het gaat over watergolven. Er zijn formules V = λ/T en λ = V * T T= Periode = de tijd die het duurt tussen de passage van twee opeenvolgende golftoppen. λ=golflengte=De afstand tussen twee opeenvolgende golftoppen. V= golfsnelheid. Nu is de vraag: Stel dat een tsunami beweegt met een snelheid van 600 km/h en dat de golflengte 200 km bedraagt. Bereken dan de periode T in uur en daarna in minuten. Ik weet die formule niet(om T te berekenen).. kan iemand mij aub helpen (A)? BVD | ||||
Metalex | dinsdag 11 april 2006 @ 19:55 | |||
v = λ/T --> T = λ/v Dat bedoel je? | ||||
Molluck | dinsdag 11 april 2006 @ 19:59 | |||
Je weet 2 van de 3 gegevens dus kan je de derde onbekende toch uitrekenen? λ=V*T dus T=λ/V | ||||
DatMeenJeNiet | dinsdag 11 april 2006 @ 20:02 | |||
Ow, wacht eens even, dat dacht ik ook maar dan kom ik op 0,0055 minuten uit. Maar is van uur naar minuut keer 60 of delen door 60? Als het keer is, kan het kloppne ![]() | ||||
-J-D- | dinsdag 11 april 2006 @ 20:03 | |||
keer | ||||
DatMeenJeNiet | dinsdag 11 april 2006 @ 20:05 | |||
Oke dan kom ik op 19.8 uit. Dat klopt wel:) bedankt:) | ||||
DaFan | dinsdag 11 april 2006 @ 21:02 | |||
Vraag van een student, maar ik heb geen wiskunde meer en wil het toch graag weten. Hoop dat iemand hier kan helpen ![]() Ik heb een willekeurige formule waarin x het niveau van iets aangeeft. Nu wil ik in een keer uitrekenen hoeveel de som is van het huidige niveau (x dus) en alle voorgaande niveau's tot 1. Ik ben bekend met Sigma, waarin i = 1 en k = x. Maar hoe reken je dat, ouderwets op papier, ook alweer uit? (Waarbij x variabel moet kunnen zijn zonder de lengte van de formule aan te passen!) Eventueel: Wie weet hoe je dat in Excel voor elkaar kan krijgen? | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 21:40 | |||
quote:Je bedoelt b.v. voor x = 10 dat je wilt hebben: 1 + 2 + 3 + 4 + 5 + 6 + 7 + 8 + 9 + 10? Gauss moest dat een keer als straf oplossen, hij deed het zo:
En wilde de som van deze twee rijtjes weten. Dat is dus 2x de som van 1 t/m 10. Zoals je ziet, is dat 10x11. Maar dat is dus 2x te veel. Ergo, het is (10 * 11)/2 in dit geval. In het algemeen is de formule dus: x * (x + 1) / 2, ofwel 1/2x^2 + 1/2x. Of (x^2 + x)/2. Wat jij wilt. ![]() | ||||
DaFan | dinsdag 11 april 2006 @ 21:49 | |||
quote:Voor zover vast bedankt, maar zeg de formule voor y is
Is de hele formule dan x is jouw voorbeeld? | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 21:50 | |||
Hoe kom je nu aan y? Wat stelt y voor? | ||||
Agiath | dinsdag 11 april 2006 @ 21:52 | |||
tvp ![]() | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 21:55 | |||
Even voor de duidelijkheid, wat je nu hebt is:
| ||||
DaFan | dinsdag 11 april 2006 @ 21:56 | |||
quote:De uitkomst van een formule, zoals altijd. Of hoe jij wilt, f(x). Ik zal even uitleggen waar het voor is. De formule om uit te rekenen wat de kosten zijn voor een bepaald 'gebouw' is:
Ik kan dus zo uitrekenen wat de kosten zijn van, zeg, niveau 20. Maar hoe kom ik dan aan de som van niveau 1 tot en met 20 ? Nou ik het zelf typ: Dus die formule, en dan voor x = 1 + x = 2 + .... + x = 19 + x = 20 x = 20 + x = 19 + .... + x = 2 + x = 1 en dat delen door 2? | ||||
Nekto | dinsdag 11 april 2006 @ 22:02 | |||
Ah, nee, dat is lastiger, ik dacht dat je simpelweg wilde optellen. Maar wat jij wilt is dus:
En daar is niet zo een twee drie een algemene formule voor te geven, eigenlijk alleen als f(x) een lineaire afbeelding is. (d.w.z. f(a) + f(b) = f(a+b)) en je kunt makkelijk zien dat dat hier niet het geval is, dus je zult inderdaad met Excel iets moeten bedenken, maar Excel ken ik niet. | ||||
DaFan | dinsdag 11 april 2006 @ 22:04 | |||
quote:Ja had het denk ik wat beter moeten toelichten. Dan duik ik maar weer eens in Excel. Toch erg bedankt voor je moeite ![]() | ||||
I-1 | woensdag 12 april 2006 @ 11:41 | |||
wie kan mij helpen met het oplossen van deze:quote:Als het kan ook even met de uitleg erbij ... Dit is wat ik tot nu toe heb: quote: [ Bericht 32% gewijzigd door I-1 op 12-04-2006 11:57:12 ] | ||||
GlowMouse | woensdag 12 april 2006 @ 13:03 | |||
quote:Behalve dat het middelste deel je denkstapjes aangeeft en dus ongelijk is aan wat er boven- en onderaan staat (het =-teken hoort er dus niet), geldt inderdaad dat 3(2p – 3q – 4) = 6p - 9q - 12. Maar wat is verder de bedoeling? | ||||
DaFan | woensdag 12 april 2006 @ 13:05 | |||
Maar net als GlowMouse snap ik niet waar je heen wil? | ||||
GlowMouse | woensdag 12 april 2006 @ 13:12 | |||
quote:Waar staat dat de vergelijking gelijk moet zijn aan 0? Je zegt nu eigenlijk: 3(2+5) = 6+15, dus 6=15. | ||||
DaFan | woensdag 12 april 2006 @ 13:15 | |||
quote:Ja goed punt. Maar als je een vergelijking gaat oplossen is eerst gelijkstellen aan nul wel zo makkelijk. Tis voor mij ook al 4 jaar geleden ![]() | ||||
I-1 | woensdag 12 april 2006 @ 14:23 | |||
Hoi, volgens mij is dit gewoon het antwoord en ik denk veel te moeilijk 2.14-c 3(2p – 3q – 4) = 3 ∙ 2p + (3) ∙ -3q + (3) ∙ -4 = 6p - 9q -12 | ||||
Nekto | woensdag 12 april 2006 @ 14:36 | |||
quote:Ja, dat is een vereenvoudiging, maar, wees duidelijk wat je wilt doen. Vraag b.v.: Hoe vereenvoudig ik dit? Nu denken mensen dat er een bepaalde ‘p’ en ‘q’ gevonden moet worden zodat het klopt. | ||||
the_jasper | woensdag 12 april 2006 @ 22:37 | |||
hoe kan ik laten zien hoe rsa precies werkt ik moet dus laten zien waarom niet het hoe dit ben ik tegengekomen: http://www.di-mgt.com.au/rsa_theory.html wat moet ik nou bewijzen? hier proberen ze m = cd mod n, 0 ≤ m < n te bewijzen waar is e gebleven? op http://nl.wikipedia.org/wiki/RSA_%28cryptografie%29 staat weer iets totaal anders ![]() het gaat dus om de stellingen van fermat en euler en hoe ze de theorie onderbouwen god ik verdrink hierin ![]() | ||||
HenryHill | woensdag 12 april 2006 @ 22:50 | |||
Waarom RSA werkt: In grote lijnen is het voordeel van RSA dat het werkt met concepten als een publieke en een geheime sleutel, waarbij A het bericht specifiek voor jou kan encrypten met zijn geheime sleutel en jouw publieke sleutel, en dus alleen jij het kan decrypten met jouw geheime sleutel en zijn publieke sleutel. Er is dus geen uitwisseling van keys nodig (wat bijvoorbeeld bij DES of 3DES wel het geval is). Dan waarom het werkt: in het algemeen is geen enkele encryptiemethode veilig (als je er maar genoeg rekenkracht tegenaan gooit dan is het brute-force wel te kraken), maar het kan wel unfeasible zijn (dwz zeer lastig cq. praktisch onmogelijk om te kraken). RSA is unfeasible door het gebruik van de modulo, die ervoor zorgt dat de formule zich als een zogenaamde 'trap-door'-functie gedraagt: als je de invoerwaarden (publieke en geheime sleutel) kent, dan is het een eitje om het bericht te decoderen, maar als je de publieke sleutel niet kent, dan zorgt de modulo ervoor dat elk getal wat de geheime sleutel kan zijn, een even grote kans heeft om de juiste te zijn. Ergo: er zit niets anders op dan alle mogelijke geheime sleutels uit te proberen om te hopen de juiste tegen te komen. En dat is unfeasible. | ||||
the_jasper | woensdag 12 april 2006 @ 23:12 | |||
quote:behalve natuurlijk als er een snellere manier wordt gevonden om p en q uit n te halen. (eenerzijds quantum computers anderszijds een nieuw algorithme). Daarom wordt rsa ook afgeraden voor langetermeinsgeheimen ![]() het grote probleem voor mij is nu: je berekent n, e en d iemand geeft je een berichtje b versleuteld tot C met de publieke sleutel { e , n } C = b ^ e mod n n = eigenlijk p * q en 0 < b < n vervolgens sleep je hetzelfde berichtje (b) er weer uit met b = C ^ d mod n C ^ d mod n = b ^ (e * d) mod n = b ^ (e * d) mod p en b ^ (e * d) mod q = b ^ (e * d) mod (p * q) volgens de theorie maar hoe zit dat met e en d ? e * d = 1 + k(p-1)(q-1) lees ik overal, maar hoe maakt het het mogelijk dat hetzelfde getal er weer uit komt | ||||
thabit | woensdag 12 april 2006 @ 23:18 | |||
Het idee is dat je d niet makkelijk uit e kunt berekenen als je alleen n kent maar niet p en q. | ||||
thabit | woensdag 12 april 2006 @ 23:32 | |||
Een ander ingredient is de kleine stelling van Fermat. Zij p een priemgetal, en a een geheel getal niet deelbaar door p. Dan is a^(p-1) = 1 mod p. Als nu b niet deelbaar is door p, dan is dus b^(ed) = b^(1+k(p-1)(q-1)) = b * b^((p-1)(q-1)k) = b * 1^((q-1)k) = b mod p. Evenzo b^(ed) = b mod q, mits b niet deelbaar is door q. De grap is dat dit ook nog geldt als b wel deelbaar is door p of q. Er staat dan immers gewoon 0 = 0 mod p (resp q). Een ander ingredient is nu de Chinese Reststelling, die ik hier in versimpelde vorm zal geven. Als x=y mod p en x=y mod q, waarbij p en q verschillende priemgetallen zijn, dan is x=y mod pq. Dit is zo omdat x-y deelbaar is door zowel p als q en we eenduidige ontbinding in priemfactoren hebben, dus x-y deelbaar door pq. Combineer je deze twee ingredienten, dan zie je b^(de)=b mod n. | ||||
the_jasper | woensdag 12 april 2006 @ 23:44 | |||
quote:thanx ![]() een zeer heldere uitleg hier kan ik zeker wat mee ![]() Ook heel erg bedankt HenryHill ![]() Jullie hebben beide wiskunde gestudeerd? | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 00:18 | |||
quote:Eerst de formule zelf wat vereenvoudigen, dan de som opschrijven, vervolgens zoveel mogelijk buiten de som schrijven, en vervolgens de formule voor de meetkundige rij toepassen: 60*(1-1,5^i)/(1-1,5) = -2*(60 - 60*1,5^i) som(i = 1 t/m x) (60 - 60*1,5^i) / -0.5 = -2 * som(i = 1 t/m x) (60 - 60*1,5^i) = -2 * (60x - som(i = 1 t/m x) (60*1,5^i)) = -2 * (60x - 60*som(i = 1 t/m x) (1,5^i)) = -2 * (60x - 120*(1,5^(x+1) - 1,5) = 240*1,5^(x+1) - 120x - 360 | ||||
DaFan | donderdag 13 april 2006 @ 00:23 | |||
quote:Die laatste is dan de algemene formule? | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 00:30 | |||
quote:Alles waar een =-teken tussenstaat is hetzelfde. Onhandig trouwens van me om bij de factor -2 de distributiviteitswet niet direct toe te passen. | ||||
DaFan | donderdag 13 april 2006 @ 00:32 | |||
quote:Ja die wet hou je maar ff voor je, ik ben al blij ![]() | ||||
Tomhoog | donderdag 13 april 2006 @ 12:59 | |||
kom mij helpen ![]() Ik heb getitreerd en vastegesteld hoeveel ml ik nodig had om tot het omslagpunt te komen 9,12 ml was het antwoord. op 0,1 mol HACl als goed is. HAc + OH--->H2 ![]() H++ OH---> H2O stel je hebt 9,12 ml 0,1mol NaOH- nodig 9,12 ml *0,1=0,912 mm OH- [H+]=0,912mml/10mL [H+]=0,912 ml / 10 L= 0,0912 mol L-1 pH= - log 0,0912 pH=1,040 Dit klopt niet.. Iemand zei dat het ook meerwaardig kon zijn maar wat houdt dat in?(er zijn dus meerdere H+-jes Het kon ook zijn dat het een wijnsteenzuur was? Ik zoek wel, maar ik ben echt niet zo goed in scheikunde. | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 13:52 | |||
Millimol kort je af tot mmol, niet tot mm (millimeter). Daarnaast zie je 'HACl' als molecuulformule, terwijl het een afkorting is. H4NOCl is wel de juiste molecuulformule. Je spreekt jezelf ook al tegen door te spreken over 'HACl' en 'HAc'. Hoort die C dan bij de l of bij de A? Stel vervolgens een reactievergelijking op (waarmee heb je getitreerd? NaOH- bestaat niet), bekijk de molverhouding, en je hebt weer een standaardsommetje zoals je die hebt leren oplossen. Verder heb je het over 'het omslagpunt'. Het gaat hier om een zuur dat vier protonen af kan staan, zodat je niet kunt spreken over 'het omslagpunt'. | ||||
Tomhoog | donderdag 13 april 2006 @ 14:07 | |||
oke. Je hebt een evenwicht als je dit zuur oplost: HZ + H2O -> Z- + H3O+ De evenwichtsconstante van deze reactie is dan: ([Z-][H3O+])/[HZ] = Kz werd mij net verteld op het forum. Kan je me nu verder helpen | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 14:08 | |||
quote:Je vertelt me niks nieuws en inhoudelijk reageer je niet op mijn reactie. Het antwoord is dus nee. | ||||
Tomhoog | donderdag 13 april 2006 @ 14:10 | |||
Misschien omdat ik scheikunde niet goed kan en hoe moet ik erop reageren. Door te zeggen dat je gelijk hebt en dat ik weer een 'standaartsommetje' heb volgens jou. Dit is de eerste keer in me leven dat ik titreer en jij zegt dat ik gelijk alles moet weten.. stel je niet aan man -- maar ik zal proberen de vergelijking te maken zoals jij zegt. hoewel het blijkbaar nutteloos is als het wijnsteenzuur is | ||||
Tomhoog | donderdag 13 april 2006 @ 14:15 | |||
H2SO4 ---> 2H+ +SO42- H3PO4 ---> 3H+ + PO43- en volgens mij was het de bovenste dit is het niet ![]() | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 14:20 | |||
quote:Oefenen is het advies. Van het lezen van het antwoord leer je niet. quote: ![]() Titratie of niet, het opstellen van een reactievergelijking is toch niet zo moeilijk? Vervolgens moet je nog even weten welke gegevens je door titratie verkregen hebt (wat heb je gemeten? welke waarde heb je gemeten?), en je krijgt weer een standaardopgave. Zolang je niet vermeldt welke stoffen er allemaal aanwezig zijn en welke gegevens je precies hebt gemeten, een zinnig antwoord niet gegeven kan worden. quote:Wijnsteenzuur of HACl, dat is nogal een verschil. | ||||
Tomhoog | donderdag 13 april 2006 @ 14:29 | |||
quote:Sk is geen wi voor mij quote:wijn getitreerd = dus onbekend opzich 10 ml in een erlenmeyer NaOH heb ik erbij gedaan met mol 0.1 ik kwam uit op 9,12 ml NaOH wat ik erbij heb gedaan. Wat ik dacht is dat je dit doet: 9,12 ml *0,1=0,912 mm OH- [H+]=0,912mml/10mL [H+]=0,912 ml / 10 L= 0,0912 mol L-1 pH= - log 0,0912 pH=1,040 maar dat is dus niet zo, dan zeg jij dat ik een vergelijking moet maken. quote:dat bedoelde ik dus dat als het wijnsteenzuur is dat het heel wat anders is .. | ||||
Litso | donderdag 13 april 2006 @ 16:05 | |||
Omdat dit vraagstuk ook in een ander topic bezig was, even de laatste vraag van de TS: (uit scheikundigen quote: | ||||
2Mini | donderdag 13 april 2006 @ 16:29 | |||
Wie heeft ooit elektriciteit bij natuurkunde gekregen met het verhaal van de kabouters en rugzakjes met boterhammen? Mijn natuurkunde leeraar wilt het niet uitleggen, hij zegt dat het kinderachtig is ![]() | ||||
DaFan | donderdag 13 april 2006 @ 16:34 | |||
quote:Als in: Voltage is het aantal kabouters en Ampére is de grootte van de rugzakjes? | ||||
nerd4sale | donderdag 13 april 2006 @ 16:47 | |||
quote:Ja, dat deed mijn natuurkundeleraar ook, toen er nog mensen waren die het na drie keer op een andere manier uitleggen nog niet snapten. | ||||
nerd4sale | donderdag 13 april 2006 @ 16:48 | |||
quote: ![]() | ||||
the_jasper | donderdag 13 april 2006 @ 17:51 | |||
quote:Die van mij deed het met lege en volle railwagons maar het klopt in principe niet de elektronen rennen niet door de draad heen hoe zou je anders wisselstroom uitleggen ![]() Maar dat is niet zo heel belangrijk voor na1 | ||||
GlowMouse | donderdag 13 april 2006 @ 18:12 | |||
quote:Hierboven heb ik je vorige post herschreven zodat het er duidelijker staat. Zonder duidelijke formulering en eenheden heb je zelf ook geen idee wat je aan het doen bent. Tevens heb ik een scheiding aangebracht met ~~~~~~ om aan te geven vanaf waar het fout gaat. Je gaat namelijk uit van een sterk zuur. Je enige conclusie die je tot nu toe mag trekken, is dat er 0,912 mmol H+ is gereageerd. Dus aanwezig is (0,912/6=)0,152mmol wijnsteenzuur (omdat er per molecuul wijnsteenzuur 6 waterstofatomen zitten). Nu weet je hoeveel mol wijnsteenzuur in de 10mL oplossing zat. Vervolgens wil je de bijbehorende pH weten. Omdat het geen sterk zuur is, zullen niet alle protonen afsplitsen (daar heb je je standaardsommetje). Er treedt een evenwichtsreactie op: C4H6O6 + H2O <=> C3H6O6- + H3O+ Dan kun je daar de evenwichtsvoorwaarde voor opstellen. Merk op dat in het evenwicht slechts rekening wordt gehouden met een enkel afgesplitst proton. De zuurrest kan vervolgens nog meer protonen afstaan, maar aangezien er al weinig zuurrest is, en de zuurrest nog minder graag protonen afstaat, valt dat te verwaarlozen. ([C3H6O6-] * [H3O+]) / [C4H6O6] = Kz Kz zal ongetwijfeld in Binas staan, maar hier heb ik hem ook: 10-2,98. Noem de hoeveelheid mmol afgesplitste protonen x. Druk vervolgens alle concentraties uit in x, los de vergelijking op, en je weet hoeveel oxoniumionen er in oplossing zitten. Daaruit kun je de pH berekenen. edit: Ik zal hem ook maar verder uitwerken. Het begint met het invullen in de evenwichtsvoorwaarde: x/10 * x/10 / ((0,152 - x)/10) = 10-2,98 dus: x² / ((0,152 - x)*10) = 10-2,98 Oplossen geeft x = 0,03518. maw in het evenwicht is er 0,03518mmol H3O+ in oplossing. pH = -log([H3O+])/log(10) = -log(0,03518/10)/log(10) = 2,5. Let op het eind even op de significantie: was het bijvoorbeeld 0,1M natronloog of 0,10M? [ Bericht 1% gewijzigd door GlowMouse op 13-04-2006 22:11:39 ] | ||||
mrbombastic | vrijdag 14 april 2006 @ 18:49 | |||
Ik ben bezig met een rapport te schrijven in LateX. Daarin wil ik een figuur opnemen aan de rechterkant van mijn pagina naast een stuk tekst. Hiervoor gebruik ik wrapfigure. Dit werkt op zich wel redelijk. Het enige minpuntje is dat de figuur lager begint dan de tekst. Ik wil dus de figuur wat omhoog zetten. Wie weet hoe dat moet? | ||||
Tomhoog | vrijdag 14 april 2006 @ 20:25 | |||
heel bedankt en het was 0,1 ik vind dit dus zo moeilijk ik zit er al best lang aan.. | ||||
whosvegas | vrijdag 14 april 2006 @ 20:45 | |||
Ben bezig met abstracte datatypen en kom steeds de uitdrukking nil tegen, wat betekend nil ![]() | ||||
HenryHill | vrijdag 14 april 2006 @ 20:52 | |||
quote:Waarschijnlijk hetzelfde als "null" (oftewel: geen waarde). O.a. de taal Delphi gebruikt voor pointers die nergens naar toewijzen het keyword "nil". | ||||
whosvegas | vrijdag 14 april 2006 @ 21:47 | |||
quote:Zo'n idee had ik al, maar waarom wordt er dan niet gewoon null gebruikt, zodat je het gelijk begrijpt. ![]() | ||||
Agiath | vrijdag 14 april 2006 @ 21:49 | |||
quote:Wij kregen zo'n soort uitleg met treintjes en wagonnetjes ![]() | ||||
DaFan | vrijdag 14 april 2006 @ 21:57 | |||
quote:In principe is het best een goed grafisch verhaal voor de mensen die zo'n plaat voor hun kop hebben dat ze het na 6x uitleggen niet begrijpen. | ||||
2Mini | vrijdag 14 april 2006 @ 23:37 | |||
Altijd handig als soort ezelsbruggetje.. mocht je een black out krijgen | ||||
GlowMouse | vrijdag 14 april 2006 @ 23:53 | |||
quote:Ik denk dat je het beter kunt uitleggen aan de hand van de wetten van Kirchhoff. Het verschil tussen spanning en stroom is dan direct duidelijk. Helaas is er veel natuurkunde op de middelbare school geschrapt. | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 12:17 | |||
Wat is de primitieve van sin^2 t? Ik kom erop dat sin^2= 0.5 - 0.5 cos(2t), maar ik krijg het niet voor elkaa r om daar de primitieve van te bedenken. En hoe zit het met 2t sin t, daar kom ik al helemaaaal niet uit. (mijn integreervaardigheden zijn weggezakt tot het 0-niveau ![]() | ||||
GlowMouse | zaterdag 15 april 2006 @ 12:50 | |||
Een primitieve van 0.5 - 0.5 cos(2t) is 0,5x - 0,25*sin(2t) (differentieer maar). 2t sin t kun je denk ik het beste doen met de partiele integratieregel. | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 13:11 | |||
Ok, dankjewel. Nog een vraagje dan: wanneer is een integraal exact, en vooral: wat betekent het dat een integraal exact is? Ik heb hier zowel een calculus boek (Stewart) als Advanced Engineering Mathematics (Kreyzig) voor me, maar ik kan er geen touw aan vast knopen. | ||||
HenryHill | zaterdag 15 april 2006 @ 13:43 | |||
quote:Sommige mensen spreken "null" ook uit als "nil", zodat je het verschil kan horen tussen het getal "0" en het keyword "null". ![]() | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 13:57 | |||
Ik moet de integraal van (-1,5) tot (4,3) (3z^2 dx + 6xz dz) evaluaten. Ik heb dat gedaan door de primitieve van 3z^2 dx naar x te nemen (wordt 3z^2 x) en die van 6xz naar z te nemen (ook 3z^2 x) en dan die punten in te vullen. Ik kom alleen niet op de 183 van het antwoord uit. Wat doe ik fout? | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 15:19 | |||
En als ik de dubbele integraal van 0 tot 2 en van 0 tot 4 van (x2 + y2) dx dy moet uitrekenen, gaat er ook al iets mis. Ik doe netjes eerst de binnenste: dat wordt 1/3 x3 dus 64/3 Vervolgens de integraal van 0 tot 2 64/3 dy wordt dus 64/3 y --> 128/3 als antwoord. Maar nee hoor: nu moet het weer 160/3 zijn als antwoord. WAAR gaat het mis?? Tevens een schopje voor mijn vorige vragen | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 15:25 | |||
quote:Goed, deze vraag vervalt ![]() De primitieve van x2 + y2 is natuurlijk niet 1/3 x3 maar 1/3 x3 + xy2. | ||||
Nekto | zaterdag 15 april 2006 @ 15:27 | |||
Ik zie niet helemaal hoe die eerste integraal gaat. (Heb je zelf met die dx en die dz zitten schuiven o.i.d.) Die tweede gaat in in ieder geval zo: int int(x^2 + y^2)dxdy. Nu eerst de binnenste integraal, dat geeft x^2 -> 1/3x^2 en y^2 -> y^x (want y^2 is daar gewoon een constante): dus: int (1/3x^3 + x*y^2|x=0..4)dy Dat vul je in: int(64/3 + 4y^2) dy Dat geeft: 64/3y + 4/3y^3|y=0..2, dus: 128/3 + 32/3 = 160/3. Je vergat dus om die y^2 de eerste keer als constante te behandelen. [edit] Lalala, ik was te laat. Maar ik ben er toch trots op. ![]() | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 15:30 | |||
Nee, ik heb bij ide eerste dus niet zitten schuiven. Tis ook gewoon een enkele integraal, van het punt (-1,5) naar het punt (4,3) en achter het integraalteken staan dan 3z2 dx + 6xz dz. Het is wel gegeven dat de formule exact is. | ||||
Nekto | zaterdag 15 april 2006 @ 15:35 | |||
quote: Nope, dat had met differentiaalvergelijkingen te maken, maar ik zie het verband niet. Exact zou ik in eerste instantie duiden als: Geef oplossingen als sqrt(2) en niet als 1.4; maar hier betekent het waarschijnlijk wat anders, maar ik heb geen idee wat en kan het ook niet vinden. [ Bericht 21% gewijzigd door Nekto op 15-04-2006 15:42:53 ] | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 15:44 | |||
Volgens mij betekent exact hier iets dat ermee te maken heeft dat de curl/rotatie 0 is. Dit is in ieder geval wel het geval hier namelijk. Maar dan moet ik het kreng nog evaluaten ![]() | ||||
Wackyduck | zaterdag 15 april 2006 @ 16:25 | |||
quote:Dit lijkt eerder op een lijnintegraal, dan moet je een pad kiezen om over te integreren. Als er geen pad gegeven is, is het misschien conservatief. En kun je gewoon het begin en eindpunt invullen. Je integraal is dan grad( f) . dr SPOILER | ||||
Quinazoline | zaterdag 15 april 2006 @ 16:28 | |||
Ja, volgens mij is het ook een lijnintegraal. Is dat anders dan? Dat begrijp ik namelijk nog niet helemaal. ![]() En volgens mij had dat exact zijn er iets mee te maken dat het pad er niet toe deed, dus dat dat in dit geval ook niet boeit, welke route je neemt. Even kijken of ik je uitleg snap. edit: Nee, ik snap het niet. Zou je het nog een keer willen proberen? [ Bericht 23% gewijzigd door Quinazoline op 15-04-2006 16:35:36 ] | ||||
DaFan | zaterdag 15 april 2006 @ 16:44 | |||
Wachten op Thabit en je hebt je antwoord ![]() | ||||
Wackyduck | zaterdag 15 april 2006 @ 16:45 | |||
dr = dx i + dy j + dz k grad(f) = df/dx i + df/dy j + df/dz k Als je nu een lijnintegraal Int a->b F.dr hebt, moet je dit over een pad integreren. Als F conservatief is dan is dit te schrijven als de gradiënt van een scalaire functie: F = grad(f) en is de integraalpadonafhankelijk: Int a->b F.dr = f(b) - f(a) N.B. F.dr = Fx dx + Fy dy + Fz dz En als F conservatief is geldt: Fx = df/dx, Fy = df/dy, Fz = df/dz. i, j en k zijn de gebruikelijke eenheidsvectoren. | ||||
Wackyduck | zaterdag 15 april 2006 @ 16:47 | |||
Merk op dat in jouw probleem dus geldt: Fx = 3 z2 Fy = 0 Fz = 6 x z | ||||
thabit | zaterdag 15 april 2006 @ 18:41 | |||
quote:Zo'n integraal van u(x,z)dx + v(x,z)dz heet exact als er een functie F(x,z) bestaat waarvoor geldt dat dF/dx = u(x,z) en dF/dz = v(x,z). Op R2 kun je dit checken door te verifieren dat du/dz = dv/dx. In dat geval is de waarde van de intergraal onafhankelijk van het gekozen pad. Is de integraal niet exact, dan maakt de keuze van het pad nog uit. | ||||
Haushofer | zaterdag 15 april 2006 @ 21:24 | |||
Sommetje over differentiaalvergelijkingen, een 2e graads inhomogene. Die wil ik dus oplossen door een Greenfunction te vinden. Je hebt dus de vorm Ly=p(x)y"+q(x)y'+r(x)y=f(x), x e [a,b] Eerst de homogene oplossen, wat je dan 2 lineair onafhankelijke functies u(x) en v(x) geeft, waarvan je wilt dat u(a)=v(b)=0. De Wronski determinant is dan u*v'-u'v=w(x). De Green-function wordt dan gegeven door G(x,t)= En nou het probleem: y''-y=e-x , y(0)=y(1)=0, dus a=0 en b=1. ( waarbij ' gelijk is aan d/dx ) De homogene vergelijking oplossen geeft je, als je de randvoorwaarden niet meeneemt, u(x)=ex en v(x)=e-x. Maar ik kan niet op een oplossing komen met de gegeven randvoorwaarden...je wilt namelijk dat u(0)=v(1)=0. | ||||
thabit | zaterdag 15 april 2006 @ 23:27 | |||
Gewoon lineaire combinaties nemen, Haushofer. | ||||
achtbaan | zaterdag 15 april 2006 @ 23:52 | |||
27 dV if a cylinder of height 3 changes from r = 2 to r = 1.9. Extra credit: What is dV if r and h both change (dr and dh)? oke de vraag is bereken dV (volumeverandering) als de straal van een cilinder met hoogte 3, verandert van r=2 tot r=1,9. Wat is dan dV als zowel r als h beide veranderen (dus dr en dh)? nu geldt V=pi.r².h dus dV/dr=2.pi.r.h, dV=2.pi.r.h.dr =2.pi.2.3.(2-1,9) etc... dus simpel. de vraag is nu: als zowel dr en dh veranderen. is het boek van thomas nog wat, 5th edition: A complete Book of/for Calculus wel een goeie? Ik kan die van iemand aanschaffen voor 35 euro, is dat wel redelijk? er geldt dV=2.pi.r.h.dr dV=pi.r².dh en dan..? wat moet je doen als twee variabelen veranderen..wat wordt de nieuwe volume? [ Bericht 12% gewijzigd door achtbaan op 15-04-2006 23:57:16 ] | ||||
Wackyduck | zondag 16 april 2006 @ 11:03 | |||
quote:dV = (dV/dr) dr + (dV/dh) dh Is de eenvoudigste aanpak, en waarschijnlijk wat ze bedoelen. In de eerste orde benadering tel je beide eerste orde benaderingen gewoon op. ![]() | ||||
Haushofer | zondag 16 april 2006 @ 13:08 | |||
quote:Daar heb ik idd nog niet eens aan gedacht ![]() a*ex+be-x=0 voor x=1, dus a*e+b/e=0, dus a=-b/e2. Dus v(x)=e-x - ex/e2. En beide oplossingen u en v kunnen nog met een willekeurige constante worden vermenigvuldigt. Bedankt ! ![]() | ||||
achtbaan | maandag 17 april 2006 @ 12:22 | |||
dV = (dV/dr) dr + (dV/dh) dh oke, als r verandert van r= 2 tot r=1,9 dan is dV=2.pi.r.h.dr =2.pi.r.h.-0,1 als h verandert van h=4 tot h=3,9 dan is dV=pi.r².dh=pi.r².-0,1 Stel een cilinder heeft r=10 en h=6 en stel dr=-2 en dh=-3. dan is de eerste inhoud V1=pi.r².h=pi.10².6=600pi tweede inhoud V2=pi.r².h=pi.(10-2)².(6-3)=192pi. de verandering is dan dV=600pi-192pi=408pi. volgens jou moet dan gelden: dV = (dV/dr) dr + (dV/dh) dh =2.pi.r.h.dr/dr+pi.r².dh/dh =(2.pi.10.-2)/-2+(pi.100.-3)/-3=120pi. dat is lang geen 408 pi.. volgens mij jklopt het niet..? | ||||
GlowMouse | maandag 17 april 2006 @ 13:00 | |||
quote:De formule is bedoeld voor kleine stapjes, dan geeft het een goede benadering. In het geval van een cirkel kun je al eenvoudig laten zien dat het niet klopt. Laat de straal bijvoorbeeld veranderen van 5 naar 8. Er geldt: dA = dA/dr * dr = 2πr dr = 30π, terwijl het 39π zou moeten zijn. De oorzaak is dat je r als constante in de differentiaal invult, terwijl hij niet constant is. Het blijkt dat je r precies halverwege moet kiezen voor een nauwkeurige oplossing. Bij verandering van slechts de hoogte komt de hoogte niet meer voor in de differentiaal, zodat die verandering makkelijk is. Bij een cylinder is het nog iets lastiger, omdat je nu zowel de hoogte als de straal verandert. Voor kleine verandering zal de formule een nauwkeurige schatting geven. Voor grote veranderingen moet je de verandering zien als 'eerst de straal, dan de hoogte'. In de formule komt dit tot uiting dat je in (dV/dr)dr de beginhoogte invult en de gemiddelde straal (dus eerst laat je de straal veranderen); in (dV/dh)dh neem je vervolgens de nieuwe straal. dV = (dV/dr) dr + (dV/dh) dh = π(2rh dr + r² dh) = π(2*9*6*-2 + 8²*-3) = -π(216 + 192) = -408π. Andersom kan natuurlijk ook: in (dV/dh)dh neem je de oorspronkelijke straal, en in (dV/dr)dr vul je de nieuwe hoogte in: dV = (dV/dr) dr + (dV/dh) dh = π(2rh dr + r² dh) = π(2*9*3*-2 + 10²*-3) = -π(108 + 300) = -408π. | ||||
JedaiNait | maandag 17 april 2006 @ 18:21 | |||
Ik ben voor een opdracht voor het vak Dynamische Econometrie bezig met het volgende. Ik heb een dataset (met 55 jaarlijkse waarnemingen) die ik wil modelleren mbv een ARIMA(p,d,q) model. De data betreft de bierconsumptie per hoofd van de Nederlandse bevolking. Het modelleren doe ik met behulp van het programma Eviews. Eerst heb ik de orde (d) van integratie bepaald (deze is 1) en nu wil ik de orde van de AR (p) en MA (q) componenten zien te vinden. De methode die ik hiervoor ken is die van Hannan Rissanen. Deze methode werkt als volgt: Eerst regresseer ik AR processen van verschillende orde en vergelijk ik de Akaike Information Criteria (AIC) met elkaar. in Eviews: LS Ddata AR(1) ... AR(15) Van de regressie met de laagste waarde voor de AIC bewaar ik vervolgens de residuen en die gebruik ik om verschillende ARMA processen te schatten. in Eviews: LS Ddata AR(1) ... AR(10) e(-1) ... e(-10) Hier kijk ik naar de Schwartz Criterium (SC) en de regressie met de laafste SC geeft mij de orde van mijn ARIMA model. Nu is het probleem dat ik als resultaat een ARIMA(7,1,8) model vind. Gezien het feit dat ik jaarlijkse data heb en ik geen enkele reden zie waarom er een soort van 7 jarige invloed zou zijn, heb ik het vermoeden dat ik iets verkeer doe. Iemand ervaringen met soortgelijke problemen? Mij vragen zijn dus: 1. voer ik de methode goed uit? 2. is een ARIMA(7,1,8) model 'economisch' verklaarbaar bij jaarlijkse waarnemingen? | ||||
-Mzraki- | maandag 17 april 2006 @ 19:54 | |||
B2 vraag: Teken drie even grote cirkels die elkaar in één punt H snijden. Bewijs dat de drie snijpunten, P, Q en R op een even grote cirkel liggen. Gebruik hulppunt S dat het snijpunt is van lijn PH met cirkel c3. a bewijs dat driehoek PRS gelijkbenig is antwoord: hoek PRS en hoek PSR zijn allebei omtrekshoeken van boog HR, de straal van beide cirkels is gelijk dus is hoek PRS gelijk aan hoek PSR. b bewijs dat driehoek PQS gelijkbenig is analoog aan som 5a, met hoek QSP en hoek QPS op boog HQ, met c1 en c3 met gelijke straal. c bewijs nu dat P, Q en R op een even grote cirkel liggen. alleen c weet ik dus niet, help? | ||||
GlowMouse | maandag 17 april 2006 @ 20:49 | |||
quote:Je bedoelt waarschijnlijk hoek SPR en hoek PSR. quote:Q, R en S liggen al op één cirkel van de gewenste grootte (per aanname). De omgeschreven cirkel van driehoek QRS heeft dus de gewenste grootte. Door congruentie aan te tonen tussen de driehoeken QRS en PQR ben je binnen. HZH is een congruentiegeval, en dat had je bij a en b al bewezen. | ||||
-Mzraki- | maandag 17 april 2006 @ 21:08 | |||
quote:Inderdaad. quote:tuurlijk, situatie spiegelen in lijn QR, bedankt, duidelijk ![]() | ||||
Pietjuh | dinsdag 18 april 2006 @ 11:44 | |||
Waarschijnlijk een compleet triviale vraag maar ik zie het op het moment even niet ![]() Laat G een topologische groep zijn, en stel dat {x} gesloten is voor alle x in G. Laat zien dat G hausdorff is. (we gebruiken hier de definitie van een topologische groep waaraan de hausdorff eis niet is toegevoegd) Iemand een hint? ![]() | ||||
thabit | dinsdag 18 april 2006 @ 11:54 | |||
De afbeelding f : GxG -> G gegeven door (x,y) -> xy-1 is continu. De verzameling f-1(e) is de diagonaal in GxG en omdat {e} gesloten is in G en f continu is, is de diagonaal in GxG gesloten. En een topologische ruimte X is Hausdorffs dan en slechts dan als de diagonaal in XxX gesloten is. | ||||
supadupafly187 | dinsdag 18 april 2006 @ 12:47 | |||
Hallo, ik hoop dat jullie mij kunnen helpen. Ik heb namelijk een opdracht waar ik niet uitkom. Het is mijn allerlaatste opdracht die ik moet maken en ik begrijp het gewoon echt niet, dus jullie zijn mijn laatste hoop!! de vraag is als volgt: Een melkpoederfabrikant wil melkpoeder leveren in kant-en-klare tafelverpakkingen met een inhoud van 100 g e melkpoeder. Hij moet hiervoor een vulmachine aanschaffen. Hij wil een capaciteit van ca. 2000 per uur. De prijs van een vulmachine (PV) is afhankelijk van zijn standaardafwijking σ, ongeveer via PV = A + C/σ. De kosten van het melkpoeder zijn M euro per kilo. Hij wil een kans van max. 1% dat de warenwetcontroleur de partij afkeurt. De potjes zelf (met deksel) voldoen aan de eisen van de e-voorverpakkingen en wegen 30 g met een standaardafwijking van 2 g. De gevulde potten worden per 50 in een doos verpakt (5 bij 5 breed en 2 hoog) 1) Beschrijf hoe de warenwetcontroleur te werk gaat. Maakt hij gebruik van destructief onderzoek of niet, op grond waarvan? (eventueel navragen bij bedrijf?) Wat voor steekproef neemt hij? en wat meet hij na en wat is dan het afkeurcriterium? 2) Kan je uitrekenen wat de optimale standaardafwijking is van de vulmachine? (Als je nog gegevens nodig hebt, neem dan zelf een aannemelijke waarde aan) het gaat mij met name om de 2e vraag.. alvast hartelijk bedankt! ![]() | ||||
Djaser | dinsdag 18 april 2006 @ 13:32 | |||
De volgende som is normaal verdeeld met discrete toevalsvariabele. Gemiddelde: 35,2 Standaardafwijking: 6,9 Bereken X is groter of gelijk aan 38 Dus ik tik in op mijn gr normalcdf(38,5.10^99.35,2.6,9)=0,316 Maar dat klopt niet, het moet zijn: normalcdf(37,5.10^99.35,2.6,9)=0,3694 Wie kan mij uitleggen waarom dat zo is? | ||||
GlowMouse | dinsdag 18 april 2006 @ 13:40 | |||
quote:Waarom 'moet' dat zo zijn? Probeer trouwens wiskundige notatie te gebruiken, want je ziet nu al dat je punten en komma's door elkaar haalt etc. Je hebt het over een normaal verdeelde som, maar om de som van wat gaat het dan? Welke discrete toevalsvariabelen zijn er? | ||||
Djaser | dinsdag 18 april 2006 @ 13:52 | |||
quote:Dat moet omdat mijn antwoordenboekje dat bij deze en gelijkwaardige sommen zegt. Wiskundige notatie wil ik met plezier gebruiken maar ik weet niet hoe ik dat op de pc moet doen. Voor de duidelijkheid hier de som zoals hij in mijn boekje staat, hopelijk is het zo duidelijker. ![]() Bij een verkeerstelling is het aantal fietsen X dat per minuut een kruispunt passeert te benaderen door een normaal verdeelde toevalsvariabele Y met een gemiddelde van 35,2 en een standaardafwijking van 6,9. Bereken in vier decimalen nauwkeurig X is groter of gelijk aan 38. | ||||
GlowMouse | dinsdag 18 april 2006 @ 14:28 | |||
Y~N(35.2,6.9²). X≈Y. Gevraagd wordt P(X>=38). Normaal zou je zoiets eerst standaardiseren, maar met een GR kun het gevraagde ook direct brekenen dmv het commando normalcdf(linkergrens,rechtergrens,μ,σ). De rechtergrens is in dit geval oneindig, maar de rekenmachine kent dat niet. 10^99 is dan een leuke benadering, aangezien P(X>=10^99) vrijwel nul is in dit geval. Het commando is dus normalcdf(38 , 10^99 , 35.2 , 6.9). Het het antwoordenboek bij bovenstaande opgave op 37 uitkomt als linkergrens is mij onduidelijk. | ||||
thomzor | dinsdag 18 april 2006 @ 15:03 | |||
quote: laat maar dat was bij iets anders ![]() | ||||
JedaiNait | dinsdag 18 april 2006 @ 17:42 | |||
quote:niemand ![]() | ||||
mrbombastic | dinsdag 18 april 2006 @ 21:39 | |||
De methode van Hannan Rissanen ken ik niet, maar een ARIMA (7,1,8) model lijkt mij niet erg waarschijnlijk. Edit: ik zit even in de helpfunctie van Eviews te kijken bij AIC en zie dat Eviews de AIC op een andere manier berekent dan dat ik gewend ben. Eviews gebruikt -2(l/T) +2(k/T) met l de loglikelihood, T het aantal waarnemingen en k het aantal parameters. Als je dus veel waarnemingen hebt, maakt het vrij weinig uit of je een extra parameter toevoegt. De AIC die ik heb geleerd is -2*l +2(p+q+1) voor een ARMA(p,q) proces. Als alternatief kun je kijken naar de AIC Corrected welke berekend wordt door -2*l+2n(p+q+1)/(n-p-q-2) [ Bericht 11% gewijzigd door mrbombastic op 18-04-2006 22:05:33 ] | ||||
Metalmeis | woensdag 19 april 2006 @ 10:39 | |||
*zucht* Ik ben vandaag begonnen met mijn examenbundel voor wi-b1 door te nemen en loop nu al vast. Ten eerste: 1/4e*x + b is de raaklijn van grafiek f(x). In (e, 1/2) zit een raakpunt. Als 1/2 = 1/4e * e + b , waarom dan b=1/4 ? Ten tweede: Als f(x)= (lnx)^1/2 , waarom is de primitieve dan F(x) = x * ln x * x ?? Kan iemand me op weg helpen? |