quote:Op vrijdag 10 juli 2009 19:35 schreef GlowMouse het volgende:
Ik wil met de pc controleren of M in span{I,A,A^2,...,A^k} zit. I is de identiteit, alle matrices zijn nxn en n>=k.
Eerste aanpak: alle matrices vectoriseren en vervolgens controleren mbv loodrechte projectie of M in de kolomruimte van X = [vec(I) vec(A) ... vec(A^k)] zit. Dat lukt niet: de elementen van de matrix X zijn te groot voor de pc om nauwkeurig mee te rekenen (je krijgt bv. rank(X'X) < rank(X)).
Tweede aanpak: kijk of M en A dezelfde eigenvectoren hebben, en zoja, of de vector met eigenwaarden van M (in de juiste volgorde gezet) in de kolomruimte X zit, met X_ij = (λ_i)^(j-1) (i=1..n, j =1..k+1). Maar daarbij loop ik tegen hetzelfde probleem aan.
Wat verwacht je nog meer dan de afleiding op http://en.wikipedia.org/wiki/Triple_product_rule ?quote:Op vrijdag 10 juli 2009 20:28 schreef ErictheSwift het volgende:
gegeven:
F(x,y,z) = 0
bewijs: [ afbeelding ]
als als voorwaarde geldt in elke factor 1 variabele als impliciete functie de andere 2 gegeven is.
Die gaat uit van een heleboel aannames, en ik probeer het op een wat fundamentelere manier voor elkaar te krijgen. Ik had al even gespiekt bij het artikel Implicit Function en geprobeerd of ik daar iets zinnigs mee kon.quote:Op vrijdag 10 juli 2009 20:31 schreef GlowMouse het volgende:
tip: dx/dy =
Wat verwacht je nog meer dan de afleiding op http://en.wikipedia.org/wiki/Triple_product_rule ?
Je probeert daar een computationeel probleem op te lossen? Wat voor matrices zijn het precies? I.e. hoe groot zijn ze, over welke ring zijn ze gedefinieerd, etc?quote:
A is de adjacency matrix van een reguliere graaf, alle elementen van machten van A zijn dus niet-negatieve gehele getallen. Uiteindelijk moet het zeker werken voor grafen tot op 15 knopen maar liefst voor meer, en binnen enkele dagen moeten 50M grafen te controleren zijn.quote:Op vrijdag 10 juli 2009 21:00 schreef thabit het volgende:
[..]
Je probeert daar een computationeel probleem op te lossen? Wat voor matrices zijn het precies? I.e. hoe groot zijn ze, over welke ring zijn ze gedefinieerd, etc?
rank(X'X) < rank(X), en de x die ||Xx-b|| minimaliseert is inv(X'X)X'b dus X'X is wel cruciaal. Een double zal wel niet precies genoeg zijn (int32/int64 gebruiken lukt niet; Matlab kan daar niet mee rekenen als het matrices betreft).quote:Op vrijdag 10 juli 2009 21:34 schreef thabit het volgende:
Waarom kon de computer die berekening niet aan waarbij je de matrices in vectoren omzet?
M zijn de afstandsmatrices (M_{xy} = 1 iff d(x,y) = c, en dan c variëren van 2 t/m de diameter totdat het fout gaat). Bij niet-afstandsreguliere grafen is er grote kans dat c de diameter niet haalt, en waar het fout gaat is van belang om precies te weten.quote:Op vrijdag 10 juli 2009 21:34 schreef thabit het volgende:
Waarom kon de computer die berekening niet aan waarbij je de matrices in vectoren omzet? Verwacht je eigenlijk dat de matrix M vaak wel of vaak niet in het opspansel van die anderen zit?
A = [[0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 0, 1, 1, 0, 0, 0, 0],[0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 0, 1, 1, 0, 0, 0],[0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 1, 0, 1, 0, 0],[0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 1, 0, 1, 0],[0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 0, 1, 0, 1],[1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 0, 0, 1],[0, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 1, 0],[0, 0, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 1, 1],[1, 0, 0, 1, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0],[1, 1, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0],[0, 1, 0, 1, 0, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0],[0, 0, 1, 0, 1, 0, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0],[0, 0, 0, 1, 0, 0, 1, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0],[0, 0, 0, 0, 1, 1, 0, 1, 0, 0, 0, 0, 0, 0]]quote:Kun je misschien een voorbeeld geven van een typisch geval van A, M en k waarvoor je het wil oplossen? (matrices graag als rij van rijen dus bijv. [[1, 2], [3, 4]])
1 2 3 4 5 6 7 | powers = [A^j for j in range(k+1)] vectors = [vector(reduce(operator.add, map(list, x))) for x in powers] V = VectorSpace(QQ, len(vectors[0])) W = V.subspace(vectors) v = vector(reduce(operator.add, map(list, M))) return v in W |
1 2 | True |
hoe doe je dat dan?quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:36 schreef thabit het volgende:
Ik neem aan dat je p+4 bedoelt ipv p+3? In dat geval: kijk naar de resten die je kunt krijgen bij deling door 3.
Kijk nou naar de rest na deling.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:40 schreef Borizzz het volgende:
[..]
hoe doe je dat dan?
3|p dan p=q*3
3|p+2 dan p+2=q*3 dus p=q*3-2
3|p+4 dan p+4=q*3 dus p=q*3-4
Kijk eerst eens wat je wilt onderzoeken, en ga dan pas denken wat voor toets je daarvoor kunt gebruiken.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:37 schreef vaagsel het volgende:
en wat kan ik daarmee zeggen over Object A en Object B? Dus, hoe zou ik een uitkomst moeten interpreteren?
Als p=q*3-2, wat krijg je dan als je p door 3 deelt? Niet -2.quote:
dus als ik p deelbaar door 3 stel, dan zijn p+2 en p+3 niet deelbaar door 3. Daar komt het dan op neer.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:48 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Als p=q*3-2, wat krijg je dan als je p door 3 deelt? Niet -2.
p+3 is wel deelbaar door 3.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:51 schreef Borizzz het volgende:
[..]
dus als ik p deelbaar door 3 stel, dan zijn p+2 en p+3 niet deelbaar door 3.
Als je zelf al niet ziet dat het klopt, waarom zou je er dan genoegen mee nemen als ik zou zeggen dat het wel klopt?quote:Op dinsdag 21 juli 2009 12:58 schreef Borizzz het volgende:
[..]
sorry, ik bedoelde p+4. klopt het dan zo?
Bekijk het even heel simpel. We nemen aan dat p priem is. Dan zijn er drie mogelijkheden, namelijk dat p=3, of dat de rest bij deling van p door 3 gelijk is aan 1 of dat de rest bij deling van p door 3 gelijk is aan 2.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 13:14 schreef Borizzz het volgende:
Als je kijkt naar
3|p+2 dan p+2=q*3 en dus ook p=q*3-2 (niet deelbaar door 3).
zelfde geldt voor p+4.
dus alleen p is dan deelbaar door 3, p+2 en p+4 niet. De vraag is of dit dan klopt.
waarom gelden dan deze 3 mogelijkheden? Waarom nu precies p=3, en niet 5 of 7. Dat zijn immers ook priemgetallen?quote:Op dinsdag 21 juli 2009 13:54 schreef Riparius het volgende:
[..]
Bekijk het even heel simpel. We nemen aan dat p priem is. Dan zijn er drie mogelijkheden, namelijk dat p=3, of dat de rest bij deling van p door 3 gelijk is aan 1 of dat de rest bij deling van p door 3 gelijk is aan 2.
Ook dit kan ik nog niet volgen.quote:Op dinsdag 21 juli 2009 13:54 schreef Riparius het volgende:
[..]
Laat ik nu tevens aannemen dat p niet gelijk is aan 3. Is nu de rest bij deling van p door 3 gelijk aan 1, dan moet p+2 een drievoud zijn (want 1+2=3), en is dus p+2 niet priem.
Ok, dus even 'anders' bekijken.quote:Op zaterdag 25 juli 2009 10:53 schreef GlowMouse het volgende:
Stel n en (n+1) zijn beide niet deelbaar door 3, dan is n+2 dat wel, dus is 2*(n+2) dat ook.
Die staat er tochquote:Op maandag 3 augustus 2009 12:37 schreef PLAE@ het volgende:
welke bereekning voer je uit om aan dit antwoord te komen?
Hij heeft vast zo'n rekenmachine die bij 94! ERROR geeft.quote:Op maandag 3 augustus 2009 12:35 schreef GlowMouse het volgende:
Dus alles snap je, alleen die 0,129 niet?
Ik vind deze gewrochte omschrijving naar een vaasmodel ook ergerlijk. Hier kweek je toch geen inzicht mee. Als je het ‘snapt’ als het rode en witte knikkers zijn, maar niet snapt als het ‘lange’ en ‘korte’ leerlingen zijn, dan snap je het m.i. gewoon niet. Dan heb je gewoon een trucje geleerd.quote:Op maandag 3 augustus 2009 12:44 schreef GlowMouse het volgende:
Dat modelantwoord, rode lange knikkers
Maar als je komt tot "vaasmodel, 14 trekkingen zonder terugleggen, 22 rode en 72 blauwe knikkers", dan is de rest gewoon leren want het antwoord volgt eenduidig uit het model.
Je uitwerking geeft al hoe je het uitrekent!quote:Op maandag 3 augustus 2009 12:50 schreef PLAE@ het volgende:
wilt u misschien voordoen hoe u het uitrekent, het is namelijk een examenvraag, maar we komen steeds niet op het goede antwoord
Ik doe niet anders dan eerst een kansmodel opstellen en daarna pas berekenen. En zo hoort het ook, anders gaat het mis. Zie http://feweb.uvt.nl/pdf/news_september2008_5.pdf onder 'onderwijs' halverwege de pagina en verder (p. 14).quote:Op maandag 3 augustus 2009 12:48 schreef Iblis het volgende:
[..]
Ik vind deze gewrochte omschrijving naar een vaasmodel ook ergerlijk. Hier kweek je toch geen inzicht mee. Als je het ‘snapt’ als het rode en witte knikkers zijn, maar niet snapt als het ‘lange’ en ‘korte’ leerlingen zijn, dan snap je het m.i. gewoon niet. Dan heb je gewoon een trucje geleerd.
Ja, op zich. Maar ik proef hier vooral in dat men leert het op te schrijven als vaasmodel. Dus dat men goed is in rode en witte knikkers zien maar au fond uiteindelijk niet snapt wát men nu uitrekent. Snap je een beetje wat ik bedoel? Net als dat mensen heel goed zijn om in een kwadratische vergelijking a, b en c aan te wijzen en dan de ‘abc-formule’ uit te rekenen maar uiteindelijk bijvoorbeeld geen benul hebben hoe die oplossing nou samenhangt met ontbinden in factoren.quote:Op maandag 3 augustus 2009 12:57 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Ik doe niet anders dan eerst een kansmodel opstellen en daarna pas berekenen. En zo hoort het ook, anders gaat het mis. Zie http://feweb.uvt.nl/pdf/news_september2008_5.pdf onder 'onderwijs' halverwege de pagina en verder (p. 14).
a) Wat voor rekenmachine heb je?quote:Op maandag 3 augustus 2009 13:55 schreef PLAE@ het volgende:
we zijn eruit, dank je, maar ik wil graag weten hoe het met een gewone rekenmachine lukt, het is 1 x gelukt, maar ik weet niet meer hoe.
Schrijf die breuk gewoon eens uit met faculteiten in teller en noemer, dan zie je dat je het nodige kunt vereenvoudigen. Pas daarna de rekenmachine ter hand nemen.quote:Op maandag 3 augustus 2009 13:55 schreef PLAE@ het volgende:
we zijn eruit, dank je, maar ik wil graag weten hoe het met een gewone rekenmachine lukt, het is 1 x gelukt, maar ik weet niet meer hoe.
Noem de 5-literfles fles a, en noem de 3-literfles fles b.quote:Op dinsdag 11 augustus 2009 21:21 schreef gebrokenglas het volgende:
Ik kom er niet uit, de wiskunde vraag in 'Die Hard with a Vengeance'.
- een fles die exact 3 liter kan bevatten
- een fles die exact 5 liter kan bevatten
De bedoeling is dat er een fles met precies 4 liter water overblijft.
Hoe krijg ik dat voor elkaar?
Zat dat in die film? :|quote:Op dinsdag 11 augustus 2009 21:21 schreef gebrokenglas het volgende:
Ik kom er niet uit, de wiskunde vraag in 'Die Hard with a Vengeance'.
Ja, maar dan in gallons en een weegschaal en een bom die binnen 5 minuten af zou gaan.quote:
Je denkt kennelijk dat je zomaar het grondtal van de logaritme in kunt typen op je rekenmachine en dat die dan dat grondtal gebruikt. Maar dat is niet zo. Zoals je kunt zien resulteert het intypen van die 5 erin dat je 5 maal 10log 7,5 uitrekent, en niet 5log 7,5.quote:Op zaterdag 15 augustus 2009 15:00 schreef ikvalopdikkewijven het volgende:
Ik heb een TI-84 plus en als ik LOG wil gebruiken gaat het fout. Het lijkt wel alsof mijn GR er automatisch een 10 voorzet.
Dus als ik uitreken op mijn GR, log(7,5), dan krijg ik als uitkomst 0,8750. Maar dit is de uitkomst van 10log(7,5) toch? En als ik iets als 5log(7,5) moet uitrekenen dan weet ik niet wat ik moet invullen op mijn GR. Als ik invul 5log(7,5) dan krijg ik als uitkomst 4,3753, terwijl ik een uitkomst van rond 1,25 verwacht.
Behalve de al eerder genoemde handige knutsels, kun je zulk soort problemen ook handig aanpakken door er een graaf van te maken. Een punt stelt dan de hoeveelheden water in beide flessen voor. Er is een kant als je door middel van een enkele actie van het ene naar het andere punt kan gaan (water over gieten, bijvullen, of leeg gooien).quote:Op dinsdag 11 augustus 2009 21:21 schreef gebrokenglas het volgende:
Ik kom er niet uit, de wiskunde vraag in 'Die Hard with a Vengeance'.
- een fles die exact 3 liter kan bevatten
- een fles die exact 5 liter kan bevatten
De bedoeling is dat er een fles met precies 4 liter water overblijft.
Hoe krijg ik dat voor elkaar?
Lineaire algebra, mooi vak.quote:Op zaterdag 15 augustus 2009 18:17 schreef Wolfje het volgende:
[..]
Behalve de al eerder genoemde handige knutsels, kun je zulk soort problemen ook handig aanpakken door er een graaf van te maken. Een punt stelt dan de hoeveelheden water in beide flessen voor. Er is een kant als je door middel van een enkele actie van het ene naar het andere punt kan gaan (water over gieten, bijvullen, of leeg gooien).
De vraag in jouw probleem is dan: is er een pad van (0,0) naar (0,4)?
Ik snap die definitie helemaal niet.quote:Op vrijdag 21 augustus 2009 00:05 schreef Maraca het volgende:
D = naar het geboortejaar gedisconteerde aanral levenden (lx)
Eerst onder één noemer brengen, b.v. 1/(x-2) = x/(x(1-2)) en 1/x = (x-2)/(x(1-2)).quote:Op zondag 23 augustus 2009 16:57 schreef Wiskunde1986 het volgende:
Hoi
Ik heb een paar vragen met betrekking tot een wiskundetoets die ik binnenkort moet maken, er zijn namelijk enkele vraagstukken waar ik niet uit kom!! Het zijn op dit moment de volgende 3:
de X-waarde(n) berekenen/bepalen van:
A) 1/(x-2) - 1/x = 1/4
Beide zijden kwadrateren.quote:B) Wortel(x+4) = x - 2
Rekenregels voor logaritmen opzoeken. log(A) - log(B) = log(A/B) b.v.quote:C) Log(x+2) - Log(x-2) = Log 2
Ik heb wat aanzetten gegeven, dat lijkt me nu het handigst. Als je preciezer bent wat je niet snapt, dan kan ik wel verder helpen.quote:Ik zou het super op prijs stellen als iemand mij zou kunnen helpen hier mee.... Ik kom hier echt niet uit!
Daar heb ik ook wel interesse in! Keep us postedquote:Op maandag 31 augustus 2009 22:01 schreef Q.E.D. het volgende:
GlowMouse, weet jij een goede site met oefenopgaven voor modulo-rekenen?
Ok.quote:
En bedankt, ik heb sowieso een dergelijk boek nodig voor getaltheorie. Maar dat is later dit jaar aan de orde.quote:Op dinsdag 1 september 2009 22:30 schreef Borizzz het volgende:
Ik ben nu net bezig met getaltheorie, en heb naast een dictaat ook dit boek:
http://www.win.tue.nl/~bdeweger/epsilonboek.html
Boek is wel net uit en werd me aangeraden door vd Craats.
Ik denk dat je daar ook wel verder mee komt. Veel basistheorie staat er in.
Daar is ook een paragraaf aan gewijd in mijn boek.quote:
Bewijzen is geen 'onderwerp' maar een essentieel aspect van alle wiskunde ...quote:Op woensdag 2 september 2009 22:29 schreef Quishendrikson het volgende:
Ik ben bezig met wiskunde in 6V. We zijn bezig met het onderwerp 'bewijzen'.
Je kunt het alleen oefenen door het zelf veel te doen en een beetje creatief te zijn.quote:Met behulp van stellingen (omtrekshoek etc.) moet ik dus opgaven kunnen bewijzen. Dit vind ik erg lastig en zonder hulp van uitwerkingen kom ik hier niet uit. Hoe kan ik dit het beste oefenen?
Nee, dat is niet creatief. Iets herkauwen wat een ander al heeft uitgedacht of de hele tijd met een schuin oog naar de uitwerking in het boekje kijken is niet de manier om echt iets te leren. Geef eens een voorbeeld van het soort opgaven dat je aan moet kunnen.quote:
Met de uitwerkingen erbij de sommen maken, en later weer herhalen zonder uitwerkingen ofzo?
ik ga vanavond nog even flink aan het oefenenquote:Op donderdag 3 september 2009 08:45 schreef Borizzz het volgende:
Wat je met bewijzen wél kan doen is een soort van tactiekje volgen.
Stel dat A gegeven is en je moet naar B toewerken. Het einddoel is dan al bekend.
Je kunt vanuit A stapjes vooruit redeneren en bij B stapjes achteruit redeneren.
Vaak helpt dat wel wat. En dan maar hopen dat je in het midden de twee aan elkaar vast kunt knopen, en dan het bewijs mooi opschrijven.
En verder: veel oefenen! Alleen dat helpt.
De stelling van Pythagoras zegt dat in een rechthoekige driehoek de som van de kwadraten van de lengten van de beide rechthoekszijden gelijk is aan het kwadraat van de lengte van de schuine zijde (hypotenusa). Maar je weet dat de oppervlakte van een vierkant gelijk is aan het kwadraat van de lengte van een zijde (het woord kwadraat komt van het latijnse quadratus, dat vierkant betekent). Dus kun je ook zeggen dat de som van de oppervlakten van de vierkanten beschreven op de beide rechthoekszijden gelijk is aan de oppervlakte van het vierkant beschreven op de schuine zijde. Het ligt daarom voor de hand om iets te proberen met drie vierkanten beschreven op elk van de zijden. Maar er zijn talloze andersoortige bewijzen mogelijk.quote:Op donderdag 3 september 2009 18:10 schreef Quishendrikson het volgende:
Een voorbeeld is de stelling van pythagoras bewijzen. Ik heb vandaag een bewijs uitgelegd gezien door de docent. De docent had 3 vierkanten aan de zijden van de driehoek getekend. Op deze manier kon hij het bewijzen. Maar ik was daar zelf niet opgekomen.
[..]
In het algemeen moet je een nulpunt vinden. D.w.z. als je weet dat de polynoom een 0-punt heeft voor x = a kun je (x - a) eruit factoriseren (net als bij kwadratische vergelijkingen). In dit geval is het niet zo moeilijk door gewoon wat te testen, maar je kunt het systematisch aanpakken.quote:Op vrijdag 4 september 2009 19:53 schreef FEARSiDE het volgende:
[ afbeelding ]
Hoe krijg ik deze in factoren ontbonden? De uitleg erbij is handig
Alvast bedankt!
Duidelijk een Tilburger, 1.18b. Heb ik deze week al twee keer voorgedaan op het bordquote:Op vrijdag 4 september 2009 19:53 schreef FEARSiDE het volgende:
[ afbeelding ]
Hoe krijg ik deze in factoren ontbonden? De uitleg erbij is handig
Alvast bedankt!
Voor een symmetrische matrix geldt dat je deze kunt transponeren en dat-ie dan gelijk is, dus jij hebt:quote:Op zaterdag 5 september 2009 12:12 schreef Matr het volgende:
Kan iemand mij misschien helder uitleggen hoe je een symmetrische matrix kunt berekenen? Ik kom er niet echt uit stel je hebt:
A = [4a 2b+2]
[ 4 0]
De vraag is dan dat je a en b zo moet bepalen zodat er een symmetrische matrix ontstaat.
Dan is b = 1 en a kan elke waarde aannemen.
Wie kan mij helpen?
1 2 | [4 0 ] |
1 2 | [2b+2 0] |
http://en.wikipedia.org/wiki/Euclidean_vector#Length_of_a_vectorquote:Op zaterdag 5 september 2009 12:35 schreef DuTank het volgende:
Heeft er iemand verstand van lineaire algebra?
Ik loop al vast bij de fucking aller eerste opdracht van heel de studie
What is the length of the vector
[1]
[2]
[1]
die brackets moeten natuurlijk doorlopen, zodat je twee van die lange krijgt
Bedankt zo begrijp ik hetquote:Voor een symmetrische matrix geldt dat je deze kunt transponeren en dat-ie dan gelijk is, dus jij hebt:
1
2 [4a 2b + 2]
[4 0 ]
Transponeer deze eens:
1
2 [4a 4]
[2b+2 0]
Dus, a12 gaat naar a21 en omgekeerd. Wil de matrix symmetrisch zijn moet dus gelden dat a12 = a21, of wel 4 = 2b + 2, dus 2b = 1 en b = 1. Voor a kun je alles kiezen, immers, deze staat op de diagonaal en blijft het transponeren dus staan
Alweer een Tilburgerquote:Op zaterdag 5 september 2009 12:12 schreef Matr het volgende:
Kan iemand mij misschien helder uitleggen hoe je een symmetrische matrix kunt berekenen? Ik kom er niet echt uit stel je hebt:
A = [4a 2b+2]
[ 4 0]
De vraag is dan dat je a en b zo moet bepalen zodat er een symmetrische matrix ontstaat.
Dan is b = 1 en a kan elke waarde aannemen.
Wie kan mij helpen?
Maar hoe kan het dat vraag 1 over het laatste deel van dat stuk tekst gaan?quote:Op zaterdag 5 september 2009 12:39 schreef Iblis het volgende:
[..]
http://en.wikipedia.org/wiki/Euclidean_vector#Length_of_a_vector
[ afbeelding ]
Dus hier √ (12 + 22 + 12) = √ (1 + 4 + 1) = √ 6
Iets zegt me dat je niet heel erg goed je theorie hebt gelezen.
[edit]
In feite is wat je hier doet dus gewoon Pythagoras in 3 dimensies toepassen. Als het gaat om de ruimtelijke interpretatie van zoiets kan dat goed helpen. Teken de vector eens en reken de lengte dan uit, dan zul je zien dat je hierop uitkomt.
Welk stuk tekst? Op Wikipedia? Of in je boek? Ik heb geen idee. Het is echter een heel basaal begrip bij vectoren. Dus ik vind het niet zo vreemd dat het vlot aan bod komt.quote:Op zaterdag 5 september 2009 12:43 schreef DuTank het volgende:
[..]
Maar hoe kan het dat vraag 1 over het laatste deel van dat stuk tekst gaan?
Nja, we hebben een paper van de docent gekregen dat ie zelf heeft geschreven, maar het begint bij §1 en eindigt met 4.3, 4.4 zijn de opdrachten en vraag 1 gaat over §4.2. Vandaar dat ik het niet snaptequote:Op zaterdag 5 september 2009 12:44 schreef Iblis het volgende:
[..]
Welk stuk tekst? Op Wikipedia? Of in je boek? Ik heb geen idee. Het is echter een heel basaal begrip bij vectoren. Dus ik vind het niet zo vreemd dat het vlot aan bod komt.
Idd eerste week geen hoorcollege dus dan moet je als zelf uitzoeken. Als een docent het uitlegt dan snap ik het meestal eerder dan die omslachtige uitleg in het boekquote:Op zaterdag 5 september 2009 12:41 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Alweer een TilburgerWiskunde 2.
Wen er maar aan.quote:Op zaterdag 5 september 2009 12:50 schreef Matr het volgende:
[..]
Idd eerste week geen hoorcollege dus dan moet je als zelf uitzoeken. Als een docent het uitlegt dan snap ik het meestal eerder dan die omslachtige uitleg in het boek
Ja.quote:Op zaterdag 5 september 2009 13:05 schreef DuTank het volgende:
Even een check:
What is the length of the vector 2e1 + 3e2?
Is dat dan gewoon: ||x|| = √(2² + 3²) = √(4+9) = √(13)
Ik naam aan dat het de eenheidsvectoren waren, dus e1 = [1 0] en e2 = [0 1]. Maar dat staat wel ergens in je boek als ze die gebruiken.quote:Op zaterdag 5 september 2009 13:08 schreef DuTank het volgende:
edit:
is het niet √(4e1 + 9e2)
want je weet niet wat de lengte is van e
Staat er niets over basisvectoren of eenheidsvectoren in je materiaal? Die worden namelijk dikwijls met ei aangeduid. Zie b.v. wikipedia.quote:
Echter, je hebt toch ook een stuk tekst daarvoor met uitleg welke conventies ze gebruiken? Die vraag vertelt ook niet hoe je ‘+’ moet interpreteren. Ik bedoel dus het uitleggende materiaal op een andere plek in je boek/stof.quote:Op zaterdag 5 september 2009 13:32 schreef DuTank het volgende:
Echt alleen dit is gegeven:
What is the length of the vector 2e1 + 3e2?
Ja. Je weet hoe Matrixvermenigvuldiging werkt, als het goed is. Zeg C=AB, dan c11 = a11*b11 + a12*b21 + a13*b31. Dus daar moet 0 uitkomen. Je ziet al dat dit op veel manieren kan. Maar, als je hier even op broedt zul je wel vinden hoe het handig kan.quote:Op zaterdag 5 september 2009 13:44 schreef Matr het volgende:
Loop weer vast![]()
Dit is de vraag: geef 3x3 matrices A and B such that AB =
0 0 0
0 0 0
0 0 0
and A and B are not the null matrix:
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Iemand een idee hoe dit op te lossen?
Schrijf de vermenigvuldiging gewoon eens op in zo'n schemaatje, kijk eens hoe de vermenigvuldiging werkt en dan zie je vanzelf hoe je het voor elkaar zou kunnen krijgen. Bijv.quote:Op zaterdag 5 september 2009 13:44 schreef Matr het volgende:
Loop weer vast![]()
Dit is de vraag: geef 3x3 matrices A and B such that AB =
0 0 0
0 0 0
0 0 0
and A and B are not the null matrix:
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Iemand een idee hoe dit op te lossen?
Teken die vectoren eens. [2 0] gaat over de x-as, [1 1] gaat, en daar is het antwoord al, in een hoek van 45 graden.quote:Op zaterdag 5 september 2009 14:03 schreef DuTank het volgende:
Awh ik kan niks meer..
Ik heb een cos, in dit geval 2/√(8), maar hoe bereken ik dan die graden?
What is the angle between the vectors [2 0] and [1 1]?
Ik had al bedacht eerst de cos uit te rekenen, want dat heb ik een opgave eerder moeten doen..
Een unit-vector heeft lengte 1. Dat is het hele idee. Je moet dus zorgen dat een vector lengte 1 krijgt. Dat is niet zo moeilijk, daarvoor deel je de gehele vector door z'n lengte. Heb je b.v. [1 2 2], dan heeft die lengte 3 (driemaal te lang dus). Niet lengte 1. Deel nu de gehele vector door 3, je maakt 'm dus drie keer zo kort, dan krijg je [1/3 2/3 2/3], deze heeft (zoals je dan verwacht) lengte 1, en is dus een ‘unit vector’.quote:Op zaterdag 5 september 2009 14:25 schreef DuTank het volgende:
kk maar op met deze shit, nu moet ik een Unit Vector maken... en dan lees ik daar een stuk over en is het net chinees voor me
Wij moeten dit in radian doen volgens mij.. Ik heb alles al opgeborgen, dus ik vind het wel goed zo... Ik vraag het wel in het werkcollege.quote:Op zaterdag 5 september 2009 14:50 schreef Iblis het volgende:
[..]
Teken die vectoren eens. [2 0] gaat over de x-as, [1 1] gaat, en daar is het antwoord al, in een hoek van 45 graden.
Goed, nu weet je ook (en dat wil jij gebruiken) dat cos φ = (u · v)/(||u||·||v||) = 2/√8 = 2/(2√2) = 1/√2 = 1/2 √2 en daarvan zou je moeten weten dat dit geeft dat φ = 45° of 1/4 π.
Vraag het dan niet, beetje zonde van de moeite zoquote:Op zaterdag 5 september 2009 15:13 schreef DuTank het volgende:
[..]
Wij moeten dit in radian doen volgens mij.. Ik heb alles al opgeborgen, dus ik vind het wel goed zo... Ik vraag het wel in het werkcollege.
Wat dacht je dat 1/4 π precies was?quote:Op zaterdag 5 september 2009 15:13 schreef DuTank het volgende:
[..]
Wij moeten dit in radian doen volgens mij.. Ik heb alles al opgeborgen, dus ik vind het wel goed zo... Ik vraag het wel in het werkcollege.
Jawel, het klopt wel, maar je moet iets ‘slimmer’ doen, dat is wat GlowMouse bedoelde met meer werk. Als je weet dat -x + 5y = -8, dan weet je ook dat -2x + 10y = -16 geldt, gewoon beide zijden met twee vermenigvuldigen, als je dat doet, dan:quote:Op zondag 6 september 2009 13:19 schreef CRONALDO7 het volgende:
THX !!
Excuses dat het er zo rommelig uitziet trouwens
B lukt me niet ik heb het volgende :
2x-3y=10
-x+5y=-8
-----------
1x=8y = - 2
Dit klopt cker niet ??
1 2 3 4 | -2x + 10y = -16 --------------- + 0 + 7y = -6 |
Zo klopt 'ie weer.quote:Op zondag 6 september 2009 13:53 schreef GlowMouse het volgende:
2x-3y=10
dus 2x = 10+3y
dus x = 5+3/2 y.
quote:
3+5/7 = 21/7+5/7 = 26/7.quote:Op zondag 6 september 2009 13:56 schreef CRONALDO7 het volgende:
Maar dat klopt niet met het antwoord namelijk 3 5/7
Niet moeilijker dan deze, maar daar is het misschien het gemakkelijkst eerst y te elimineren.quote:Op zondag 6 september 2009 14:04 schreef CRONALDO7 het volgende:
AHA
echt jullie zijn geweldig wat een rekenwonders !!
Is C ook zo moeilijk ??
Nope, je snapt het beter als je het zelf kunt.quote:Op zondag 6 september 2009 14:16 schreef CRONALDO7 het volgende:
PFFF Kunnen jullie altublieft alle berekeningen posten ?? want voor mij zij al die sommen weer anders, ik denk dat ik het beter zal snappen als ik het gewoon voor me zie zeg maar.
Je kiest gewoon zodanige vermenigvuldigingsfactoren dat ofwel de coëfficiënten van x ofwel de coëfficiënten van y in beide vergelijkingen gelijk dan wel tegengesteld worden. Hierna kun je door aftrekking resp. optelling van de linker en rechter leden van beide vergelijkingen één van de beide onbekenden elimineren, zodat je een lineaire vergelijking in één onbekende overhoudt. Heb je deze vergelijking opgelost, dan kun je door substitutie in één van de oorspronkelijke vergelijkingen de andere onbekende bepalen. Dat is echt alles.quote:Op zondag 6 september 2009 14:31 schreef CRONALDO7 het volgende:
I know maar ik weet niet eens hoe ik moet beginnen met C
moet ik alles onder * 5 doen ??
Het helpt als je de opgave om te beginnen correct opschrijft (geen =-teken gebruiken waar je een +-teken bedoelt):quote:Op zondag 6 september 2009 14:44 schreef CRONALDO7 het volgende:
Kun jij pleaseeee even kijken naar C voor mij
Ik snap je uitleg wel maar om het toe te passen....
1 2 | 2x + 6y = -4 |
Als je die onderste ook *6 doet, kom je toch niet op 6y maar op 36y, of zie ik dat verkeerd?quote:Op zondag 6 september 2009 15:26 schreef CRONALDO7 het volgende:
die onderste had ik ook *6 gedaan maar bij manier 2 had ik dat niet gedaan hoor.
Maarja het is alle 2 fout
Je stelsel is:quote:
1 2 | 2x + 6y = -4 |
1 2 3 4 5 6 | 2x + 6y = -4 -------------- + 32x = 38 x = 19/16 |
quote:
Laat eerst eens zien hoe je opgave c) verder zelf hebt opgelost. Het is niet de bedoeling dat andere mensen jouw huiswerk gaan doen, daar leer je echt niets van.quote:
Dat klinkt alsof je vanuit het antwoord wil gaan terugredeneren, maar dat is ook niet de manier om het te leren. Je moet zoveel routine en zelfvertrouwen krijgen dat je op een gegeven moment kunt zeggen: ok, het antwoordenboekje heeft het hier fout, en ik heb het goed.quote:Op zondag 6 september 2009 20:22 schreef CRONALDO7 het volgende:
Hey,
Echt bedankt voor alle moeite guys.
Dat van het foute antwoord kan hele goed kloppen dan zit er een drukfout in, daarom moet ik weten wat het eindantwoord is anders kan ik er helemaal niets mee.
Probeer het nou zelf, je hebt hier al voldoende aangereikt gekregen om het zelf te kunnen. En als het je alleen om het controleren van de verkregen oplossingen gaat, kun je natuurlijk hier terecht.quote:Maar ik heb de andere antwoorden echt heel hard nodig, ik ben degene eeuwig dankbaar die de andere 3 sommen maakt. Ik weet cker dat ik het dan kan, want dan heb ik van alles een voorbeeld.
Bij voorbaat dank,
Mitch.
Nee, dat is nou net de verkeerde rekenregel. Je moet gebruik maken van:quote:Op zondag 6 september 2009 20:33 schreef FEARSiDE het volgende:
[ afbeelding ]
Ik moet er dus voor zorgen dat aan allebei de kanten tot de 2 tot de macht iets staat.
Moet ik gebruik maken van deze rekenregel:
[ afbeelding ] ?
Ik neem aan dat dat 2x + 6y moet zijn bij de tweede. Op zich maakt dat voor de methode ook niet uit.quote:5x-y=7
2x=6y=-4
Ja, ik was er net achter toch bedankt! Nou ga ik maar verder met de volgende toch wel lastig wiskunde B...quote:Op zondag 6 september 2009 20:40 schreef Riparius het volgende:
[..]
Nee, dat is nou net de verkeerde rekenregel. Je moet gebruik maken van:
(ap)q = apq
Je hebt:
2x = 44x+6
Als je nu bedenkt dat 4 = 22, dan moet het lukken.
Ik heb het gevoel dat je ze dan gewoon uitprint en inlevert.quote:Op zondag 6 september 2009 21:30 schreef CRONALDO7 het volgende:
Respect hartelijk bedankt hoor
Kan je de andere 3 ook zo mooi uitleggen ?? Echt daarna zal ik nooit meer zo lastig zijn
Doe dan nu zelf eens een poging. Het hoeft niet zo netjes als ik het heb gedaan, maar (D) is toch echt goed te doen. Als je het nu nog niet snapt zal die uitwerking van (D) je het zetje niet geven.quote:Op zondag 6 september 2009 21:42 schreef CRONALDO7 het volgende:
Nee ik zweer het, ik hoef helemaal niets in te leveren, ik doe dit als voorbereiding op het tentamen echt waar.
Het is niets om je voor te schamen hoor! Hier een uitwerking. Hopelijk komt het dan ver genoeg naar boven om te herinneringen hoe het ging:quote:Op maandag 7 september 2009 21:38 schreef Earry het volgende:
'Vroeger' op de middelbare school was dit een eitje maar inmiddels is dat nogal wat jaren geleden en is alles weggezakt.. Ik heb een formule en wil uitrekenen wat 'x' is:
[ code verwijderd ]
Hoe ga je hierbij ook alweer te werk? *schaamt zich bijna om dit te vragen*
dat de uitkomst 5 is weet ik overigens ook wel, het gaat meer om het totaalplaatje
Dank! Completing the square is inderdaad, conceptueel, het mooiste (vind ik). Dan snap je echt wat het idee is achter zo’n vierkantsvergelijking oplossen. Maar het vraagt ook net wat meer.quote:Op maandag 7 september 2009 22:31 schreef Riparius het volgende:
@Earry: Behalve via ontbinden in factoren of via de abc-formule kun je ook nog kwadraatafsplitsing toepassen. Zoek maar even op completing the square om te zien hoe dat gaat.
@Iblis: er zit nog een typo in je uitwerking.
Iets gaat er niet helemaal goed met de vergelijking van V2, maar dat zie je zelf ook wel. Maar in feite heb je hier dan drie vlakken in de drie-dimensionale ruimte en je moet een uitdrukking vinden voor de snijlijn van V1 ∩ V2? Doch ik moet wel even die juiste vergelijking hebben om een zinnig antwoord te kunnen geven.quote:Op maandag 7 september 2009 23:58 schreef Hanneke12345 het volgende:
Maar er is geen sprake van tijd in de som
V1=x1-x2+x3
V2= x1-xV23[/sub]
(V3=x1+x2+x3)
Bepaal een parametervoorstelling van de doorsnede V1(doorsnedetekentje)V2
Moet je dan in V2, x1 uitdrukken in x3 en dat invullen in V1?
Als je dit ruimtelijk voorstelt, dan zou ik zeggen, V1∩V2 komt overeen met V1 = V2, dus:quote:V_1= x_1-x_2+x_3
V_2= x_1-x_3
Ik begrijp werkelijk niet wat je aan het doen bent.quote:Op dinsdag 8 september 2009 00:38 schreef Hanneke12345 het volgende:
Dus even in het boek teruglezen of ik die tijd erbij moet schrijven (kan het me niet herinneren, maar kon het college sowieso erg slecht volgen).
Zelfde som (zelfde vectoren iig); Bepaal de doorsnede V1∩V2∩V3.
Ik heb met een matrix gevonden dat x1 = 3,5; x2=-2 en x3=-1,5. Hoe moet ik dit antwoord dan noteren?
Ik snap de vraagstelling volgens mij inderdaad niet goed. Riparius ook blijkbaar niet. Volgens mij heb ik meer context nodig.quote:Op dinsdag 8 september 2009 00:41 schreef GlowMouse het volgende:
Iblis toch, V1∩V2 is toch gewoon een verzameling punten die zowel in V1 als in V2 zitten.
De positie van die vlakken hangt af van de keuze voor V1 en V2.
Ik zie nu waar het misgaat met de nieuwe informatie van Hanneke12345. Misschien had ik niets moeten zeggen, dan had ik in ieder geval geen verwarring gezaaid, iets meer context was ook gemakkelijk geweest. Ik zat nu echt even een heel andere kant op te denken.quote:Op dinsdag 8 september 2009 00:51 schreef GlowMouse het volgende:
Als je de punten zoekt die in beide vlakken komen, dan heb je v1 = x1-x3-x2+2x3 (zelfde wat er staat), alleen moet x1-x3 dan tevens gelijk zijn aan v2 omdat je ook in het tweede vlak moet zitten. Dan kom je op v1-v2 = 2x3-x2.
sorry, maar dit volg ik nog niet. je gaat wat te snel. Klopt mijn bewijs wel?quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:37 schreef GlowMouse het volgende:
Ten eerste is het van belang dat je voor het rijtje (p_i) alle priemgetallen neemt uit de eindige verzameling.
Ten tweede weet je dat p1*p2*p3....*pk = p_i * (p1*p2*p3...*p(i-1)*p(i+1)*....*pk) en is dat product dus een veelvoud van p_i. Maar als je er dan eentje bij optelt dan kan het alleen deelbaar zijn door p_i als p_i=1.
Elk natuurlijk getal is een geheel veelvoud van 1, daar heb je deze redenering niet voor nodig. Maar 1 wordt niet beschouwd als priemgetal, onder meer niet omdat je anders geen unieke ontbinding in priemfactoren kunt krijgen van een natuurlijk getal (hoofdstelling van de rekenkunde).quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:34 schreef Borizzz het volgende:
Bij een bewijs over de oneindigheid van priemgetallen val ik over (waarschijnlijk een) kleinigheidje.
Ik zal eerst opschrijven wat ik heb.
Je neemt uit de verzameling P een eindige rij priemgetallen: p1,p2,p3....pk voor zekere k. (geheel getal).
Definieer M: p1*p2*p3...*pk+1.
Het getal p1*p2*p3....*pk is een veelvoud van p1,p2, p3....pk. Veelvouden liggen steeds pi eenheden van elkaar vandaan op de getallenlijn.
Dit maakt dat getal M géén veelvoud is van p1,p2,p3...pk. (*)
Met andere woorden: de priemfactorontbinding van M bevat priemgetallen q1,q2,q3...ql die niet in de rij p1,p2,p3...pk voorkomen.
Dus met een eindige rij priemgetallen valt dus ten minste één nieuw priemgetal te construeren. Dus een eindige rij kan worden uitgebreid.: Verzameling P is oneindig groot.
Bij (*) zit mijn probleempje. stel nu dat p1 het getal 1 is. Dan zou M wel een veelvoud kunnen zijn. toch?
Dan valt de verder mooie redenering dus in elkaar?
Of zit het 'm erin dat je 1 niet tot de priemgetallen rekent?
Ten eerste is 1 geen priemgetal dus er kan geen i zijn zodanig dat pi = 1. Los daarvan, was 1 wel een priemgetal, en zou er een i zijn zodat pi = 1 (en we kunnen zonder verlies van algemeenheid wel aannemen dat het het p1 is, dan nog is het niet zo’n ramp, omdat dan voor de andere pi met i > 1 je redenatie nog opgaat, dat M deelbaar is door één boeit verder niet, want elk priemgetal is deelbaar door 1.quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:34 schreef Borizzz het volgende:
Je neemt uit de verzameling P een eindige rij priemgetallen: p1,p2,p3....pk voor zekere k. (geheel getal).
Bij (*) zit mijn probleempje. stel nu dat p1 het getal 1 is. Dan zou M wel een veelvoud kunnen zijn. toch?
Dan valt de verder mooie redenering dus in elkaar?
Of zit het 'm erin dat je 1 niet tot de priemgetallen rekent?
Wat doen al die Tilburgers hier dan, Glowmouse?!quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:54 schreef GlowMouse het volgende:
Weer een Tilbuger, werkgroep 1 of 5 toevallig?
Links en rechts zie je iets met 3x, alleen links staat er nog een +2 in de weg, kan je die +2 loshalen?
De aanpak van Euclides is dat je aanneemt dat er een eindig aantal priemgetallen p1, p2 ... pk zijn en dat je daar dan een tegenspraak uit afleidt. Maar je moet in de gaten houden dat je getal M niet priem hoeft te zijn.quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:56 schreef Borizzz het volgende:
Hmm, mijn bewijs is dus niet bepaald goed.
En ik dacht nog wel dat ik een aardig eind op weg was...![]()
Want op bovenstaande manier is het me wel uitgelegd. Mijn probleem zat m enkel nog in de deelbaarheid van M.
Grondgedachte was, dat een eindige verzamemeling altijd nog uitgebreid kon worden m.b.v. de elementen in de eindige verzameling. Daaruit volgt dat P (en N, Z etc) oneindig groot is.
Daar kan toch niet veel mis mee zijn?!
Ik weet niet wat ze hier doen. Morgen ga ik reclame maken voor dit topic in mijn werkgroepen maar volgens mij is dat tot nu toe nog nergens gedaan.quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:57 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Wat doen al die Tilburgers hier dan, Glowmouse?!
ieg bedankt voor je toelichting. Vind het nog moeilijk maar ja. Doorzetten.
Nou je wilt eigenlijk een bewijs uit het ongerijmde. Je neemt dus aan dat |P| < ∞, om vervolgens op een tegenspraak uit te komen. Wat GlowMouse zegt, dat je alle elementen uit P moet meenemen is van belang, omdat de grap is dat je uiteindelijk wilt concluderen dat je met behulp van die elementen kunt aantonen dat je verzameling toch niet compleet is.quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:56 schreef Borizzz het volgende:
Hmm, mijn bewijs is dus niet bepaald goed.
En ik dacht nog wel dat ik een aardig eind op weg was...![]()
Want op bovenstaande manier is het me wel uitgelegd. Mijn probleem zat m enkel nog in de deelbaarheid van M.
Grondgedachte was, dat een eindige verzamemeling altijd nog uitgebreid kon worden m.b.v. de elementen in de eindige verzameling. Daaruit volgt dat P (en N, Z etc) oneindig groot is.
Daar kan toch niet veel mis mee zijn?!
Je hebt:quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:52 schreef booo het volgende:
Oké, ik weet het echt allemaal niet meer. Volgens mij is de volgende som super simpel, maar ik kom er gewoon niet meer uit hoe ik [ afbeelding ] aan één kant krijg
Ik moet de snijpunten van de grafieken van de volgende functies bepalen:
[ afbeelding ] en [ afbeelding ]
Dus achter elkaar wordt het:
[ afbeelding ]
Help?
Hier zat dus in feite de "grootste" fout? Dus alle elementen uit P nemen en niet een deelverzameling.quote:Je neemt uit de verzameling P een eindige rij priemgetallen: p1,p2,p3....pk voor zekere k. (geheel getal).
Definieer M: p1*p2*p3...*pk+1.
Ja. Je aanname dat er eindig veel zijn komt daarbij namelijk op een tegenspraak uit, want je pakt ze ‘alle eindig veel’ om een nieuw getal M mee te construeren.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:15 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Hier zat dus in feite de "grootste" fout? Dus alle elementen uit P nemen en niet een deelverzameling.
En dan laten zien dat er ondanks het feit dat je alle elementen uit P nam, er toch elementen uit P bijkomen die je niet in de oorspronkelijke verzameling had (via het getal M).
Dus P oneindig groot.
Toch ben ik ook zo eigenwijs om deze ook te willen snappen.quote:Op dinsdag 8 september 2009 17:55 schreef Iblis het volgende:
Overigens, als ik mag, er is nog een iets korter bewijs dat een variant is van dit bewijs van Euclides. Neem aan dat het aantal priemgetallen eindig is, en noem ze (oplopend in volgorde) p1,…,pk. Laat dan n = p1·p2···pk. Het is duidelijk dat n - 1 > pk, dus n - 1 moet deelbaar zijn door een pi, omdat n ook deelbaar is door pi moet n-(n-1) = 1 ook deelbaar zijn door pi. Een absurdum.□
Omdat je aanneemt dat er eindig veel priemgetallen zijn moet er wel uit die verzameling een pi zijn die n-1 deelt. En dat dat diezelfde pi n deelt is evident vanwege de constructie van n. Als je twee getallen hebt die elk door hetzelfde getal deelbaar zijn, is het verschil van die getallen ook door dat getal deelbaar, immers:quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:24 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Toch ben ik ook zo eigenwijs om deze ook te willen snappen.
pi deler van n. Ok. Volgt uit definitie van n=p1*p2*p3...Pi.
omdat n-1>pk zal er vast een pi deler zijn. Ook ok.
hoe kom je dan n-(n-1). Laatste stapje volg ik niet geheel.
Ja, was het maar zo'n feest.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:10 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je hebt:
3x+2 = 24 + 3x
Dus:
3x+2 - 3x = 24
Nu 3x buiten haakjes halen en je krijgt:
3x(32 - 1) = 24
Nu kun je het zelf wel verder oplossen.
Werkgroep 15 en bijles groep D, maar of die bijles iets gaat uithalen betwijfel ik nogquote:Op dinsdag 8 september 2009 17:54 schreef GlowMouse het volgende:
Weer een Tilbuger, werkgroep 1 of 5 toevallig?
Links en rechts zie je iets met 3x, alleen links staat er nog een +2 in de weg, kan je die +2 loshalen?
Bij die eerste vervang je x+2 door 2x, dat mag niet.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:39 schreef booo het volgende:
[..]
Ja, was het maar zo'n feest.
Ik kom dan op
32x - 3x = 24
En dan zou ik doen
3x = 24
aaah. OKquote:Op dinsdag 8 september 2009 18:34 schreef Iblis het volgende:
[..]
Omdat je aanneemt dat er eindig veel priemgetallen zijn moet er wel uit die verzameling een pi zijn die n-1 deelt. En dat dat diezelfde pi n deelt is evident vanwege de constructie van n. Als je twee getallen hebt die elk door hetzelfde getal deelbaar zijn, is het verschil van die getallen ook door dat getal deelbaar, immers:
Je zou kunnen schrijven: n = pi·a en (n-1) = pi·b waarbij a, b ∈ ℕ.
Neem nu pi·a - pi·b = pi(a - b). Dus dat verschil is ook door pi deelbaar. Maar dat verschil is 1. Dus dan zeg je dat 1 deelbaar is door pi, en dat is absurd.
Als je van Riparius' 3x(32 - 1) naar 32x - 3x bent gegaan (wat ik vermoed), dan maak je een rekenfout. Zo werken exponenten niet, wat ook wel logisch is als je bedenkt wat ze betekenen:quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:39 schreef booo het volgende:
Ja, was het maar zo'n feest.
Ik kom dan op
32x - 3x = 24
Getaltheorie is in zekere zin vaak heel elementair met wat het doet, maar vrij diep met wat eruit komt. Goed je regels kennen is inderdaad wel handig.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:51 schreef Borizzz het volgende:
[..]
aaah. OK
Het is ook de manier van denken/redeneren waar ik nog aan moet wennen. En al die regels over deelbaarheid.
Ik ben vorige week begonnen aan mijn laatste(!) mastercourse: getaltheorie. Gestart met de basis en dat bleek al aardig lastig. Volhouden maar zoals altijd.
Gaat veel getaltheorie over een dergelijke denkwijze/redeneertrant?
Dat is de reden waarom ik deze week eerst oude dingen uit de kast getrokken heb:quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:53 schreef Iblis het volgende:
[..]
Getaltheorie is in zekere zin vaak heel elementair met wat het doet, maar vrij diep met wat eruit komt. Goed je regels kennen is inderdaad wel handig.
Ik weet niet wat er allemaal aan bod gaat komen, maar in principe met dat wel voldoen denk ik.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:56 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Dat is de reden waarom ik deze week eerst oude dingen uit de kast getrokken heb:
deelbaarheid, modulo rekenen, bewijstechnieken (ongerijmde en volledige inductie), en priemfactorontbindingen.
Is dit denk je de basis, om daarna verder te gaan, of mist er nog wat denk je?
Oh dom van me.quote:Op dinsdag 8 september 2009 18:52 schreef Iblis het volgende:
[..]
Als je van Riparius' 3x(32 - 1) naar 32x - 3x bent gegaan (wat ik vermoed), dan maak je een rekenfout. Zo werken exponenten niet, wat ook wel logisch is als je bedenkt wat ze betekenen:
[ afbeelding ]
Heb je 3x · 32 dan krijg je dus:
[ afbeelding ]
Maar dan ben je weer terug bij af, dus daar schiet je niets mee op, je moet wat met 32 - 1 in Riparius' uitwerking.
Correct.quote:-x²+5x=x-5
eerste gedachte:
-x²+4x+5=0
nou ja, wat doe ik hier dan verkeerd, want ik krijg op beide methodes dus andere waardenquote:Op dinsdag 8 september 2009 19:57 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Correct.
Nu beide leden van de vergelijking maal -1 doen.
Vervolgens abc formule toepassen. Som/Product methode lukt ook.
quote:x²-4x-5=0
D=-4² -4 maal 1 maal -5 = 36
x= (4 min wortel36)/1 =-2
x= (-4 min wortel36)/1 =2
Je zou denken dat je met de discriminant altijd veilig zit... maar het boekje zegt:
x²-4x-5=0
(x-5) maal (x+1) = 0
En dus x= 5 en x= -1
Gebruik je haakjes om negatieve getallen heen?quote:Op dinsdag 8 september 2009 20:11 schreef Panthera1984 het volgende:
[..]
nou ja, wat doe ik hier dan verkeerd, want ik krijg op beide methodes dus andere waarden
[..]
Is a > 0 dan is het een dalparabool, is a < 0, dan is het een bergparabool. Dat is ergens ook wel logisch. Vul b.v. in x = 10, dat geeft x2 = 100, staat er nu voor de x2 een positief getal, dan blijft het positief, staat er een negatief getal, dan wordt dit een heel grote negatieve waarde. Hoe verder je van 0 afkomt, hoe groter dit wordt. Voor -100 is x2 b.v. 10.000. Voor a = -2 wordt dit zelfs -20.000.quote:Op dinsdag 8 september 2009 19:53 schreef Panthera1984 het volgende:
Nu heb ik niet alles 100% onder de knie, maar er zijn nog een paar vragen waar ik zo geen antwoord op kon krijgen: Hoe kan je nou aan een formule zien of het een berg- of dalparabool is? Ik weet dat er een x² in moet zitten, maar is die 'tweede' x zoals ik ze in formules tegenkom ook nodig? (voorbeeld: y=ax²+bx-c)
Ik snap niet helemaal wat je hiermee bedoelt, kun je een voorbeeld geven?quote:Daarnaast vraag ik me nog af met functies, als je y een waarde geeft, kan dat dan nog in een vergelijking? dus zeg maar formule a afzetten tegen b?
De formule is:quote:Dan had ik zeg maar nog een fout gemaakt, maar ik zie niet waar de fout zit?
de opdracht was gewoon oplossen:
-x²+5x=x-5
eerste gedachte:
-x²+4x+5=0
D=4²-4 maal -1 maal +5 =25
x=(-4 min wortel25)/-1 =9
en: x=(4 min wortel25)/-1 =-1
Die oplossingen zijn niet goed, je vult de formule weer niet goed in, hier heb je a = 1, b = -4, en c = 5, en je krijgt:quote:Ik zag dat het fout was, en heb de eerste stap van de uitwerking overgenomen, en daarna nog eens geprobeerd:
x²-4x-5=0
D=-4² -4 maal 1 maal -5 = 36
x= (4 min wortel36)/1 =-2
x= (-4 min wortel36)/1 =2
Je hebt dus wat fout gedaan, namelijk de formule niet goed ingevuld, hopelijk snap je het met bovenstaande, je insteek was namelijk op zich correct.quote:Je zou denken dat je met de discriminant altijd veilig zit... maar het boekje zegt:
x²-4x-5=0
(x-5) maal (x+1) = 0
En dus x= 5 en x= -1
Is het zo dat als je de product som methode toe kan passen de discriminant (abc formule) niet meer werkt? OF (logischer) heb ik iets fout gedaan, maar zie ik het over het hoofd?
Dat werkt inderdaad niet, je moet x^{2} schrijven bijvoorbeeld.quote:Hopelijk kunnen jullie wat inzicht verschaffen.
ik heb geprobeerd de link uit de op te gebruiken, maar die herkende ² niet..?)
Ok, het is me wel wat helderder nuquote:Op dinsdag 8 september 2009 20:18 schreef Iblis het volgende:
[..]
Is a > 0 dan is het een dalparabool, is a < 0, dan is het een bergparabool. Dat is ergens ook wel logisch. Vul b.v. in x = 10, dat geeft x2 = 100, staat er nu voor de x2 een positief getal, dan blijft het positief, staat er een negatief getal, dan wordt dit een heel grote negatieve waarde. Hoe verder je van 0 afkomt, hoe groter dit wordt. Voor -100 is x2 b.v. 10.000. Voor a = -2 wordt dit zelfs -20.000.
Voor een vorm als ax2 + c ligt het laagste of hoogste punt altijd op x = 0, voor een vorm met bx erbij kan dit ook iets meer naar links of naar rechts liggen.
Nou ja, niet zo snel van kwadratische functies, maar bijvoorbeeld:quote:Wat denk ik het makkelijkst is, is dat je even naar b.v. http://www.wolframalpha.com/ gaat, en daar een paar formules intypt, dan kun je makkelijk de grafiek bekijken (en hij rekent de 0-punten nog uit ook). Dat geeft de makkelijkste terugkoppeling hoe die coëfficiënten corresponderen met de vorm.
[..]
Ik snap niet helemaal wat je hiermee bedoelt, kun je een voorbeeld geven?
Denk dat ik niet 2 maal a heb gedaanquote:[..]
De formule is:
[ afbeelding ]
En die vul je niet goed in. Je weet a = -1, b = 4 en c = 5, je krijgt dus:
[ afbeelding ]
Vul je het dan verder in, dan krijg je:
[ afbeelding ], dus x = -1 of x = 5.
Op zich is je idee dus goed, maar je vergist je ergens met invullen.
[..]
quote:Die oplossingen zijn niet goed, [...]
Nu snap ik je vraag nog steeds niet helemaal, maar ik kan wel uitleggen hoe je dat doet.quote:Op dinsdag 8 september 2009 20:38 schreef Panthera1984 het volgende:
Stalagmiet = h=215+0.7t
Stalagtiet = h=418-1.1t
h = Afstand in mm van de top tot de bodem
t = tijd in jaren met als 0 = 1980
Bereken in welk jaar de ruimte tussen de toppen 9 CM is.
Dan lijkt me dat je de formules tegen elkaar in een vergelijking moet zetten met uitkomst 90, maar hoe zit dat nu precies?
Dat, en je berekening van de discriminant was niet goed, want er moest 36 uitkomen, en jij had in het eerste geval 25.quote:Denk dat ik niet 2 maal a heb gedaan![]()
Ik type ze in, b.v.:quote:Op dinsdag 8 september 2009 20:34 schreef Merkie het volgende:
Hoe maak je die kekke plaatjes zo snel Iblis?
1 |
Net zo’n script als GlowMouse in z’n OP heeft staan: http://betahw.mine.nu/index.phpquote:
1 |
1 |
1 |
Dit had ik wel bedacht, maar je krijgt ook punten voor de berekening, en ze willen onderstaande lezen natuurlijkquote:Op dinsdag 8 september 2009 20:55 schreef Iblis het volgende:
[..]
Nu snap ik je vraag nog steeds niet helemaal, maar ik kan wel uitleggen hoe je dat doet.
In feite heb je twee h’s, eentje voor de stalagmiet, en eentje voor de stalactiet. Op t = 0 begint die stalactiet 418mm van de bodem, en de stalagmiet op 215mm.
Je kunt dit nu in feite redelijk snel beredeneren: je zegt (vrij simpel) het verschil is nu 203mm, elk jaar komen ze 1,8mm dichter bij elkaar (1,1 van de stalactiet, en 0,7 van de stalagmiet) en ze moeten nog 113mm groeien om 9cm van elkaar af te zitten, dus in totaal duurt het:
[ afbeelding ]
dus ipv ze ieder aan één kant van het = teken te zetten zet je ze tussen haakjes en ga je kruislings vermenigvuldigen?quote:De andere manier is het formeel uitschrijven met formules, je weet:
Stalagmiet: hm = 215 + 0.7t
Stalactiet: ht = 418 - 1.1t
En je wilt dat ht - hm = 90 geldt. Dan schrijf je het uit:
(418 - 1,1t) - (215 + 0,7t) = 90
Nog een klein vraagje excusesquote:203 - 1,8t = 90
113 = 1,8t
t ≈ 62,8 jaar
Het resultaat is hetzelfde en de berekening komt op hetzelfde neer, maar het een is iets meer beredeneerd dan het ander, misschien ligt het een je beter dan het andere.
[..]
Dat, en je berekening van de discriminant was niet goed, want er moest 36 uitkomen, en jij had in het eerste geval 25.
[LaTeX #4] TeXnici helpen bij TeXnische problemen.quote:Op dinsdag 8 september 2009 21:15 schreef Merkie het volgende:
Cool. Nu nog de syntax van de code leren
.
Ik weet niet op wat niveau je precies bezig bent, maar je zou de afgeleide kunnen berekenen en deze gelijkstellen aan 0.quote:Op dinsdag 8 september 2009 21:17 schreef Panthera1984 het volgende:
Nog een klein vraagje excuses
Formule: W=-5a²+300a
vraag: Bij welk getal van 'a' is W maximaal.
In deze specifieke vraag had je eerder al een tabel gemaakt waaruit je het kon aflezen, maar is er ook een manier om dit te berekenen? Of is dat de extreme waarde 'gewoon' berekenen?
Niveau Havo Wiskunde Aquote:Op dinsdag 8 september 2009 21:24 schreef Merkie het volgende:
[..]
Ik weet niet op wat niveau je precies bezig bent, maar je zou de afgeleide kunnen berekenen en deze gelijkstellen aan 0.
Je kan de nulpunten berekenen en dan daar is het midden van pakken.quote:Op dinsdag 8 september 2009 21:30 schreef Panthera1984 het volgende:
[..]
Niveau Havo Wiskunde A
Ik wet alleen even niet wat je met afgeleide bedoelt...
maar de extreme waarde = top, en de top zou de maximale zijn van de formule, toch?
Nee, ik vermenigvuldig niet kruislings. Als je m’n verhaaltje snapt, dan zou je dit ook moeten snappen, ik pak het er nog eens bij:quote:Op dinsdag 8 september 2009 21:17 schreef Panthera1984 het volgende:
Dit had ik wel bedacht, maar je krijgt ook punten voor de berekening, en ze willen onderstaande lezen natuurlijk
dus ipv ze ieder aan één kant van het = teken te zetten zet je ze tussen haakjes en ga je kruislings vermenigvuldigen?
Dus ht geeft de hoogte van de stalactiet, en hm van de stalagmiet, de vraag is, wanneer is dat verschil 90mm? Aangezien de stalactiet van het plafond naar beneden komt, heeft die een hogere waarde, daarom zeg ik:quote:Stalagmiet: hm = 215 + 0.7t
Stalactiet: ht = 418 - 1.1t
Dit zegt dus, de hoogte van de stalactiet (ht) - de hoogte van de stalagmiet hm moet 90mm zijn.quote:En je wilt dat ht - hm = 90 geldt. Dan schrijf je het uit:
En nu is het gewoon een kwestie van haakjes wegwerken, ik kan nog één extra tussenstap doen, het bovenstaande is gelijk aan (haakjes rechts haal ik weg):quote:(418 - 1,1t) - (215 + 0,7t) = 90
90 naar de andere kant:quote:203 - 1,8t = 90
En dit hierboven zegt eigenlijk waar je door beredeneren ook al was.quote:113 = 1,8t
En dat is dus het antwoord.quote:t ≈ 62,8 jaar
Ik weet niet of je afgeleiden hebt gehad, maar in anders geldt dat de top van een vergelijking ax2 + bx + c te vinden is door:quote:Nog een klein vraagje excuses
Formule: W=-5a²+300a
vraag: Bij welk getal van 'a' is W maximaal.
In deze specifieke vraag had je eerder al een tabel gemaakt waaruit je het kon aflezen, maar is er ook een manier om dit te berekenen? Of is dat de extreme waarde 'gewoon' berekenen?
Als je niet weet wat ik bedoel moet je het niet proberenquote:Op dinsdag 8 september 2009 21:30 schreef Panthera1984 het volgende:
[..]
Niveau Havo Wiskunde A
Ik wet alleen even niet wat je met afgeleide bedoelt...
maar de extreme waarde = top, en de top zou de maximale zijn van de formule, toch?
Oh ja, dat is ook een goede, en hier geldt: -5a²+300a = 0 of a(-5a + 300) = 0 dus a = 0 of -5a = -300, dus a = 60, en inderdaad ligt 30 precies tussen 0 en 60 in!quote:Op dinsdag 8 september 2009 21:31 schreef -J-D- het volgende:
[..]
Je kan de nulpunten berekenen en dan daar is het midden van pakken.
Precies tussen de nulpunten bevindt zich het maximum. Je vindt dan de waarde die bij de horizontale as hoort.
Ik wilde het juist niet uitwerken, zodat hij zelf nog wat te doen hadquote:Op dinsdag 8 september 2009 21:34 schreef Iblis het volgende:
[..]
Oh ja, dat is ook een goede, en hier geldt: -5a²+300a = 0 of a(-5a + 300) = 0 dus a = 0 of -5a = 300, dus a = 60, en inderdaad ligt 30 precies tussen 0 en 60 in!
Maar hoe teken je x+y daarin?quote:Op zondag 13 september 2009 13:12 schreef DuTank het volgende:
Hoe teken je dit, het lijkt mij namelijk een te simpel antwoord
Draw a picture of (21), for the geometrical approach. It is not quite the Pythagoras triangle, for vectors should start at the origin. (die laatste zin doet mij in de war raken..)
(21): x is perpendicular to y <--> ||x+y||² = ||x||² + ||y||²
Mij lijkt het heel simpel door gewoon in een grafiekje zo iets als dit te maken:
|
|___
Dat is namelijk loodrecht op elkaar..
En als je dat verwoordt als formule?quote:Op zondag 13 september 2009 14:37 schreef FEARSiDE het volgende:
De richtingscoëfficiënt van de raaklijn is gelijk aan de afgeleide van de functie in dat punt?
Wat?quote:
Jup.quote:Maar was FOK even down? Want kwam namelijk even niet meer op de site en het forum.
Bedankt in ieder geval!
Als je die -24 uiteindelijk door -18 hebt vervangen, dan neem ik aan dat het goed gegaan is. Ben je eruit gekomen met die -24, dan zou ik er nog eens naar kijken.quote:Op zondag 13 september 2009 16:19 schreef FEARSiDE het volgende:
Ben er aan uit gekomen. Maar was FOK even down? Want kwam namelijk even niet meer op de site en het forum.
Bedankt in ieder geval!
De ISO notatie is echter [0,4[, daarom zie je die vaak op middelbare schoolboeken. Maar ik vind die lelijk. Maar [0,4〉ken ik eigenlijk ook niet.quote:Op zondag 13 september 2009 21:31 schreef GlowMouse het volgende:
[0,4> wordt normaal genoteerd als [0,4)
Waarom gebruik je U+3009 RIGHT ANGLE BRACKET i.p.v. U+27E9 MATHEMATICAL RIGHT ANGLE BRACKET? De eerste is uit het blok CJK Symbols and Punctuation (en wordt hier niet correct weergegeven, maar dat terzijde).quote:Op zondag 13 september 2009 21:34 schreef Iblis het volgende:
[..]
De ISO notatie is echter [0,4[, daarom zie je die vaak op middelbare schoolboeken. Maar ik vind die lelijk. Maar [0,4〉ken ik eigenlijk ook niet.
Goede vraag. Ik denk dat ik dat per ongeluk fout heb ingesteld op m’n toetsenbord. Alhoewel ik meestal \rangle gebruik:quote:Op zondag 13 september 2009 21:43 schreef Riparius het volgende:
[..]
Waarom gebruik je U+3009 RIGHT ANGLE BRACKET i.p.v. U+27E9 MATHEMATICAL RIGHT ANGLE BRACKET? De eerste is uit het blok CJK Symbols and Punctuation (en wordt hier niet correct weergegeven, maar dat terzijde).
Ik herinner me die notatie wel ergens van, waarschijnlijk van mijn middelbare schooltijd, wij gebruikten Getal & Ruimte, misschien dat het daar (o.a.) vandaan komt?quote:Op zondag 13 september 2009 21:34 schreef Iblis het volgende:
[..]
De ISO notatie is echter [0,4[, daarom zie je die vaak op middelbare schoolboeken. Maar ik vind die lelijk. Maar [0,4〉ken ik eigenlijk ook niet.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |