„Geen sprake van censuur in schoolboeken door reformatorisch onderwijs”Uitgevers van schoolboeken „censureren” lesmethodes voor het basisonderwijs „onder druk van reformatorische scholen”, schrijft NRC zaterdag. Volgens Piet Murre, lector bij Driestar educatief, nemen uitgevers de wensen vanuit het christelijk onderwijs zeker niet standaard over.
De vier grootste makers van lesboeken in Nederland zouden onderwerpen of afbeeldingen weglaten als die gevoelig liggen in reformatorische hoek. Dit komt vooral voor in het basisonderwijs. Zo zouden kermis, hekserij, tatoeages, bikini’s, vrouwelijke predikanten, regenbooggezinnen en de evolutieleer verboden onderwerpen zijn. Door de ingrepen in leermiddelen krijgen kinderen een „verarmd en vertekend beeld” van de realiteit, stellen acht schrijvers en tekenaars van onderwijsmateriaal in de krant.
De uitgeverijen laten aan NRC weten zich niet te herkennen in het geschetste beeld. „We houden rekening met gevoeligheden in de maatschappij”, stellen ze. Ook Piet Murre, lector schoolvakken en didactiek bij Driestar educatief, verbaast zich over het artikel. Murre, betrokken bij de ontwikkeling van lesmethodes, gelooft niet dat uitgevers standaard gevoelige thema’s buiten de boeken houden.
Klopt het dat het reformatorisch onderwijs dit soort eisen stelt aan uitgevers?
„Ik weet dat scholen soms overleggen met seculiere uitgevers. Die doen dat ook met andere doelgroepen. Daarbij kunnen bezwaren tegen uitingen in methodes op tafel komen, omdat ze geen zaken willen promoten die tegen de Bijbel ingaan. Daarin zijn ze niet de enige. Ook islamitische en sommige seculiere scholen pleiten voor niet te veel bloot en fatsoenlijk taalgebruik. En volgens mij heeft het weren van scheldwoorden en vloeken vooral te maken met algemene omgangs- en fatsoensregels.”
Luisteren uitgevers naar de wensen vanuit het reformatorisch onderwijs?
„Soms wordt er rekening mee gehouden met gevoelige thema’s. In de richtlijnen zie je terug dat uitgevers gehoor geven aan de wensen van reformatorische scholen, maar in hun methodes belanden toch best wat dingen die daar juist tegenin gaan. Je komt bijvoorbeeld plaatjes tegen van een gezin met twee vaders of twee moeders.”
In NRC wordt gesproken over censuur.
„Ik heb helemaal niet het idee dat daarvan sprake is. Ook dat leerlingen stelselmatig informatie wordt onthouden, zoals een hoogleraar pedagogiek stelt, vind ik een boude claim.
Neem de evolutietheorie. Die kom je in seculiere methodes tegen als vaststaand feit. Maar daar gaat het christelijk onderwijs echt niet stilzwijgend aan voorbij. Ik denk zelfs dat dit onderwerp zelfs meer aandacht krijgt op reformatorische, evangelische en behoudende protestants-christelijke scholen dan in de rest van Nederland. Er wordt uitgebreid behandeld wat de theorie precies inhoudt, welke onderbouwing ervoor is en hoe zich dat verhoudt tot de Bijbel.
Dino’s zouden niet afgebeeld mogen worden, maar ik ken geen scholen die het bestaan van dinosaurussen ontkennen. Scholen hebben er wel moeite mee als in een boek staat dat dino’s miljoenen jaren geleden zijn uitgestorven. Het gaat dus over het verhaal eromheen.”
Auteurs en illustratoren stellen dat leerlingen door de aanpassingen een „vertekend en verarmd beeld” meekrijgen. Wat vindt u van dat verwijt?
„Zwaar overtrokken. Ik geloof gewoon niet dat scholieren systematisch en stelselmatig informatie wordt onthouden. Het is eerder andersom: als je veel plaatjes plaatst van allerlei nieuwe samenlevingsvormen, terwijl die procentueel minder voorkomen, schets je ook een onwaarachtig beeld van de werkelijkheid.
Veel seculiere lesmethodes zijn ik-gericht. Verdriet en ziektes komen weinig voor. Veel materiaal is ook eenzijdig. Mensen zijn braaf, gezinnen komen uit de middenklasse en in de zomer gaat iedereen op vakantie. Heel rolbevestigend. Bij vreemde talen leren leerlingen soms wel hoe ze moeten klagen over hun hotelkamer, maar niet hoe je woorden van troost spreekt bij ziekte of overlijden.”
Denkt u dat het noodzakelijker wordt dat christelijke scholen meer eigen methodes gaan ontwikkelen, zodat ze minder afhankelijk zijn van seculiere uitgevers?
„Methodes zijn belangrijk, omdat ze hulpmiddelen vormen voor het behalen van landelijk vastgestelde einddoelen. Maar het is uiteindelijk de leraar die de les maakt. Een methode is niet allesbepalend. Het liefst zou ik zien dat docenten steeds bekwamer worden om met alle bronnen –van welke oorsprong ook– te werken. Tegelijk is eigen materiaal soms van belang voor bijvoorbeeld onderwijs over seksualiteit en voortplanting.
Afhankelijk van het vak en de leeftijdsgroep kunnen scholen veel algemene methodes gewoon gebruiken. Een docent moet kinderen leren zich een mening te vormen. En dat kan niet alleen met rolbevestigende informatie. Het lijkt me verkeerd als er in een methode nooit iets naar voren komt over verschillende samenlevingsvormen of de evolutietheorie. Dat is nu eenmaal de wereld waar onze kinderen in zitten. Mijn indruk is echter dat er juist op christelijke scholen een kritische dialoog wordt gevoerd over thema’s waar het schuurt met de mainstream opvattingen in Nederland.”
Ministerie: Geen gesprekken over inhoud schoolboekenHet ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is niet van plan om gesprekken te organiseren over de inhoud van schoolboeken. Twee deskundigen pleitten zaterdag in NRC voor bijeenkomsten om de kwaliteit van lesboeken en andere leermiddelen te bespreken. Het ministerie vindt dat scholen en uitgevers hierover gaan.
NRC meldde zaterdag dat de vier grootste educatieve uitgevers van Nederland bewust bepaalde woorden, afbeeldingen en ideeën uit boeken voor het basisonderwijs weren. Dat gebeurt vooral om te voorkomen dat reformatorische scholen dat graag willen. Uitgevers mijden bijvoorbeeld tatoeages, echtscheidingen, toveren, scheldwoorden en de evolutietheorie, komt naar voren uit het onderzoek.
Onderwijskundige Arno Reints zegt in het NRC-artikel dat er een brede discussie gevoerd zou moeten worden over de kwaliteit van schoolboeken, en dat ook dit soort kwesties daar aan bod kunnen komen. Hoogleraar Paul Leseman onderschrijft dat in de krant, en suggereert dat het ministerie zoiets zou kunnen opzetten. Het ministerie ziet daar „vooralsnog geen aanleiding” toe.
„Gezien de grondwettelijke vrijheid past het de overheid niet om uitgeverijen voor te schrijven aan welke voorwaarden hun leermiddelen moeten voldoen, of om voor scholen te bepalen welke leermiddelen zij moeten gebruiken”, laat het ministerie naar aanleiding van de publicatie weten. Het ministerie wijst er wel op dat er wettelijke eisen zijn waar de scholen zich aan moeten houden. Ook zaken die in bepaalde kringen gevoelig liggen, zoals seksualiteit en de evolutietheorie, moeten onderwezen worden. Hier ziet de inspectie op toe.
Zilverlingen
GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld heeft mondelinge vragen aangemeld over de kwestie, laat ze op Twitter weten. D66-Kamerlid Paul van Meenen roept uitgevers via het medium op: „Sla die zilverlingen voor censuur af.”
ChristenUnie-voorman Gert-Jan Segers laat een ander geluid horen: „Veel liberalen zijn nu vooral voor de vrijheid om te zijn zoals ze zelf zijn. Alles wat afwijkt, moet verboden worden. Beklemmend”, vindt hij.
Omdat het zondag is het bronartikel op archive.org:
https://web.archive.org/w(...)rmatorisch-onderwijsMorgen weer te lezen op
het RD...