als je iets door een deelt blijft het hetzelfde dus (z/1)=zquote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:17 schreef BrauN het volgende:
En hoezo kun je van:
(x/y) / (z/1)
dit maken
(x) / (yz)
Ik zal allereerst eens beginnen met het leren van de rekenregels wat betreft de logaritmen.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:37 schreef BrauN het volgende:
Dames en heren, we gaan nu een stapje verder. Schrik niet.
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
Dat 'ln'-ding heet geloof ik een natural logarithm, voor de n00bs die dat niet weten.
Nou... los maar op.
ln(x+7) + ln(x+3) = 0quote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:37 schreef BrauN het volgende:
Dames en heren, we gaan nu een stapje verder. Schrik niet.
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
Dat 'ln'-ding heet geloof ik een natural logarithm, voor de n00bs die dat niet weten.
Nou... los maar op.
Simpel zat:quote:Dames en heren, we gaan nu een stapje verder. Schrik niet.
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
Dat 'ln'-ding heet geloof ik een natural logarithm, voor de n00bs die dat niet weten.
Nou... los maar op.
Dit is fout.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:47 schreef SciFi het volgende:
[..]
Simpel zat:
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
(x+7)+(x+3) = e^0 = 1
x+7+x+3 = 1
2x = -9
x = -9/2 = -4.5
Dat lijkt me een zeer goed advies. Vandaar dat ik 't nog even citeer.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:43 schreef Zwansen het volgende:
[..]
Ik zal allereerst eens beginnen met het leren van de rekenregels wat betreft de logaritmen.
Had dan TVP gezegtquote:Op dinsdag 10 januari 2006 18:30 schreef -J-D- het volgende:
Nee, maar ik ga niet wachten tot ik inhoudelijk kan reageren en dan steeds het topic terugzoeken.
Zolang die brakke boommark niet gekoppeld is aan MyAT is het zinloos.
Bijna -e.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:46 schreef Repeat het volgende:
[..]
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
ln((x+7)*(x+3)) = 0
ln(x²+10x+21) = 0
e^0 = x²+10x+21
1 = x²+10x+21
-x²-10x-20=0
x = - 2 ,76
verder kom ik niet, maar tis volgens mij wel goed
Cirkelkwadratuur is onmogelijk. Komt omdat pi transcendent is. Gegeven twee punten in het vlak welke de coordinaten (0,0) en (0,1) worden gegeven kun je alleen punten met algebraische coordinaten construeren met passer en liniaal. Dat pi transcendent is, is bewezen door Lindemann. Hier is een bewijs. Ik heb geen idee of het een goed bewijs is, niet doorgelezen.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 18:55 schreef teletubbies het volgende:
..cirkelkwadratuur.. is het opgelost? zo ja... waar kan ik het bewijs vinden?..thanx!
Het probleem is in zoverre opgelost dat bewezen is dat het niet kan. In het Engels heet het Squaring the circle. Het zit 'm erin dat Pi transcendentaal is, d.w.z. niet als nulpunt van een polynoom met alleen rationale coëfficiënten uitgedrukt kan worden. (Uiteraard wel als nulpunt van de polynoom x^2 - Pi*x, dus vandaar die rationale coëfficiënten).quote:Op dinsdag 10 januari 2006 18:55 schreef teletubbies het volgende:
..cirkelkwadratuur.. is het opgelost? zo ja... waar kan ik het bewijs vinden?..thanx!
Uh, nergens. Want 27 - 2 = 25. Het is overigens futue te ipsum.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:22 schreef --Christiaan-- het volgende:
er zijn 3 jongens die een konijn willen kopen.
ze gaan naar een boer toe.
die boer verkoopt hen een konijn voor 30 euro.
dus die jongens gooien ieder 10 euro in de pot en kopen dat konijn.
als de boer dat konijn heeft gekocht krijgt hij er spijt van.
de boer vind dat hij teveel heeft gevraagd voor het konijn.
de boer geeft aan zijn medewerker 5 euro om aan de jongens terug te geven.
de medewerker vind het niks om de kutklusjes van zijn baas op te knappen en haalt er 2 euro uit.
hij geeft de jongetjes elk 1 euro terug.
de jongens hebben nu elk 9 euro betaalt voor het konijn.
9 x 3 = 27 euro. de medewerker had ook nog 2 euro. Waar is die ene euro?
Hmm jammer, ik had van Drs. P. toch een wat sterkere tekst verwacht.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:19 schreef AtraBilis het volgende:
[..]
Als troost dan maar een liedje van Drs. P dat er ook over gaat.
Kut, typoquote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:25 schreef AtraBilis het volgende:
[..]
Uh, nergens. Want 27 - 2 = 25. Het is overigens futue te ipsum.
Neuk jezelf. (Of: Go Fuck yourself), De -e duidt een imperativus aan.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:27 schreef --Christiaan-- het volgende:
[..]
Kut, typo. Weet je ook wat het betekent?
b-a=3, dus het gaat om de punten (a,y(a) en (a+3,y(a+3)). De helling tussen die punten is (y(a+3)-y(a))/3. Ik denk dat je hiermee verder kunt komen.quote:Een lijn snijdt de grafiek van de functie y(x) = x^2 + 7 in de punten (a,y(a)) en (b,y(b)).
De helling van die lijn is 5.
b-a = 3
hehehhehehehequote:Op dinsdag 10 januari 2006 20:21 schreef AtraBilis het volgende:
Ja. Maar voor elke epsilon geldt dat het minder grappig is.
Ik denk het niet. Het gaat om de punten (a, y(a)) en (b, y(b)). Gegeven is dat a = b + 3, en dat de helling gelijk is aan 5. Ergo, we kunnen ook zeggen dat het gaat om de punten (a, y(a)) en (a - 3, y(a) - 15). Voorts weet je dat die punten aan de vergelijking moeten doen. Dat moet genoeg zijn.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 20:29 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
b-a=3, dus het gaat om de punten (a,y(a) en (a+5,y(a+3)). De helling tussen die punten is (y(a+3)-y(a))/3. Ik denk dat je hiermee verder kunt komen.
b = 3 + aquote:Op dinsdag 10 januari 2006 20:24 schreef BrauN het volgende:
Een lijn snijdt de grafiek van de functie y(x) = x^2 + 7 in de punten (a,y(a)) en (b,y(b)).
De helling van die lijn is 5.
b-a = 3
Nou... hoe reken ik die a en b uit?
Okee, laten we beginnen bij de Fe2O3. Dit is een zout dat gevormd wordt door positief geladen ijzerionen en negatief geladen zuurstofionen. Zuurstofionen zijn altijd 2-. Aangezien je 3 zuurstofatomen hebt in Fe2O3, is dat dus samen 6-. Fe2O3 is in zijn geheel neutraal, dus moeten de ijzerionen samen 6+ zijn. Aangezien je twee ijzerionen hebt, is elk apart ijzerion dus 3+. Oftewel: je hebt een zout dat bestaat uit O2- en Fe3+.quote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:44 schreef WyBo het volgende:
Ik snap de volgende zuur-base reactie niet,
De opgave is: Geef de RV van Fe2O3 in overmaat verdund zwavelzuur
dan zou je de volgende RV moeten krijgen:
Fe2O3 + 6 H30+ -----> 2 Fe3+ + 9 H2O
zou iemand dat voor mij kunnen uitleggen aub?![]()
ok, je post was wel de moeite om te lezenquote:Op dinsdag 10 januari 2006 21:07 schreef Lathund het volgende:
verhaal
Eigenlijk heet het logaritmus naturalis, vandaar ook ln en niet nlquote:Op dinsdag 10 januari 2006 16:37 schreef BrauN het volgende:
Dames en heren, we gaan nu een stapje verder. Schrik niet.
ln(x+7) + ln(x+3) = 0
Dat 'ln'-ding heet geloof ik een natural logarithm, voor de n00bs die dat niet weten.
Nou... los maar op.
Dat had best een goeie oplossing geweest inderdaad... jammer dat ik het nu pas leesquote:Op dinsdag 10 januari 2006 14:55 schreef AtraBilis het volgende:
[..]
Ik snap het. Daar ik geen verstand van Excel heb weet ik niet of het haalbaar is, maar, is het dan niet logischer om de open vragen een eigen rij te geven?
(Respondent 1)
[lijst meerkeuze]
[eerste open vraag]
[tweede open vraag]
(Respondent 2)
[lijst meerkeuze]
[eerste open vraag
[tweede open vraag]
Vraag 1 proberen gedeeltelijk te beantwoorden:quote:1:
Machine draait 16 uur per dag. 46 werkweken in een jaar – 5 dagen per week.
Economische levensduur = 5 jaar
Gelijktijdige capaciteit= 12.800 prestaties per week
A: Omschrijf het begrip gelijktijdige capaciteit.
B: Bereken de gelijktijdige capaciteit per uur.
C: Bereken de volgtijdige capaciteit.
2:
Jaarproductie= 400.000 kg.
Kwartaal 1: 20 %
Kwartaal 2: 25 %
Kwartaal 3: 30 %
Kwartaal 4: 25 %
De reservecapaciteit is 10.000 kg per kwartaal. Er zijn 4 machines aanwezig met een capaciteit van 155.000 kg per jaar.
A: Bereken de rationele capaciteit.
B: Bepaal de rationele overcapaciteit.
C: Splits de rationele overcapaciteit naar oorzaken.
D: Is er irrationele overcapaciteit? Motiveer.
3:
1 januari is de voorraad cd-rom’s 18.000 stuks.
Er werden er 82.000 verkocht á ¤ 45 per stuk.
Kosten:
Variabele: ¤ 1.200.000
Constante: ¤ 1.700.000
Normale productie/afzet is ¤ 85.000 per jaar.
A: Wat kun je zeggen over de voorraadverandering in de afgelopen jaren?
B: Bereken de integrale kostprijs van één cd.
C: Bereken het bedrijfsresultaat volgens de integrale kostencalculatie.
D: Bereken de dekkingsbijdrage per cd.
E: Bereken het bedrijfsresultaat volgens de variabele kostencalculatie.
F: Verklaar het verschil tussen antwoord c en d. (+ berekening)
G: Wanneer is het bedrijfsresultaat bij beide methoden gelijk?
4:
Voorcalculatie berekent 1,25 kg á ¤ 8 nodig. Nacalculatie bleek 120.000 kg, waarvoor ¤ 8,5 per kg. betaald werd. Er werden 100.000 flessenrekken geproduceerd.
A: bereken het calculatieverschil op basis van grondstofverbruik.
B: berken het efficiencyverschil op grondstof
C: bereken het prijsverschil op grondstof
Ik schrijf gewoon log in plaats van ln als ik de natuurlijke logaritme bedoel. Een logaritme met grondtal 10 schrijf ik als log(x)/log(10).quote:Op dinsdag 10 januari 2006 23:05 schreef Nuna het volgende:
[..]
Eigenlijk heet het logaritmus naturalis, vandaar ook ln en niet nl![]()
Mijn tvp
Waarom zou je zo moeilijk doen als het rekenmachine al automatisch 10 als grondgetal neemt?quote:Op woensdag 11 januari 2006 17:14 schreef thabit het volgende:
[..]
Ik schrijf gewoon log in plaats van ln als ik de natuurlijke logaritme bedoel. Een logaritme met grondtal 10 schrijf ik als log(x)/log(10).
eens is.quote:Op woensdag 11 januari 2006 18:34 schreef bierglas het volgende:
[..]
Waarom zou je zo moeilijk doen als het rekenmachine al automatisch 10 als grondgetal neemt?
Dat alleen al is een reden om die rekenmachine bij het grofvuil te zetten.quote:Op woensdag 11 januari 2006 18:34 schreef bierglas het volgende:
[..]
Waarom zou je zo moeilijk doen als het rekenmachine al automatisch 10 als grondgetal neemt?
Grofvuil? Heb jij nog een ENIAC?quote:Op woensdag 11 januari 2006 18:45 schreef thabit het volgende:
[..]
Dat alleen al is een reden om die rekenmachine bij het grofvuil te zetten.
Dit is de ENIAC: plaatje.. beetje een hele grote computerquote:Op woensdag 11 januari 2006 19:18 schreef thabit het volgende:
Man, ik weet niet wat een ENIAC is. Maar als de log niet met grondtal e is, dan is het waardeloos.
Ik weet het ook niet maar na wat ge-Google kom ik hierop: link, de Java code van de StringBuffer class. Je kunt hier zien met welke waarden append de methode aanroept voor het uitbreiden van de capacity. De capacity wordt uiteindelijk veranderd in expandCapacity() waarbij de nieuwe capacity (value.length + 1)*2 is of de waarde die aan de methode is meegegeven vanuit append, mits deze groter is dan de al berekende waarde met die formule van daarnet.quote:Op donderdag 12 januari 2006 08:41 schreef Masanga het volgende:
Vraag ivm StringBuffers bij Java:
Er is een verschil tussen de lengte en de capaciteit. Initieel is de capaciteit = lengte+16. Maar als men via de methode StringBuffer.append("...") zaken gaat toevoegen zal die formule uit het voorbeeld dat ik hier gebruikte niet meer geldig zijn (maw capaciteit is niet langer lengte + 16).
Zit daar (bepaling van de capaciteit) enige logica in?
Dat komt doordat het binomiaal is. Je hebt prijs óf geen prijs. In dit geval vragen ze drie keer geen prijs. De kans dat je 1x geen prijs hebt is 49500/50000. Dus de kans dat je 3x geen prijs hebt is dan (49500/50000)3.quote:Op donderdag 12 januari 2006 17:09 schreef Ewaldus het volgende:
ok, ben bezig met kansberekeningen voor wiskundeA12, alleen door het harde leren zie ik door de bomen het bos niet meer.
Ik vraag mij af waarom bij opdracht 8 je niet 49000 ncr 50000 hebt maar wel 49000/50000.
vaak doe ik het op gevoel of gewenning of voel ik het gewoon , maar heb geen concrete reden..
Wie kan het vertellenzal mij deugd doen
[afbeelding]
maar als er meer mogelijkheden waren was het wel zo'n 'nCr' geval?quote:Op donderdag 12 januari 2006 18:12 schreef Nuna het volgende:
[..]
Dat komt doordat het binomiaal is. Je hebt prijs óf geen prijs. In dit geval vragen ze drie keer geen prijs. De kans dat je 1x geen prijs hebt is 49500/50000. Dus de kans dat je 3x geen prijs hebt is dan (49500/50000)3.
Volgens mij welquote:Op donderdag 12 januari 2006 18:23 schreef Ewaldus het volgende:
[..]
maar als er meer mogelijkheden waren was het wel zo'n 'nCr' geval?![]()
(3 se's op één dag zijn veel)
Ik denk dat er een afweging wordt gemaakt tussen ruimte en snelheid. Telkens de capaciteit een beetje verhogen (telkens met 10 of zo), geeft bij veel toevoegen natuurlijk nodeloze inspanningen om de capaciteit te verhogen. Een capaciteit in het begin die heel groot is, is ook nodeloos, want dan verkwist je ruimte.quote:Op donderdag 12 januari 2006 08:41 schreef Masanga het volgende:
Vraag ivm StringBuffers bij Java:
Er is een verschil tussen de lengte en de capaciteit. Initieel is de capaciteit = lengte+16. Maar als men via de methode StringBuffer.append("...") zaken gaat toevoegen zal die formule uit het voorbeeld dat ik hier gebruikte niet meer geldig zijn (maw capaciteit is niet langer lengte + 16).
Zit daar (bepaling van de capaciteit) enige logica in?
Volgens mij heb je gelijk. Als je het netjes zou doen, dan zou je gebruik maken van combinaties ('nCr'). De eerste keer geen prijs is namelijk een kanas van 49500/50000, de tweede keer van 49499/49999 en de derde keer van 49498/49998, of, hetzelfde: (49500 nCr 3)/(50000 nCr 3), beide geven als uitkomst 40426674783/41664166700. (Mits je ervan uitgaat dat men zonder terugleggen te prijzen uitdeelt, wat vaak zo is, daar op een lot meestal maar één prijs valt) Wat, in decimalen .9702984119 is. Terwijl (49500/50000)^3 = .9702990000.quote:Op donderdag 12 januari 2006 17:09 schreef Ewaldus het volgende:
ok, ben bezig met kansberekeningen voor wiskundeA12, alleen door het harde leren zie ik door de bomen het bos niet meer.
Ik vraag mij af waarom bij opdracht 8 je niet 49000 ncr 50000 hebt maar wel 49000/50000.
vaak doe ik het op gevoel of gewenning of voel ik het gewoon , maar heb geen concrete reden..
Wie kan het vertellenzal mij deugd doen
[afbeelding]
Als ze zouden differentieren naar hoofdprijs, tweede prijs en derde prijs en geen prijs. En ze vragen bijvoorbeeld, wat is de kans dat je met 5 loten een keer de hoofdprijs wint, en twee derde prijzen? (En de rest geen prijs), dan zou je krijgen: ((1 nCr 1)*(9 nCr 0)*(490 nCr 2)*(49500 nCr 2))/(50000 nCr 5). Zoals te verwachten is deze kans heel klein. (5.6 * 10^-8). ik hoop dat dit niet boven je wiskunde A pet gaat, anders gewoon negeren dusquote:Op donderdag 12 januari 2006 18:23 schreef Ewaldus het volgende:
[..]
maar als er meer mogelijkheden waren was het wel zo'n 'nCr' geval?![]()
(3 se's op één dag zijn veel)
Het staat gewoon in de Java hoor: linkquote:Op donderdag 12 januari 2006 18:33 schreef AtraBilis het volgende:
[..]
Ik denk dat er een afweging wordt gemaakt tussen ruimte en snelheid. Telkens de capaciteit een beetje verhogen (telkens met 10 of zo), geeft bij veel toevoegen natuurlijk nodeloze inspanningen om de capaciteit te verhogen. Een capaciteit in het begin die heel groot is, is ook nodeloos, want dan verkwist je ruimte.
Het verdubbelen is echter niet zonder goede theoretische reden. Het verdubbelen leidt ertoe dat er gemiddeld een constante tijd nog steeds gegarandeerd kan worden per toevoegen van een element aan de lijst. De kosten voor het verdubbelen worden daarbij dus verdeeld over alle elementen die je toevoegt. Resize je vaker, dan moet je vaker met data schuiven en toewijzen, en dan kost je dit gemiddeld meer tijd. (Niet O(1) in complexiteitstermen. Door verdubbeling blijft de complexiteit O(n) om n elementen toe te voegen aan de lijst. Anders wordt deze beroerder.)
Dat is volgens mij de reden.
En wel hier vandaan. Dus wellicht dat inonosine monophosphate meer oplevert als je ermee zoekt in Google.quote:Synthesis of the first fully formed purine nucleotide, inosine monophosphate, IMP begins with 5-phospho-a-ribosyl-1-pyrophosphate, PRPP. Through a series of reactions utilizing ATP, tetrahydrofolate (THF) derivatives, glutamine, glycine and aspartate this pathway yields IMP. The two indicated enzymes (A and B) are those catalyzing the rate limiting step and the reaction necessary for the purine nucleotide cycle, respectively. The structure of the nucleobase of IMP (hypoxanthine) is shown.
Bij 2a wordt naar a gevraagd, niet naar x. Maar als het goed is, zijn er 2 mogelijkheden voor a en x (bij x ligt a vast en vice versa).quote:Op vrijdag 13 januari 2006 19:23 schreef Frankvbr het volgende:
de bedoeling is dat je alles met de rekenmachine doet. ik kan solver wel gebruiken, maar ik heb geen vaste x-waarde, en er kunnen dan verschillende antwoorden zijn.
2b begrijp ik al helemaal niet
dat is niet verstandig om te zeggen in dit topicquote:Op vrijdag 13 januari 2006 19:23 schreef Frankvbr het volgende:
[[url=http://img337.imageshack.us/img337/7586/wiskundepo6qq.th.png]afbeelding][/URL]
de bedoeling is dat je alles met de rekenmachine doet. ik kan solver wel gebruiken, maar ik heb geen vaste x-waarde, en er kunnen dan verschillende antwoorden zijn.
ex-chemicus to the rescuequote:Op donderdag 12 januari 2006 19:23 schreef Bullet-tooth het volgende:
Scheikundigen: Hoe ziet de structuurformule van inosinemonofosfaat (ook wel IMP genaamd) eruit? Het gaat hier dus om een afbeelding van deze stof want ik kan het nergens vinden, ook niet in binas maar misschien mis ik iets.
Bij voorbaat dank
Er zijn meerdere manieren om dit exact op te lossen, het makkelijkst is om op te schrijven waar de vergelijkingen aan moeten voldoen en daarop voort te werken. Dit is dus:quote:Op vrijdag 13 januari 2006 20:55 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Bij 2a wordt naar a gevraagd, niet naar x. Maar als het goed is, zijn er 2 mogelijkheden voor a en x (bij x ligt a vast en vice versa).
Wat je zoekt is een punt waarvoor de raaklijn door (0,0) gaat. Ken je de formule voor de lineaire benadering?
g(x)=f(c)+f'(c)(x-c)
c is het punt waarin je benadert, x is het punt waarin je de functiewaarde wilt schatten. Nu zoek je een x-waarde waarvoor de lineaire benadering door 0 gaat: precies andersom. De 'x' in de formule wordt dus 0, en de c vind je door te kijken wanneer de lineaire benadering door (0,0) gaat. Als je die c gevonden hebt, heb je a ook zo. Het antwoord kun je vrij eenvoudig exact bepalen, en de rekenmachine hiervoor gebruiken lijkt me onzin.
De tweede is helemaal leukquote:Op vrijdag 13 januari 2006 19:23 schreef Frankvbr het volgende:
[[url=http://img337.imageshack.us/img337/7586/wiskundepo6qq.th.png]afbeelding][/URL]
de bedoeling is dat je alles met de rekenmachine doet. ik kan solver wel gebruiken, maar ik heb geen vaste x-waarde, en er kunnen dan verschillende antwoorden zijn.
2b begrijp ik al helemaal niet
Probeer het te begrijpen. Stel dat een gebeurtenis A op 10 verschillende manieren kan gebeuren, dan is de totale kans op gebeurtenis A 10 keer de kans dat het op een van die manieren gebeurt. nCr berekent die '10', oftewel, nCr berekent hoeveel mogelijkheden er zijn op een gebeurtenis.quote:Op donderdag 12 januari 2006 18:23 schreef Ewaldus het volgende:
[..]
maar als er meer mogelijkheden waren was het wel zo'n 'nCr' geval?![]()
(3 se's op één dag zijn veel)
Het grondgetal 10 is natuurlijk compleet random en nergens op gebaseerd, wiskundig gezien.quote:Op woensdag 11 januari 2006 18:34 schreef bierglas het volgende:
[..]
Waarom zou je zo moeilijk doen als het rekenmachine al automatisch 10 als grondgetal neemt?
je kunt geen rechteliijnstuk met lengte pi construeren.. dus de zijde van die vierkant is het probleem?quote:Op dinsdag 10 januari 2006 19:16 schreef thabit het volgende:
[..]
Cirkelkwadratuur is onmogelijk. Komt omdat pi transcendent is. Gegeven twee punten in het vlak welke de coordinaten (0,0) en (0,1) worden gegeven kun je alleen punten met algebraische coordinaten construeren met passer en liniaal. Dat pi transcendent is, is bewezen door Lindemann. Hier is een bewijs. Ik heb geen idee of het een goed bewijs is, niet doorgelezen.
De oppervlakte van het vierkant moet, zeg, pi zijn (Gegeven een cirkel met straal 1). Dus dan moet een zijde wortel(pi) zijn. Het nummer wortel Pi is niet algebraïsch te construeren. Dat construeren moest met een liniaal en een passer gebeuren. Dat was dan verder aan enkele regels gebonden, welke dat zijn vind je op Wikipedia.quote:Op zaterdag 14 januari 2006 21:35 schreef teletubbies het volgende:
[..]
je kunt geen rechteliijnstuk met lengte pi construeren.. dus de zijde van die vierkant is het probleem?
als je een cirkel tekent met r=1/2 dan hebj e wel een omtrek van lengte pi. Dus wel 'tekenbaar'met een passer....
gaat het dus om die zijde?
Ja. Het kost wel even tijd.quote:Op zaterdag 14 januari 2006 21:11 schreef Pauluzz_U5 het volgende:
Hallo mensen, ik was weer is druk aan het studeren en ik ben toen de formule v^2/r tegengekomen die als uitkomst de middelpuntzoekende versnelling geeft. Alleen ik zou graag willen weten hoe je dat kunt bewijzen. Iemand een id?
Tnx Flumina, ik snap er nog niet veel van, maar dat komt nog welquote:Op zaterdag 14 januari 2006 23:24 schreef Flumina het volgende:
[..]
Ja. Het kost wel even tijd.
Je gaat uit van een versnelling a, opgebouwd uit twee vectoren:
-een versnelling loodrecht van de cirkel, de aN
-een versnelling evenwijdig aan de raaklijn van de cirkel, de aT
-(dus eT is de vector waar aT langs werkt, enz).
a = dv/dt (bekend toch?) = d(veT)/dt = dv/dt eT + v*d(eT)/dt.
Bij een rechte lijn is eT constant en vervalt de tweede term. Dan blijft er over: a = dv/dt * eT (die eT is puur de lijn waarlangs hij werkt). eT moet je herschrijven naar een functie van een sinus en een cosinus. Na herschrijven en eN invullen (ook als functie van een sinus en cosinus van de hoek phi) volgt:
deT/dt = -eN d(phi)/dt (phi is hoek tussen horizontale as en de eT). Nu moet je dus p(phi)/dt hebben. Zonder bewijs:
d(phi)/dt = v d(phi/ds), s = lengte van de boog. En d(phi)/ds is 1/r.
Ik heb eigenlijk een upload-iets nodig om het e.e.a. inzichtelijker te maken met een plaatje. Nou ja, dit linkje legt het in heel eenvoudige taal uit. Anders kun je ook wikipedia proberen natuurlijk (centripel acceleration). Hier ook een link.
Vergeet mij uitleg en lees dit. Je ziet hieronder (zoals ook op de twee link te zien was) twee situaties van het voorwerp (namelijk een P en een Q). Bij P en Q heeft het voorwerp dezelfde snelheid, maar de snelheidsvector wijst wel naar een andere richting. Dit verschil in richting moet veroorzaakt worden door een verschil in snelheid, die dv genoemd wordt.quote:Op zondag 15 januari 2006 00:40 schreef Pauluzz_U5 het volgende:
[..]
Tnx Flumina, ik snap er nog niet veel van, maar dat komt nog wel![]()
quote:Een baanomloop van Mercurius duurt 88 dagen. De planeet draait in 58.7 dagen om zijn as, dwz de snelheid is 2/3 keer zo groot. Laat zien dat een zonnedag op Mercurius 176 dagen duurt, precies 2 maal zolang als de baanomloop. (Dit verschijnsel wordt resonantie genoemd)
Bedankt Flumina, het is me al een stuk duidelijker, alleen dat laatste wat je zegt... je zegt dat dv = v * d(theta). Is dat nou de snelheidsverandering maal de hoek, of zie ik dat nou helemaal verkeerd.quote:Op zondag 15 januari 2006 02:01 schreef Flumina het volgende:
[..]
Vergeet mij uitleg en lees dit. Je ziet hieronder (zoals ook op de twee link te zien was) twee situaties van het voorwerp (namelijk een P en een Q). Bij P en Q heeft het voorwerp dezelfde snelheid, maar de snelheidsvector wijst wel naar een andere richting. Dit verschil in richting moet veroorzaakt worden door een verschil in snelheid, die dv genoemd wordt.
Die dv, die loodrecht op de beweging staat en naar het middelpunt wijst, is nodig om die cirkelbeweging te maken. Die dv kan geschrijven worden als functie van de hoek, zoals op onderstaande te zien is.
[afbeelding]
dv = v * d(theta). Met andere woorden: dat snelheidverschil is te schrijven als functie van de snelheid zelf vermedigvuldigd met een klein verschil in de hoek theta. Dit geldt alleen trouwens voor kleine hoeken, anders moet je met sinussen gaan kloten.
Nu is versnelling gedefinieerd als dv/dt (snelheid delen door tijd), dus
dv/dt = a = v * d(theta)/dt, het laatste is omega (hoeksnelheid). Dus:
a = v * omega
Omega = v/r. Deze invullen en je hebt:
a = v^2/r
Het is een snelheid * hoekverandering. Een d ervoor betekent een (zeer) klein verschil.quote:Op zondag 15 januari 2006 23:24 schreef Pauluzz_U5 het volgende:
[..]
Bedankt Flumina, het is me al een stuk duidelijker, alleen dat laatste wat je zegt... je zegt dat dv = v * d(theta). Is dat nou de snelheidsverandering maal de hoek, of zie ik dat nou helemaal verkeerd.
tnxquote:Op zondag 15 januari 2006 23:45 schreef Flumina het volgende:
[..]
Het is een snelheid * hoekverandering. Een d ervoor betekent een (zeer) klein verschil.
x(t) = tquote:Op maandag 16 januari 2006 12:05 schreef maniack28 het volgende:
a en b zijn heel simpel, mits je het pad (parametrisatie van y = cosh x) weet.... en die weet ik dus niet... wie helpt me daar even uit?
Per serie achtereenvolgende meetresultaten moet je kijken wat de exponentiële afname is. Exponentieel wil zeggen: steeds met een constante factor. Bij de eerste 2 zal ik het voordoen, de rest kun je dan waarschijnlijk zelf.quote:Jaar | 1975 | 1978 | 1980 | 1984 | 1989 | 1990 | 1992 | 1993 | 1996 | 1997 | 1998
N |15000|11700| 9900 | 7100 | 4700 | 4300 | 3600 | 3500| 3000 | 2800 | 2500
a) -
b) tot welk jaar is er sprake van exponentiële afnamen? geef voor deze periode de formule van N als functie van t. neem t in jaren en t = 0 in 1975. Rond de groeifactor af op 2 decimalen.
a. De drie grootste merken hebben samen een marktaandeel van 34%. 20 moeten daartoe behoren, dus 40 niet. De kans wordt gegeven door 20-boven-60 * (0.34)^20 * (1-0.34)^40. De factor 20-boven-60 zorgt ervoor dat de 20 niet alleen de eerste 20 hoeven te zijn, maar bijvoorbeeld ook de laatste 20, of ergens 10 en later nog eens 10, etc.quote:H5. De binomiale verdeling
53. De drie grootste automerken in nederland zijn opel, volkswagen en Ford. van de auto;s in Nederland is 13% van het merk opel , 12 % van het merk wolkswagen en 9% van het merk Ford.
Nummers vier is Renault met 8% en nummer vijf is peugeot met 7 %. Bereken in vier decimlane nauwkeurig de kans dat van 60 willekeurige aangewezen auto's er
a) precies 20 tot de drie grootste merken behoren
b) 14, 15 of 16 van het merk opel of volkswagen zijn
Gemiddelde kosten zijn totale kosten gedeeld door het aantal stuks. Pas op dat je bij de formule in honderdtallen in moet vullen.quote:62. De dagelijkse kosten bij de productie van een wekkerradio zijn gegeven door de formule K = 1,2q³ - 8q² + 25q + 22. Hierin is K in duizenden gulden en is q het aantal per dag geproduceerde wekkerradio's in honderdtallen. De formule geldt voor
0 <(met = teken eronder) q < (met = teken eronder ) 8
B) hoeveel zijn de gemiddelde kosten per wekkerradio bij een productie van 150 wekkerradio's
c) maak een tabel met differentiequotiënten op [0,a] met a = 1, 2, 4, 5, 6, 7, en 8. WElke betekenis hebben deze differentiequotiënten?
offtopic: Ik was lekker eerstquote:Op dinsdag 17 januari 2006 15:45 schreef doepta het volgende:
Hoi mensen,
Ik heb hier een hele rare opgave voor me:
Elk getal van drie cijfers kun je achterstevoren opschrijven. 176 kun je omdraaien tot 671.
Bepaal alle getallen van drie cijfers die gelijk zijn aan 3 maal hun omgedraaide plus de som van hun cijfers.
Ik snap vooral de laatste zin niet, hoe schrijf je die om tot een formule? En wat moet je dan verder doen?
(Als dit het verkeerde forum/topic ik, hoor ik het graag).
Groeten,
Doepta
Je rekent eerst met y(t) = 1/2 g t^2 eerst de tijd uit hoelang die bal 'onderweg' is. y(t0 = natuurlijk 1 m. Het maakt namelijk niet uit (zonder wrijving iig) of je de bal horizontaal wegschiet of gewoon laat vallen: beide ballen zullen tegelijk aankomen.quote:Op dinsdag 17 januari 2006 13:12 schreef Koewam het volgende:
Een bal wordt met 33 m/s op 1m hoogte weggeslagen. Bereken de horizontaal afgelegde afstand als de bal de grond raakt.
Dit is meer wiskunde, ik kom er friggin' niet uit, hoe vaak ik dit gtedaan heb
Sy(t)= 1/2 x 9,81 x t 2.
1= 1/2 x 9,81 x t 2.
t =s
Sx(t)= 30 x t.
Hoe vind je t?
je bent er bijnaquote:Op dinsdag 17 januari 2006 13:12 schreef Koewam het volgende:
Een bal wordt met 33 m/s op 1m hoogte weggeslagen. Bereken de horizontaal afgelegde afstand als de bal de grond raakt.
Dit is meer wiskunde, ik kom er friggin' niet uit, hoe vaak ik dit gtedaan heb
Sy(t)= 1/2 x 9,81 x t 2.
1= 1/2 x 9,81 x t 2.
t =s
Sx(t)= 30 x t.
Hoe vind je t?
| Forum Opties | |
|---|---|
| Forumhop: | |
| Hop naar: | |