Dat is allemaal veel te ingewikkeld voor eenvoudige stervelingen zoals ik.quote:Op donderdag 3 februari 2011 18:16 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Daar hebben we tegenwoordig de volg-knop voor
Heb je hier iets aan?quote:Op donderdag 3 februari 2011 19:48 schreef koffiegast het volgende:
Hoe bereken ik de geadjugeerde matrix (of beter nog: conjugate transpose)
B.v. :
[1 0 0 0
0 1 0 0
0 0 0 1
0 0 1 0]
en hoe kan ik van diezelfde matrix heel simpel diens determinant en inverse berekenen (gezien de hoeveelheid 0en moet dit toch wel minder erg zijn?)
[1 0 0 0 ^Hquote:Op donderdag 3 februari 2011 19:48 schreef koffiegast het volgende:
Hoe bereken ik de geadjugeerde matrix (of beter nog: conjugate transpose)
B.v. :
[1 0 0 0
0 1 0 0
0 0 0 1
0 0 1 0]
en hoe kan ik van diezelfde matrix heel simpel diens determinant en inverse berekenen (gezien de hoeveelheid 0en moet dit toch wel minder erg zijn?)
Ik snap de uitleg van adjugeerde + minor niet. Ik wil gewoon graag de stappen zien die je moet nemenquote:Op donderdag 3 februari 2011 19:50 schreef Habork het volgende:
[..]
Heb je hier iets aan?
http://nl.wikipedia.org/wiki/Geadjugeerde_matrix
http://nl.wikipedia.org/wiki/Minor_%28wiskunde%29
De integraal hiervan is niet uit te drukken in standaardfuncties...quote:Op vrijdag 4 februari 2011 00:49 schreef RabbitHeart het volgende:
Ik heb de volgende functie: f(x) = 1/pi * e^(-x^2) .
Hoe integreer je dit?.
Het is al een tijdje geleden dat ik dit met wiskunde heb gehad,
iemand die me hierbij kan helpen? Ik snap de wiki uitleg totaal nietquote:Op donderdag 3 februari 2011 19:48 schreef koffiegast het volgende:
Hoe bereken ik de geadjugeerde matrix (of beter nog: conjugate transpose)
B.v. :
[1 0 0 0
0 1 0 0
0 0 0 1
0 0 1 0]
en hoe kan ik van diezelfde matrix heel simpel diens determinant en inverse berekenen (gezien de hoeveelheid 0en moet dit toch wel minder erg zijn?)
Het is eigenlijk heel simpel. Het i,j-de element van de cofactor matrix van matrix A, is + of - de determinant van A waaruit rij i en kolom j verwijderd zijn (de minor). Of het plus of min is bepaal je door (-1)^(j+i) te berekenen. De geadjugeerde matrix is de getransponeerde van de cofactor matrix.quote:Op vrijdag 4 februari 2011 12:24 schreef koffiegast het volgende:
[..]
iemand die me hierbij kan helpen? Ik snap de wiki uitleg totaal niet
hier dan maar dezelfde vraag:quote:Op zaterdag 5 februari 2011 18:18 schreef herlinde het volgende:
Hallo
Is er een wiskunde fanaat onder jullie die zich geroepen om alle mogelijkheden (= 5!) van volgorde met de getallen 1 2 3 4 5 even in een lijstje te zetten.
Dus bijvoorbeeld 12345, 23145, 31245,
Alvast bedankt,
Herlinde
quote:Op zaterdag 5 februari 2011 18:18 schreef herlinde het volgende:
Hallo
Is er een wiskunde fanaat onder jullie die zich geroepen om alle mogelijkheden (= 5!) van volgorde met de getallen 1 2 3 4 5 even in een lijstje te zetten.
Dus bijvoorbeeld 12345, 23145, 31245,
Alvast bedankt,
Herlinde
SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
Nee, mag je niet zomaar zeggen, de verzameling A hoeft immers geen minimum te hebben.quote:Op zaterdag 5 februari 2011 16:06 schreef Hanneke12345 het volgende:
(Edit: O is oneindig, hij wil 't symbooltje niet laten zien ;x)
"Met een rechterhalflijn in R bedoelen we een interval van de vorm (a, O ). Laat zien dat T = {lege verzameling, R, rechterhalflijnen} een topologie is. "
Dat de lege verzameling en X (= R) in T zitten is triviaal, dat als U en V open in T, dan de doorsnede ook, want als U = (a, O) en V = (b, O) dan U door V = (max{a,b} , O). Maar de ik twijfel over de vereniging. Ik zou dan het liefst zeggen stel {U_a}a \in A in T, dan zijn er a_i zodat U_a = (a_i, O), en dan is de vereniging van alle {U_a} = (min{a_i}, O). Maar volgens mij gebruik ik dan compactheid, mag ik dit zomaar zeggen?
quote:Op zaterdag 5 februari 2011 18:35 schreef BasementDweller het volgende:
[..]SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.fgrgdg
Ik gebruik nu infimum, een rij op R altijd een infimum heeft (volgens een studiegenoot, that si ;x), maakt het iets minder dubieus, maar ik ben nog altijd niet overtuigd. Dan ga je er namelijk vanuit dat je een rij alpha_i kan maken (en dus maar aftelbaar oneindig veel elementen hebt), geloof ik? En bovendien als je nou iets hebt als (-n, \infty) met n dus van 1 tot oneindig, ofzo. Dan krijg je in de vereniging een (-\infty, \infty). Is dat eigenlijk geen probleem?quote:Op zaterdag 5 februari 2011 21:10 schreef thabit het volgende:
[..]
Nee, mag je niet zomaar zeggen, de verzameling A hoeft immers geen minimum te hebben.
Elke niet-lege van onder begrensde deelverzameling van R heeft een infimum. Als A geen ondergrens heeft, dan is de bijbehorende vereniging gewoon R.quote:Op zondag 6 februari 2011 00:54 schreef Hanneke12345 het volgende:
[..]
Ik gebruik nu infimum, een rij op R altijd een infimum heeft (volgens een studiegenoot, that si ;x), maakt het iets minder dubieus, maar ik ben nog altijd niet overtuigd. Dan ga je er namelijk vanuit dat je een rij alpha_i kan maken (en dus maar aftelbaar oneindig veel elementen hebt), geloof ik? En bovendien als je nou iets hebt als (-n, \infty) met n dus van 1 tot oneindig, ofzo. Dan krijg je in de vereniging een (-\infty, \infty). Is dat eigenlijk geen probleem?
Hoe doe ik dat hier? Of is het gewoon (0,..,0), want een homogeen stelsel kan je in principe toch zonder consequenties transformeren? De rechterzijde blijft altijd 0. Ik snap het nietquote:Transform into matrix and provide solutions if there are any.
x + 2y - 2z = 0
x + 3y + 2z = 0
x + 4y + 3z = 0
2x + 5y + 6z = 0
De GGD kan je vinden met het algoritme van Euclides.quote:Op maandag 7 februari 2011 18:14 schreef ajacied4lf het volgende:
Kent iemand een gemakkelijke manier om de grootste gemene deler en het kleinste gemene veelvoud te berekenen?
Voor KGV kan je de volgende formule gebruiken:quote:We gaan de GGD berekenen van 4403 en 5406. We doen steeds de volgende twee stappen:
Stap 1. Trek zo vaak mogelijk het kleinste getal van het grootste getal af.
Stap 2. Vervang het grootste getal door het getal dat je bij stap 1 overhoudt.
We kunnen 4403 een keer van 5406 aftrekken: 5406 - 4403 = 1003. We vervangen nu 5406 door 1003 en beginnen weer opnieuw met de twee getallen 4403 en 1003. Het kleinste getal hiervan kunnen we vier keer van de ander aftrekken: 4403 - 4 × 1003 = 391. Nu gooien we 4403 weg en gaan we verder met 1003 en 391. Zo gaan we door. We schrijven het hier even systematisch op:
5406 - 1 × 4403 = 1003.
Door met 4403 en 1003.
4403 - 4 × 1003 = 391.
Door met 1003 en 391.
1003 - 2 × 391 = 221.
Door met 391 en 221.
391 - 1 × 221 = 170.
Door met 221 en 170.
221 - 1 × 170 = 51.
Door met 170 en 51.
170 - 3 × 51 = 17.
Door met 51 en 17.
51 - 3 × 17 = 0.
Op het moment dat er 0 uit komt, stop je. De uitkomst van de berekening daarvoor is nu de ggd van de twee getallen waarmee je begon. We zien dat de ggd van 5406 en 4403 gelijk is aan 17. We hebben er even voor moeten rekenen, maar deze manier is toch wel veel makkelijker dan het opschrijven van alle delers van 5406 en 4403. Soms ben je met het algoritme van Euclides zelfs ongelooflijk snel klaar. Bijvoorbeeld als je de ggd van 35784 en 4431 berekent:
35784 - 8 × 4431 = 336.
Door met 4431 en 336.
4431 - 13 × 336 = 63.
Door met 336 en 63.
336 - 5 × 63 = 21.
Door met 63 en 21.
63 - 3 × 21 = 0.
Dus de ggd van 35784 en 4431 is 21.
Ok, ik zal het proberen.quote:Op maandag 7 februari 2011 18:27 schreef -J-D- het volgende:
[..]
De GGD kan je vinden met het algoritme van Euclides.
[..]
Voor KGV kan je de volgende formule gebruiken:
[ afbeelding ]
't Is voldoende om te laten zien dat elk element in de gegeven voortbrengende verzameling voor J1 ook in J2 zit en vice versa, zoiets hoef je niet uitgebreid te lopen onderbouwen. Anderzijds is een zinsnede als "Andersom weer hetzelfde verhaal" syntactisch incorrect en bovendien te kort door de bocht.quote:Op dinsdag 8 februari 2011 12:30 schreef BasementDweller het volgende:
Ik wil laten zien dat de sigma algebra J1 gegenereerd door (a,b] met a,b in Q gelijk is aan de sigma algebra J2 gegenereerd door (-inf,a] met a in Q.
Als je een element neemt uit J1 bestaat het uit een aftelbare verenigingen, doorsnedes en complementen van elementen van de vorm (x,y] met x,y in Q. Er geldt (x,y] = (-inf,y] (doorsnede) (-inf,x]c wat duidelijk een element is van J2, ook weer nadat je er verenigingen, doorsnedes en complementen van neemt. Dus J1 is een deelverzameling van J2. Andersom weer hetzelfde verhaal, dus J1=J2.
Klopt dit / kan je het wat beter formuleren?
Dank
Ok heb me even ingelezen maar wordt het dan zo, als ik het zou willen uitschrijven?quote:Op dinsdag 8 februari 2011 14:58 schreef GlowMouse het volgende:
Nee, je telt n wel een paar keer op.
Dat, maar dan zonder subscripts.quote:Op dinsdag 8 februari 2011 15:22 schreef Dale. het volgende:
[..]
Ok heb me even ingelezen maar wordt het dan zo, als ik het zou willen uitschrijven?
[ afbeelding ]
Ik krijg volgens mij heel wat anders hoor:quote:Op dinsdag 8 februari 2011 15:26 schreef Dale. het volgende:
[..]
ja okdat deed ik even voor mezelf voor de duidelijkheid voor het hoeveelheid aan n-tjes.
En? Hoe ging het?quote:Op maandag 7 februari 2011 18:30 schreef ajacied4lf het volgende:
[..]
Ok, ik zal het proberen.
Heb morgen een vaardigheidstoets, zonder GR dus.
Ja, vul in de defintie ax+(1-a)y in voor x. Vanwege convexiteit van F_j weet je dat F_j(ax+(1-a)y) <= aF_j(x) + (1-a)F_j(y). Voor F_j(x) en F_j(y) kun je de aanname gebruiken dat ze in LC zitten.quote:Op dinsdag 8 februari 2011 18:46 schreef TheLoneGunmen het volgende:
Zij [ afbeelding ] een convexe verzameling dan wil ik graag bewijzen dat ook de Least Core van ([ afbeelding ],F) weer convex is. Waarbij de least core gedefinieerd is als:
[ afbeelding ]
Met [ afbeelding ] de maximumoperator en M de indexverzameling van convexe functies.
Als ik het niet misversta moet ik dus bewijzen dat
[ afbeelding ] voor x, y in de Least Core, weer binnen de Least Core zit.
Iemand ideeën?
GGD(a, 0) = a,quote:Op maandag 7 februari 2011 18:14 schreef ajacied4lf het volgende:
Kent iemand een gemakkelijke manier om de grootste gemene deler en het kleinste gemene veelvoud te berekenen?
http://en.wikipedia.org/w(...)ted_random_variablesquote:Op woensdag 9 februari 2011 13:22 schreef JoPiDo het volgende:
Als je nummers trekt volgens een normale distributie, wat is dan de distributie van de som?
Ik kan het zo snel niet uitrekenen of (proberen te) bewijzen, maar mijn gevoel zegt dat dat ook een normale distributie oplevert.
Nouja, per se...mij is niet heel veel meer dan dat aangeleerdquote:Op donderdag 10 februari 2011 16:26 schreef GlowMouse het volgende:
Als je per se een kansverdeling wilt pakken, zou ik eerder een poisson- of gammaverdeling pakken. Bij binomiaal valt geen goed verhaal te vinden.
Als X zo'n verdeling heeft, zoek je k zodat P(X <= k) = 0.98.
Die eerste dacht ik wel dat ik kon, leek me niet moeilijk. Maar bij de antwoorden keek ik bij het verkeerde. Dus dacht dat ik iets totaal verkeerd deed. Nu weggehaald, maar je bent te snel. Bedanktquote:Op donderdag 10 februari 2011 16:55 schreef GlowMouse het volgende:
Die eerste: y9 kun je wel primitiveren, dus pak y=1+x.
Die tweede: die wortel x maakt het lastig, dus probeer y = wortel x.
Wutquote:Op donderdag 10 februari 2011 16:53 schreef GlowMouse het volgende:
Klopt. Maar dan geldt wel standaardafwijking = 90.
Ik ken de hele gammaverdeling niet. Wij krijgen bij statistiek alleen de normale, de binomiale en de poissonverdeling.quote:
Dat zegt me uiteraard ook helemaal niksquote:Op donderdag 10 februari 2011 17:25 schreef GlowMouse het volgende:
Je hebt gelijk, in dat geval zou ik voor de poissonverdeling gaan. Je zou eigenlijk de standaarddeviatie ook mee willen nemen bij de bepaling van de parameter; dat kan met maximum likelihood als je dat wat zegt.
Kan je me verder helpen?quote:Op donderdag 10 februari 2011 16:55 schreef GlowMouse het volgende:
Die tweede: die wortel x maakt het lastig, dus probeer y = wortel x.
Je integreert over het interval [0, π], dus x is niet-negatief. Kies als substitutie:quote:Op donderdag 10 februari 2011 18:29 schreef Adames het volgende:
[..]
Kan je me verder helpen?
[ afbeelding ]
Erg bedankt. Ik heb het trucje door. De rest lukt zo te zien ook prima nu.quote:Op donderdag 10 februari 2011 20:06 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je integreert over het interval [0, π], dus x is niet-negatief. Kies als substitutie:
quote:Op vrijdag 11 februari 2011 17:39 schreef GlowMouse het volgende:
"a is de hoek die de raaklijn van de functie f in het punt (x,f(x)) maakt met de x-as"
Je bedoelt de ruimte van alle elementen in Omega met eindig veel 1'en (noem het even B)?quote:Op vrijdag 11 februari 2011 23:12 schreef thabit het volgende:
Kun je die ruimte niet gewoon schrijven als oneindige doorsnede van eindigdimensionale cylinders?
Ja, zo is wel netjes. Bedankt man!quote:Op vrijdag 11 februari 2011 23:56 schreef thabit het volgende:
Zij, voor k>=n, v_k de k-dimensional vector met v_i = b_i voor 1 <= i <= n en v_i = 0 voor n+1 <= i <= k. Dan is {x} de doorsnede van A_{v_k} over alle k>=n. Zoiets?
Ik denk dat je deze vraag het best aan een natuurkundige kunt stellen, die vinden dit soort krankzinnige notaties volkomen logisch.quote:Op zaterdag 12 februari 2011 17:26 schreef Hanneke12345 het volgende:
[ afbeelding ]
Ik snap deze uitwerking niet. De eerste, dw\dz lukte mij ook nog wel. Maar met dat (dw\dz)x bedoelen ze toch de afgeleide van dw\dz naar x, neem ik aan? Waarom valt dan de eerste term gewoon weg?
Ik zou denken dat je iets krijgt als :
[ afbeelding ]
Edit: onder de breukstreep voor de x moet natuurlijk elke keer ook nog een \partial staan!
Niet "naar x", maar "met x constant". De |x,y betekent dan "met x EN y constant". Dat is relevant, want w hangt via y=h(z) van z af.quote:Op zaterdag 12 februari 2011 17:26 schreef Hanneke12345 het volgende:
[ afbeelding ]
Ik snap deze uitwerking niet. De eerste, dw\dz lukte mij ook nog wel. Maar met dat (dw\dz)x bedoelen ze toch de afgeleide van dw\dz naar x, neem ik aan?
Ah, dat maakt 't verhaal inderdaad anders.quote:Op zaterdag 12 februari 2011 17:36 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Niet "naar x", maar "met x constant". De |x,y betekent dan "met x EN y constant". Dat is relevant, want w hangt via y=h(z) van z af.
Verder lijkt het me gewoon de kettingregel toepassen
Maal C, niet +C toch?quote:Op zondag 13 februari 2011 17:02 schreef Haushofer het volgende:
Als ik de homogene vergelijking oplos, krijg ik d[ln(y)]/dx = x, dus y = e1/2x^2 + C.
Inderdaadquote:Op zondag 13 februari 2011 19:16 schreef GlowMouse het volgende:
Bij differentieren van Log(2y) vergeet je de kettingregel.
Jaquote:
Wat flauwquote:Op zondag 13 februari 2011 22:25 schreef GlowMouse het volgende:
Ik wil 0.5 wel verdedigen. De student maakt immers de keuze om te zeggen dat "at least one of them shows tails". Bij 1x heads en 1x tails is de kans kleiner dat hij dat zegt dan bij 2x tails.
Niet echt, dit is een wezenlijk onderdeel van het kansexperiment.quote:
Je kunt hier als leek beter geen uitspraak over doen.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:38 schreef Mind_State het volgende:
Let H denote heads and T tails. Probabilities of possible outcomes are:
P(HH) = .25, P(HT) = .25, P(TH) = .25, P(TT) = .25
Vervolgens komen ze met .25/(.25+.25+.25) = .333
Is dit niet gewoon de kans van 2 willekeurige munten ? als we uitgaan van 1 munt omdat de leerling aangeeft dat de andere munt is (At least one of them is tails) is de kans dat de enige andere munt ook munt is gewoon 50 % oftewel .5 immers zijn er maar 2 kansen of je gooit kop of je gooit munt, dus een kans van 1 uit 2.
Het aantal uitkomsten zegt niets over de kans, een kans is een maat van vertrouwen dat een bepaalde uitkomst zich voordoet.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:41 schreef Mind_State het volgende:
Wiskunde is een raar iets.. maar oke.. zou je dan kunnen uitleggen hoe je op een kans van 1/3 komt als er maar twee uitkomsten mogelijk zijn ?
Er zijn drie uitkomsten die nog mogelijk zijn: HT TH en TTquote:Op zondag 13 februari 2011 22:41 schreef Mind_State het volgende:
Wiskunde is een raar iets.. maar oke.. zou je dan kunnen uitleggen hoe je op een kans van 1/3 komt als er maar uitkomsten mogelijk zijn ?
Het feit dat alle uitkomsten evenveel kans hebben, dat is niet automatisch zo.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:53 schreef Mind_State het volgende:
Oke dat maakt het inderdaad een stuk duidelijker. Maar dan zegt het aantal uitkomsten dus toch wel wat over de kans, ik zat al te filosoferen welke factoren er dan nog meer van invloed zouden kunnen zijn.
In het algemeen is het misschien niet zo dat het aantal uitkomsten iets zegt over de kans op één van die uitkomsten, maar in dit geval wel.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:53 schreef Mind_State het volgende:
Oke dat maakt het inderdaad een stuk duidelijker. Maar dan zegt het aantal uitkomsten dus toch wel wat over de kans, ik zat al te filosoferen welke factoren er dan nog meer van invloed zouden kunnen zijn.
Die logica is er echt, alleen strookt het niet met jouw intuïtie, en dat is heel wat anders. Het probleem hier staat ook wel bekend als de Boy or Girl paradox. Dergelijke problemen staan erom bekend dat ze heel wat controverse genereren, vooral van leken. Een andere klassieker in dit genre is het Monty Hall probleem, in het Nederlands ook wel bekend als het Willem Ruis probleem.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:45 schreef Mind_State het volgende:
Kansberekening is echt een van de onderdelen van wiskunde waar ik de logica gewoon niet in kan vinden, op de middelbare school niet, en nu nog steeds niet.
Er is alleen niet bekend welke munt bekend is.quote:Op zondag 13 februari 2011 23:05 schreef Krankjorum het volgende:
Ik snap gewoon niet waarom 1/2 fout kan zijn, aangezien het om nog maar 1 munt gaat, de andere is al bekend en kan dan toch eigenlijk gewoon buiten beschouwing gelaten worden?
Aan de andere kant snap ik de beredenering voor het antwoord 1/3 ook.
Ik snap het denk ik.quote:Op zondag 13 februari 2011 22:56 schreef BasementDweller het volgende:
[..]Waarom deze vraag intuïtief lastig is ligt denk ik aan het volgende: In het "dagelijkse leven" zou je geen onderscheid maken tussen HT en TH waardoor je deze twee als dezelfde event zou beschouwen. Dan zijn er nog maar twee mogelijkheden met even grote kans, "kop en munt" of "2 maal munt", beide met kans 1/2. En daar ga je dan de mist in![]()
Misschien een betere uitleg:quote:
Iemandquote:Op zondag 13 februari 2011 23:23 schreef koffiegast het volgende:
Daar ben ik weer eens, ik heb issues met exponenten als noemer in een breuk. Ik moet laten zien dat bij de sigmoid function:
sigm(net) = (2/ (1+exp(-net/T)))-1 het volgende geldt:
-sigm(net) = sigm(-net).
Ik heb geen flauw idee hoe ik dus zo'n afleiding doe met die exp(-net/T) er nog in.
Ik kan wel b.v. naar het volgende gaan:
2 = 2(1+exp(net/T)) + (-2/(1+exp(-net/T)))(1+exp(net/T))
=>
1 = (1+exp(net/T)) + (-1/(1+exp(-net/T)))(1+exp(net/T))
maar hoe doe ik nu dus (1+exp(-net/T)) * (1+exp(net/T)) ?
Ik snap dat exp(-net/T) * exp(net/T) -> exp(-net/T + net/T) = exp(0) hebt en dat exp(-net/T) hetzelfde is als 1/(exp(net/T)). Maar hoe dan met die 1+ nog in de noemer? Ik ben te onhandig met breuken dat ik niet zie hoe ik het verder moet doen.
Top! Bedankt, helemaal duidelijk zoquote:Op maandag 14 februari 2011 00:03 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Misschien een betere uitleg:
Je hebt munt 1 en munt 2. De uitkomst van munt 1 staat links en van munt 2 rechts. Dan zijn de uitkomsten: HT, TH, HH, TT. Stel (!) de student ziet alleen munt 1, en ziet dat het T is. De uitkomsten waarbij munt 1 H is kunnen dus weggestreept worden: HT, TH, HH, TT. De kans op TT is dus 1/2.
Stel nu dat de student beide munten ziet en concludeert dat minstens één van de twee is T. Dan geldt: HT, TH, HH, TT, en dus de kans op TT is 1/3.
Jou antwoord van 1/2 klopt dus alleen als de student maar 1 munt had gezien. In de vraagstelling staat dat hij ze allebei ziet, en dus klopt die 1/2 niet.
Ja klopt maar geloof dat ik een ander woord heb gehoord. Maar maakt eigenlijk niets uit, weet je misschien een goeie weblink m.b.t. uitleg van sommaties en substitutie (index verschuiving)?quote:Op maandag 14 februari 2011 21:48 schreef GlowMouse het volgende:
Je bedoelt bijvoorbeeld k vervangen door k' met k' = k+2? Dat is een substitutie.
Je zult toch beter moeten uitleggen wat je nu eigenlijk bedoelt. Misschien een bewijs voor een sommatieformule met behulp van volledige inductie?quote:Op maandag 14 februari 2011 22:01 schreef Dale. het volgende:
[..]
Ja klopt maar geloof dat ik een ander woord heb gehoord. Maar maakt eigenlijk niets uit, weet je misschien een goeie weblink m.b.t. uitleg van sommaties en substitutie (index verschuiving)?
Dankquote:Op maandag 14 februari 2011 19:52 schreef GlowMouse het volgende:
A = man
B = in productie
P(A) = 0.65
P(B) = 0.54
P(A en B) = 0.36
P(A' | B') = P(A' en B') / P(B') = (1-P(A of B)) / P(B') = (1 - P(A) - P(B) + P(A en B)) / P(B') = (1-0.65 - 0.54 + 0.36) / 0.46.
Waarbij je 'en' moet zien als de doorsnede (zowel A als B treden op) en 'of' als vereniging (A of B of (A en B) treden op).
quote:Op maandag 14 februari 2011 23:28 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je zult toch beter moeten uitleggen wat je nu eigenlijk bedoelt. Misschien een bewijs voor een sommatieformule met behulp van volledige inductie?
Wat je hier doet is op een hele rare manier goochelen om iets wat evident is te verkrijgen. Meestal duiden dat soort notaties op begripsverwarringen.quote:
Alleen de constructieve denk ik... de benaderende....quote:Op woensdag 16 februari 2011 20:38 schreef thabit het volgende:
Mag je wel de tussenwaardestelling gebruiken?
Ja op een coordinaat moeten ze duidelijk aanwijsbaar verschillend zijn.quote:Op woensdag 16 februari 2011 20:41 schreef GlowMouse het volgende:
Hoe definieer je a<b? Als het elementsgewijs is (a1 < b1 én a2 < b2): hoe zit het met f(x) = x1 + x2?
Klopt het dat je dus de tussenwaardestelling (althans de versie die ik mag gebruiken) gebruikt voor de bovenste cirkelhelft en voor de onderste en dat je dus een benadering vindt tot twee keer dezelfde waarde (maar dus met een ander domein)?quote:Op woensdag 16 februari 2011 23:01 schreef thabit het volgende:
Teken een cirkel met straal 1 en middelpunt 0 in het vlak. En bekijk de punten (-1, 0) en (1, 0). Als f daar gelijke waarden aanneemt, dan ben je klaar, dus neem aan dat dat niet zo is.
Zowel op de bovenste helft als op de onderste helft van de cirkel bevindt zich een punt met waarde (f(-1, 0) + f(1, 0)) / 2. Die kun je wel vinden met een benaderingsproces.
Ja.quote:Op woensdag 16 februari 2011 23:19 schreef TheLoneGunmen het volgende:
[..]
Klopt het dat je dus de tussenwaardestelling (althans de versie die ik mag gebruiken) gebruikt voor de bovenste cirkelhelft en voor de onderste en dat je dus een benadering vindt tot twee keer dezelfde waarde (maar dus met een ander domein)?
Thanks
Bedankt voor je reply GlowMouse.quote:Op donderdag 17 februari 2011 21:25 schreef GlowMouse het volgende:
Pak Y = 2X. Er geldt P(Y=y) = P(2X = y) = P(X=y/2) als y even niet/negatief, 0 anders.
Cool, die stelling kende ik nog niet. Ik vroeg het ook aan de prof maar wikipedia legt het beter uitquote:Op vrijdag 18 februari 2011 16:43 schreef ijsklont het volgende:
Als je een rij a_n hebt zodat de som convergeert, maar niet absoluut convergeert, kun je voor elke waarde c een herordening van de rij a_n vinden zodat de som van die herordening naar c convergeert. Zie bijvoorbeeld http://en.wikipedia.org/wiki/Riemann_series_theorem.
Het staat trouwens ook uitgelegd op de pagina die je aanhaalde, onder het continue geval.
Ja klopt. Bleek dat ik het per ongeluk verkeerd had overgeschreven en daardoor niet meer snaptequote:Op dinsdag 15 februari 2011 00:48 schreef Riparius het volgende:
[..]
Wat je hier doet is op een hele rare manier goochelen om iets wat evident is te verkrijgen. Meestal duiden dat soort notaties op begripsverwarringen.
In je eerste uitdrukking is j een index die loopt van een beginwaarde j = i t/m een eindwaarde j = n. Dat betekent dus dat we (n - i) + 1 maal 1 sommeren, en de uitkomst is dan inderdaad (n - i + 1), daar heb ik die tussenstappen helemaal niet voor nodig. Maar de eerste tussenstap in je plaatje is sowieso onzinnig. Immers, j was een index en i de startwaarde van die index. Maar dan kun je niet zomaar gaan doen alsof (j + i -1) nu een index is die loopt van 0 t/m n. Aangezien alle termen gelijk zijn aan één zou de som dan (n + 1) moeten zijn, maar dát klopt niet! De eerste tussenstap is dus onzin. De tweede tussenstap klopt wel: Als we de index j laten lopen van j = i t/m j = n en alle termen in de som zijn gelijk - en gedefinieerd voor elk niet-negatief geheel getal - dan kunnen we net zo goed j met (i-1) verlagen en dus de index laten lopen van j = i - (i - 1) = 1 t/m j = n - (i - 1) = n - i + 1.
Dat was de volgende opgave, hahaquote:Op zaterdag 19 februari 2011 14:37 schreef GlowMouse het volgende:
Bij een continue stochast kun je het bewijzen met partiële integratie:
integraal x f(x) dx = [x (F(x)-1)] + integraal 1 - F(x) dx
die eerste zou ik ook niet weten. ik schat dat je moet kijken waar de functie daalt en stijgt, en dan een conclusie kan trekken. Als f convergeert op een punt (wat niet oneindig of -oneindig is, heeft f(x) = p volgens mij voor alle x twee oplossingen, behalve als x het punt is waarnaar f convergeert)quote:Op zaterdag 19 februari 2011 19:36 schreef Uchiha1911 het volgende:
Ugh.. ik zit met een probleempje guys. Maandag heb ik een proefwerk over exponentiële en logaritmische functies, maar ik loop op een puntje vast.
Gegeven is de functie f(x)= (x^2 - 3)e^x
Vraag: Voor welke waarden van p heeft de vergelijking f(x) = p precies twee oplossingen?
Ik heb echt geen idee meer hoe dit berekent kan worden, en het antwoorden boek biedt ook geen hulp. Anyone?
Also, wanneer je de uitkomen van een oplossing wil controleren (x= ..) en x is dan een logaritmische functie, bijvoorbeeld 3^log(32), hoe kan je deze dan in je (grafische) rekenmachine invoeren? Wordt deze dan gewoon ingevuld als (log(32)/log(3))?
Bij voorbaat dank!
ik kom totquote:(2w3)/w2)3 (W = Wortel)
Maar hoe kom ik nu verder ? Het antwoord zou 6w6 moeten zijn maar ik kom er maar niet op.quote:8w27/w8 = 8w3*3*3/w2*2*2 = 24w3/2w2
Nee. √3/2 is niet hetzelfde als √(3/2).quote:
12 = 6∙2 = 6∙√4quote:Want jou stap na [ afbeelding ] snap ik niet.
Thanks. Enig idee hoe ik dit uit een geplotte grafiek dan af kan leiden? Natuurlijk kan ik zien waar een grafiek daalt of stijgt, maar hoe komt het antwoord er dan uit te zien? Ik vind de vraagstelling erg raar, maar dat is waarschijnlijk mede omdat de vraag me uberhaupt niet duidelijk is.quote:Op zaterdag 19 februari 2011 21:42 schreef minibeer het volgende:
[..]
die eerste zou ik ook niet weten. ik schat dat je moet kijken waar de functie daalt en stijgt, en dan een conclusie kan trekken. Als f convergeert op een punt (wat niet oneindig of -oneindig is, heeft f(x) = p volgens mij voor alle x twee oplossingen, behalve als x het punt is waarnaar f convergeert)
We hebben:quote:Op zaterdag 19 februari 2011 19:36 schreef Uchiha1911 het volgende:
Ugh.. ik zit met een probleempje guys. Maandag heb ik een proefwerk over exponentiële en logaritmische functies, maar ik loop op een puntje vast.
Gegeven is de functie f(x)= (x^2 - 3)e^x
Vraag: Voor welke waarden van p heeft de vergelijking f(x) = p precies twee oplossingen?
Ik heb echt geen idee meer hoe dit berekend kan worden, en het antwoordenboek biedt ook geen hulp. Anyone?
Wat een geweldige uitleg, bedankt! Het is me allemaal vrij duidelijk, alleen hetgeen wat in de quote hierboven staat ontgaat me een beetje. Het is me niet helemaal duidelijk hoe je nu aan het antwoord komt (ook al staat het hierboven volledig beschrevenquote:Op zondag 20 februari 2011 00:40 schreef Riparius het volgende:
[..]
Merk op dat f(x) voor x = 1 een absoluut minimum -2∙e bereikt, zodat de waarde p = -2∙e niet voldoet, en dat f(x) voor x = -3 een locaal maximum bereikt dat geen absoluut maximum is. Omdat f(x) onbegrensd monotoon stijgt voor x > 1 is er wel een tweede snijpunt voor p = 6∙e-3. Maar voor 0 < p < 6∙e-3 hebben we in totaal drie snijpunten vanwege het locale maximum bij x = -3. Deze waarden van p voldoen dus ook niet. Nu is de lijn y = 0 een horizontale asymptoot van de grafiek van f, dus voor -2∙e < p ≤ 0 hebben we wel twee snijpunten. Zo vinden we dus dat f(x) = p precies twee (reële) oplossingen heeft indien:
(6) -2∙e < p ≤ 0 of p = 6∙e-3
Uit het plaatje zie je direct dat als je PRECIES twee snijpunten wil hebben, dat je dan tussen het minimum en nul moet gaan zitten met je y=p, of boven het lokale maximum bij x=-3. Want daartussenin snijdt de lijn y=p de grafiek 3 maal, en dat wil je niet. Dat is het idee wat Riparius netjes heeft uitgewerkt.quote:Op zondag 20 februari 2011 12:56 schreef Uchiha1911 het volgende:
[..]
Wat een geweldige uitleg, bedankt! Het is me allemaal vrij duidelijk, alleen hetgeen wat in de quote hierboven staat ontgaat me een beetje. Het is me niet helemaal duidelijk hoe je nu aan het antwoord komt (ook al staat het hierboven volledig beschreven).
Is hier een nadere verklaring voor?
Het projectieve vlak kun je zien als alle lijnen die door de oorsprong gaan. Je identificieert als het ware alle punten die op dezelfde lijn door de oorsprong liggen met elkaar. Als je dus een punt x != 0 in R^3 hebt, dan wordt dat met -x geidentificeerd in het projectieve vlak.quote:Op zondag 20 februari 2011 14:31 schreef BasementDweller het volgende:
Hoe verschilt de projective plane, gedefinieerd als: P² := { l : l \subset |R^3 een lijn door de oorsprong }, van R^3 zelf? Want ieder punt in R^3 ligt op een lijn die door de oorsprong gaat.
Maar partieel integreren moet je wel doordacht aanpakken. Anders ben je alleen maar verder van huisquote:Op zaterdag 19 februari 2011 17:10 schreef GlowMouse het volgende:
Zo werkt partiële integratie, je moet één factor primitiveren en daarna mag je de andere factor differentiëren. Je mag zelf de primitieve handig kiezen.
Stupid me, heb de grafiek verkeerd geïnterpreteerd, zie het nu ook! =)quote:Op zondag 20 februari 2011 13:55 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Uit het plaatje zie je direct dat als je PRECIES twee snijpunten wil hebben, dat je dan tussen het minimum en nul moet gaan zitten met je y=p, of boven het lokale maximum bij x=-3. Want daartussenin snijdt de lijn y=p de grafiek 3 maal, en dat wil je niet. Dat is het idee wat Riparius netjes heeft uitgewerkt.
Wat wil je daarmee zeggen?quote:Op zondag 20 februari 2011 17:50 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Maar partieel integreren moet je wel doordacht aanpakken. Anders ben je alleen maar verder van huis
Dat ik mijzelf vroeger, toen ik partieel integreren nog niet onder de knie had, flink vast heb gerekend doordat ik f'en g onhandig koos.quote:Op zondag 20 februari 2011 19:02 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Wat wil je daarmee zeggen?
Dat stadium ben ik ondertussen gelukkig voorbijquote:Op zondag 20 februari 2011 20:33 schreef Borizzz het volgende:
[..]
Dat ik mijzelf vroeger, toen ik partieel integreren nog niet onder de knie had, flink vast heb gerekend doordat ik f'en g onhandig koos.
O, niks, die was nodig voor andere opgaven die ik niet heb gekopieerdquote:Op donderdag 24 februari 2011 20:58 schreef GlowMouse het volgende:
Wat heeft S ermee te maken?
Het volgt direct uit RR-1 = R-1R = I.
Klopt, en dat is weer hetzelfde alsquote:Op maandag 28 februari 2011 17:04 schreef One_conundrum het volgende:
haai,
dus in mijn geval kan  elke waarde tussen 0 en A zijn?
dus het is of 0, of A ?quote:Op maandag 28 februari 2011 18:35 schreef thabit het volgende:
't Is niet gezegd dat het elke waarde kan zijn: er staat immers " is an element of [0, A]", niet "let  be an element of [0, A]".
Nee, hij bedoelt: A is geen willekeurige waarde tussen 0 en A, maar een vast getal wat tussen 0 en A ligt. (subtiel verschilquote:
 is een getal met 0 <=  <= A, maar hoeft niet per se elke willekeurige waarden tussen 0 en A te kunnen aannemen.quote:
Ok.quote:Op maandag 28 februari 2011 19:10 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Nee, hij bedoelt: A is geen willekeurige waarde tussen 0 en A, maar een vast getal wat tussen 0 en A ligt. (subtiel verschil)
Inderdaad, en hij klopt nog ookquote:Op woensdag 2 maart 2011 16:22 schreef ijsklont het volgende:
Ik zou zeggen, vul je oplossing in in de orginele DV en kijk of aan de randvoorwaarden voldaan zijn.
Ik heb geen idee omdat er denk ik een heel stuk van de vraag mist.quote:Op dinsdag 1 maart 2011 21:13 schreef Knuck-les het volgende:
Iemand hier ervaring met wolfram mathematica?
ik heb namelijk de volgende opgave:
"We willen iets preciezer naar de waarden kijken die Delta(x,y) op de cirkels x^2+y^2=rn^2 aanneemt. Daarvoor parametriseren we de cirkel x^2+y^2=rn^2 als x(t)=rn^2*cos(t), y(t)=rn^2sin(t), en bekijken de grafiek
van En(t)=Delta(x(t),y(t))=Delta (rncos(t),rn^2 sin(t)).
Definieer de functie En(t) als
E[t_,n_]:= ... ,
en teken de grafieken van E n(t) voor n=0,1,2,3 in één figuur."
nu heb ik de functie gedefinieerd als:
f[n_] := 2^-n
Delta x[t_] := f[n]*Cos[t]
Delta y[t_] := f[n]*Sin[t]
E[t_, n_] := (Delta x[t])^2 + (Delta y[t])^2
Nu weet ik ten eerste niet of dit correct is, maar met het plotten krijg ik steeds een foutmelding. De invoer is:
Plot[Evaluate[
Table[E[t, n] == f[n]^2, {n, 0, 3}] {t, -1, 1}, {y, -1, 1}]]
nu weet ik niet wat er in de plek van de t & y moet komen bij het commando. Maar wat ik ook doe ik blijf een foutmelding krijgen dat de 'Objects of unequal length' zijn.
Iemand enig idee?
Je weet hem van 1 / (1 - x), nu kan je hem ook achterhalen van 1 / (1 + x), vanuit deze kan je 1 / (1 + x2) acherhalen, van deze kan je weer naar x / (1 + x2)quote:Op woensdag 2 maart 2011 22:36 schreef -Dries- het volgende:
Ik heb twee opgaven waar ik helemaal niet uit kom. Kan iemand mij een uitleg geven van de volgende vraagstukken?
[ afbeelding ]
Ik heb geen idee waar te beginnen. Help!
Dit zal inderdaad de bedoeling zijn. Of je kijkt gewoon even naar de definitie van de McLaurin reeks, stuk makkelijkerquote:Op woensdag 2 maart 2011 23:01 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
Je weet hem van 1 / (1 - x), nu kan je hem ook achterhalen van 1 / (1 + x), vanuit deze kan je 1 / (1 + x2) acherhalen, van deze kan je weer naar x / (1 + x2)
Uiteraard had ik dat al wel gedaanquote:Op woensdag 2 maart 2011 23:26 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Dit zal inderdaad de bedoeling zijn. Of je kijkt gewoon even naar de definitie van de McLaurin reeks, stuk makkelijker
De functie is f(x) = wortel(x), nu moet je nog een 'handig' punt a kiezen waaromheen je een Taylorreeks ontwikkelt. Je wilt f(65) benaderen, dus a zal ergens in de buurt van 65 moeten liggen.quote:Op woensdag 2 maart 2011 23:58 schreef -Dries- het volgende:
[..]
Uiteraard had ik dat al wel gedaanIk zal het nog wat beter bestuderen.
Kan iemand mij ook helpen met de wortelbenadering?
Dit heb ik dus nooit gesnapt, dan kies je toch het punt 65 zelf? of niet?quote:Op donderdag 3 maart 2011 00:05 schreef thabit het volgende:
[..]
De functie is f(x) = wortel(x), nu moet je nog een 'handig' punt a kiezen waaromheen je een Taylorreeks ontwikkelt. Je wilt f(65) benaderen, dus a zal ergens in de buurt van 65 moeten liggen.
Nee, 't is juist de bedoeling om f(65) te benaderen mbv een Taylorreeks, en die begint met f(a) + ... . 't Is dus handig als je f(a) exact kunt uitrekenen.quote:Op donderdag 3 maart 2011 00:15 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
Dit heb ik dus nooit gesnapt, dan kies je toch het punt 65 zelf? of niet?
dus je kiest het punt 65 - epsilon ?quote:Op donderdag 3 maart 2011 00:20 schreef thabit het volgende:
[..]
Nee, 't is juist de bedoeling om f(65) te benaderen mbv een Taylorreeks, en die begint met f(a) + ... . 't Is dus handig als je f(a) exact kunt uitrekenen.
lijkt mij dat je a 64 kiest (sqrt(64)=8)quote:Op donderdag 3 maart 2011 03:03 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
dus je kiest het punt 65 - epsilon ?
oftewel, in SA's formulering, epsilon = 1quote:Op donderdag 3 maart 2011 03:13 schreef Fsmxi het volgende:
[..]
lijkt mij dat je a 64 kiest (sqrt(64)=8)
De toetsingsgrootheid van de Jarque Bera test wordt als volgt berekend:quote:Op zondag 20 februari 2011 13:52 schreef sitting_elfling het volgende:
Stel, ik heb 2 modellen die ik test op normality via de Jarque Bera test. Een heeft een p-waarde die net een beetje hoger is dan 0.05 en de ander zit bijna tegen de 0.99 aan. Beide zijn voldoende om de nul hypothesis niet te kunnen weigeren en voldoen dus aan de normaliteit norm. Het verschil tussen beide is alleen enorm (wat ook terug te zien valt in het plaatje). Hoe haal ik er uit waar dit grote verschil zit?
Als je een rekenmachine mag gebruiken kies je gewoon het punt 65 zodat je "taylorreeks" wortel(65) + 0 isquote:Op donderdag 3 maart 2011 00:15 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
Dit heb ik dus nooit gesnapt, dan kies je toch het punt 65 zelf? of niet?
De primitieve is fout. Neem maar eens de afgeleide (met quotiëntregel), en je krijgt niet de integrand terug.quote:Op vrijdag 4 maart 2011 14:10 schreef RacerDKB het volgende:
Ik begrijp echt niet hoe je dit moet berekenen...
[ afbeelding ]
Ik heb het geprobeerd met theorie uit het boek (al een half uur) maar ik kom er totaal niet uit, het klopt steeds niet in ieder geval.
De primitieve berekenen lukt nog wel:
[ afbeelding ]
En vervolgens moet je dan (lijkt mij) die b en a (4 en 2) invullen, maar wat dan?
Het antwoord moet iets worden in de trant van:
[ afbeelding ]
Dus met Ln.
Ja dat staat er (bij dat 20u³ du bedoel je?) maar het is amper te lezen.quote:Op vrijdag 4 maart 2011 15:32 schreef thabit het volgende:
Je grenzen kloppen niet, die moeten 2 en 5 zijn.
Oke, bedankt.. Dan heb ik nu de formule: P(x^2(5) 11,8). Hoe bereken ik dat?quote:Op zaterdag 5 maart 2011 00:44 schreef GlowMouse het volgende:
Dat is het aantal vrijheidsgraden. Je hebt 6x een frequentie (aantal keren 1, aantal keren 2, etc), maar het aantal keren 6 volgt al uit de andere frequenties en het aantal worpen, waardoor je één vrijheidsgraad kwijtraakt. Weer 5 dus.
Punt is dat die factoren niet heel erg verschillen. Miniem. Als je immers een hoge probability hebt, heb je ook een lage JB. Dus die verschillen zijn allemaal op 3/4 cijfers achter de komma.quote:Op donderdag 3 maart 2011 05:09 schreef Bolkesteijn het volgende:
[..]
De toetsingsgrootheid van de Jarque Bera test wordt als volgt berekend:
[ afbeelding ]
Er zijn dus drie factoren die van invloed kunnen zijn, het aantal waarnemingen (n), de scheefheid (S) of de kurtosis (K). Een of meer van die factoren moeten dus verschillen.
Niemand?quote:Op vrijdag 4 maart 2011 12:15 schreef Jac0bus het volgende:
[ afbeelding ]
Vraag:
tweede diktes t1 en t2 kruisen elkaar zoals te zien is in het plaatje. In plaats van scherpe hoeken tussen de twee zijn het ronde randen met allebei dezelfde radius R. Hoe groot is de diameter D van de grootste cirkel die in het kruispunt past, als functie van t1, t2 en R?
Ik denk pythagoras...quote:Op vrijdag 4 maart 2011 12:15 schreef Jac0bus het volgende:
[ afbeelding ]
Vraag:
tweede diktes t1 en t2 kruisen elkaar zoals te zien is in het plaatje. In plaats van scherpe hoeken tussen de twee zijn het ronde randen met allebei dezelfde radius R. Hoe groot is de diameter D van de grootste cirkel die in het kruispunt past, als functie van t1, t2 en R?
Iemandquote:Op vrijdag 4 maart 2011 23:55 schreef BasementDweller het volgende:
Ik heb twee DV's: dx/dt = y-1 en dy/dt=-xy. Volgens mijn boek is de DV voor de baan dx/dy=(dx/dt)/(dy/dt)=(y-1)/ (-xy). Is een oplossing x(y) hiervan dan een "baan"? En hoe kan je checken of een baan gesloten is? Uit mijn boek word ik niet veel wijzer.
volgens mij studeert hij econometriequote:Op zaterdag 5 maart 2011 04:47 schreef minibeer het volgende:
even offtopic:
GlowMouse, heb je wiskunde gestudeerd ofzo? Want je weet bijna alle vragen te beantwoorden, best indrukwekkend. Viel me op.
Moet je naar thabit kijken.quote:Op zaterdag 5 maart 2011 04:47 schreef minibeer het volgende:
Want je weet bijna alle vragen te beantwoorden, best indrukwekkend. Viel me op.
Wat als dy/dt=0? Met dx/dt en dy/dt kun je een cirkeltje krijgen, met x(y) niet meer (want bij één y kan maar één x horen). Een baan lijkt me gesloten als zowel dx/dt als dy/dt een periode hebben.quote:Op vrijdag 4 maart 2011 23:55 schreef BasementDweller het volgende:
Ik heb twee DV's: dx/dt = y-1 en dy/dt=-xy. Volgens mijn boek is de DV voor de baan dx/dy=(dx/dt)/(dy/dt)=(y-1)/ (-xy). Is een oplossing x(y) hiervan dan een "baan"? En hoe kan je checken of een baan gesloten is? Uit mijn boek word ik niet veel wijzer.
dy/dt=0 => x=0 of y=0quote:Op zaterdag 5 maart 2011 13:40 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Wat als dy/dt=0? Met dx/dt en dy/dt kun je een cirkeltje krijgen, met x(y) niet meer (want bij één y kan maar één x horen). Een baan lijkt me gesloten als zowel dx/dt als dy/dt een periode hebben.
bij thabit viel het me ook op jaquote:
Oja dat helpt wel. Dan krijg je als oplossing x^2 + y^2 = constantquote:Op zaterdag 5 maart 2011 13:59 schreef GlowMouse het volgende:
Je kunt eens kijken bij een cirkel, die is goed te snappen
x(t) = cos(t)
y(t) = sin(t)
dx/dt = -sin(t)
dy/dt = cos(t)
dx/dy = (dx/dt) / (dy/dt) = -y/x
Ik zit nog in mijn bachelor wiskunde, dus ik moet nog een paar jaartjes meedraaien voordat ik thabit/GM mag aanraken.quote:Op zaterdag 5 maart 2011 14:10 schreef minibeer het volgende:
[..]
bij thabit viel het me ook op ja(en BasementDweller mag ik ook niet ongenoemd laten)
maar econometrie dus, ok
hulplijn tekenen, verbind 2 tegenovergestelde hoeken met elkaar door middel van het tekenen van een lijnquote:Op zaterdag 5 maart 2011 20:44 schreef Bapu22 het volgende:
Hallo, ik ben nieuw hier en heb een vraagje. Ik zit in vwo 5 en moet als opdracht de volgende stelling bewijzen: de vier hoeken van een vierhoek liggen op een cirkel (en vormen dus een koordenvierhoek) als de overliggende hoeken samen 180 graden zijn. Zou iemand mij kunnen helpen met het bewijzen van deze stelling? Alvast bedankt.
Begin maar eens met dit door te nemen: http://nl.wikipedia.org/wiki/Middelpuntshoek_en_omtrekshoekquote:Op zaterdag 5 maart 2011 20:44 schreef Bapu22 het volgende:
Hallo, ik ben nieuw hier en heb een vraagje. Ik zit in vwo 5 en moet als opdracht de volgende stelling bewijzen: de vier hoeken van een vierhoek liggen op een cirkel (en vormen dus een koordenvierhoek) als de overliggende hoeken samen 180 graden zijn. Zou iemand mij kunnen helpen met het bewijzen van deze stelling? Alvast bedankt.
Als je klok op een jaar twee minuten voorloopt, loopt hij op een half jaar 1 minuut voor.quote:Op zondag 6 maart 2011 20:47 schreef cherrycoke het volgende:
een makkelijk misschien voor jullie, maar voor mij ik kom er niet uit.
als per jaar je klok 2 minuten meer voor gaat lopen, hoeveel gaat je klok dan meer lopen per uur?
hoe ga je dit berekenen?
Ga na hoeveel uren er in een jaar zitten.quote:Op zondag 6 maart 2011 20:47 schreef cherrycoke het volgende:
een makkelijk misschien voor jullie, maar voor mij ik kom er niet uit.
als per jaar je klok 2 minuten meer voor gaat lopen, hoeveel gaat je klok dan meer lopen per uur?
hoe ga je dit berekenen?
http://www.math4all.nl/MathAdore/vb-gb23-ex1b.htmlquote:Op zaterdag 5 maart 2011 20:44 schreef Bapu22 het volgende:
Hallo, ik ben nieuw hier en heb een vraagje. Ik zit in vwo 5 en moet als opdracht de volgende stelling bewijzen: de vier hoeken van een vierhoek liggen op een cirkel (en vormen dus een koordenvierhoek) als de overliggende hoeken samen 180 graden zijn. Zou iemand mij kunnen helpen met het bewijzen van deze stelling? Alvast bedankt.
Tja, hoe kom je aan die parametrisaties? Die komen ergens vandaan (en niet uit een hoge hoed). Probeer daar eerst maar eens over na te denken.quote:Op maandag 7 maart 2011 20:12 schreef marleenhoofd- het volgende:
Hoi, ik heb een vraag.
Stel je hebt een parametrisatie voor een punt op een polynoom, hoe bewijs je dan dat punten in die vorm te schrijven zijn?
Bijv: (xy+xz+yz)^2 -4xyz(x+y+z)=0 een parametrisatie voor geheeltallige oplossingen is: (a^2b^2, (a-b)^2a^2, (a-b)^2b^2 met ggd(a,b)=1 Ik moet bewijzen dat dit de de volledige oplossingsverzameling is.
En ander voorbeeld:
x^2-2y^2=z^3 alle rationale oplossingen kun je als volgt schrijven: (r(r^2-2s^2),(r^2-2s^2)s,^2-2s^2)
Hoe toon je aan dat je ze allemaal hebt?
Alvast bedankt.
Geldt dat niet gewoon voor elke functie?quote:Op maandag 7 maart 2011 20:31 schreef BasementDweller het volgende:
Waarom geldt voor een measurable map T:X->X' automatisch T-1(emptyset) = emptyset?
Ja, goede vraag. Waarschijnlijk zijn ze gevonden met de koordmethode, ik heb dit proberen toe te passen, maar de oplossingen komen wat mij betreft redelijk uit de lucht vallen. Het antwoord zal wel iets zijn in de richting van: met de koordmethode kun je alle oplossingen vinden en die zijn allemaal van die vorm. Helaas zie ik nog niet echt hoe dit werkt.quote:Op maandag 7 maart 2011 20:16 schreef thabit het volgende:
[..]
Tja, hoe kom je aan die parametrisaties? Die komen ergens vandaan (en niet uit een hoge hoed). Probeer daar eerst maar eens over na te denken.
Bij die eerste opgave krijg je overigens zo niet alle geheeltallige oplossingen, maar alleen degenen met ggd(x,y,z) = 1.
Het boek doet:quote:Op woensdag 9 maart 2011 15:30 schreef San_Andreas het volgende:
[ afbeelding ]
hun antwoord:
41412 / (1392 / 4) = 19
mijn antwoord:
je kan het niet bepalen, immers je hebt te weinig info om de onderstaande berekening op te lossen
0,25 * 1/n * 41412 + 0,75 * 1/m * (167040 - 41412) = 1392
omdat het voor 3 van de 12 maanden is dus vermenigvuldig ik met 3 / 12 = 0,25. En dat "nog wat" is de overige 9 maanden. Het gegeven gemiddelde is immers per jaar. Lijkt mij te kloppen.quote:Op woensdag 9 maart 2011 15:36 schreef Siddartha het volgende:
Wat jij doet:
Je deelt de kosten van alle werknemers in de maanden jan-maart door 4 (waarom?), en deelt dat door het totale aantal werknemers.
Plus nog wat, maar je ziet al dat je de fout ingaat, toch?
Die 41412,- is puur van de maanden jan-maart.quote:Op woensdag 9 maart 2011 16:05 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
omdat het voor 3 van de 12 maanden is dus vermenigvuldig ik met 3 / 12 = 0,25. En dat "nog wat" is de overige 9 maanden. Het gegeven gemiddelde is immers per jaar. Lijkt mij te kloppen.
daarom met 3/12 vermenigvuldigenquote:Op woensdag 9 maart 2011 16:10 schreef Siddartha het volgende:
[..]
Die 41412,- is puur van de maanden jan-maart.
Ok:quote:Op woensdag 9 maart 2011 16:22 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
daarom met 3/12 vermenigvuldigen
nee, hij kost GEMIDDELD per jaar 1393. Sommige werknemers kosten dus meer per jaar, sommige minder.quote:Een werknemer kost per jaar 1393, dus per 3 maanden 1393/4.
Klopt, maar wat maakt dat uit dan? Ze vragen toch om "ongeveer"...quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:02 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
nee, hij kost GEMIDDELD per jaar 1393. Sommige werknemers kosten dus meer per jaar, sommige minder.
dat doet er toch totaal niet toe? Of ik nu 4 werknemers heb die exact 1393 per jaar verdienen of 1 van 1200, 1 van 1400, 1 van 1500 en 1 van 1472, het totaal aantal werknemers blijft 4...quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:02 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
nee, hij kost GEMIDDELD per jaar 1393. Sommige werknemers kosten dus meer per jaar, sommige minder.
ja, maar ik wil juist weten hoeveel werknemers ik heb!quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:15 schreef FedExpress het volgende:
[..]
dat doet er toch totaal niet toe? Of ik nu 4 werknemers heb die exact 1393 per jaar verdienen of 1 van 1200, 1 van 1400, 1 van 1500 en 1 van 1472, het totaal aantal werknemers blijft 4...
Wat snap je hier niet aanquote:Op woensdag 9 maart 2011 18:17 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
ja, maar ik wil juist weten hoeveel werknemers ik heb!
quote:Een werknemer kost per jaar 1393, dus per 3 maanden 1393/4.
In de 3 maanden jan-maart hebben we 41412 in totaal aan werknemers uitgegeven.
Dus 1392/4 x n = 41412.
Oftewel, n= 41412/(1392/4)
zit je hier nou te trollen of wat?quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:17 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
ja, maar ik wil juist weten hoeveel werknemers ik heb!
omdat er staat dat het GEMIDDELD is. Daarmee weet je dus niet hoeveel de werknemers in de periode jan-mrt kosten per jaar. Het is namelijk een gemiddelde. Ik heb niet direct die afleiding.quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:19 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Wat snap je hier niet aan
[..]
bemoei je er effe niet meequote:zit je hier nou te trollen of wat?
Je bedoelt dat het een gemiddelde is over het hele jaar, en dat de kosten van werknemers in de periode jan-maart misschien heel anders is dan tussen april-dec?quote:Op woensdag 9 maart 2011 18:44 schreef San_Andreas het volgende:
[..]
omdat er staat dat het GEMIDDELD is. Daarmee weet je dus niet hoeveel de werknemers in de periode jan-mrt kosten per jaar. Het is namelijk een gemiddelde. Ik heb niet direct die afleiding.
Tip: \sqrt[3]{14/75}. Nog een tip: gebruik \cdot ipv *.quote:Op vrijdag 11 maart 2011 11:08 schreef Mind_State het volgende:
De 3 voor de wortels is een 3emacht.. als ik ^3 ervoor deed kwam de macht op de =tekens te staan.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |