Mind_State | vrijdag 11 maart 2011 @ 11:20 | |
Vorige delen Post hier weer al je vragen, passies, trauma's en andere dingen die je uit je slaap houden met betrekking tot de wiskunde. Van MBO tot WO, hier is het topic waar je een antwoord kunt krijgen op je vragen. Vragen over stochastiek in het algemeen en stochastische processen & analyse in het bijzonder worden door sommigen extra op prijs gesteld! Links: Opmaak: • http://betahw.mine.nu/index.php: site van GlowMouse om formules te kunnen gebruiken in je posts (op basis van Latexcode wordt een plaatje gegenereerd dat je vervolgens via het aangegeven linkje kunt opnemen). Een uitleg over LaTeX-code kun je hier vinden, en je kunt deze site gebruiken om een hele post met verschillende stukken Latex-code erin ineens te laten parsen door betahw.mine.nu. Wiskundig inhoudelijk: • http://integrals.wolfram.com/index.jsp: site van Wolfram, makers van Mathematica, om online symbolische integratie uit te voeren. • http://mathworld.wolfram.com/: site van Wolfram met een berg korte wiki-achtige artikelen over wiskundige concepten en onderwerpen, incl. search. • http://functions.wolfram.com/: site van Wolfram met een berg identiteiten, gerangschikt per soort functie. • http://scholar.google.com/: Google scholar, zoek naar trefwoorden specifiek in (wetenschappelijke) artikelen. Vaak worden er meerdere versies van hetzelfde artikel gevonden, waarvan één of meer van de website van een journaal en (dus) niet vrij toegankelijk, maar vaak ook een versie die wel vrij van de website van de auteur te halen is. • http://www.wolframalpha.com Meest geavanceerde rekenmachine van het internet. Handig voor het berekenen van integralen, afgeleides, etc... OP [ Bericht 2% gewijzigd door GlowMouse op 11-03-2011 11:27:46 ] | ||
Mind_State | vrijdag 11 maart 2011 @ 11:23 | |
Hoe kopieer ik nou me eigen vraag uit het vorige topic, zodat de plaatjes het ook doen ? Ik doe het wel opnieuw: antwoord ? of en waarom ? het lijkt me dat je alles wat tot de 3e macht (in dit geval 3x5) buiten de wortel moet halen, dus dat het het eerste antwoord is. [ Bericht 83% gewijzigd door Mind_State op 11-03-2011 11:30:26 ] | ||
GlowMouse | vrijdag 11 maart 2011 @ 11:25 | |
| ||
thabit | vrijdag 11 maart 2011 @ 11:40 | |
Binnen de wortel staat het in de noemer, dus ook buiten de wortel in de noemer. | ||
Mind_State | vrijdag 11 maart 2011 @ 12:34 | |
oke.. en stel nou dat ik in de teller ook die 3 tot de 3e zou hebben gehad.. was het antwoord dan geweest ? dan begrijp ik hem namelijk.. | ||
thabit | vrijdag 11 maart 2011 @ 12:36 | |
Juist. Al kun je 3/15 nog wel vereenvoudigen tot 1/5. | ||
Mind_State | vrijdag 11 maart 2011 @ 12:40 | |
Thnx, kan ik weer verder.. ben blij als ik het onderdeel getallen afgerond heb en door kan met algebra | ||
BasementDweller | vrijdag 11 maart 2011 @ 14:42 | |
Hoe bepaal je handig zonder rekenmachine de rest van 74^74 * 87^87 na deling door 7? | ||
GlowMouse | vrijdag 11 maart 2011 @ 14:57 | |
Gebruik a*b (mod c) = (a (mod c)) * (b (mod c)). Dan kom je bij die eerste op 2^148 mod 7 en dat is makkelijk [ Bericht 0% gewijzigd door GlowMouse op 11-03-2011 15:28:08 ] | ||
BasementDweller | vrijdag 11 maart 2011 @ 17:25 | |
Ik snap niet echt wat je bedoelt... Je doet [ 74^74 * 87^87 ] (mod 7) = [74^74 (mod 7)] *[ 87^87 (mod 7)]? | ||
GlowMouse | vrijdag 11 maart 2011 @ 17:27 | |
Dat is stap 1. Daarna kun je bij 74^74 mod 7 weer hetzelfde doen. | ||
BasementDweller | vrijdag 11 maart 2011 @ 17:51 | |
Ah oke... [ 74^74 * 87^87 ] (mod 7) = [74^74 (mod 7)] *[ 87^87 (mod 7)] = [4 (mod 7)]^74 * [3 (mod 7)]^87 = [2 (mod 7)]^148 * [3 (mod 7)]^87 = [2^148 * 3^87] (mod 7) Dus nu weten we dat 74^74 * 87^87 dezelfde rest heeft als 2^148 * 3^87... | ||
GlowMouse | vrijdag 11 maart 2011 @ 17:55 | |
2 mod 7 = 2 4 mod 7 = 4 8 mod 7 = 1 16 mod 7 = 2 32 mod 7 = 4 64 mod 7 = 1, etc. | ||
BasementDweller | vrijdag 11 maart 2011 @ 17:59 | |
Aha, op die manier. Dit was een opgave uit een 1930 kweekschool rekentoets, maar ik heb eigenlijk amper geleerd modulair te rekenen . Schande! | ||
.aeon | zondag 13 maart 2011 @ 16:39 | |
dan kom ik uit op ((0,0),(0,0)) klopt dit wel? | ||
BasementDweller | zondag 13 maart 2011 @ 16:43 | |
Klopt | ||
.aeon | zondag 13 maart 2011 @ 16:46 | |
Bedankt, snap ik het blijkbaar toch | ||
.aeon | zondag 13 maart 2011 @ 19:30 | |
Nog een vraag mbt matrices, de vergelijking: (100a+100b,b) = a'(-1,2)+b'(1,2) geeft als oplossing: a' = -(200a+199b)/4 b' = (200a+201b)/4 edit: laat maar, opgelost [ Bericht 9% gewijzigd door .aeon op 13-03-2011 23:44:35 ] | ||
koffiegast | dinsdag 15 maart 2011 @ 00:55 | |
Jaja daar ben ik weer eens, ik probeer een formule te maken met mijn vrij verloren kennis aan geometrie. Plaatje hieronder laat de situatie zien. Ter verduidelijking: D en E liggen op de lijn L2. Ik heb het al zitten afleiden met een toy probleem door de euclidean distance vast te stellen en vervolgens dan de coordinaten te vinden, maar dat gaat nergens naar. De bedoeling is dat het direct beide coordinaties kan berekenen aan de hand van A en B, nou ben ik wel zover dat ik L1 en L2 kan bepalen, maar ik kom niet verder met hoe ik D en E bepaal aan de hand van deze twee lijnen. Ik probeer er namelijk een algoritme van te maken. | ||
GlowMouse | dinsdag 15 maart 2011 @ 10:06 | |
Wat is gegeven? | ||
Warren | dinsdag 15 maart 2011 @ 10:57 | |
Edit: laat maar, probleem al opgelost. [ Bericht 49% gewijzigd door Warren op 15-03-2011 11:07:12 ] | ||
koffiegast | dinsdag 15 maart 2011 @ 11:57 | |
Je weet A, B en C. Je hebt A en B nodig om te bepalen hoe de andere lijn die door c gaat op de lijn AB moet staan, namelijk loodrecht (90 graden). C heb je vervolgens nodig om D en E te kunnen bepalen. De bedoeling hiervan is een path planning van A naar B, dat een radius om C omzeilt. Daarvoor wil ik 2 punten D en E om ze vervolgens te testen op bereikbaarheid. | ||
freiss | dinsdag 15 maart 2011 @ 12:32 | |
Let er wel op dat bijvoorbeeld het lijnstuk AD de cirkel om C wel snijdt. | ||
koffiegast | dinsdag 15 maart 2011 @ 18:05 | |
Dat snap ik, de bedoeling is dat de distance die ik gebruik groter is dan het bereik van de vijand op plaats C. Ik heb ondertussen ook iets dat het oplost, met behulp van cos/sin op atan van de helling. | ||
TheLoneGunmen | woensdag 16 maart 2011 @ 17:20 | |
Hoe pak ik de volgende differentiaalvergelijking aan: f(t) ' = f(t) * (b+a) / (1-at) Met b en a, zekere constante. En t de variabele. ? | ||
GlowMouse | woensdag 16 maart 2011 @ 17:22 | |
Gebruik d/dt ln(f(t)) = f'(t) / f(t). | ||
hello_moto1992 | woensdag 16 maart 2011 @ 18:24 | |
Productregel en quotientregel? | ||
Hypnagogia | woensdag 16 maart 2011 @ 19:31 | |
Ow wacht volgens mij is het best simpel. f(t)=c/(1-at)^(b/a+1) | ||
kwiwi | woensdag 16 maart 2011 @ 19:34 | |
Kan ik hier ook met een (waarschijnlijk domme ) statistiek vraag terecht? Onderstaande is het probleem.... Ik moet de standard deviation van de residuals berekenen. Nu weet ik wel hoe ik dat moet uitrekenen als ik over alle getallen beschik, maar hoe kom ik eraan als ik alleen maar over de mean en standard deviation van y beschik? In dit geval is de mean 107.0 en de standard deviation 19.5, het aantal waarnemingen is 77. Het antwoord is 16.2 Bijbehorende formules: Hoe kom ik met de gegevens, via deze formules, aan het antwoord 16.2? | ||
thabit | woensdag 16 maart 2011 @ 19:36 | |
Nee, niet helemaal. | ||
BasementDweller | woensdag 16 maart 2011 @ 19:38 | |
- ninja solved [ Bericht 47% gewijzigd door BasementDweller op 16-03-2011 19:50:20 ] | ||
Hypnagogia | woensdag 16 maart 2011 @ 20:12 | |
Wat klopt er niet dan Thabit? f'(t)/f(t) = (b+a )/ (1-at) ln(f(t))=int((b+a)/(1-at)) f(t)=exp(int((b+a)/(1-at)))=exp(-((a+b)log(1-at))/a)=(1-at)^(-(a+b)/a) | ||
GlowMouse | woensdag 16 maart 2011 @ 20:37 | |
De vraag is echt incompleet. De vraag sluit bv. niet uit dat x=y, en dan heb je een perfect-fit. | ||
kwiwi | woensdag 16 maart 2011 @ 20:39 | |
Ah sorry, mean van x = 7 en standard deviation is 4.4. Dacht dat dat niet belangrijk was gezien de formules. Ik heb nog gedacht dat het wellicht gewoon een onduidelijk voorbeeld was en de standard deviation van de residuals een gegeven was omdat het op deze manier niet uit te rekenen is? Maar dat weet ik dus niet zeker | ||
GlowMouse | woensdag 16 maart 2011 @ 20:43 | |
Is toevallig ook nog de correlatie tussen x en y gegeven? | ||
kwiwi | woensdag 16 maart 2011 @ 20:45 | |
r = 0.564. Sorry dat je de vraag in delen krijgt | ||
GlowMouse | woensdag 16 maart 2011 @ 20:52 | |
niet de correlatie tussen x en y? | ||
kwiwi | woensdag 16 maart 2011 @ 20:53 | |
Nee dit is alles wat ik heb... mean x en y, SD x en y, en die correlatie... | ||
Tainted667 | woensdag 16 maart 2011 @ 20:59 | |
Ik post hier nogmaals mijn vraag aangezien ik hem net verkeerd heb geplaatst denk ik. Hallo allemaal, ik moet voor wiskunde een po maken maar er is een vraag waar ik maar niet uitkom. Deze gaat als volgt: Iemand vult op de gok alle 30 vragen van een 5 keuze toets in . de inspectie wil dat in zon geval de kans op slagen voor de toets hoogstens 5% is. welk aantal vragen moet je minstens goed hebben om dan toch nog te slagen. Kan iemand mij hiermee helpen? | ||
thabit | woensdag 16 maart 2011 @ 21:00 | |
Sorry, het klopt toch, ik zat scheel naar de formule te kijken volgens mij. | ||
GlowMouse | woensdag 16 maart 2011 @ 21:08 | |
Ik kom hierop: SST = MST * (n-1) = 19.5² * 76 = 28899 R² = 1-SSE/SST SSE/SST = 1-R² SSE = (1-R²)*SST = (1-0.564²) * 28899 = 19706,34 Dit moet je delen door n-2 en dan de wortel trekken, en dan komt er 16,21 uit. | ||
kwiwi | woensdag 16 maart 2011 @ 21:19 | |
Ah, hier was ik zelf waarschijnlijk nooit zo snel opgekomen.. Dankje! | ||
Hypnagogia | woensdag 16 maart 2011 @ 21:26 | |
Tof, bedankt voor je check. | ||
Siddartha | donderdag 17 maart 2011 @ 13:53 | |
-fout- [ Bericht 91% gewijzigd door Siddartha op 17-03-2011 14:06:47 ] | ||
BasementDweller | donderdag 17 maart 2011 @ 13:59 | |
Volgens mij is daar geen standaard manier voor. | ||
Siddartha | donderdag 17 maart 2011 @ 14:07 | |
Sorry, ik had de opdracht verkeerd gelezen. | ||
KlownJB | donderdag 17 maart 2011 @ 16:29 | |
Ah kansrekenen, leuk. Je moet dus berekenen wat de kans is op het aantal vragen goed, als een functie van het aantal vragen goed. Dus stel X is het aantal vragen goed, dan moet je de formule opstellen voor P(X=x) (of je rekent het op een andere manier uit). Vervolgens moet je dus de 5% grens bepalen. Hiervoor moet je de kans voor de hoogste waarden van x bij elkaar optellen, zodat de som onder de 5% blijft, dus zo: De bovengrens is het maximaal mogelijke aantal vragen goed en de ondergrens is de waarde die je zoekt. | ||
minibeer | donderdag 17 maart 2011 @ 18:10 | |
een kleine vraag die je met het binomium van newton op zou moeten kunnen lossen: c. Er zijn op een avond maar 2 wedstrijden gespeeld. Je hebt gehoord dat er die avond liefst 7 penalty's zijn gegeven. Neem aan dat elke club met dezelfde kans een penalty krijgt. Bereken de kans dat precies 4 van de penalty's aan eenzelfde club werden gegeven. Ik raak een beetje in de war omdat er nu opeens meerdere mogelijkheden zijn. Bij voorgaande vragen was er altijd een kans op 'succes', en was de vraag hoe groot de kans was op x successen, nu zijn er opeens 4 teams. | ||
thabit | donderdag 17 maart 2011 @ 18:12 | |
Een penalty wordt gegeven aan team A (met kans 1/4) of aan een ander team (met kans 3/4). | ||
GlowMouse | donderdag 17 maart 2011 @ 19:20 | |
Waarbij een club niet 2x mag spelen. | ||
minibeer | donderdag 17 maart 2011 @ 19:35 | |
Heh, ik snap het. Bedankt! De kans dat een specifieke club precies 4 penalty's krijgt is: 7! / 4! / 3! * (1/4)4 . (3/4)3 = 945/16384 De kans dat één van de clubs 4 pentalty's krijgt is dan dacht ik 4 keer zo groot: 945/16384 . 4 = 945/4096 (het antwoord klopt met wat er in het antwoordenboekje staat, dus ik neem maar even aan dat de redenering ook klopt) [ Bericht 5% gewijzigd door minibeer op 17-03-2011 19:43:39 ] | ||
GlowMouse | donderdag 17 maart 2011 @ 19:39 | |
'dacht ik' is geen redenering. Wanneer kun je kansen optellen? | ||
minibeer | donderdag 17 maart 2011 @ 19:42 | |
ik had er nog dacht ik in staan omdat ik eerst niet uitkwam, vandaar . Je kan kansen optellen als ze afhankelijk van elkaar zijn (als de gebeurtenissen waar de kansen voor staan, niet tegelijk op kunnen treden), wat zo is in dit geval. Als er bijvoorbeeld 8 penalty's werden gegeven, had mijn redenering niet meer geklopt, omdat dan het een (team a heeft 4 penalty's gekregen) het ander (een ander team heeft 4 penalty's gekregen) niet uitsluit. | ||
minibeer | vrijdag 18 maart 2011 @ 02:44 | |
wat ik me net realiseer, er is in, als je alleen de beginsituatie weet, er geen verschillen in kansen zijn tussen een binomiale situatie ('met terugleggen') en een hypergeometrische ('zonder terugleggen'). Zowel de verwachte waarde als de kans op een uitkomst van een bepaalde greep is hetzelfde. De mogelijke totale uitkomsten verschillen echter wel, omdat er in de binomiale situatie uitkomsten mogelijk zijn die in de hypergeometrische situatie niet mogelijk zouden zijn kunnen voorkomen. De verwachte totale uitkomst is dan weer wel hetzelfde.
| ||
ColdFeet | vrijdag 18 maart 2011 @ 16:53 | |
Even een, naar ik vrees, domme vraag, maar Wiskunde B is voor mij ook al erg lang geleden De integraal van 0 tot x van (2 - 1/2 x^2)dx = 4/3. 2x - 1/6 x^3 - 4/3 = 0 dan. Toch? Want 0 invullen in de primitieve geeft 0. Hoe nu verder? | ||
GlowMouse | vrijdag 18 maart 2011 @ 16:58 | |
Bedoel je de integraal van 0 tot x van (2 - 1/2 y^2)dy? | ||
ColdFeet | vrijdag 18 maart 2011 @ 16:59 | |
Ja, sorry. Is lang geleden he | ||
BasementDweller | vrijdag 18 maart 2011 @ 17:25 | |
nvm | ||
ColdFeet | vrijdag 18 maart 2011 @ 17:26 | |
En dan? | ||
BasementDweller | vrijdag 18 maart 2011 @ 17:29 | |
Ja daar heb je dus niks aan he Volgens mij is er geen eenvoudige manier om het op te lossen. Je kan wat waardes proberen, of deze formule gebruiken http://nl.wikipedia.org/wiki/Formule_van_Cardano . edit: Waardes invullen heeft hier weinig zin, want de oplossing is niet netjes een geheel getal. Je zal echt de formule van Cardano moeten gebruiken, of een computer [ Bericht 15% gewijzigd door BasementDweller op 18-03-2011 17:34:18 ] | ||
ColdFeet | vrijdag 18 maart 2011 @ 17:35 | |
Aaaaamai. Nou, ik geloof dat de uitwerking ervan ook in het boek staat dat nog op mijn werk ligt, ik zoek het maandag wel op Ik dacht dat ik het zelf nog wel zou kunnen... Diep teleurgesteld | ||
BasementDweller | vrijdag 18 maart 2011 @ 17:39 | |
Misschien mis ik een handig trucje om dit zonder die formule te kunnen berekenen... | ||
Diabox | vrijdag 18 maart 2011 @ 19:26 | |
De p_X in de opdracht is de uniforme over interval van a tot b, dus: p_X(x) = 1/(b-a) als a<x<b en 0 elders dus dat invullen krijg ik zoiets; Maar hoe nu verder vereenvoudigen? | ||
GlowMouse | vrijdag 18 maart 2011 @ 19:31 | |
Uitrekenen, niet vereenvoudigen. | ||
Diabox | vrijdag 18 maart 2011 @ 19:33 | |
1/2 (a+b) dus? | ||
GlowMouse | vrijdag 18 maart 2011 @ 19:37 | |
ja. [ Bericht % gewijzigd door GlowMouse op 18-03-2011 19:56:24 ] | ||
Bram_van_Loon | vrijdag 18 maart 2011 @ 20:45 | |
http://wiskunde-interactief.be/ Onder functies ---> veeltermfuncties: nultermen en teken "Je hoeft enkel de gehele delers van de constante term van de veelterm te controleren. Voor f(x) = 2x^3 + x^2 - 5x + 2 zijn dat dus 1, 2, -1 en -2." Kan iemand algebraïsch bewijzen dat wanneer voor een gehele waarde van x y=0, die x een gehele deler is van de constante term d? | ||
Bram_van_Loon | vrijdag 18 maart 2011 @ 20:48 | |
Laat maar, ik heb het antwoord gevonden. | ||
Riparius | vrijdag 18 maart 2011 @ 21:07 | |
Waarom teleurgesteld? En tot maandag wachten hoeft ook niet, het net lost al je problemen op. De kubische vergelijking die je krijgt kun je herleiden tot: x3 - 12x + 8 = 0. Deze vergelijking heeft geen 'mooie' gehele oplossingen, maar wel drie reële oplossingen, en dat maakt het gebruik van de formule van Cardano niet zo praktisch (casus irreducibilis): Wil je toch Cardano gebruiken, kijk dan even hier. | ||
MichaelV8888 | vrijdag 18 maart 2011 @ 21:40 | |
Heb problemen met mijn opdracht voor quantitative business methods, het gaat over forecasting.. ik krijg mijn graph maar niet goed.. kan iemand me helpen? de opdracht is het volgende: Hier is de link naar mijn exel bestand. http://echelon.sohosted.com/schoolwerk/forecasting2.zip Ik denk dat ik gewoon die graph die nu helemaal links bovenaan staat, aaneenvolgend op de bestaande te krijgen, om zo een logische forecast te zien.. maar het mislukt altijd ALvast bedankt !!! | ||
thabit | vrijdag 18 maart 2011 @ 21:47 | |
Ik zou de vraag op een Engelstalig forum posten als ik jou was. | ||
MichaelV8888 | vrijdag 18 maart 2011 @ 21:53 | |
Nja is mss wel beter, ik dacht althans dat Nederlanders Engels goed verstaan. | ||
MichaelV8888 | vrijdag 18 maart 2011 @ 22:30 | |
Niemand ? | ||
BasementDweller | vrijdag 18 maart 2011 @ 23:14 | |
Het is geen pure wiskunde/reken-vraag... hier heb je dan niet zoveel kans op succes. | ||
GlowMouse | zaterdag 19 maart 2011 @ 00:27 | |
In kolom B ontbreekt 166, het is onduidelijk wat kolom F nou precies is (gemiddelde van wat?) en in kolom G vergeet je haakjes. Je vraag lijkt ook meer over Excel te gaan: hoe laat je een grafiek niet bij links beginnen. | ||
IrishBastard | zaterdag 19 maart 2011 @ 13:41 | |
Ik heb ook een vraagje. Ben bezig met determinanten van een matrix berekenen. Aangezien het bij een 4x4 matrix behoorlijk wat werk is om alle losse determinanten uit te rekenen, leek het me handig om de matrix in rijtrapvorm te brengen (dus iedere rij een pivot) en dan zo alle pivots maal elkaar te doen. Volgens de sheets van het vak kom je zo ook op de determinant. Enkele proeven van mij kwamen inderdaad op het juiste antwoord. Nou heb ik echter een matrix die als volgt is: {{0,1,2,0},{1,0,-1,1},{2,1,2,1},{1,1,1,-1}} Als ik deze in rijtrap vorm wil brengen, doe ik de volgende stappen: Rij 4 - Rij 2, Rij 3 - 2*rij2 Ik kom dan op: {{0,1,2,0},(1,0,-1,1},{0,1,4,-1},{0,1,2,-2}} Dan doe ik: Rij4-Rij1, Rij3-Rij1 {{0,1,2,0},{1,0,-1,1},{0,0,2,-1},{0,0,0,-2}} Als ik hier dan nog rij 2 en rij 1 wissel, kan ik de pivots vermenigvuldigen. Ik kom dan op 1*1*2*-2 = -4 Als ik echter de originele matrix invul in Wolfram Alpha, en nadat ik hem toch met de hand berekend heb (dus alle subdeterminanten etc. ) geeft hij determinant = 4. Wat doe ik fout, of maakt determinant = 4 of -4 niet uit? Alvast bedankt! | ||
GlowMouse | zaterdag 19 maart 2011 @ 13:45 | |
Als je twee rijen verwisselt, verandert de determinant van teken. Controleer bv. met [1 2; 3 4] en [3 4; 1 2]. | ||
IrishBastard | zaterdag 19 maart 2011 @ 13:49 | |
Ok, ik zie het punt. Nou snap ik alleen nog niet helemaal hoe dit toe te passen is. Als ik om het even waar een rij wissel, wordt de uitkomst het tegenovergestelde van wat het eerst was? | ||
GlowMouse | zaterdag 19 maart 2011 @ 14:18 | |
Dat ja. | ||
Siddartha | zaterdag 19 maart 2011 @ 14:19 | |
Onthoud de elementaire rij-operaties. Als je een matrix A hebt, en ik verwissel een rij dan word de determinant A=(-1)detA' (Met A' is de matrix A waar je de rij van verwisselt hebt.) Dus ook als je nu weer een rij verwisselt van A', dan krijg je: Det A'= (-1)detA'' etc. | ||
IrishBastard | zaterdag 19 maart 2011 @ 14:26 | |
| ||
koffiegast | zaterdag 19 maart 2011 @ 21:11 | |
Wat is nou precieze verschil tussen cross-correlatie en convolutie? Ik kan het maar niet haarfijn zien. Ik bedoel, de ene gaat van links naar rechts en de andere rechts naar links is het idee. Maar verder dan dat...? | ||
minibeer | zaterdag 19 maart 2011 @ 21:14 | |
Ik zou graag wat meer willen leren over de getaltheorie. Kan iemand me een boek aanraden? (Ik heb nu alleen middelbare-school-niveau wiskunde gehad) | ||
thabit | zaterdag 19 maart 2011 @ 21:32 | |
Er zijn legio boeken over getaltheorie geschreven, op alle mogelijke niveaus. Misschien is "Getaltheorie voor beginners" van Frits Beukers iets voor je? | ||
minibeer | zaterdag 19 maart 2011 @ 23:40 | |
Had hem ook gevonden, is ook niet zo duur, dus misschien ga ik die wel inslaan . | ||
BasementDweller | zondag 20 maart 2011 @ 00:15 | |
Ik heb colleges gevolgd van F. Beukers, goeie kerel | ||
ennazus22 | zondag 20 maart 2011 @ 12:56 | |
- Wiskundevraagje. [ Bericht 49% gewijzigd door GlowMouse op 20-03-2011 13:17:54 ] | ||
IrishBastard | zondag 20 maart 2011 @ 15:50 | |
Kan iemand mij vertellen waarom in onderstaand voorbeeld de determinant * 1/1000 moet? Om van 0,6 een 6 te maken is het toch 1/10? Ik snap er werkelijk geen ruk meer van. Zeker niet omdat ook de Lambda maal 10 gedaan is | ||
thabit | zondag 20 maart 2011 @ 15:54 | |
Het is een 3x3-matrix. Vermenigvuldig je alle elementen met 10, dan wordt de determinant met 103 vermenigvuldigd. | ||
IrishBastard | zondag 20 maart 2011 @ 15:57 | |
Euh, wat? Ik snap je nog niet helemaal | ||
thabit | zondag 20 maart 2011 @ 16:08 | |
Als je een (3-dimensionale) kubus hebt, en je vermenigvuldigt alle ribben met 10, dan wordt de inhoud 1000 keer zo groot. Zo werkt dat ook met matrices en determinanten. | ||
IrishBastard | zondag 20 maart 2011 @ 16:11 | |
Ah, ok. Thanks! | ||
BasementDweller | zondag 20 maart 2011 @ 21:31 | |
Als de variantie en verwachting van een stochast overeenkomen met die van een zekere verdeling, dan is het toch nog niet per se waar dat de stochast die verdeling heeft? | ||
GlowMouse | zondag 20 maart 2011 @ 21:40 | |
Klopt | ||
BasementDweller | zondag 20 maart 2011 @ 22:16 | |
Oke. Maar kan het op de één of andere manier toch helpen bij het vinden van de verdeling als je de Var en E weet? | ||
freiss | zondag 20 maart 2011 @ 22:46 | |
Ja | ||
BasementDweller | zondag 20 maart 2011 @ 23:13 | |
Hoe? | ||
freiss | zondag 20 maart 2011 @ 23:20 | |
Als de E en de VAR heel ver van elkaar liggen is het bijvoorbeeld niet te verwachten dat de stochast de Poissonverdeling volgt | ||
BasementDweller | zondag 20 maart 2011 @ 23:30 | |
Dat helpt niet echt bij de bepaling wat de distributie wel is. Dan blijf je nog wel even aan de gang, wil je de oneindige hoeveelheid van mogelijke distributies wegstrepen zodat er één overblijft. | ||
GlowMouse | maandag 21 maart 2011 @ 00:31 | |
Dat gaat natuurlijk nooit. Wil je ook maar een beetje goede schatting kunnen maken, dan heb je veel meer informatie nodig dan twee momenten. Als X binomiaal verdeeld is met n=4 en p=1/2 dan heeft een normaal verdeelde stochast met mu=2 en sigma=1 dezelfde E/Var. En zo kun je ook een t-verdeelde stochast vinden, en een gamma-verdeelde stochast, en je kunt zelf ook een hoop andere pdf's verzinnen. | ||
marshmallow | maandag 21 maart 2011 @ 12:09 | |
1 klein vraagje waarop ik hoop dat iemand hier het antwoord heeft. In mijn boek schrijven ze cos(u+v) + cos(u+v) x (-sin u) om tot [1-sin u] cos(u+v) Ik kom er echt niet uit waarom ze dit zo kunnen schrijven? | ||
GlowMouse | maandag 21 maart 2011 @ 12:26 | |
Werk rechts de haakjes eens weg. | ||
Riparius | maandag 21 maart 2011 @ 12:26 | |
Elementaire algebra: haal de factor cos(u+v) buiten haakjes. Vergelijk: a - ab = (1 - b)a | ||
Maraca | maandag 21 maart 2011 @ 18:59 | |
Ik kom niet uit de volgende vraag: Op de grafiek van y = x2 -4x + 5 liggen de punten.. Ik kom niet verder dan: y = +5 y = (0,5) en x2 = 12 = (1) Maar volgens het antwoordmodel moet x = (1,2) zijn. Althans, het antwoord is (1,2) en (0,5) Zou iemand mij dit uit kunnen leggen? | ||
GlowMouse | maandag 21 maart 2011 @ 19:05 | |
Vul x=1 in en je komt op y=2. | ||
Maraca | maandag 21 maart 2011 @ 19:08 | |
Oh wacht, dan pak ik het helemaal verkeerd aan maar dan snap ik het ook niet meer | ||
M.rak | maandag 21 maart 2011 @ 20:17 | |
Wat is nu precies de vraag? Er liggen namelijk oneindig veel punten op de grafiek... | ||
Diabox | maandag 21 maart 2011 @ 20:31 | |
Uitgaande van je antwoordenboekje willen ze dus de coordinaten (x,y) weten van x=1 en x=0. Het enige wat je dus hoeft te doen is de waarde van x in te vullen in de formule, om de bijbehorende y te verkrijgen. | ||
Maraca | dinsdag 22 maart 2011 @ 05:58 | |
De letterlijke vraag is: op de grafiek van y = x2 - 4x + 5 liggen de punten.. En dan is het antwoord (1,2) en (0,5). Maar voor mij is het een raadsel hoe je daar komt. Ik waardeer de tips enorm, maar ik loop gewoon vast omdat dit nieuw voor mij is. | ||
Riparius | dinsdag 22 maart 2011 @ 07:08 | |
De grafiek van y = x2 - 4x + 5 is een parabool, en uiteraard liggen er oneindig veel punten op die parabool. Maar er ontbreekt een stuk tekst in je vraag, want als er verder niets over de (twee) gevraagde punten op die parabool is gegeven, dan is het onzinnig te beweren dat de twee punten met coördinaten (1;2) en (0;5) 'het antwoord' zijn op de vraag: er is namelijk helemaal geen vraagstelling zo. Ik hoop dat je de onzinnigheid hiervan zelf ook inziet. | ||
Maraca | dinsdag 22 maart 2011 @ 08:06 | |
Ik heb de vraag niet bedacht he vraag komt uit een rekenvaardigheidstoets, waarbij je zonder rekenmachine vragen op moet lossen. Was bezig met het maken van een uitgebreid antwoordmodel, maar liep hier volledig vast. Alle gegevens die ik heb, heb ik gepost! Ik zal het voorleggen aan een collega en kijken wat we met die vraag gaan doen. | ||
minibeer | dinsdag 22 maart 2011 @ 11:50 | |
óf er mist een stuk van de vraag, óf het is gewoon de bedoeling dat dat je twee willekeurige punten op de grafiek kiest (dat zou een beetje onzinnig zijn, maar ik heb wel meer onzinnige vragen gezien) | ||
koffiegast | dinsdag 22 maart 2011 @ 12:11 | |
Iemand? | ||
Thorpe | dinsdag 22 maart 2011 @ 12:21 | |
Eigenlijk gaan ze allebei 'van links naar rechts', maar bij convolutie spiegel je één van de functies in de y-as. Kruiscorrelatie geeft een idee van de mate waarin twee functies op elkaar lijken (vandaar 'correlatie'). De convolutie van twee functies geeft een soort mix van de twee functies, de betekenis hiervan wordt vaak pas duidelijk wanneer je het voor een specifieke toepassing gebruikt. | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:21 | |
Als je van de kolomvectoren van een matrix wil laten zien dat ze lineair onafhankelijk zijn en ze bestaan uit functies als elementen, moet je dan laten zien dat er geen niet-triviale oplossing is (van de vergelijking met daarin een lineaire combinatie van de kolomvectoren gelijkgesteld aan nul) voor alle waarden in het domein van de functies? Of is het genoeg om te laten zien dat ze onafhankelijk zijn voor een zekere waarde. [ Bericht 4% gewijzigd door BasementDweller op 22-03-2011 22:28:22 ] | ||
GlowMouse | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:23 | |
Wat is een lin.onafh. matrix? | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:28 | |
fixed | ||
GlowMouse | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:29 | |
Alle. Het makkelijkste is om er eentje te pakken en dat ze lin.onafh. zijn, of om er twee te pakken en te laten zien dat de gewichten anders zijn. | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:33 | |
Je bedoelt: je pakt een waarde en laat zien dat ze onaf. zijn? Maar dan heb je het juist niet voor alle waarden in het domein van die functie... | ||
thabit | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:35 | |
Nee, de kolommen kunnen linear onafhankelijk zijn zonder dat voor alle waarden te zijn. Lineaire algebra bedrijf je over een lichaam, het lichaam in deze kwestie is in dit geval een lichaam van functies. Als ze voor 1 enkele waarde van de functie lineair onafhankelijk zijn, dan zijn ze onafhankelijk over dit lichaam van functies. Het omgekeerde geldt echter niet: ze kunnen best lineair onafhankelijk zijn over het lichaam van functies en tegelijkertijd voor geen enkele waarde die je invult. | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:37 | |
Thanks, dat scheelt weer werk | ||
GlowMouse | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:40 | |
Dan zijn de gewichten toch anders? Zonee, heb je een voorbeeldje? edit: met 'pak er twee' bedoel ik wel twee zorgvuldig gekozen. | ||
thabit | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:43 | |
Gewichten? Wat zijn dat? Anyway, de 1-bij-1 matrix (x2-x) bestaande uit het polynoom x2-x in F2(x) is lineair onafhankelijk over F2(x) maar voor geen enkele waarde van x in F2. | ||
GlowMouse | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:46 | |
Als Ax=0 dan is x de vector met gewichten. En bij jouw voorbeeld gaat het inderdaad fout. | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:48 | |
Als x=1 of x=0 dan x²-x=0 dus bestaan er a =! 0 zdd a * (x^2-x) = 0, dus is hij is lineair afh? | ||
thabit | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:51 | |
Juist. Maar goed, het hangt er ook vanaf wat er precies met functies bedoeld wordt hier. Als je het lichaam F2 uitbreidt vind je weer wel waarden van x zdd dat ding lineair onafhankelijk is. | ||
BasementDweller | dinsdag 22 maart 2011 @ 22:55 | |
Hoezo dat? Als je F2 uitbreidt zit x² - x er nog steeds in en is die dus nog steeds lineair afhankelijk? | ||
thabit | dinsdag 22 maart 2011 @ 23:00 | |
Het lichaam F4 heeft elementen a waarvoor a2-a niet gelijk is aan 0 (aan 1 in dit geval). | ||
.aeon | woensdag 23 maart 2011 @ 08:36 | |
Vraag: http://i.imgur.com/nxLtU.jpg Mijn antwoord: http://i.imgur.com/3kKlE.gif http://i.imgur.com/wHAsF.gif Ik snap hoe je a,b en c moet doen, maar kan iemand me d en e uitleggen? | ||
BasementDweller | woensdag 23 maart 2011 @ 09:53 | |
d heb je toch al gedaan? | ||
GlowMouse | woensdag 23 maart 2011 @ 10:00 | |
d: als je A diagonaliseert kun je hem makkelijk tot een bepaalde macht verheffen e: de matrix is primitief en dus is de steady state uniek en convergeer je van elke startwaarde naar die steady state. edit: volgens mij is dat niet van hem, maar het antwoordmodel. Bij d doen ze wat ik zeg, bij e berekenen ze limn naar oneindig Anx, | ||
.aeon | woensdag 23 maart 2011 @ 10:59 | |
Nee dat is niet het antwoordmodel, dat is mijn antwoord. Ja ik heb ze geprobeerd te maken maar volgens mij zit ik ergens fout. Ik heb bij de berekening van het limiet het voorbeeld in het boek nagedaan. Maar ik snap de achterliggende gedachte niet. (met http://www.codecogs.com/latex/eqneditor.php gemaakt) Ik snap e eigenlijk ook wel (kwestie van normaliseren toch?), maar de limiet bij vraag d niet. Wat ik niet snap, als je een willekeurige matrix A met matrix B = ((1,0),(0,0)) vermenigvuldigd, krijg je toch altijd een matrix met vorm ((a,b),(0,0))? Maar in ons boek wordt bv de volgende berekening gedaan: Waar halen ze die tweede kolom dan vandaan? [ Bericht 3% gewijzigd door .aeon op 23-03-2011 11:07:02 ] | ||
thabit | woensdag 23 maart 2011 @ 11:08 | |
Hangt ervan af of je het links of rechts daarmee vermenigvuldigt, ik zou gewoon AB en BA allebei eens uitwerken als ik jou was. | ||
.aeon | woensdag 23 maart 2011 @ 11:19 | |
Ahhh crap ik zie het al. Ik had in mijn hoofd zitten dat T-1*((1,0),(0,0))*T in de vorm van ((a,b),(0,0)) zou moeten zijn maar dat is niet zo Even nagerekend ((1,2),(1,-1))*((1,0),(0,0) = ((1,2),(0,0)) ((1,2),(0,0))*(1/3)((1,2),(1,-1)) = (1/3)((1,2),(1,2)) Bedankt | ||
Kabouter_Plofkop | donderdag 24 maart 2011 @ 13:09 | |
Ik heb weer eens een wiskunde vraagstuk waar ik niet uitkom, en volgens mij is het echt veel te makkelijk.. Hoe kan ik algebraïsch de top berekenen van een formule met als vorm 0,2x^2 (5-x) = 0? Voor een kwadratische vergelijking nul-punten bepalen en dan de x van het midden zeg maar, maar dat werkt hier niet omdat de top niet in het midden ligt.. Wie kan hier een korte uitleg over geven? Alvast bedankt! | ||
GlowMouse | donderdag 24 maart 2011 @ 13:13 | |
Kun je differentiëren? | ||
Kabouter_Plofkop | donderdag 24 maart 2011 @ 13:27 | |
Yes, maar ik ben op het moment mijn hele wiskunde aan het ophalen om binnenkort examen te doen als toelating voor een andere opleiding. In het boek van craats komt deze opdracht voor het hoofdstuk differentiëren, ik denk dus dat er een andere manier voor is dan de afgeleide bepalen hellingsgetal = 0. | ||
leysha | donderdag 24 maart 2011 @ 13:37 | |
moet je nou een top berekenen of moet je een vergelijking oplossen? 0,2x^2 (5-x) = 0 is namelijk een vergelijking, geen functie... | ||
Kabouter_Plofkop | donderdag 24 maart 2011 @ 15:51 | |
Sorry, de top van de functie f(x) = 0,2x^2 (5-x); nulpunten had ik zelf al bepaald dmv = 0, vandaar dat het er nog stond | ||
GlowMouse | donderdag 24 maart 2011 @ 15:55 | |
http://nl.wikipedia.org/wiki/Eerste_afgeleide en http://nl.wikipedia.org/wiki/Tweede_afgeleide | ||
Riparius | donderdag 24 maart 2011 @ 17:28 | |
De vraag was nu juist om het (locale) maximum van de functie te bepalen zonder gebruik van differentiaalrekening. De vragensteller kan trouwens beter even aangeven waar die opgave precies staat in het boek van Van de Craats, dan wordt wellicht duidelijker wat de bedoeling is. | ||
BasementDweller | vrijdag 25 maart 2011 @ 20:09 | |
Weet iemand wat een "integraal" of een "constante van beweging" is van een (tweede orde) differentiaalvergelijking? | ||
Hanneke12345 | zondag 27 maart 2011 @ 13:35 | |
Ik kom hier niet echt uit; Topologie Zij (X,d) een metrische ruimte. Stel er bestaat een aftelbare deelverzameling A bevat in X die dicht ligt in x. Laat zien dat X voldoet aan het tweede aftelbaarheidsaxioma. - Dus laten zien dat er een aftelbare basis is voor X. Ik weet al omdat het een metrische ruimte is dat X voldoet aan het eerste aftelbaarheidsaxioma, dus elke x in X heeft een aftelbare omgevingsbasis (namelijk B(x, 1/n) met n in N). Ik denk dat B(a,1/n) met a in A en n in N een goede basis vormt, maar ik weet nog niet helemaal waarom. | ||
idontwannastop | zondag 27 maart 2011 @ 14:24 | |
Kan iemand mij helpen met extrapoleren? Ik weet bij god niet meer hoe dat moet... | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 15:50 | |
Ben ik weer Ik kom niet uit de opgave: Give a system of linear equations having as solutions the vectors that are orthogonal to the following vectors: Geef een systeem van lineaire vergelijkingen die als oplossing de vectoren hebben die orthagonaal zijn aan {1,2,3,-1,2} en {2,4,7,2,-1}. Nou heb ik natuurlijk eerst de vectoren berekend die orthagonaal zijn aan de vectoren hierboven. Dit zijn volgens mij {1,2,3,-1,2} en {11/19, 1 3/19, 2 4/19, 3 8/19, -3 16/19}. Maar hoe moet ik nou een stelsel vergelijkingen vinden dat daar op uit komt | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 15:56 | |
{1,2,3,-1,2} staat niet loodrecht op {1,2,3,-1,2}. Loodrecht betekent: inproduct 0; ofwel een vector x staat loodrecht op c als cTx = 0. | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 16:07 | |
Oh, dus ik heb in dit geval geen juiste orthagonalen. Ga ik daar nog even achteraan. Maar stel dat ik die juiste orthagonale vectoren heb, hoe kom ik dan tot het stelsel lineaire vergelijkingen dat die vectoren als antwoord heeft | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 16:08 | |
Ik geef je een vergelijking voor een vector c, bedenk maar wat het wordt bij twee vectoren c en d. | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 16:15 | |
Ik snap je niet? Ik dacht dat je bedoelde dat mijn orthagonale vectoren niet klopten. Orthagonaal is immers als het inproduct van beide vectoren 0 is. Volgens mij is het inproduct (bij nader inzien) van mijn twee 'orthagonale' vectoren niet 0, dus zijnze niet orthagonaal. Of sla ik nou compleet de plank mis | ||
Siddartha | zondag 27 maart 2011 @ 16:55 | |
Waaraan moet een vector voldoen om loodrecht op beide vectoren te staan? Daar kun je gewoon vergelijkingen voor opstellen: Neem vector (a,b,c,d,e), dan heb je twee inproducten... . . Dus moet gelden: a= ..., b=,, etc. Lukt het zo? | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 16:58 | |
Ik ga er zo mee verder, moest even fouten in mijn vorige opgave herstellen Bedankt, denk wel dat ik hier wat aan heb | ||
Fingon | zondag 27 maart 2011 @ 17:17 | |
Gegeven: pdf f(x,y) =18x(1-x)y^2 0<=y=<1 0<=x=<1 Vraag: Geef P(X*Y =< 0.5) nu dacht ik X*Y =< 0,5 => y =< 1/(2x) dus maak ik de dubbele integraal: [0,1][0,1/(2x)] ( 18x(1-x)y^2 ) dydx = 6*[0,1] x(x-1)*1/(2x)^3 dx en dat is helaas een divergente integraal. Ik zal dus denk ik een andere ondergrens moeten nemen dan 0 maar ik kan me niet voorstellen welke dat zou moeten zijn. Iemand een tip? [ Bericht 0% gewijzigd door Fingon op 27-03-2011 17:52:24 ] | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 17:38 | |
Je bovengens 1/(2x) (haakjes!) is onjuist als x<0.5. | ||
Fingon | zondag 27 maart 2011 @ 17:51 | |
Hoe bedoel je, x kan toch best groter worden dan 0,5 zolang y maar compenseert met een kleinere waarde? Er staat nergens dat zowel y<0.5 als x< 0,5 moeten zijn. | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 17:58 | |
Een vector staat loodrecht op de ander als het inproduct 0 is. Dus in dit geval moet ik 2 vergelijkingen maken met bijvoorbeeld vector a = (a,b,c,d,e) en vector v1 = (1,2,3,-1,2) waarvoor geldt dat hun inproduct 0 is, dus: a+2b+3c-d+2e=0 en voor a en vector v2 = (11/19, 1 3/19, 2 4/19, 3 8/19, -3 16/19) met inprduct 0, dus: 11/19a+1 3/19b+2 4/19c+3 8/19d-3 16/19e= 0 | ||
IrishBastard | zondag 27 maart 2011 @ 17:58 | |
Oh, en dat is natuurlijk weer in matrix vorm te zetten en op te lossen met vrije variabelen | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 18:04 | |
je hebt y<=1. Voor x=0.1 pak je nu [0,10] als interval voor y. | ||
Paganitzu | zondag 27 maart 2011 @ 19:26 | |
A, B zijn gelukt maar heb geen idee hoe C aan te pakken. Volgens mij niet al te lastig, maar ik zie het niet | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 19:38 | |
Staat er in je boek iets over de nulruimte? | ||
Paganitzu | zondag 27 maart 2011 @ 19:56 | |
Ja, ik deed het zo Basis van V is {(1,0,2)T, (0,1,2)T} v1Tx=0 v2Tx=0 levert x1+2x3 = 0 x2+2x3 = 0 x3 = # x1 = -2# x2 = -2# x = (-2,-2,1)T# Hieruit zo dan volgen dat basis voor orthoplement van V (-2,-2,1)T is, maar dit lijkt me onlogisch aangezien de basis dan zou bestaan uit slechts 1 vector? | ||
GlowMouse | zondag 27 maart 2011 @ 22:55 | |
Dat is geen orthonormale basis aangezien de lengte van die vector 3 is. Waarom kan de dimensie geen 1 zijn? | ||
thabit | maandag 28 maart 2011 @ 12:29 | |
Een deelverzameling S van de verzameling open delen van X is een basis als voor elk open deel U in X en x in U er een V in S is met x in V en V een deelverzameling van U. Probeer dat maar eens te bewijzen voor S = {B(a, 1/n) : a in A, n in N}. | ||
Rituals | maandag 28 maart 2011 @ 14:51 | |
Ik heb zo'n vermoeden dat dit ontzettend makkelijke vragen zijn, maar ik kom er niet uit . Is er iemand die me kan helpen? Het zijn simpele berekeningen, er mag ook geen rekenmachine gebruikt worden. 1. Het cumulatieve risico op overgewicht voor de inactieve studenten is 20% (40/200). Het hierbij behorende 95%-betrouwbaarheidsinterval is: 1. (19% - 21%) 2. (14% - 26%) 3. (5% - 35%) 4. (1% - 50%) 2. Het cumulatieve risico op obesitas voor de studenten met overgewicht is 40% (40/100). Het hierbij horende 95%-betrouwbaarheidsinterval is om en nabij: 1. (37% - 43%) 2. (30% - 50%) 3. (10% - 70%) 3. Bij een steekproef blijkt het cumulatieve risico op overgewicht voor de 125 inactieve studenten 20% te zijn (25/125). Het hierbij horende 95%-betrouwbaarheidsinterval is om en nabij: 1. (5% -35%) 2. (13% - 27%) 3. (19% - 21%) Kortom: drie keer dezelfde vraag, maar met andere getallen. Antwoorden:
| ||
GlowMouse | maandag 28 maart 2011 @ 15:03 | |
De variantie schat je overal met np(1-p) waarbij p de geschatte kans is. De n is bij elke anders. Daarna kun je een normale benadering doen en kom je bij 1 op 0.2 +/- 1.96* sqrt(200*0.20*0.80)/200 | ||
Schalks. | maandag 28 maart 2011 @ 15:37 | |
Weet iemand waar ik de uitwerkingen van Calculus: Early Transcendentals 6e editie kan vinden? | ||
GlowMouse | maandag 28 maart 2011 @ 15:47 | |
http://www.bol.com/nl/p/e(...)005390101/index.html | ||
Rituals | maandag 28 maart 2011 @ 15:49 | |
Dankjewel! Dat is de makkelijkste manier? Ik vind het nogal wat om dat uit je hoofd te doen namelijk. Of ligt dat aan mij? Hoewel je het wel redelijk kunt schatten/afronden in je hoofd en dan wel ongeveer op het antwoord zult komen natuurlijk. | ||
GlowMouse | maandag 28 maart 2011 @ 15:54 | |
Je bedoelt zonder rekenmachine? Dan zijn het voor deze tijd wel ongebruikelijke vragen, maar niet onmogelijk | ||
Rituals | maandag 28 maart 2011 @ 15:58 | |
Ja, zonder rekenmachine. Wel pen en papier, dat maakt het al makkelijker dan compleet uit je hoofd . | ||
Paganitzu | dinsdag 29 maart 2011 @ 13:34 | |
Bedankt | ||
Dale. | dinsdag 29 maart 2011 @ 23:35 | |
Ik snap deze stap niet... iemand die hem wil uitleggen? [ Bericht 0% gewijzigd door Dale. op 30-03-2011 00:15:15 ] | ||
GlowMouse | dinsdag 29 maart 2011 @ 23:39 | |
Als er links |y| zou staan, dan zou het logisch zijn. | ||
Dale. | dinsdag 29 maart 2011 @ 23:55 | |
Euh? Staat er toch? | ||
Riparius | woensdag 30 maart 2011 @ 00:09 | |
Het klopt niet. De C in de eerste vergelijking is niet dezelfde als de C in de tweede vergelijking. En het minteken in het rechterlid van de tweede vergelijking, waar haal je dat vandaan? | ||
GlowMouse | woensdag 30 maart 2011 @ 00:12 | |
Ik zie links exp(|y|) ipv |y|. | ||
Dale. | woensdag 30 maart 2011 @ 00:14 | |
Die C is trouwens gewoon een constante van een intergraal | ||
Dale. | woensdag 30 maart 2011 @ 00:15 | |
Hmmm tjah sorry typ foutje moet natuurlijk e^(ln|y|) zijn. | ||
Riparius | woensdag 30 maart 2011 @ 00:42 | |
En dat is hetzelfde als |y|. Blijft nog staan dat eC niet hetzelfde is als C en dat dat minteken niet klopt. | ||
BasementDweller | woensdag 30 maart 2011 @ 10:03 | |
Soms is het onhandig om steeds E^C1 te schrijven, dus voer je een nieuwe constante in C=E^C1. Maar bij jou hebben ze niet expliciet onderscheid gemaakt tussen C1 en C. Als je C=-E^C1 laat zijn, waar C1 je oude constante is, dan klopt het. | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 16:45 | |
is het mogelijk om van de parametervoorstellingen: en een cartesiche vergelijking te krijgen? Het is btw de vergelijking die de punten op afstand 1 van de parabool y=x^2 beschrijft (maar alleen buiten de parabool), ik wil hem in een cartesische vergelijking hebben omdat ik het punt wil vinden waar een lijn het figuur snijdt (de lijn is op dat punt dus op afstand 1 van de parabool). [ Bericht 13% gewijzigd door minibeer op 30-03-2011 16:54:08 ] | ||
GlowMouse | woensdag 30 maart 2011 @ 17:07 | |
Ik kom er niet uit. Maar kun je een punt (x,x²) niet projecteren op de lijn, en dan kijken wanneer de afstand tussen het punt en zijn projectie 1 is? | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 17:29 | |
mmm, had ik niet aan gedacht, maar zou denk ik wel kunnen werken, even proberen . Thanks! | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 17:51 | |
ik denk toch niet dat dat werkt: http://img151.imageshack.us/img151/6426/naamlooswr.png (copy/paste deze link) (waarom doet het plaatje het nou niet?) | ||
thabit | woensdag 30 maart 2011 @ 18:01 | |
Komt-ie:
| ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 18:17 | |
het ziet er eng uit ja, als ik het begreep was het vast nog enger dat wordt dus maar iets anders proberen, bedankt iig. | ||
thabit | woensdag 30 maart 2011 @ 18:24 | |
Die vierde regel gelijk aan 0 stellen geeft een vergelijking, misschien was dat nog niet helemaal duidelijk. | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 18:29 | |
oh ik was na het lezen van de eerste regel al afgehaakt he, maar het is je dus wel gelukt Heb je mathematica of iets dergelijks gebruikt? [ Bericht 13% gewijzigd door minibeer op 30-03-2011 18:34:57 ] | ||
thabit | woensdag 30 maart 2011 @ 18:39 | |
Nee, Sage. | ||
GlowMouse | woensdag 30 maart 2011 @ 19:46 | |
Welke lijn heb je, en welke afstand pak je? Het plaatje werkt niet omdat je imageshack gebruikt. | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 20:21 | |
Oeps pardon, ik heb me even vergist, ik probeerde de afstand te berekenen via de normaal van de lijn, ik doe nog een poging... nevermind dus | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 21:43 | |
Over de vergelijking waar ik op uitkom zegt Wolfram dit. de oplossingen voor x zijn de coordinaten op de parabool waar de afstand van de parabool tot de lijn y = ax + b gelijk is aan s. (Ik heb gedaan wat GlowMouse voorstelde, ik heb een formule bedacht voor de afstand tussen de projectie van een punt (x, x2) en het punt zelf, en die op nul gesteld) Dank voor de hulp, en nu maar hopen dat het klopt . [ Bericht 19% gewijzigd door minibeer op 30-03-2011 23:33:16 ] | ||
GlowMouse | woensdag 30 maart 2011 @ 22:07 | |
Bij de lijn y=0 verwacht ik telkens 2 oplossingen vanwege symmetrie, en ik zie er maar één. | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 22:16 | |
er zijn 4 oplossingen, ik dacht dat het 1 groot plaatje was, maar het waren 4 kleine | ||
minibeer | woensdag 30 maart 2011 @ 23:43 | |
werkt toch niet helemaal goed. Op het punt dat de lijn zou snijden met de grafiek die op afstand 1 van de parabool ligt, is de afstand van de parabool tot de lijn kleiner dan 1, omdat de lijn de parabool snijdt. Nu kijk ik alleen naar de punten die op afstand 1 van de lijn liggen, niet naar punten die dichterbij liggen. | ||
GlowMouse | donderdag 31 maart 2011 @ 09:30 | |
Ik snap je vraag niet | ||
Pipo1234 | vrijdag 1 april 2011 @ 11:12 | |
Goedemorgen allemaal, Ik hoop dat iemand mij een antwoord kan geven op de volgende vraag. Ik vermoed dat het supereenvoudig is, maar ik zie het even niet... Het gaat om de productregel. Nou snap ik de regel zelf volledig en kan ik hem ook toepassen, alleen krijg ik niet het antwoord in de juiste vorm. Een voorbeeld aan de hand van de volgende pagina: http://www.math4all.nl/MathAdore/hb-b33-ex1b.html Ik kom tot het volgende antwoord: P'(x) = (3x2 - 12x)(x4 - 1) + (x3 - 6x2)(4x3) Vervolgens moet je de boel opschonen door haakjes weg te werken en kom je op dit antwoord: P'(x) = 7x6 - 36x5 - 3x2 + 12x. Alleen ik krijg het niet voor elkaar om dat laatste antwoord te krijgen. Ik voel nu ontzettend dom, want volgens mij is dat toch basiskennis van wiskunde... | ||
GlowMouse | vrijdag 1 april 2011 @ 11:15 | |
(3x2 - 12x)(x4 - 1) = 3x6 - 3x2 - 12x5 + 12x (x3 - 6x2)(4x3) = 4x6 - 24x5 | ||
.aeon | vrijdag 1 april 2011 @ 12:05 | |
Waarom kan je de volgende polynoom op deze manier in de abc formule gebruiken? -x^3 +1.7x^2 -0.8x +0.1 = (x-1)(-x^2 +0.7x -0.1) en dan gebruiken ze het tweede deel als invoer voor de abc formule. Waarom kan dat zo? Ik probeer het vervolgens bij deze polynoom toe te passen, maar het lukt me niet: -x^3 +11x^2 -39x +45 (x-1)(-x^2 +10x -45) =/= x^3 +11x^2 -39x +45 | ||
GlowMouse | vrijdag 1 april 2011 @ 12:07 | |
Als a*b=0 dan a=0 of b=0. Omdat 1 geen oplossing is van -x^3 +11x^2 -39x +45 = 0, kun je x-1 niet zo makkelijk buiten haakjes halen. | ||
.aeon | vrijdag 1 april 2011 @ 13:07 | |
Ah tuurlijk. Hoe zou je dit dan met de hand kunnen oplossen? We mogen namelijk geen rekenmachine gebruiken op het tentamen. | ||
GlowMouse | vrijdag 1 april 2011 @ 13:16 | |
Probeer wat gehele getallen rond 0 uit, op een tentamen vind je zo altijd wel een oplossing. | ||
.aeon | vrijdag 1 april 2011 @ 13:29 | |
Hmm ok, hopelijk krijgen we niet hele moeilijke vergelijkingen dan | ||
Pipo1234 | vrijdag 1 april 2011 @ 13:37 | |
Hoe kom je op dit antwoord? Ik loop namelijk vast bij de -12x. Ik weet niet wat ik daar mee moet en deze materie is nog vrij nieuw voor me. Vrij eenvoudige sommen zoals (2)(2X2) lukken me nog wel, maar zodra ze met -12X ofzoiets gaan gooien raak ik de weg kwijt. | ||
Riparius | vrijdag 1 april 2011 @ 13:44 | |
Jij wil kubische vergelijkingen met de hand gaan oplossen op je tentamen? Ga je maar vast verdiepen in Cardano. En vraag om extra tijd ... Overigens is x = 5 een nulpunt van het polynoom -x3 + 11x2 - 39x + 45 dat je hierboven geeft. | ||
GlowMouse | vrijdag 1 april 2011 @ 13:44 | |
http://mediatheek.thinkqu(...)kjes/page_uitleg.htm | ||
BasementDweller | vrijdag 1 april 2011 @ 13:48 | |
Haha, ik raad .aeon Glowmouse's tip aan. | ||
.aeon | vrijdag 1 april 2011 @ 14:10 | |
Nou als het zo veel werk is dan verwacht ik dat we vergelijkingen krijgen die óf x=1 als oplossing hebben en dan met de abc formule uit kunnen werken óf waarbij we inderdaad een aantal voor de hand liggende waardes moeten proberen. | ||
Nelis89 | vrijdag 1 april 2011 @ 15:46 | |
Oplossing van -x3 +11x2 -39x +45 1) -x3 +11x2 -39x +45 = -(x3 -11x2 +39x -45) 2) x3 -11x2 +39x -45 = (x+a)(x+b)(x+c) 3) Uitwerken haakjes van (x+a)(x+b)(x+c) levert al snel een vergelijking, waar je de coëfficiënten van x3 -11x2 +39x -45 uitgedrukt in vergelijkingen met a,b,c vindt, die je vervolgens kan oplossen. Uiteindelijk kom je op de vergelijking: -(x-3)(x-3)(x-5) = -(x-5)(x-3)2 | ||
GlowMouse | vrijdag 1 april 2011 @ 15:54 | |
Hoe kom jij van a+b+c = 11 ab+ac+bc = 39 abc = 45 op a=b=3, c=5? | ||
Nelis89 | vrijdag 1 april 2011 @ 18:44 | |
a+b+c = -11 ab+ac+bc = 39 abc = -45 Door substitutie, maar dan wordt het wel een bitch van een vergelijking. Aangezien deze vraag zonder rekenmachine op te lossen moet zijn kun je er wel van uit gaan dat het om gehele getallen gaat (of eenvoudige breuken). In het geval dat a=b=c dan wordt abc=45=a3 geldt a = b = c = -451/3 Echter voldoet dit niet aan a + b + c = 3a = 3 * -451/3 =/= -45 In het geval dat 2 van de 3 variabelen aan elkaar gelijk zijn (bijv. a=b) en alle 3 gehele getallen zijn er maar een paar mogelijkheden: a b c 3 3 -5 1 1 -45 -1 -1 -45 -3 -3 -5 deze vier mogelijkheden toetsen aan a+b+c = -11 en je houdt enkel a=b=-3 en c=-5 over. Ter controle ook nog even toetsen aan ab + ac + bc = 39 | ||
minibeer | zaterdag 2 april 2011 @ 01:41 | |
o, ik zie je post nu pas (ik neem aan dat je reageerde op mijn post...?). Het lukte niet, ik probeerde uit te leggen waarom, maar dat lukte blijkbaar niet . Anyway, ik kan het niet helderder uitleggen, dus laat maar. [ Bericht 0% gewijzigd door minibeer op 02-04-2011 01:59:47 ] | ||
minibeer | zaterdag 2 april 2011 @ 01:57 | |
Ah, handig . Maar als je er niet van uit mag gaan dat twee of meer variabelen aan elkaar gelijk zijn is er geen beginnen aan, right? | ||
thabit | zaterdag 2 april 2011 @ 10:25 | |
Lijkt me allemaal wat omslachtig. Als er een rationaal nulpunt is, dan moet dat geheel zijn en een deler van de constante coëfficiënt. Dus je hoeft maar weinig dingen uit te proberen. | ||
Siddartha | zaterdag 2 april 2011 @ 12:34 | |
Ik snap het volgende even niet: F:D->Rm Neem aan dat voor iedere open U in Rm geldt dat f -1(U) open is in Rn. Dan pakken ze a uit D en een epsilon en zeggen ze: "Dan is volgens het gegeven f -1(Be(f(a))) een open deel van Rn. (Met Be bedoel ik 'bolletje'/omgeving om f(a) met straal epsilon) Maar Be(f(a)) is toch niet open? | ||
GlowMouse | zaterdag 2 april 2011 @ 12:38 | |
Is het voor het bewijs noodzakelijk dat ze de rand van de epsilonbol meenemen? | ||
Siddartha | zaterdag 2 april 2011 @ 12:43 | |
Ik snap het al, bedankt. [ Bericht 59% gewijzigd door Siddartha op 02-04-2011 13:13:06 ] | ||
minibeer | zondag 3 april 2011 @ 14:25 | |
Een kleine vraag over de standaardafwijking. Die wordt in het boek als volgt gedefinieerd:Vervolgens is er een opgave waarvan je de standaardafwijking van deze lijst moet uitrekenen: (2, 3, 3.5, 4, 4, 4.5, 4.5, 5, 5, 5, 5.5, 5.5, 5.5, 6, 6, 6, 6, 6, 6.5, 6.5, 6.5, 7, 7, 7, 7.5, 7.5, 8, 8.5, 8.5, 9, 10) Ik kom met handmatig uitrekenen uit op: gemiddelde = 6 standaardafwijking = √(97.5) Het gemiddelde klopt, maar de standaardafwijking moet rond de 1.75 liggen, zowel volgens mijn gr als volgens het antwoordenboekje. Het lijkt me dus dat ik iets fout doe, maar ik snap echt niet hoe je hierop zou kunnen uitkomen. | ||
Nelis89 | zondag 3 april 2011 @ 14:29 | |
minibeer | zondag 3 april 2011 @ 14:37 | |
Dankje, nou kom ik wel uit , dom dat ik daar niet aan gedacht had... klopt dan de definitie in het boek niet, of is de standaardafwijking wat anders dan ? Dan neem ik aan dat ze de 1/n vergeten zijn in de definitie. | ||
GlowMouse | zondag 3 april 2011 @ 15:16 | |
De definitie zoals die daar staat, klopt inderdaad niet; 1.7423 is wel het juiste antwoord. | ||
BasementDweller | zondag 3 april 2011 @ 17:12 | |
Ik heb een recursierelatie x(n) = A x(n-1), met A een 4×4 matrix (waarvan alle elementen niet negatief zijn en kleiner gelijk 1) en x(n)=(x1(n),...,x4(n)). Er wordt gevraagd de evenwichtsoplossing te bepalen. Wat kan hiermee bedoeld worden? | ||
GlowMouse | zondag 3 april 2011 @ 17:13 | |
Een x zodat x = x(n) = x(n-1). Zoals je hem stelt, is de oplossing vaak niet uniek. | ||
BasementDweller | zondag 3 april 2011 @ 17:19 | |
Kan wel zijn, er wordt eigenlijk ook een evenwichtsoplossing gevraagd. Het vreemde is echter dat in mijn matrix A nog onbekenden zitten. Even proberen... | ||
GlowMouse | zondag 3 april 2011 @ 17:49 | |
Is het geen stochastische matrix? | ||
BasementDweller | zondag 3 april 2011 @ 18:46 | |
Er staan wel kansen in maar de kolommen (of rijen) tellen niet op tot 1... (behalve als si=0 of 1) Met s1,...,s4 onbekende kansen en I een constante. Waarschijnlijk gewoon een kwestie van een stelsel oplossen. [ Bericht 8% gewijzigd door BasementDweller op 03-04-2011 19:31:12 ] | ||
BasementDweller | zondag 3 april 2011 @ 21:34 | |
Andere opgave:Maar de definitie van convergeren in verdeling is dat F_{X_n} (x) --> F_X(x) als n-->oneindig voor alle x waar F_X continu is. Dan zou ik zeggen dat de stelling trivialiter waar is omdat de kansmassafunctie discreet is en dus niet continu. Goed, dan zou je die functie kunnen uitbreiden zodat die continu wordt. Maar dan hoef je toch verder niks meer te laten zien? | ||
GlowMouse | zondag 3 april 2011 @ 22:26 | |
Ik denk idd dat je niet die s'en moet gaan invullen. F is een cdf, p is een pdf, dus zo triviaal is het allemaal niet voor het continue geval. | ||
Siddartha | maandag 4 april 2011 @ 09:47 | |
Ik moet bewijzen dat als: Als g1,g2,... een rijtje punten in G is, dat convergeert naar een punt a in Rn, dan zit a in G. Dat G dan gesloten is in Rn. Dat is vrij logisch, maar hoe zit dat dan met G= Rn? | ||
GlowMouse | maandag 4 april 2011 @ 09:56 | |
Dan is G ook gesloten. | ||
Siddartha | maandag 4 april 2011 @ 10:06 | |
Maar Rn is toch open? Of is het beide, net als de lege verzameling? | ||
GlowMouse | maandag 4 april 2011 @ 10:08 | |
allebei ja | ||
Siddartha | maandag 4 april 2011 @ 10:12 | |
Apart, bij de lege verzameling kan ik het me wel voorstellen omdat het puur een 'handige definitie' is.Maar Rn heeft dus ook echt twee eigenschappen waardoor het open en gesloten is. Bedankt! | ||
bloodysunday | maandag 4 april 2011 @ 13:17 | |
Even een vraagje, het is een Natuurkundige formule maar mijn vraag is volgens mij wiskundig op te lossen. Ik ben wiskundig niet goed en het is vast heeel simpel maar snap nu niet hoe ze hier op komen: 1/2mv^2 = 3/2kT T = mv^2 / 3k waarom valt die 1/2 nu weg? | ||
FedExpress | maandag 4 april 2011 @ 13:29 | |
de hele formule is omgeschreven he Beide kanten zijn gedeeld door 3/2k | ||
bloodysunday | maandag 4 april 2011 @ 13:39 | |
Ja logisch. Je krijgt T = 1/2 mv^2 / 3/2 k waardoor die /2 wegvalt en je dus T=1mv^2 / 3k overhoud.= T=mv^2 / 3k | ||
Dale. | maandag 4 april 2011 @ 16:44 | |
Het gebied D is gedefinieerd als Nu moet ik dus een dubbele integraal opstellen. Alleen weet ik niet zeker of ik me grenzen correct heb uitgerekend. Visueel gezien praten we dus over het volgende gebied: Nu heb ik de volgende grenzen uitgerekend voor me dubbele integraal (omgezet naar poolcoördinaten): De hoek tussen de lijn en de y-as is 60 graden. De hoek tussen de lijn en de y-as is 30 graden. Me eerste integraal heeft dus van pi/3 tot pi/6. Nu wordt en hieruit volgt dus dat . De positieve antwoorden hebben we weggestreept, we zitten immers in het 3de kwadrant. Dus..... mijn integraal wordt... Nu is mijn vraag klopt dit | ||
BasementDweller | maandag 4 april 2011 @ 17:58 | |
Het complement van een gesloten verzameling is open (en andersom). Dus het complement van een open en gesloten verzameling is dus ook open en gesloten. Het complement van de lege verzameling in R^n (=R^n) is dus ook open en gesloten. | ||
BasementDweller | maandag 4 april 2011 @ 18:05 | |
Volgens mij klopt het wel redelijk, alleen waar komt die r² vandaan in de laatste integraal? Integreer je dan niet eigenlijk de functie f(x,y)=x²+y²? En de hoek meet je t.o.v. de positieve x-as en niet de y-as. | ||
Siddartha | maandag 4 april 2011 @ 18:34 | |
Ah, zo had ik het nog niet bekeken. Duidelijk! | ||
Dale. | maandag 4 april 2011 @ 18:50 | |
Die r² komt van x²+y² = r² in poolcoordinaten, dus ik geloof inderdaad dat ik de functie x²+y² integreer, maar de grenzen zijn toch correct afgebakend? "En de hoek meet je t.o.v. de positieve x-as en niet de y-as." oh ja dan moeten de onder en boven grens omgedraaid worden. | ||
GlowMouse | maandag 4 april 2011 @ 18:55 | |
Ik zou juist een hoek groter dan pi verwachten.oh r is negatief. Ik zou hem omschrijven naar een hoek groter dan pi en met positieve r. Nu raak je in verwarring. | ||
Dale. | maandag 4 april 2011 @ 19:03 | |
Hmmmm? U bedoelt? | ||
GlowMouse | maandag 4 april 2011 @ 19:37 | |
Echte poolcoördinaten in plaats van zo'n probeersel waarvan je zelf in de war raakt. En bij poolcoördinaten geldt r>=0. | ||
Dale. | maandag 4 april 2011 @ 19:48 | |
Ah zo bedoel je. Ja heb je gelijk even omzetten | ||
.aeon | maandag 4 april 2011 @ 20:43 | |
Ik snap deze vraag niet echt. Is dat gewoon ((1,0),(0.5,0.5),(0,1))? Of bedoelen ze (x+0.5y,z+0.5y)? | ||
M.rak | maandag 4 april 2011 @ 22:51 | |
Dat lijkt me inderdaad gewoon ((1,0),(0.5,0.5),(0,1)) te zijn. Een matrixprojectie is immers een vermenigvuldiging met een matrix, niet invullen van een matrix. | ||
Siddartha | dinsdag 5 april 2011 @ 10:30 | |
Stel ik heb een functie f :Rn-> Rm en ik moet laten zien dat die differentieerbaar is. Is het dan voldoende om te laten zien dat de functie uit samenstellingen van differentieerbare functies bestaat? Bijvoorbeeld: f:= (sin(x)+4ye3xy,cos(x)) Dan: f is differentieerbaar omdat sin(x), eu, u+v, uv, u(v) en cos(x) differentieerbaar zijn (met u en v als differentieerbare functies). | ||
GlowMouse | dinsdag 5 april 2011 @ 10:43 | |
Let ook op bereik en domein. | ||
Siddartha | dinsdag 5 april 2011 @ 10:59 | |
Ja, dat moet wel lukken. Ik kwam in de war door de notatie (partiele afgeleiden en delen van de functie hebben dezelfde fi notatie), dus vroeg ik het maar even na. | ||
.aeon | dinsdag 5 april 2011 @ 17:40 | |
Ik loop vast met het bepalen van de determinant van de volgende matrix: | ||
.aeon | dinsdag 5 april 2011 @ 17:42 | |
Oh laat maar, ik kan het gewoon met Det(A) = aei+bfg+cdh-ceg-afh-bdi doen | ||
Dale. | dinsdag 5 april 2011 @ 19:27 | |
Ik heb het gebied: 2 cirkels waarbij de laatste de eerste overlapt. Nu moet ik het gebied bepalen van cirkel 1 dat niet overlapt wordt. De halve maan zoals in de figuur. Nu dacht ik eerst ik stel de integralen op van beide cirkels en trek de grote van de kleine af... alleen trek ik dan natuurlijk veel te veel af. Je moet namelijk alleen het gebied dat overlapt wordt aftrekken, de rest niet. Volgens mij moet ik 't dus anders aanpakken, en gewoon de grenzen manipuleren van de integraal van de kleine cirkel. Echter hoe? | ||
BasementDweller | dinsdag 5 april 2011 @ 19:42 | |
Ik weet het zo ook niet. Misschien kan je gebruiken dat de kleine cirkel door het middelpunt van de grote gaat en dat hij de grote snijdt in (0,2) en (2,0). | ||
Riparius | dinsdag 5 april 2011 @ 19:55 | |
Ik zou dit elementair aanpakken, dan kom ik voor de oppervlakte van het deel van de rode cirkelschijf dat niet overdekt wordt door de blauwe cirkelschijf op 2*pi + 2. Via integraalrekening wordt het een stuk lastiger. Edit: fout hersteld. [ Bericht 0% gewijzigd door Riparius op 05-04-2011 20:14:40 ] | ||
Dale. | dinsdag 5 april 2011 @ 19:55 | |
Ja er staat als hint gegeven dat: in poolcoördinaten. Dus denk dat ik gewoon weer 1 integraal krijg waarbij de grenzen functies zijn van r of theta. Had ik al gezegd dat het moet via integraalrekening en poolcoordinaten? | ||
BasementDweller | dinsdag 5 april 2011 @ 20:10 | |
Staat die hint er echt precies zo? {x,y | (x-1)² + (y-1)² = 2} is gewoon een cirkel met straal r=wortel(2). Dus waar staat die r dan in dit geval voor? | ||
Dale. | dinsdag 5 april 2011 @ 20:35 | |
Ja me schrijve wijze is misschien een beetje ongelukkig... Maar wat ik bedoel (en er dus mee bedoelt wordt) is dat je (x-1)² + (y-1)² = 2 kunt schrijven als r = 2(cos(theta) + sin(theta)) in poolcoördinaten. Vul maar in voor x = r*cos(theta) en y = r*sin(theta)... http://www.wolframalpha.c(...)9+-+1%29^2+-+2+%3D+0 dan krijg je dat bovenstaande eruit. | ||
Riparius | dinsdag 5 april 2011 @ 21:56 | |
Nee. Maar je kunt het jezelf ook dan gemakkelijker maken als je bedenkt dat de oppervlakte van het gevraagde vlakdeel gelijk is aan de oppervlakte van de rode cirkelschijf verminderd met de oppervlakte van de blauwe cirkelschijf en dat weer vermeerderd met het deel van de blauwe cirkelschijf dat zich buiten de rode cirkelschijf bevindt. Daarmee is het vraagstuk gereduceerd tot de bepaling van de oppervlakte van het blauwe halve maantje. De oppervlakte van het blauwe halve maantje is: ∫0π/2 ½∙((2∙cos θ + 2∙sin θ)2 - 22)∙dθ En dit kunnen we vereenvoudigen tot: ∫0π/2 2∙sin 2θ∙dθ = [-cos 2θ]0π/2 = 1-(-1) = 2. De oppervlakte van het gevraagde vlakdeel wordt dus: 4π - 2π + 2 = 2π + 2. [ Bericht 0% gewijzigd door Riparius op 05-04-2011 22:19:47 ] | ||
minibeer | woensdag 6 april 2011 @ 00:51 | |
Ik lees net dat er tot in de 19e eeuw aan de juistheid van het gegeven dat de som van de binnenhoeken van een driehoek 180 graden is werd getwijfeld. Er is toch een heel simpel bewijs voor? (niet echt ontopic, ik weet het maar ik vroeg het me gewoon af) | ||
Riparius | woensdag 6 april 2011 @ 00:58 | |
Het bewijs daarvoor hangt samen met (resp.deze uitspraak is equivalent met) het zogeheten parallellenpostulaat oftewel het vijfde postulaat van Euclides. Men heeft lang gedacht dat dit uit de vier andere postulaten te bewijzen zou zijn, maar dat is niet zo. | ||
minibeer | woensdag 6 april 2011 @ 02:23 | |
Ah, dat zegt me wat meer, bedankt . | ||
Pipo1234 | woensdag 6 april 2011 @ 14:04 | |
Even een algemene vraag. Het is mij totaal niet duidelijk hoe het nou zit namelijk. Wiskunde A en B op het VWO, lopen die vakken nou parallel aan elkaar of zijn het echte losse vakken? Ik wil namelijk een betastudie gaan doen en moet daar B voor hebben. Maar om een cursus te kunnen volgen moet ik eigenlijk Wiskunde A van het VWO of B van de Havo hebben en dat heb ik allebei niet. En nu weet ik dus niet of het echt belangrijk is om A te hebben of dat het alleen een vooropleidingseis is. | ||
themole | woensdag 6 april 2011 @ 14:08 | |
Wiskunde B = differentieren, integreren, primitiveren, bewijzen enz. Wiskunde A = kansberekening en simpelere algebra. Zit nogal een verschil in. | ||
Pipo1234 | woensdag 6 april 2011 @ 14:11 | |
Oké. Ik ben bezig geweest met Wiskunde A en vond dat eerlijk gezegd een beetje saai, aangezien daar veel te veel kansberekening en statistiek in zit. Dus eigenlijk is B ook veel complexer (en dus leuker). Alleen vraag ik me dan nog wel af of men normaal op het VWO beide vakken krijgt of maar één van de twee? | ||
GlowMouse | woensdag 6 april 2011 @ 14:17 | |
Je kunt het beste wiskunde B (en D) pakken. Als A of C vereist is, kom je daar met B ook binnen. | ||
Pipo1234 | woensdag 6 april 2011 @ 14:23 | |
Ik weet in ieder geval dat ik B moet hebben. Ik wil namelijk een betastudie doen waar het gewoon voor vereist is. Wat houdt D eigenlijk in? Maar als ik goed begrijp is Wiskunde B dus een ander richting/profiel dan A? | ||
GlowMouse | woensdag 6 april 2011 @ 14:26 | |
A is veel simpeler. Ik vermoed dat de onderwerpen anders zijn omdat je anders zou kunnen zien hoe groot het verschil is, en mensen zich dan afvragen waarom er toch hetzelfde aantal uren voor staat. http://nl.wikipedia.org/w(...)wde_Tweede_Fase_2007 | ||
themole | woensdag 6 april 2011 @ 19:25 | |
D is moeilijkere A + extra B stof. Kan handig zijn voor sommige studies. | ||
BasementDweller | woensdag 6 april 2011 @ 19:40 | |
D is toch alleen een uitbreiding van B, niet van A? | ||
koffiegast | woensdag 6 april 2011 @ 22:30 | |
Ik heb hier misschien niet echt een wiskundig probleem, maar ik vermoed dat er een wiskundige reden achter zit... In Matlab krijg ik het volgende: 1.0157 = atan((653-66) / (430-66)) Terwijl ik in Python dit krijg: 0.99149... = atan(float((653-66))/(430-66)) als ik 653 door 623 vervang en 430 door 420, dan krijg ik bij matlab 1.0046 eruit en python 0.7853... het is me een raadsel waarom ze zo gigantisch verschillen (ik heb geprobeerd met wat andere floats te kijken..) Ik wil heel graag de Matlab antwoord in Python terugkrijgen, aangezien dit noodzakelijk is om punten te kunnen roteren. // Edit: Zucht, eerst kwartier lang allerlei stuff probere en stuff opzoeken. Vervolgens blijkt er gewoon een typo ergens te zitten, tot nu gaat het weer goed. | ||
BasementDweller | woensdag 6 april 2011 @ 22:49 | |
Tijd voor een bakkie koffie, gast. | ||
BasementDweller | donderdag 7 april 2011 @ 11:51 | |
Is er in de analyse een soort omgekeerde submersiestelling, die zegt dat een levelset van een functie g geen deelvariëteit is als g geen submersie is? | ||
thabit | donderdag 7 april 2011 @ 13:24 | |
Ja, als een verzameling door gladde vergelijkingen wordt gegeven dan zijn de singuliere punten die punten waar de Jacobi-matrix een verkeerde rang heeft. | ||
BasementDweller | donderdag 7 april 2011 @ 17:15 | |
Bedoel je met 'verkeerde rang' dat als g : U->R^p met U een d.v. van R^n dat de matrix Dg een rang heeft < p? | ||
thabit | donderdag 7 april 2011 @ 17:30 | |
Niet per se. Het kan namelijk zijn dat het beeld van g lagere dimensie heeft dan p en dat dan niveauverzameling nog altijd differentieerbaar is. Het is dus niet automatisch zo dat als het geen submersie is dat het dan geen differentieerbare variëteit is, de stelling is dus ook niet volledig omkeerbaar. Om dit soort dingen volledig goed te formuleren is het beter in een algebraïsche context te zitten, waar alle afbeeldingen door polynomen gegeven worden. | ||
123hopsaflops | donderdag 7 april 2011 @ 19:18 | |
hoe moet deze ook weer? | ||
Siddartha | donderdag 7 april 2011 @ 19:45 | |
[ Bericht 100% gewijzigd door Siddartha op 07-04-2011 20:14:02 (Te snel.fout gelezen) ] | ||
Riparius | donderdag 7 april 2011 @ 20:03 | |
Je zou gebruik kunnen maken van een hyperbolische substitutie: (1) t = ½∙sinh u Dan is: (2) dt = ½∙cosh u∙du Bovendien raak je dan het wortelteken kwijt door gebruik te maken van de identiteit: (3) cosh2u - sinh2u = 1 | ||
123hopsaflops | donderdag 7 april 2011 @ 20:20 | |
er is gewoon een standaardoplossing voor, maar ik kan hem niet vinden iemand die het directe antwoord heeft? | ||
Riparius | donderdag 7 april 2011 @ 20:24 | |
Dat er een standaardoplossing voor is weet ik ook wel (en ja ik weet wat die is), maar door die over te schrijven leer je niks. Dus probeer het nu toch maar zelf. Je kunt overigens ook gebruik maken van een geschikt gekozen goniometrische of algebraïsche substitutie. | ||
123hopsaflops | donderdag 7 april 2011 @ 20:29 | |
Ik hoef er niets van te leren, ik moet de standaardoplossing weten zodat ik de rest van mijn vraag kan afmaken, aan dat geleuter er om heen heb ik niets. | ||
Riparius | donderdag 7 april 2011 @ 20:30 | |
Dan zoek je die standaardoplossing maar fijn zelf op. Staat gewoon in Wikipedia. | ||
FedExpress | donderdag 7 april 2011 @ 20:32 | |
| ||
123hopsaflops | donderdag 7 april 2011 @ 20:51 | |
wat een zielig groepje mensen hier hij is opgelost, ondanks de 'tip' van Riparius: U = \sqrt(1+4t^2) dV=dt dan verandert hij pardoes in een functie die wel op wikipedia te vinden is | ||
BasementDweller | donderdag 7 april 2011 @ 21:57 | |
Tip: Als je wil weten wat eruit komt en niet waarom, dan moet je het niet hier komen vragen, maar op Wolfram Alpha | ||
123hopsaflops | donderdag 7 april 2011 @ 22:00 | |
als iemand om de afgeleide van sin x vraagt, dan ga je toch ook niet met de definitie gooien | ||
BasementDweller | donderdag 7 april 2011 @ 22:03 | |
Als je de afgeleide van sin x wil weten zonder het af te leiden ga je toch naar wolfram alpha en niet hierheen? Het was maar een tip. | ||
Shreyas | vrijdag 8 april 2011 @ 15:50 | |
Kan iemand mij (het liefst aan de hand van een voorbeeld) uitleggen wat nou precies het verschil is tussen de Binomiale Verdeling en de Poisson Verdeling? | ||
BasementDweller | vrijdag 8 april 2011 @ 18:37 | |
De binomiale verdeling gebruik je als er een je een Bernouilli experiment n keer herhaalt en je wil de kans weten op k keer succes. Je hebt bijvoorbeeld 10 knikkers (3 rood 7 blauw) en je wil bijvoorbeeld weten hoe groot de kans is dat je bij drie keer pakken met terugleggen 2 rode pakt en 1 blauwe. De poissonverdeling gebruik je vaak voor telproblemen. Bijvoorbeeld het aantal telefoontjes naar een centrale op een gegeven tijdsinterval, of het aantal gemeten pulsjes in een GM teller. | ||
minibeer | zaterdag 9 april 2011 @ 12:18 | |
Vind voor alle natuurlijke getallen n: (7n)!/(7n . (n!)) mod 7 Ik snap dat (7n)! 0 is als je modulo 7 rekent, omdat er altijd n 7's in de priemontbinding zitten. Die worden er uitgehaald na het delen door 7n, dus dan hou je, bij het modulo 7 rekenen, nog (1*2*3*4*5*6)n over, wat gelijk is aan: 720n en in modulo 7 rekenen ook aan 6n of (-1)n. Ik begrijp dan niet wat je met de deling door (n!) moet doen... | ||
GlowMouse | zaterdag 9 april 2011 @ 12:21 | |
Dat klopt niet, kijk maar bij n=2: 1*2*3*4*5*6*7*8*9*10*11*12*13*14 / 7² = 1*2*3*4*5*6*8*9*10*11*12*13*2 | ||
minibeer | zaterdag 9 april 2011 @ 22:06 | |
dan begrijp ik er nog minder van dan ik dacht, ik moet er even opnieuw naar kijken , bedankt voor de opmerking edit: wacht, nu maakt het meer sense zie ik, ik reageer zo met de oplossing (hoop ik) | ||
minibeer | zaterdag 9 april 2011 @ 22:46 | |
(7n)! = (7!)n . n! (= 0) mod 7 (7n)! / 7n = (6!)n . n! mod 7 (7n!) / 7n / n! = (6!)n mod 7 (6!)n = 720n = 6n = (-1)n mod 7 oftwel: (7n!) / 7n / n! = 6 mod 7 als n oneven is, en (7n!) / 7n / n! = 1 mod 7 als n even is. dat leek moeilijker dan het was, bedankt voor de hulp/correctie | ||
BasementDweller | zaterdag 9 april 2011 @ 23:17 | |
X1,...,Xn zijn i.i.d. r.v.'s zdd EX1 = ... = EXn = 0 en ze hebben eindige derde momenten. Ik wil m.b.v. karakteristieke functies laten zien dat E(X1+...+Xn)3 = EX13 + ... + EXn3. Ik weet dus dat en dat en dat . | ||
Flanx | zondag 10 april 2011 @ 16:07 | |
Bereken exact voor welke p de vergelijking px3 - 2px2 + x2 + 2,5x = 0 drie oplossingen heeft. Het antwoord is 0,25 < p < 1 Ik snap er geen fuck van, want stel bv p=0,5, dan krijg je zo'n derdegraads grafiek, en die snijdt maar 1 keer met de x-as en niet 3 keer | ||
BasementDweller | zondag 10 april 2011 @ 16:13 | |
Klopt inderdaad, voor p=1/2 krijg je x3/2-x2+x2+2,5x=x3/2+2,5x= x(x2/2+2,5) = 0 <=> x=0. Dus die opgave die zal wel niet kloppen. Misschien heeft ie juist niet drie oplossingen voor 0,25<p<1 en anders wel. edit: zelfs dat is niet waar | ||
Flanx | zondag 10 april 2011 @ 16:23 | |
Dit is echt de zoveelste fout die ik tegenkom in de uitwerkingen, pffff | ||
thabit | zondag 10 april 2011 @ 16:23 | |
Het is denk ik het makkelijkst eerst n=2 aan te nemen, de rest is inductie. | ||
BasementDweller | zondag 10 april 2011 @ 16:47 | |
Ik neem aan dat je bedoelt eerst n=2 te bewijzen? | ||
minibeer | zondag 10 april 2011 @ 16:49 | |
een kleine vraag. In dit artikel over getaltheorie wordt deze notatie gebruikt: u|b waar u en b getallen zijn, b uit een bepaalde verzameling. Weet iemand wat deze notatie precies betekent? Ik ben er niet bekend mee. Oh en verder staat er nog: u is een eenheid van S als: voor alle b uit S: u|b | ||
thabit | zondag 10 april 2011 @ 16:49 | |
n is een willekeurig positief geheel getal in de opgave, lijkt me lastig om te bewijzen dat dat gelijk is aan 2. |