Vervolg
We hebben gezien dat de profeet Daniël een visioen had van een opeenvolging van wereldrijken, gesymboliseerd in dromen van een beeld en vier dieren:
- Babylon
- Meden en Perzen
- Grieken
- Rome
Uit Rome zou een 'kleine hoorn' of klein koninkrijk opstaan, dat zou verschillen van de voorgaande koninkrijken omdat het een religieus en vervolgend element heeft.
Ik wil hier wat dieper ingaan op enkele karakteristieken van deze kleine hoorn, zodat het buiten twijfel komt te staan dat het hier inderdaad om de Roomse kerkstaat staat.
Daniël 7:25 Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken,
de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde richten.
Hij zal erop uit zijn
bepaalde tijden en de wet te veranderen,
en zij zullen in zijn hand worden overgegeven
voor een tijd, tijden en een halve tijd.
Deze macht denkt 'bepaalde tijden en de wet' te kunnen veranderen.
Het gaat hier uiteraard niet om menselijke tijden en wetten, maar om Gods tijden en wet.
Gods tijden en wetten kunnen natuurlijk niet worden veranderd door mensen. Daar kunnen zij alleen poging toe doen. Heeft de Rooms Katholieke Kerk geprobeerd om Gods tijden en wetten te veranderen?
Dat is inderdaad het geval.
Het Rooms Katholicisme is niet zuiver gebaseerd op de geschriften, maar op geschriften en traditie. Traditie die geleidelijk aan binnen de praktijken, theologie en rituelen van de RKK zijn gegroeid, onder invloed van belangrijke personen binnen die tradities. Dit waren onder andere een aantal kerkvaders en hun opvolgers.
Nu waarschuwden Jezus en apostelen als Paulus er al voor dat er corrumperende invloeden invloed op de kerk zouden uitoefenen. Zo werd er expliciet gewaarschuwd voor gnosticisme, een mystieke interpretatie van het Christelijke geloof op basis van Griekse filosofie, en voor mensen die zich wel voor zouden doen als dienaars van Christus, maar in werkelijkheid 'wolven' waren, wolven in schaapskleren.
Zij zouden door hun invloed het Christelijke geloof zoals onderwezen door Christus en de apostelen tenietdoen.
We zagen dat vanaf Genesis de mens werd verleid tot ongehoorzaamheid aan God, en dat dit zijn ondergang werd.
Gehoorzaamheid aan God is wordt uitgedrukt via geboden. God geeft instructies en als we die instructies volgen, leven we in harmonie met Gods wil. Doen we dat niet, zondigen we en scheiden we ons af van God, wat tot de dood leidt.
Eén gebod dat zowel een 'tijd' als een 'wet' is, is het sabbatsgebod. God had de zevende dag van de creatie gezegend en apart gezet voor heilige doeleinden: om te rusten en tijd opzij te zetten om die met God en Gods kinderen door te brengen. Deze zevende dag was wat wij nu de zaterdag noemen.
Binnen heidense religies was de zondag echter een heilige dag, want deze lieden zagen in de zon een representatie van God.
Hoewel Jezus Christus op de 'eerste dag van de week' (zo noemt de bijbel zondag) uit de dood is opgestaan, is er in de schriften geen enkele aanwijzing te vinden dat God of Jezus verwachtte dat men die eerste dag van de week als heilig zou gaan beschouwen en de sabbat zou vergeten. We zien dat de apostelen en gelovigen de sabbat ook na Jezus' dood nog vieren, en het is bekend dat de eerste Christenen dit ook deden.
Geleidelijk aan ontstond er echter een steeds grotere scheiding tussen 'Joden' en 'Christenen', en werden Christenen door de kerk opgedragen om niet te 'Judaïseren', oftewel te doen wat de Joden deden, de sabbat vieren.
De zondag werd dus een onderscheidend teken van hen die de instructies van de kerk volgden, in plaats van de geboden in de geschriften, op basis van een traditie die niet door Jezus zelf of de apostelen was geïntroduceerd.
Daarom wordt men in de catechismus (religieuze instructies) van de Rooms Katholieke geboden opgedragen om de 'dag van de Heer' te heiligen, en wordt in het geheel niet meer gesproken over de sabbat.
Een ander gebod dat is gewijzigd, is het tweede gebod over idolen, afgoden en gesneden beelden. Dit gebod is in de catechismus geheel verdwenen. Het zou zijn opgenomen in het eerste gebod, maar de tekst ervan ontbreekt volledig in de catechismus. De reden hiervoor lijkt vanzelfsprekend: binnen het heidendom waren afgodenbeelden aan de orde van de dag. Hoewel elke Rooms Katholiek met hand en tand zal ontkennen dat de vele beelden van het katholicisme te vergelijken zijn met de afgoden van de heidenen, is het echter niet te ontkennen dat Rooms Katholieken wel degelijk worden geleerd om voor de gesneden beelden van Jezus, Maria en de heiligen te knielen, aan te raken, ervoor te bidden, enzovoorts. Het argument is dan: wij bidden niet tot het beeld, maar tot de persoon achter het beeld. In de praktijk maakt dit echter geen enkel verschil. De heidenen geloofden ook niet dat de beelden die zij aanbaden daadwerkelijk goden waren, maar deze beelden stelden bijvoorbeeld natuurkrachten voor. Dat is waar zij toe baden. Het verbod in de tien geboden om dit te doen, was omdat elke afvallige religie gebruik maakt van dit soort beelden, en het niet uitmaakt welke interpretatie je aan het knielen en bidden ervoor gebruikt: zo'n beeld is een teken dat er van de instructies van Yahweh wordt afgeweken.
Aangezien het derde gebod in de catechismus is geschrapt, bleven er maar 9 van de 10 geboden over.
Hoe kom je dan aan 10 geboden? Door een van de geboden in tweeën te splitsen. En dat heeft men dan ook gedaan: het tiende gebod over begering is in tweeën verdeeld.
Een vergelijking van de tien geboden in de bijbel en in de catechismus is hier te zien:
![biblevscat.jpg]()
Link naar de officiële catechismus van het Vaticaan die dit bevestigt: 
https://www.vatican.va/archive/ENG0015/_INDEX.HTMMeer info: 
https://nl.wikipedia.org/wiki/Tien_gebodenNaast bovenstaande wijzigingen, zijn er hele stukken tekst uit de geboden verwijderd. De tien geboden van de catechismus zijn een verstoring en zeer gelimiteerde versie van de tien geboden in de bijbel.
Het staat dus buiten alle twijfel dat de RKK inderdaad Gods wet heeft proberen te wijzigen door deze te herformuleren, herinterpreteren, herindelen. Het resultaat is dat het haast onmogelijk wordt om op basis van diezelfde geboden de oorspronkelijke tien geboden nog te verdedigen. Immers is de 'sabbat' zeer duidelijk de zevende dag van de week, maar de 'dag van de Heer', welke dag is dat? Welke dag dan ook op basis van traditie wordt vastgesteld. 
Naast deze geboden, zien we het streven om de 'tijden' te veranderen ook terug in het vieren van de Christelijke feesten. Zo wordt het Rooms Katholieke Pasen nooit gevierd op de datum van het Joodse Pesach. We hanteren de Gregoriaanse kalender, een zonnekalender, terwijl de Joodse kalender een zon-maan-kalender is. We vieren Kerstmis, terwijl dit in de Joodse religie geheel niet werd gevierd. De zonnewendefeesten, waar Kerstmis er ook een van is, zijn dan ook simpelweg overgenomen uit heidense tradities, en hebben niets te maken met de Joodse religie en de instructies van Jezus Christus.
Deze macht zal 'grote woorden tegen de allerhoogste spreken'. Dit is een trotse macht.
Heeft de RKK 'grote woorden tegen de allerhoogste' gesproken?
Hier zijn ontzettend veel voorbeelden van te geven, maar vanwege tijd en ruimte bespreek ik hier één van de kernpunten ervan.
In wezen beschouwt het Vaticaan zichzelf als de vertegenwoordiger van God op aarde, en elke priester een 'alter Christos', een andere Christus die in de persoon van Christus handelt. Zo bevestigde het concilie Vaticaan II:
""The priest receives a special Sacrament by which, through the anointing of the Holy Spirit, he is conformed to Christ the Priest in such a way that he can act, in Persona Christi, that is, in the very Person of Jesus Christ."
"The council taught that the priest is conformed to Christ in such a way that he can act "in the Person of Christ." This is Sacramental identification with Jesus Christ, the Great High Priest. What a profound privilege it is to be a priest! When he says, "This is my Body," or "I absolve you," or "May Almighty God bless you," the priest is not acting in the place of, or as a representative of, but rather "in the Person of Jesus Christ."
"Pope Pius XII put it beautifully in his encyclical letter Mediator Dei: "The indelible mark on the souls of priests comes with the power of the priesthood and it conforms them to Christ. Their hands have been consecrated so that whatever they bless may be blessed, whatever they consecrate may become holy and sacred in the name of the Lord Jesus. Only the priest can offer the Holy Sacrifice of the Mass. Let all who would live in Christ flock to their priests. By them they will be supplied with the comfort and food of the spiritual life. From them they will obtain the medicine of salvation ensuring their care and happy recovery from the fatal sickness of their sins. The priest finally will bless their homes, consecrate their families, and help them as they breathe their last across the threshold of eternal happiness."
http://www.catholictradition.org/Priests/priests6.htmIn de praktijk kwam dit erop neer dat er buiten de priesters van de Roomse kerk geen verlossing mogelijk was. Een priester gaf het 'sacrament' van vergeving, via de eucharistie. Op deze manier werden mensen afhankelijk gemaakt van de kerk, omdat de kerk in sommige gevallen interdicten (verboden van deelname aan rituelen, 
https://en.wikipedia.org/(...)or%20extended%20time.) plaatsen op hele regio's als die zich niet conformeerden naar de wil van de kerk. Dan was er dus geen vergeving mogelijk voor de mensen in dat gebied. Een andere maatregel was excommunicatie, dan werd men in religieuze zin vogelvrij verklaard.
Door zichzelf en haar priesters als essentiële mediator/bemiddelaar tussen mens en God op te zetten, zonder wie men geen vergeving van zonden kon ontvangen, nam zij een plek in die alleen aan de messias was voorbehouden. Want zoals Paulus zei:
1 Timotheüs 2: 5 Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus.
6 Hij heeft Zich gegeven als een losprijs voor allen. Dit is het getuigenis op de door God bestemde tijd.
Eén middelaar, Jezus Christus, want alleen Hij is voor de zonden van de mensheid gestorven. Iemand anders kan die rol niet aannemen.
Deze simpele boodschap van rechtvaardigheid uit geloof in Jezus werd dus tenietgedaan door het Roomse religieuze systeem van sacramenten, rituelen en priesters, die noodzakelijk zouden zijn voor verlossing.
Hiermee speelde de kerk dus in wezen voor God, aangezien het oordeel van de priester om iemand wel of niet te vergeven doorslaggevend was of iemand wel of vergeving kreeg. In de bijbel komen we dergelijke menselijke autoriteit over het zielenheil van individuen niet tegen. Jezus instrueerde zijn discipelen om ervoor te waken dat de kerken niet vervielen in afgoderij en zonden, en daarvoor waren ook disciplinaire middelen. De kerk kreeg dus wel autoriteit. Maar het idee dat er een eliteklasse van priesters nodig is waaraan je je zonden moet opbiechten om vergeving van God te ontvangen, is nergens terug te vinden in de schrift.
Ook het idee dat de priester een stukje brood in het lichaam, bloed, geest en goddelijkheid van Christus kan veranderen, is uiteraard ronduit bizar. Dit maakt de priester effectief tot een 'schepper van God'. Het was een van de belangrijkste klachten van hervormers tegen de kerk.
Geloof in Christus werd dus vervangen door een hiërarchisch systeem van mensen, rituelen en sacramenten dat noodzakelijk is voor redding. De boodschap van rechtvaardiging uit geloof, die vanaf Genesis al werd onderwezen in de geschriften, werd obscuur gemaakt en vervangen door een religie gebaseerd op werken. Het ministerie van Jezus als hogepriester, het geofferde lam, en de noodzaak om te vertrouwen op de verdiensten van dat geofferde bloed, werd ondermijnd. Alleen de priesters werden geacht de geschriften te kunnen begrijpen, interpreteren en onderwijzen, waardoor individuen geen toegang kregen tot die geschriften. Hierdoor kreeg de kerk ongeëvenaarde macht over het geweten van haar onderdanen.
Een derde aspect is dat deze macht gedurende 'een tijd, tijden en een halve tijd' de macht kreeg om de 'heiligen' te vervolgen. Zoals we in de code van Justinianus konden lezen, had de kerk allerlei 'ketters' geïdentificeerd met afwijkende meningen en overtuigingen. Bestraffing van deze ketters was gerechtvaardigd, zogenaamd om hen tegen hun eigen ondergang te beschermen. In de praktijk leidde dit simpelweg tot onderdrukking en in sommige gevallen genocide van Christelijke groepen die de autoriteit van de Roomse kerk niet erkenden, zoals de Waldenzen. Het leidde ook tot de inquisitie.
In een volgend bericht meer over deze 'tijd, tijden en een halve tijd'.
[ Bericht 0% gewijzigd door Ali_Kannibali op 11-04-2024 11:45:11 ]