Kun jij hier misschien iets mee?quote:Op woensdag 14 december 2005 18:26 schreef Johan-Derksen het volgende:
Wat mn voorganger zegt... Die formule in wiki is alles wat je moet weten.
Succes
quote:Op zaterdag 10 december 2005 19:10 schreef Haushofer het volgende:
Een vraagje over wat differentiaalgeometrie
Ik zie hier in mn dictaat ( geomtry and group theory ) het volgende:
De voorwaarde voor het parallel transporteren van een vector V wordt gesteld als
DVi/Dt = 0, waarbij t je parametrisatie is. Als T de connectie voorstelt, wordt dit zoiets als
(dxj/dt)*[ djVi+TijkVk ] =0.
Vervolgens wordt een infinitesimale verplaatsing van de vector V als gevolg van een infinitesimale verplaatsing van x geschreven als ( lees "delta" voor d )
dVi= - Tijk(x) Vk dxj
Mijn vraag is nou: waarom wordt hier de partiele afgeleide gebruikt voor deze infinitesimale translatie, en niet de covariante afgeleide?
Edit: sowieso heb ik nog niet helemaal goed door waarom er de ene keer Lie-afgeleides worden gebruikt of uitwendige afgeleides, en de andere keer ( zoals in de algemene relativiteitstheorie ) covariante afgeleides. Help![]()
Neequote:Op woensdag 14 december 2005 19:58 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Kun jij hier misschien iets mee?
[..]
Ik heb moeten googlen wat de discriminant van een polynoom isquote:Op woensdag 14 december 2005 20:53 schreef Pietjuh het volgende:
Algebra vraagje:
Stel ik heb een monisch polynoom f in Q[X] met n = deg(f) verschillende complexe nulpunten. Bewijs: Het teken van D(f) (de discriminant van f) is gelijk aan (-1)^s, waarbij 2s het aantal niet reeele nulpunten van f is.
Ik weet wel dat als a een nulpunt is van f dat dan de complex geconjugeerde a* ook een nulpunt is van f. Dit betekent dat voor de term (a - a*)^2 = (2 Im(a)i )^2 = - 4 Im (a)^2. Dus van al deze complexe paren krijg ik al een factor van (-1)^s bij het teken van de discriminant. Ik weet alleen niet echt hoe ik kan laten zien dat alle andere factoren het teken van de discriminant niet verder veranderen.
Dat je het niet begrijpt is niet zo heel verwonderlijk: de wijze van noteren, met coordinaten en zo, laat geen conceptueel begrip van de meetkunde toe. Het lijkt wel alsof het wiskundige taalgebruik van sommige vakgebieden in een soort stenen tijdperk is blijven steken. En om heel eerlijk te zijn heb ik weinig zin om dit spijkerschrift te gaan ontcijferen.quote:Op woensdag 14 december 2005 19:58 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Kun jij hier misschien iets mee?
[..]
Mja, zo'n reactie had ik al van je verwacht, maar ik druk het toch vrij simpel in woorden uit? Op een manifold wat geen kromming kent gebruik je de partiele afgeleide voor variaties, en dat is me volledig duidelijk. Waarom gebruik je op een gekromd manifold niet de covariante afgeleide, maar ook de partieel afgeleide?quote:Op donderdag 15 december 2005 10:52 schreef thabit het volgende:
[..]
Dat je het niet begrijpt is niet zo heel verwonderlijk: de wijze van noteren, met coordinaten en zo, laat geen conceptueel begrip van de meetkunde toe. Het lijkt wel alsof het wiskundige taalgebruik van sommige vakgebieden in een soort stenen tijdperk is blijven steken. En om heel eerlijk te zijn heb ik weinig zin om dit spijkerschrift te gaan ontcijferen.
Hmm... Ik zou kijken naar | f(m)g(m) - f(n)g(n) | =| g(N) |.|f(m)g(m)/g(N) - f(n)g(n)/g(N)|.quote:Op donderdag 15 december 2005 21:47 schreef Pietjuh het volgende:
Geen moeilijke vraag over lichamen, maar een simpele vraag over cauchy functies.
Even ter herrinering: Laat R = Map( Z>0, Q). Een f in R heet een cauchy functie als voor alle e > 0 er een N bestaat zodat | f(m) - f(n) | < e voor alle m,n> N
Nu wil ik bewijzen dat als je 2 cauchy functies hebt, dat dan het product ook een cauchy functie is. Ik heb al veel geprobeerd met herschrijven met driehoeksongelijkheid maar ik kom er niet echt aan uit.
Helaasch helaasch. Ik studeer alleen natuurkundequote:Op donderdag 15 december 2005 20:27 schreef Wolfje het volgende:
Kun je niet eens een moeilijke vraag over eindige lichamen verzinnen, Haushofer? Daar kan ik je misschien wel mee helpen.
Dat elektrische veld is dus 106 N/C = 106 Volt/meter. Dus het spanningsverschil weet je omdat je de afstand weet. Je weet ook dat een volt 1 Joule per Coulomb is. Zo moet het wel lukken, denk ikquote:Op vrijdag 16 december 2005 15:24 schreef _superboer_ het volgende:
Ik heb weer pww dus waarschijnlijk komen er weer een paar vragen van mij![]()
Hier de eerste
De opdracht is:
Onder in een onweerswolk bevindt zich meestal veel negatieve lading, waardoor er een sterk homogeen elektrisch veld ontstaat tussen het aardopperlvak en de onderkant van de wolk, 300m hoger. De veldsterkte kan wel oplopen tot meer dan 106 N/C.
Bereken de elektrische energie die vrijkomt als -1 C lading zich van onder uit de wolk naar het aardopperlvak verplaats bij E = 106 N/C
Kan iemand mij helpen?
Owke, is gelukt, hartstikke bedanktquote:Op vrijdag 16 december 2005 18:45 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Dat elektrische veld is dus 106 N/C = 106 Volt/meter. Dus het spanningsverschil weet je omdat je de afstand weet. Je weet ook dat een volt 1 Joule per Coulomb is. Zo moet het wel lukken, denk ik
jij studeert dus af in de coderingstheoriequote:Op donderdag 15 december 2005 20:27 schreef Wolfje het volgende:
Kun je niet eens een moeilijke vraag over eindige lichamen verzinnen, Haushofer? Daar kan ik je misschien wel mee helpen.
afgeleide is 3x^2 + 2x + (1 - 2a)quote:Op zondag 18 december 2005 17:44 schreef haphazard het volgende:
Gegeven: y = x^3 + x^2 - (2a-1)x
Gevraagd: bepaal a zodat de raaklijn aan de grafiek van de functie in x = 1 als richtingscoëfficient 1 heeft.
Hoe doe ik dit ? Heb altijd a gekregen, weet hier geen raad mee.
Het evenwicht gaat dan idd naar de kant van de exotherme reactie.quote:Op zondag 18 december 2005 21:20 schreef _superboer_ het volgende:
Even een controllevraagje: Om bij een evenwichtsreactie de exotherme reactie te bevorderen moet toch de temperatuur omlaag?
Jullie hebben nog geen Gentzen's snedevrije calculus gehad zeker?quote:Op zondag 18 december 2005 21:41 schreef Seneca het volgende:
Hey allemaal. Zijn hier misschien genieen die de volgende stelling uit de propositielogica kunnen bewijzen? De stelling is een tautologie, en heeft dus geen premisses:
|- (p -> q) V (q -> p)
Ik kom er echt niet uit![]()
Ik kom uit op 224252.quote:Voorbeeldje: 486396 omrekenen naar een achttallig stelsel.
Je kunt hier 1 keer 262144 uithalen. Blijft over: 196588
Hmm heb het al gevonden denk ik. Dit is in principe gewoon de evaluatie-functor laten werken op de de sequence, en deze is exact voor Abelse categorieen van deze vorm.quote:Op zondag 18 december 2005 21:04 schreef ijsklont het volgende:
Vraagje over categorieen. Stel ik heb een Abelse categorie met als objecten functoren van Delta^{op} -> Ab, met als morfismes natuurlijke transformaties tussen deze functoren. Dit is de categorie van simplicial abelian groups. Stel ik heb een short exact sequence in deze categorie:
0 --> F --> G --> H --> 0
Is dan voor elke [n] in Delta^[op} de sequence
0 --> F([n]) --> G([n]) --> H([n]) --> 0
een exact sequence van Abelse groepen? En hoe kan ik dit inzien?
Tip: ongerijmde.quote:Op zondag 18 december 2005 21:41 schreef Seneca het volgende:
Hey allemaal. Zijn hier misschien genieen die de volgende stelling uit de propositielogica kunnen bewijzen? De stelling is een tautologie, en heeft dus geen premisses:
|- (p -> q) V (q -> p)
Ik kom er echt niet uit![]()
Er is wel een slimme test om te checken of zo'n getal priem is. Zoek maar op "Lucas-Lehmer test". Verder kun je ook nog bewijzen dat alle delers van zo'n getal de vorm 2kp+1 moeten hebben. Maar uiteindelijk ontkom je toch niet aan proberen vrees ik.quote:Op maandag 19 december 2005 14:53 schreef teletubbies het volgende:
hee!
er is een vraag
zoek een priemgetal p zodat
2p-1 geen priem is.
is er een slimme manier (behalve uitproberen van 2,3,5...) om dit op te lossen?
thanx
Helaas, je zult moeten vertalen in plaats van direct copy-pasten.quote:Op maandag 19 december 2005 20:10 schreef samchestido het volgende:
Naar aanleiding van advies van een mod (dank!) hier een vraagje:
Is er op internet een Nederlandstalig bewijs te vinden voor de Laatste Stelling van Fermat voor het geval n = 3? dus a^3+b^3=c^3 kan nooit waar zijn voor abc niet gelijk aan 0?
DANK!! het is voor mijn eindexamen, dus het is voor mij heel belangrijk!
Dat bewijs is weliswaar elementair, maar lijkt totaal uit de lucht te komen vallen. Het oorspronkelijke bewijs maakt gebruik van de eenduidigheid van de priemfactorontbinding in the ring Z[1/2 + 1/2wortel(-3)]. Dit bewijs hier zal wel een soort directe vertaling zijn naar een elementair bewijs.quote:Op maandag 19 december 2005 20:19 schreef Johan-Derksen het volgende:
Ik denk dat de volgende site je wel op weg kan helpen:
http://mcraefamily.com/Ma(...)LastThCubesEuler.htm
Je leert in elk geval helemaal niets van dit bewijs. Wat dat betreft past het dus wel bij het VWO.quote:Op maandag 19 december 2005 20:27 schreef Johan-Derksen het volgende:
Daarom post ik dus dit elementair bewijs... en met ringen en lichamen, aangezien dat voor een eindexamen te hoog gegrepen is...
Dit bewijs voor sommige examen-kandidaten misschien ook.
heerlijk, dat cynismequote:Op maandag 19 december 2005 20:29 schreef thabit het volgende:
[..]
Je leert in elk geval helemaal niets van dit bewijs. Wat dat betreft past het dus wel bij het VWO.
Tuurlijk moet je wel 2 min de integraal doen. Je moet de oppervlakte weten van het stuk tussen y=2, de grafiek en de y-as...quote:Op maandag 19 december 2005 22:24 schreef Lathund het volgende:
Je doet twee dingen fout:
Ten eerste: 2 - [0,5 x2 + 2/3 x1,5]01 = 2 - [(0,5 - 0) + (2/3 - 0)] = 2 - 5/6 (moet toch zijn = 2 - 7/6?). Je maakt dus een fout met plussen en minnen. Ten tweede: waar haal je die 2 vandaan? Het oppervlakte van het gebied dat je uit wilt rekenen _is_ niets anders dan je integraal! Oftewel: niks twee min een of andere integraal, maar gewoon die integraal en niks anders.
Btw Woutabest: dikke rekenfout van mesorry.
Hoe moet dat allemaal ook alweerquote:Bij een bepaald product is de kans 25% dat het niet goed werkt.
Er wordt een (aselecte) steekproef genomen van 9 stuks.
Bereken de kans dat er precies 4 producten niet goed werken.
Rond (zo nodig) af op 5 decimalen.
okequote:[b]Op [url=http://forum.fok.nl/topic/785794/3/50#33229419]maandag 19
Btw Woutabest: dikke rekenfout van mesorry.
Hmm puntje. Had over die opmerking heengelezen. En die 7/6 klopt ook, zodat je uiteindelijk precies op die 0.833... uitkomt.quote:Op dinsdag 20 december 2005 07:25 schreef _superboer_ het volgende:
[..]
Tuurlijk moet je wel 2 min de integraal doen. Je moet de oppervlakte weten van het stuk tussen y=2, de grafiek en de y-as...
Maar die min was inderdaad dom
Herkenbaar, en ik heb dit jaar eindexamen gedaan, hehequote:Op dinsdag 20 december 2005 19:51 schreef Merkie het volgende:
[..]
Hoe moet dat allemaal ook alweer? Is 2 jaar geleden dat ik het gehad heb, echt geen idee meer hoe dat precies moet.
quote:Op woensdag 21 december 2005 21:41 schreef RvdLinden het volgende:
ik jank ook niet, ik zeg hoe het er voor staat.
voor de rest, je bent een zeikerd
vriendelijk bedankt
Sorry dat je niet tegen de feiten kan.quote:
Het is vast een woord dat gamma's hebben bedacht om intellectueler over te komen dan ze zijn.quote:Op woensdag 21 december 2005 21:52 schreef fallrite het volgende:
[..]Ja wij zijn beta, wij hebben geen verstand van je egodocumenten, zonder te Googlen weet ik niet eens wat het zijn
![]()
quote:Op woensdag 21 december 2005 21:54 schreef thabit het volgende:
[..]
Het is vast een woord dat gamma's hebben bedacht om intellectueler over te komen dan ze wij zijn..
Kijk! De gamma's vallen meteen door de mand!quote:Op woensdag 21 december 2005 22:02 schreef RvdLinden het volgende:
af te lijden
Hehe!quote:Op woensdag 21 december 2005 22:03 schreef thabit het volgende:
[..]
Kijk! De gamma's vallen meteen door de mand!
Voor degenen die een beta profiel hebben welquote:Op woensdag 21 december 2005 22:02 schreef RvdLinden het volgende:
nee helaas, het zijn documenten waaruit gedachten en gevoelens zijn af te lijden van mensen.
4Havo stof, niks speciaals dus!
Er zijn al wel antwoorden gegeven in het Gamma topicquote:Op donderdag 22 december 2005 13:51 schreef Nuna het volgende:
[..]
Voor degenen die een beta profiel hebben welAlleen je krijgt hier sneller een antwoord aangezien dit topic actiever is. Je zult dus nog even geduld moeten hebben of gewoon aan je leraar vragen
heeft iemand een voorbeeld waar bij het bewijs uit het ongerijmde niet deugt? of een verklaring voor het stand punt van intuitionisten..?quote:Reductio ad absurdum (Latijn voor reduceren tot in het absurde), of bewijs uit het ongerijmde, is een bewijsmethode in de logica en de wiskunde. Hierbij wordt aangenomen dat de stelling die bewezen moet worden niet waar is, en wordt daaruit een tegenspraak afgeleid. In de standaardlogica is dit voldoende om te bewijzen dat de stelling waar is. In de wiskundefilosofische school van het intuïtionisme wordt een dergelijk bewijs echter niet geaccepteerd.
Het bewijs uit het ongerijmde gaat er vanuit dat er maar twee mogelijke antwoorden zijn op een wiskundig probleem, namelijk 'waar' of 'onwaar'. Er kan zelfs gesteld worden dat men wiskundige stellingen ziet als zaken die ontdekt moeten worden; stel je voor dat ze ergens al bestaan in een abstract rijk, dat de wiskundigen langzaam verkennen en in kaart brengen.quote:Op vrijdag 23 december 2005 19:26 schreef teletubbies het volgende:
[..]
heeft iemand een voorbeeld waar bij het bewijs uit het ongerijmde niet deugt? of een verklaring voor het stand punt van intuitionisten..?
bijvoorbaat dank
voor het bewijs van deze regel staat er o.a "noem T={e.s: s element uit S}. Ook al suggereert de uitspraak van de stelling dat T een supremum heeft, toch zullen we dit eerst moeten aantonen...etc".quote:rekenregel voor supremum
Voor iedere niet-lege, naar boven begrensde deelverzameling S van R en voor iedere e >0 geldt:
sup{e.s: s element uit S}=e.sup S
nu ken ik twee soorten 'wiskundigen'quote:Op vrijdag 23 december 2005 21:50 schreef AtraBilis het volgende:
Ik vermoed van niet eigenlijk; ik vind het meer iets voor wijsbegeerte van de wiskunde. Wellicht dat je bij een logicavak er wat over vermeld krijgt, maar voor de toegepaste en technische wiskunde is dit niet direct van nutte. Brouwer heeft geprobeerd ook een constructionistische analyse te maken, maar dit heeft verstrekkende gevolgen.
Het concept van oneindig wordt herzien, er is alleen nog een potentiële oneindigheid (jij noemt een getal, ik kan altijd nog een groter getal noemen), Reële getallen worden vervelend, daar gaat het ook om willekeurige nauwkeurige benadering, b.v. wortel twee, dat loopt oneindig ver door. Allemaal naar. Veel wiskundigen hebben toch het gevoel dat je te veel weggooid door constructionistisch bezig te gaan, en wat het precies oplevert? De wiskunde op haar oude manier werkt ook nog wel.
Desondanks zijn die grenzen van de wiskunde wel fascinerend (vind ik). Zo heb je ook getallen die je wel kunt definiëren, maar niet kunt berekenen. Bijvoorbeeld Chaitins constante. Eigenschappen van het getal, zoals dat het normaal is, kun je dan wel weer bewijzen, maar het uitrekenen, gewoon uitschrijven, willekeurig ver, dat kan niet.
Ik dwaal wat af: Voor praktische logica en wiskunde spelen deze zaken geen directe rol. Daar redt de wiskunde zich nog wel.
quote:Op zondag 25 december 2005 18:34 schreef Knakker het volgende:
Ik studeer Econometrie, afstudeerrichting Operations Research. Ben op dit moment bezig met mijn afstudeeronderzoek en heb daarvoor een drietal heuristieken ontwikkeld, reeds geimplementeerd in C++ en geevalueerd.
Het probleem is dat ik precies weet hoe deze in elkaar steken maar niet weet hoe ik dit correct in wiskundige notatie neer moet zetten (ten behoeve van mijn scriptie). Gezien het aantal theoretische wiskunde colleges dat ik gehad én gehaald heb is dat behoorlijk schandalig, maar ik vrees dat ik er zonder hulp kom niet uit kom.
Eén van de heuristieken is een modificatie op een andere heuristiek genaamd GKS, Greedy Karp-Steele Patching. GKS is een heuristiek voor het handelsreizigersprobleem (TSP) - het vinden van de kortste hamiltonian cycle die alle vertices van de graaf omvat (NP-hard). GKS lost eerst het assignment probleem (AP) op; het AP is het probleem van het vinden van een minimal bipartite matching (niet NP-hard). Beschouw je deze oplossing in de TSP-context, dan heb je een onbestemd aantal hamiltonian cycles; zie bijvoorbeeld onderstaand plaatje:
Deze individuele cycles kun je door hulp van een "patching operation" aan elkaar plakken: als je namelijk uit cycle 1 arc (p,q) en uit cycle 2 arc (r,s) verwijderd en vervolgens arcs (p,s) en (r,q) aan de oplossing toevoegd, worden cycle 1 en cycle 2 tot één gemaakt. GKS bekijkt iteratief alle mogelijke patching operations en voert steeds de goedkoopste uit, totdat alle cycles tot één verworden zijn.
Op dit moment heb ik het zó staan, en ja ik weet dat enkele dingen (wiskundige) onzin zijnOh ja, er staat ook nog een typfoutje in stap 2 maar heb geen zin om het gif-je te veranderen
TeX versie: klik hier
CM is de kostenmatrix; CM(i,j) zijn de kosten voor het 'gaan' van vertex i naar vertex j. PC bevat de patchingcosts gerelateerd aan het verwijderen van twee arcs (p,q) en (r,s), en LPC(i,j) is een 'pointer' naar de index van PC (en dus twee arcs) die voor cycles i en j de goedkoopste patching operation oplevert. Bij stap 6 worden de kosten van alle mogelijke patching operations met betrekking de twee nieuwe arcs (p,s) en (r,q) berekend en opgeslagen.
Mijn implementatie is uitgebreider en vele malen efficienter dan hierboven staat, maar dat maakt het voor buitenstaanders alleen maar onbegrijpelijker en als dit eenmaal goed genoteerd is kan ik daaruit de rest wel afleiden.
Alvast bedankt! Suggesties met betrekking tot de leesbaarheid zijn uiteraard net zo hard welkom!
Ik heb een aantal opmerkingenquote:Op zondag 25 december 2005 18:34 schreef Knakker het volgende:
verhaaltje over greedy Karp-Steele patching
Nou, het licht iets genuanceerder. De logica van beide wiskundigen werkt in beide gevallen met waar en onwaar. Er is geen derde waarde 'onbeslisbaar'. Dus, bij een stelling als p \/ q kun je niet zeggen: "Stel dat p onbeslisbaar is". Dat kan wel, maar dan hebben we het over een beslisbaarheidslogica of zo, en niet over de standaard propositielogica.quote:Op zondag 25 december 2005 18:35 schreef teletubbies het volgende:
[..]
nu ken ik twee soorten 'wiskundigen'
mensen die werken met 0 en 1 : waar of onwaar
en mensen die werken met waar, onwaar en onbeslisbaar..
zijn er meer soorten?
Het supremum is de kleinste bovengrens. Je zult dus moeten aan tonen dat e.sup S inderdaad een bovengrens is en dat er bovendien geen kleinere bovengrens kan bestaan. Dat is niet zo moeilijk, maar je moet het wel doenquote:Op zondag 25 december 2005 18:31 schreef teletubbies het volgende:
hee!
hier een vraagje over (boven/onder) begrensde deelverzamelingen van R.
[..]
voor het bewijs van deze regel staat er o.a "noem T={e.s: s element uit S}. Ook al suggereert de uitspraak van de stelling dat T een supremum heeft, toch zullen we dit eerst moeten aantonen...etc".
ik vraag me af, waarom wordt er niet aangenomen dat T een supremum heeft?als supT niet bestond, zou de rekenregel toch niet kloppen....
alvast bedankt
Hangt ervan af of ze logica doceren op de betreffende universiteit.quote:Op vrijdag 23 december 2005 21:24 schreef teletubbies het volgende:
heel goed uitgelegd! bedankt voor de moeite..
als je wiskunde gaat studeren, krijg je ook een vak of een paar colleges over dezet wee wiskunde-scholen?
zeer indrukwekkend..
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |