quote:
Op zondag 18 juli 2010 17:30 schreef Federer-fan het volgende:[..]
Bedankt.
Oké, hierbij wat vragen:
1) Waarom reden Contador en Schleck een tijdje sur place? Ze waren vlak bij de finish; zoveel tijd hadden ze toch niet kunnen winnen met een aanval?
2) Wat onderscheidt Contador en Schleck van de anderen?
3) Waar pakken de toppers hun winst? Ik zie steeds 'underdogs' de etappes winnen en de toppers komen vaak in het peloton (althans met een groep van veertig binnen).
4) Ductor en Dijkstra zeiden gister dat Armstong in de jaren waarin hij won nooit achter in het peloton zat en gister wel. Wat maakt dat uit? Schleck zat vandaag een tijdje vrijwillig achterin, maar zelfs als hij daar was gebleven is het toch allemaal 'zelfde tijd' als ze binnenkomen?
Nog wat extra info die volgens mij nog niet helemaal werd genoemd:
(1) Contador rijdt de hele tijd 'in het wiel' van Schleck, omdat Schleck 1 is en Contador 2. Dat is op een gegeven moment niet leuk meer voor Schleck, omdat Contador alleen maar reageert als Schleck iets doet, en daarnaast Contador de hele tijd zit te loeren op een onoplettend moment van Schleck om weg te kunnen springen. Op een gegeven moment reed de nummer 3, Mentsjov, weg, en weer reageerde Contador niet- ondanks dat Mentsjov een directe concurrent is. Toen hield Schleck stil, omdat hij waarschijnlijk dacht: "Ik ga niet achter Mentsjov aan, ga jij maar achter Mentsjov aan, Contador, jij staat immers op plek 2". Maar Contador dacht nog steeds: "Lekker boeiend die Mentsjov, die staat twee en een halve minuut achter me, die mag best een halve minuut terugwinnen". Kortom, ze bluften allebei, in de hoop dat de ander ging fietsen.
(2) Dat is niet te zeggen. Hopelijk geen doping, in elk geval. Zoals bij alle topsport zal het op dat niveau veel neerkomen op mentale aspecten.
(3) De toppers pakken hun winst voornamelijk in tijdritten en bergetappes. Een groot verschil tussen de uitslag in tijdritten/bergetappes en 'gewone' vlakke etappes is dat de tijdsverschillen veel groter zijn. De nummer 1 op een berg heeft vaak 10 minuten voorsprong op de nummer 30, terwijl bij vlakke etappes eigenlijk iedereen tegelijk binnenkomt (qua tijdsmeting). Kortom, als je in een vlakke etappe 30ste bent, verlies je niks, maar als je in een berg- of tijdrit 30ste bent verlies je minuten. Het kan dus zijn dat je vandaag een etappe wint, maar daardoor je morgen extra vermoeid bent en 10 minuten verliest- en dan ben je al bijna kansloos voor de eindzege in Parijs. De toppers zie je in de vlakke etappes niet (een dagzege is voor hun ook niet interessant) maar bij bergetappes zorgen ze dat ze ALTIJD bij de eerste 10 zitten.
(4) Hoe meer renners je voor je hebt, hoe meer kans je hebt om te vallen. Simpele kansberekening: als je 10 renners voor je hebt, is de kans klein dat er één valt (en je hebt meer ruimte om uit te wijken), maar als je 150 renners voor je hebt, is de kans groter dat er ergens een keer één valt, en je kan waarschijnlijk alleen nog de berm in om uit te wijken. Daarnaast is het zo dat als je achteraan zit (zeg op de 160ste plek), en er ontstaat een gat tussen de voorste 20 renners en de rest, dan moet jij eerst nog 140 renners inhalen voordat je bij het gat bent- en dan moet je dus nog het gat dichtrijden. Daarom zitten goede renners op belangrijke momenten (zoals het begin van een klim) vooraan, zodat ze met eventuele ontsnappingen zo makkelijk mogelijk mee kunnen gaan. Daarom wordt een renner die achterin zit gezien als 'niet attent'.