Vervolg
Daniël 8
Daniël 8 is een extreem belangrijk hoofdstuk voor de Christelijke wereld, omdat het, net als Daniël 7, over wat doorgaans de 'antichrist' wordt genoemd gaat. Dus vooral alle Christenen die lezen, let op.
Dit wordt een wat technisch stukje, maar is dus essentieel.
In het vorige deel werd de droom van Daniël 7 besproken, en hoe uit een opeenvolging van wereldrijken, met als vierde rijk het Romeinse Rijk, een 'klein koninkrijk' zou opstaan met de specifieke eigenschap dat het grote woorden tegen God spreekt, Gods tijden en wetten probeert te veranderen en Gods kinderen vervolgt. We zagen dat er maar één klein koninkrijkje aan deze omschrijving kan voldoen, en dat is de Roomse stadsstaat, het Vaticaan, de Rooms Katholieke kerk, een politieke en ogenschijnlijk Christelijke voortzetting van het Westerse Romeinse rijk.
Daniël 8 bevat opnieuw een visioen van sommige van deze wereldrijken met nieuwe elementen en details.
Dit is het visioen:
3Ik sloeg mijn ogen op, en ik zag, en zie, er stond een ram voor het kanaal. Hij had twee hoorns. Die twee hoorns waren hoog, maar de ene was hoger dan de andere, en de hoogste kwam het laatst tevoorschijn.
Net als de twee armen van Daniël 2 en de beer die met één schouder hoger is dan de andere van Daniël 7, hebben we hier een entiteit met 2 elementen, ongelijk in verhouding. Dit keer worden ze gesymboliseerd door 'hoorns', waarvan we weten dat ze koningen voorstellen. We hebben hier dus een koninkrijk uit twee delen, het ene krachtiger dan het andere, en het wordt dit keer gesymboliseerd door een ram, een dier wat in de Joodse tempel als offerdier werd gebruikt. Dit is opnieuw een symbool voor de Meden en Perzen met Cyrus de Grote aan het hoofd, degene die het Joodse volk van de Babylonische ballingschap zou bevrijden.
4Ik zag dat de ram met de hoorns naar het westen stootte, naar het noorden en naar het zuiden. Geen enkel dier kon tegen hem standhouden, en er was niemand die uit zijn macht kon redden. Hij deed naar eigen goeddunken en maakte zich groot.
Oftewel: het rijk der Meden en Perzen groeide uit tot een machtig wereldrijk, zoals de geschiedenis ook heeft laten zien.
5Ík bleef opletten – en zie, er kwam een geitenbok aan, vanuit het westen, over heel het aardoppervlak, zonder de aarde aan te raken. De bok had tussen zijn ogen een opvallende hoorn.
Een nieuw dier, of wereldrijk, doet zijn intrede, dit keer gesymboliseerd door een geitenbok. Ook de geitenbok werd in de Joodse tempeldienst gebruikt, maar dan in de vorm van Azazel, de zondebok. Dit wereldrijk heeft één opvallende hoorn, oftewel een opvallende koning. Het verspreidt zich 'zonder de aarde aan te raken', lijkt dus te vliegen.
6Hij kwam tot bij de ram met de twee hoorns, die ik had zien staan voor het kanaal, en schoot met zijn grimmige kracht op hem af.
7Ik zag hoe hij, vlak bij de ram gekomen, zich tegen hem verbitterde, de ram een stoot gaf en zijn beide hoorns brak. In de ram was geen kracht om tegen hem stand te houden. De bok wierp hem tegen de grond en vertrapte hem, en er was niemand die de ram uit zijn macht kon redden.
Als in Daniël 2 de buik en heupen van brons en in Daniël 7 de vierkoppige luipaard met vleugels symbolen waren voor het Griekse rijk onder Alexander de Grote, zou deze vliegende geitenbok logischerwijs hetzelfde moeten voorstellen.
8De geitenbok maakte zich uitermate groot. Maar toen hij machtig geworden was, brak de grote hoorn af en in plaats daarvan kwamen er vier opvallende op, overeenkomstig de vier windstreken van de hemel.
Dus de eerste koning van dit wereldrijk 'maakte zich uitermate groot' en breidde dit rijk dus enorm uit, maar daarna komt hij ten val en wordt hij vervangen door vier anderen. Dit komt overeen met de vier koppen van het derde dier in Daniël 7, symbolen voor de vier rijken waarin het rijk van Alexander de Grote uiteenviel nadat hij was gestorven.
Laten we voordat we verder gaan eerst buiten alle twijfel om bewijzen dat deze verzen inderdaad over de Meden en Perzen en het Griekse rijk gaan. Dat lezen we vanaf vers 20:
20De ram met de twee hoorns die u gezien hebt, dat zijn de koningen van Medië en Perzië.
21En de harige geitenbok is de koning van Griekenland, en de grote hoorn die tussen zijn ogen zat, dat is de eerste koning.
22En dat die afbrak en er vier voor in de plaats kwamen: vier koninkrijken zullen uit dat volk ontstaan, maar zonder de kracht ervan.
Ik hoop dat met dit kleine stukje tekst onmiddellijk duidelijk is dat aantijgingen dat bijbelprofeties in dezelfde taal zijn geschreven als wat een Nostradamus heeft neergepend, klinkklare onzin zijn. Je kunt niet zomaar in deze symbolische taal lezen wat je wilt, want vaak geeft de bijbel zelf de uitleg. Waar de bijbel dat niet onmiddellijk doet, is het vaak slechts een kwestie van puzzelen en goed zoeken om de juiste interpretatie te vinden.
Dat puzzelen is noodzakelijk als we alles vanaf vers 8 juist willen begrijpen, wat het gros van de Christelijke wereld helaas niet doet op basis van een taalkundige fout, die we hieronder gaan behandelen.
Na deze vier koninkrijken staat opnieuw een 'kleine hoorn' op, oftewel een klein koninkrijk:
8De geitenbok maakte zich uitermate groot. Maar toen hij machtig geworden was, brak de grote hoorn af en in plaats daarvan kwamen er vier opvallende op, overeenkomstig de vier windstreken van de hemel.
9Uit één ervan kwam een kleine hoorn tevoorschijn, die uitzonderlijk groot werd, naar het zuiden toe, naar het oosten toe en naar het Sieraadland toe.
10Hij werd groot, tot aan het leger van de hemel. Van dat leger, namelijk van de sterren, liet hij er sommige ter aarde vallen en vertrapte ze.
11Hij maakte zich groot tot aan de Vorst van dat leger. Het steeds terugkerende offer werd aan Deze ontnomen en Zijn heilige woning neergeworpen.
12En het leger werd overgegeven vanwege de afvalligheid tegen het steeds terugkerende offer, en hij wierp de waarheid ter aarde. Hij deed het en het gelukte.
Dus opnieuw een 'kleine' hoorn met de godslasterlijke eigenschappen als in Daniel 7, plus extra details.
Een groot deel van de Christelijke wereld zegt dat deze 'kleine hoorn' verwijst naar een Griekse koning, Antiochus Epiphanus, die onder andere een varken in de Joodse tempel zou hebben geofferd, zichzelf tot god hebben verklaard, en meer ongure dingen zou hebben gedaan, waardoor hij zou kwalificeren als 'de antichrist'. En dat zou dus betekenen dat die antichrist allang weg is, en we ons er vandaag de dag niet meer druk over hoeven te maken.
Dit kan echter geheel niet, of niet geheel, kloppen. In het beste geval is Antiochus Epiphanus slechts een schaduw van de daadwerkelijke antichristus die nog zou komen, en in het ergste geval wordt er totaal niet naar hem verwezen in de profeties en al helemaal niet als antichristus.
We lazen namelijk in Daniël 7 dat de 'kleine hoorn' uit het vierde koninkrijk zou opstaan, terwijl het Griekse rijk het derde koninkrijk was.
Deze kleine hoorn zou worden verslagen door God zelf bij het gerecht, gesymboliseerd door de steen die op de voeten van het beeld inslaat. De voeten van het beeld komen eveneens overeen met de 'kleine hoorn' van het vierde dier, dat daarvoor tien andere hoorns had, zoals de tien tenen.
Als de kleine hoorn uit Griekenland zou zijn opgestaan en toen al zijn vernietigd, zou die steen op de heupen van het standbeeld hebben ingeslagen, en zou de kleine hoorn uit het derde dier moeten zijn opgestaan. Dat is niet zo. De kleine hoorn komt uit de voeten van het beeld, uit het vierde dier, uit Rome.
Maar hoe zit het dan met deze twee verzen, de bron van alle verwarring?
8De geitenbok maakte zich uitermate groot. Maar toen hij machtig geworden was, brak de grote hoorn af en in plaats daarvan kwamen er vier opvallende op, overeenkomstig de vier windstreken van de hemel.
9Uit één ervan kwam een kleine hoorn tevoorschijn, die uitzonderlijk groot werd, naar het zuiden toe, naar het oosten toe en naar het Sieraadland toe.
Hier lijkt het alsof de 'kleine hoorn' uit 'een van de vier opvallende hoorns' komt.
Dan zou de kleine hoorn dus inderdaad uit het Griekse rijk moeten zijn gekomen en Grieks zijn.
Maar de tekst zegt dit niet. De tekst zegt dat de kleine hoorn uit een van de vier windstreken van de hemel komt.
Om dit zeker te kunnen weten, moeten we teruggaan naar het Hebreeuws, waarbij woorden een geslacht hebben en getal en geslacht met elkaar moeten congrueren.
Hoorn = vrouwelijk
Windstreek = vrouwelijk
Hemelen (dit woord is altijd meervoud in het Hebreeuws, dus niet hemel) = mannelijk en meervoud.
Eén = vrouwelijk en enkelvoud
Ervan = mannelijk en meervoud
De zin is dan dus:
... brak de grote hoorn (v) af en in plaats daarvan kwamen er vier opvallende (v) op, overeenkomstig de vier windstreken (v) van de hemel (m meerv).
9[b]Uit één (v enk) ervan (m meerv) kwam een kleine hoorn tevoorschijn ...
Aangezien getal en geslacht overeen moeten komen, kan het mannelijke meervoud 'uit één ervan' niet verwijzen naar 'uit één van de hoorns', aangezien 'hoorns' vrouwelijk meervoud is, en 'ervan' mannelijk meervoud.
Het alleen verwijzen naar het mannelijke meervoud 'hemelen'.
Het vrouwelijke 'één' kan dan verwijzen naar 'hoorns' of naar 'windstreken', beide vrouwelijk.
Maar hoorns komen niet voort uit hemelen, windstreken komen uit hemelen.
Dus op basis van grammatica kan er maar één conclusie worden getrokken: de kleine hoorn kwam uit één de vier windstreken, en niet uit één van de vier hoorns, en dus niet uit één van de vier koninkrijken waarin het Griekse rijk van Alexander de Grote uiteenviel.
En dit klopt ook, aangezien de kleine hoorn, Rome, ten opzichte van het Griekse rijk vanuit het westen kwam.
Het heidense Romeinse rijk is hier niet gedetailleerd als een afzonderlijk dier of afzonderlijk koninkrijk, maar lijkt hier simpelweg opgenomen te zijn in de kleine hoorn. Maar dit is de enige interpretatie die zowel taalkundig als contextueel kan kloppen.
Daniël 8 leert ons dus niet dat de antichrist een Griekse koning van voor de tijd van Christus was, maar net als in Daniël 7 uit Rome komt. En daarmee is aangetoond dat zo'n beetje de halve Christelijke wereld in een dwaalleer gelooft wat betreft dit onderwerp, omdat men het verzaakt om goed naar de brontekst te kijken.
Deze teksten zouden lang voordat het Griekse rijk opkwam zijn geschreven.
Later meer.
[ Bericht 0% gewijzigd door Ali_Kannibali op 16-04-2024 19:02:50 ]