De zweem die rond het rookverbod blijft hangenIn andere landen waren er helemaal geen problemen met de invoering van het rookverbod. Terwijl hier in Nederland vooral het beeld van cafeetje pesten ontstond. Waar is het toch misgegaan?
Je bent Ab Klink, de kersverse minister van Volksgezondheid. Je houdt zelf wel van een sigaartje en van jou hoeft het niet zo nodig. Maar coalitiepartner ChristenUnie wil het heel graag. En je weet dat je het kunt, die horeca rookvrij maken. Mooie kans om je visitekaartje af te geven. Dus beloof je op 22 februari 2007, de dag dat je wordt beëdigd, dat alle horecabedrijven binnen een jaar rookvrij moeten zijn.
Op 1 juli 2008 is het dan zover. Het gaat goed. Restaurants, hotels; ze houden zich keurig aan het verbod. Er zijn maar een paar rotte appels, vooral kleine café-eigenaren, die het verbod aan hun laars lappen. In Den Bosch bijvoorbeeld waar ze collectief de asbak terugzetten. Maar daar weet je wel raad mee. Je stuurt meer VWA-controleurs het land in. Je rolt met je spierballen door te zeggen dat het je ‘ernst’ is. ‘In dit land dienen wetten nageleefd te worden en die gelden voor iedereen.’
Je dreigt met het inschakelen van het OM om ze te vervolgen voor een economisch delict. Na die onverwachte uitspraak van het Hof in Den Bosch ga je gewoon door met controles. En dan komt die genadeklap van de rechters in Leeuwarden, die het verbod voor eenmanszaken eveneens onwettig verklaren. De controles moet je afblazen. En volhouden dat het rookverbod zo’n succes is, wordt steeds lastiger. Voorjaar 2009 hield 83 procent van de cafés zich eraan en in het najaar, mede dankzij die rechters, 68 procent. Bij eenmanszaken zelfs 58 procent. Je krijgt kritiek.
‘Het negeren van het rookverbod heeft desastreuze gevolgen voor het gezag en de geloofwaardigheid van de overheid’, vindt hoogleraar politicologie Rinus van Schendelen van de Erasmus Universiteit, gespecialiseerd in Brusselse en Haagse besluitvorming. Bij uitstek kenner van het rookdossier, omdat hij vanaf 2001 zes jaar lang tabaksgigant British American Tobacco (BAT) adviseerde en het besluitvormingsproces rond het verbod in hoge mate van achter de tafel meemaakte. ‘Je maakt een dikke wet en spuit de afgelopen jaren dikke teksten over de handhaving ervan.’ Maar kroegen in overvloed waar wordt gerookt. ‘Daardoor denken burgers: de overheid hoef je niet serieus te nemen en dat spekt het cynisme.’
Politiek ook niet echt lekker dat je vereenzelvigd wordt met dat ‘mislukte’ rookverbod, denk je dan als minister. Dus zeg je dat je altijd hebt opengestaan voor creatieve oplossingen. Maar in je hoofd spookt die ene vraag: waar is het toch fout gegaan?
EuropaHet recht op een rookvrije werkplek, via de Tabakswet sinds 2004 in Nederland van kracht, is een afleidsel van de Europese Tobacco Ban Directive waarmee tabaksgebruik in de EU ontmoedigd moest worden. Uiteindelijk is er maar één hogere wet en dat is de Europese. Maar die staat wel heel veel variaties toe, blijkt uit voorbeelden uit andere lidstaten.
Oostenrijk? Daar mochten cafés kleiner dan 80 vierkante meter kiezen om rook of niet-rook te zijn. Portugal? Daar wordt ventilatie als oplossing toegestaan. Engeland? Daar krijgen ook rokers een boete. ‘Het ministerie is bij de omzetting van die Europese richtlijn zowel ambtelijk als ministerieel veel verder gegaan dan Europees noodzakelijk was. Men heeft er allerlei binnenlandse toeters en bellen en extreme opvattingen aan toegevoegd’, vindt Van Schendelen. De directive verplichtte niet tot een rookvrije werkplek, maar gaf lidstaten er wel de mogelijkheid toe.
Dat Nederland die ook nam wijt Van Schendelen aan toenmalig minister van Volksgezondheid Hans Hoogervorst (VVD), een net afgekickte kettingroker. Hij liet het rookdossier in hoge mate over aan de ambtenaar en ‘extreme gezondheidsfreak’ Theo van Iwaarden (nu plaatsvervangend directeur Directie Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie). Die zou zo aan zijn vrijheid gewend zijn geraakt dat Klink hem nu niet meer in zijn hok krijgt.
Hoogervorst had nog met Koninklijke Horeca Nederland (KHN) afgesproken dat horeca door zelfregulering rookvrij zou worden. Via een stappenplan waarin bijvoorbeeld stond dat eind 2008 driekwart van alle cafés en discotheken een rookvrije zone moest hebben. Nadat Hoogervorst na teleurstellende tussenrapportages de horeca twee keer waarschuwde, besloot Klink geen tussenstand meer af te wachten. Te vrijblijvend, dat stappenplan. Alleen hotels boden steeds meer rookvrije kamers aan. En de ChristenUnie een cadeautje geven kon in de prille, wankele coalitie ook geen kwaad.
‘Het is waar dat wij ons er in het kabinet hard voor hebben gemaakt dat het er in deze vorm zou komen’, zegt Kamerlid Esmé Wiegman. En hoe. In het op 7 februari gesloten coalitieakkoord Samen Werken, Samen Levenstaat dat tijdens de kabinetsperiode ‘in samenspraak met de branche zal worden toegewerkt naar een rookvrije horeca’ en twee weken later heeft Klink het over een rookverbod binnen een jaar.
VerdeeldDe tabaksfabrikanten hadden er weinig tegen in te brengen. ‘Hopeloos verdeeld’, zegt Van Schendelen. De lobbymachine stokte in Brussel en Den Haag, omdat Philip Morris dacht dat de Europese tabakswet, gestoeld op ontmoediging, een godsgeschenk voor ze was. Philip Morris van het grote Marlboro zou wat verliezen, maar hun concurrenten veel meer. Die moesten zonder reclame al hun kleine merkjes in de lucht houden.
Gezondheidsorganisaties als STIVORO, de nationale organisatie voor voorlichting over roken en de gezondheidsrisico’s daarvan, waren op de achtergrond belangrijk bij het dumpen van het stappenplan. ?‘STIVORO speelde bij de totstandkoming van het huidige rookverbod vooral een agenderende rol om ervoor te zorgen dat de uitzondering die sinds 2004 voor de horeca gold zou worden opgeheven’, zegt directeur Lies van Gennip.
Een grote Kamermeerderheid was er voor: CDA, PvdA, ChristenUnie, SP, D66 en GroenLinks stemden op 3 juli 2007 in met een algeheel rookverbod in de horeca.
Opeens was ook een meerderheid van ’s lands grootste horecabedrijven voor een snelle invoering. En die zijn de baas bij KHN. Onder het mom redden wat er te redden valt, ging de brancheorganisatie halsoverkop akkoord met rookvrije restaurants en hotels en vroeg Klink uitstel voor cafés. Toen dat niet lukte, steunde zij maar gewoon het volledige rookverbod, ook voor kleine cafés.
Het belangrijkste principe van KHN werd opeens ‘gelijke monniken, gelijke kappen’. Dan maar een rookverbod voor iedereen zodat er geen oneerlijke concurrentie ontstaat. Precies de lijn van Klink, die nog steeds het ‘gelijke speelveld’ als leidraad van zijn rookbeleid hanteert.
‘Ze hebben niets gedaan voor het leeuwendeel van hun leden, de kleine horeca, en hun oren laten hangen naar de grote, zoals Van der Valk, die voor het rookverbod waren’, zegt Van Schendelen. Van der Valk besloot snel door te berekenen dat de schoonmaakkosten van roken hoger dan zijn wat je ermee verliest.
Kleine cafés voelden zich in de steek gelaten en sloten zich aan bij de Stichting Red de Kleine Horeca-ondernemer (KHO), die strijdt tegen het rookverbod en nu zo’n 1.200 leden telt. KHO-advocaten vertegenwoordigden cafés Victoria en De Kagchel, wat leidde tot de vrijspraken bij de gerechtshoven van Den Bosch (12 mei 2009) en Leeuwarden (3 juli). Het rookverbod voor de ongeveer 10.000 cafés zonder personeel stond daardoor ruim een half jaar op losse schroeven. De telefoonbomen, zoals op de Amsterdamse Zeedijk, waarmee cafés elkaar voor controleurs waarschuwden, verdwenen in de la.
Maar op 23 februari 2010 vernietigde de Hoge Raad de vrijspraken en sindsdien is er weer juridische duidelijkheid rond het rookverbod. Dat geldt voor de hele horeca en de VWA controleert. Al zijn de kroegen die het verbod negeren tijdens een avondje stappen nog makkelijk te vinden.
Schuld van tabakslobbyDat hoort nu eenmaal bij de invoering van een wet, vinden voorstanders als STIVORO, want eigenlijk gaat het heel goed met het rookverbod. En als je naar de cijfers kijkt, dan is het creëren van een rookvrije werkplek in de horeca sneller gegaan dan in de rest van het bedrijfsleven waar die vanaf 2004 verplicht was.
Van Gennip vindt dat het even mis is gegaan toen in de media het beeld ontstond dat alle cafés het verbod negeerden. ‘Het beeld dat iedereen de asbakken terugzette gaat dan als een self-fulfilling prophecy werken, terwijl eigenlijk alle restaurants, grand cafés en hotels rookvrij zijn en de klanten dat wel prima vinden.’
Nederland had naar Engels voorbeeld het rookverbod in de markt kunnen zetten met een focus op gezondheid, door te benadrukken dat het tot minder hartinfarcten leidt. ‘Daar hebben we wat steken laten vallen, want nu is het beeld van betutteling ontstaan terwijl het echt niet is om rokers te pesten’, bekent Van Gennip. ‘We hebben het wel geprobeerd, maar toen heerste al heel erg dat sentiment van die zielige cafés.’
Dat beeld is heel duidelijk gevoed door de tabaksindustrie. ‘Zij hebben besloten om de kleine cafés de spreekbuis te laten vormen tegen dit besluit en Stichting Red de Kleine Horeca-ondernemer opgericht en gefinancierd. Eigenlijk hebben ze dus geprobeerd om de bestaande wetgeving te ondergraven door verzet te creëren. Vanuit dat oogpunt heeft de tabaksindustrie het heel slim gedaan.’
Dat KHO geld krijgt van de tabaksindustrie, ontkent secretaris Wiel Maessen. ‘Ik zou willen dat ze ons financierden, dan hadden we tenminste geld om al die leugens te ontmaskeren. Wij betalen alles uit eigen zak via bijdragen van 1.200 kroegeigenaren en sympathiserende klanten.’
Hij verwacht dat het rookverbod verder onder vuur komt te liggen als het Gerechtshof in Arnhem zich op 4 juni buigt over de terugverwezen zaken van De Kagchel en Victoria. Want bij winst voor de cafés ontstaat onduidelijkheid en bij verlies gaat KHO in beroep, desnoods tot in Europa.
De toekomstEn terwijl een succesvol rookverbod vooral gebaat is bij duidelijkheid en rust, staat het naast de rechtszaak nog heel wat te wachten.
Eind deze maand presenteert Klink de resultaten van een RIVM/TNO-onderzoek naar ventilatiesystemen. Sinds vorig jaar zomer wekt hij de illusie dat dit wel eens de uitkomst zou kunnen zijn voor de eenmanszaken die geen ruimte hebbenvoor een rookhok. Saillant detail: door de organisaties werd al twee keer eerder onderzoek gedaan. Eerdere conclusies: speciale systemen verdringen zeker 90 procent van de rook.
‘Er is helemaal niets nieuws om te onderzoeken, het is allemaal al eens gedaan’, zegt Bart Hendriksen van van Extreme Air-Products dat luchtzuiveringsinstallaties voor rookruimtes levert. ‘Klink verspeelt geld.’ Om tot een conclusie te komen moet je namelijk een bepaalde maximumwaarde hebben (zoals 0,5 procent zwerfrook) en die is de onderzoekers niet gegeven. Het ministerie zegt dat die waarde juist na het onderzoek in een Kamerdiscussie kan ontstaan.
Volgens Van Schendelen heeft hij van bronnen binnen het ministerie en de VWA vernomen dat er nog een verrassing in het verschiet ligt. ‘Het ministerie heeft een decentralisatie van het rookverbod in de maak. De handhaving van de Tabakswet moet worden doorgeschoven naar de gemeenten.’ Maar volgens het ministerie klopt dat absoluut niet.
Ten slotte komen er verkiezingen aan en willen verschillende partijen een aanpassing van het verbod. Tot de nieuwe regering blijft er dus een zweem van onduidelijkheid rond het verbod hangen. Toepasselijk dus wat de Kamer er vorige maand mee deed: controversieel verklaren.