Etappe 19: Saint-Jean-de-Maurienne - La Toussuire, 138 kmTwee dagen in de Alpen gehad en twee keer ging de rit naar een vluchter. Tijdens de 18e rit kon Bardet de Fransen eindelijk weer eens een overwining bezorgen. Na de overwinning van Vuillermoz op Mûr de Bretagne pas de tweede overwinning voor Frankrijk. Weer een rit met een grote kopgroep, weer bijna 30 man. Het ging weer heel hard en het was zwaar. Toch zorgt het niet echt voor de spannendste koers ooit. Alle spanning en sensatie zit voor het moment de dat de uitzending begint. Als we eenmaal beelden krijgen is het allemaal niet zo spannend meer. Voor het klassement gebeurde er weer niet veel. Er waren wel wat aanvalletjes, maar telkens blijkt Sky te sterk. Of andere ploegen gaan het werk voor Sky opknappen, dat is helemaal vervelend. We hebben nog twee ritten in de Alpen en dit zullen nog zwaardere ritten zijn. Iedereen schijnt al moe te zijn, maar dat gaat niet beter worden van deze en de volgende rit. Het zullen korte ritten zijn, maar wel met veel beklimmingen. Tijdens deze rit krijgen de renners te maken met vier zware beklimmingen, in maar 138 kilometer. Zo'n beetje de helft van de rit zal het omhoog lopen. Normaal spektakel gegarandeerd, vooral vanwege de korte lengte, maar het blijft natuurlijk wel de Tour. Kan ook helemaal niets worden.
![Vf8fHQw.png]()
![PROFIL.png]()
De start is in Saint-Jean-de-Maurienne, de plaats waar Romain Bardet in zijn handjes klapte, blij blij blij. Daarna de handjes op zijn bolletje, allebei. Het is nog steeds een best nietszeggend dorpje, in de Savoie. We zitten in het land van de Maurienne, volgens het roadbook is dit het grootse fietsgebied van de wereld. Lijkt me nogal stug, maar we noteren het toch maar. Ze hebben hier een overeenkomst gesloten met de Franse wielerbond, alle trainingskampen van de Franse nationale teams zijn in dit gebied. Op zich niet slecht bedacht, je kan hier in de buurt nogal wat bergen beklimmen en ook een beetje vlammen door de vallei is er zeker bij. Dat gaan we wel zien tijdens deze etappe. De renners starten in de buurt van de finishplek van de vorige etappe. Een straatje verderop, ergens langs een lelijke flat. Het begin van de etappe zal de renners misschien wel bekend voorkomen, ze rijden geneutraliseerd naar Hermillon. Daar gaat de koers beginnen en mogen de renners omhoog waar ze een dag eerder nog naar beneden gingen. Ze gaan op weg naar Montvernier, maar slaan nu wel die mooie klim over. Zoals ze nu fietsen zullen ze 'm waarschijnlijk wel zien liggen.
![3753711907_c387f2ca48_o.jpg]()
Direct na de start loopt het omhoog. De weg die ze gisteren mochten afdalen moet nu beklommen worden. Tot Montvernier is het parcours dus hetzelfde als tijdens de vorige rit, alleen dan andersom. Na Montvernier slaan de renners niet linksaf naar het haarspeldbochtenorgasme, maar gaan ze rechts richting de Col du Chaussy. Een beklimming van de eerste categorie die 15,4 kilometer lang is en 6,3% gemiddeld. Deze klim begint officieel meteen na de start, het zal weer een slopend begin zijn. Het gaat meteen aan 6% omhoog, daarna een kilometer afdaling en vanaf dat moment wordt het best lastig. Af en toe nog een kilometer aan 6%, maar toch ook drie kilometer dik boven de 8%. Een lastige klim, gelukkig volgt er voor de renners een lange afdaling en een flink stuk door de vallei. Toch zal hier al veel schade aangericht worden, niet iedereen zal in staat zijn om terug te keren, behalve als er rustig wordt gereden in het peloton. Over de klim zelf is niet veel te vinden, maar de weg schijnt hier vrij smal te zijn. Ook best een bochtige klim, toch nog een flink aantal haarspeldbochten. Het uitzicht is behoorlijk, de renners fietsen een tijdje vlak langs een rotswand. Een goed uitzicht over de vallei van de Maurienne, Montvernier en nog een aantal andere dorpje die gepasseerd worden.
![PROFILCOLSCOTES_3.png]()
![6419965387_eaa90d447f_b.jpg]()
Op de top van de Chaussy hebben de renners pas 15,5 kilometer gehad. Een lange afdaling volgt, over een smalle weg. Het is ook best een bochtige afdaling, die alleen nog maar bochtiger wordt. Na 6,5 kilometer dalen komen de renners door het gehucht Montaimont en iets voorbij dit gehucht krijgen de coureurs in een redelijk korte tijd met een stuk of 14 haarspeldbochten te maken. Lijkt net de Lacets de Montvernier, maar dan anders. Na 10 kilometer dalen komen de renners op een veel bredere weg terecht, hier wordt de afdaling een stuk makkelijker. Alsnog wel veel haarspeldbochten, maar met een brede weg is dat toch minder interessant. Na 30 kilometer komen de renners beneden in La Chambre. Als je in La Chambre rechts gaat zou je kunnen beginnnen aan de Col de la Madeleine. Deze ellende blijft de renners bespaard, ze mogen in de vallei blijven. Ze krijgen 30 vlakke kilometers door de vallei, eindelijk een momentje van rust. Na 42 kilometer wordt Épierre gepasseerd, waar de tussensprint is. Ergens buiten dit dorpje staat een kasteelruïne verstopt.
![1280px-Epierre_-_2013-07-25_-_IMG_0007.jpg]()
Als de tussensprint is geweest steken de renners de rivier L'Arc over en gaan ze aan de andere kant van die rivier door de vallei rijden. Dit blijven ze nog een kleine 20 kilometer doen, tot ze weer door een plaats komen die ook gisteren werd gepasseerd. Na 58 kilometer rijden ze door Saint-Étienne-de-Cunes en hier begint de tweede beklimming van de dag. Gisteren mochten de renners nog afdalen over deze weg, nu moeten ze omhoog. Ze gaan nu via de andere kant de Col du Glandon beklimmen. Van deze kant begint de klim best regelmatig, zes kilometer aan 7%. Daarna twee zwaardere kilometers aan 8 en 9%, om vervolgens even wat af te zwakken. Na het passeren van Saint-Colomban-des-Villards is er even een tussenstuk, drie kilometer waar het wat vlakker is, procentje of 3 nog maar. Daarna wordt de klim ineens steil, drie kilometer achter elkaar rond de 10%, daarna twee kilometer aan 7% om weer richting de 10% te kruipen. Na 19 kilometer klimmen komen de renners boven op de Glandon. Als ze hierboven rechtsaf gaan komen ze op de weg terecht die ze gisteren hebben beklommen. We gaan nu naar links, nog even drie kilometer verder klimmen richting Croix de Fer. Deze laatste kilometers zijn ook nog best vervelend, maar minder zwaar dan het laatste stuk van de Glandon. In totaal is de beklimming van de Col de la Croix de Fer, een klim van buitencategorie, 22,4 kilometer lang en 6,9% gemiddeld. Een ontzettend lange klim die je ook gewoon heel zwaar mag noemen. Hopelijk gaat er hier een keer echt iets gebeuren.
![PROFILCOLSCOTES_2.png]()
![88504673_o.jpg]()
De col van het ijzeren kruijs is al best vaak voorgekomen in de Tour, dit wordt de 17e passage. De laatste beklimming van deze col was in 2012, de wisselvallige Zweed Fredrik Kessiakoff kwam toen als eerste boven. In het verleden zijn hier best veel bekende renners als eerste boven gekomen. In 2006 kwam die debiel van een Rasmussen als eerste boven, hij was weer eens op weg om een rit te winnen. Daar komen we later op terug. Andere renners die op deze berg de beste waren zijn onder andere Bernard Hinault, Gert-Jan Theunisse, Fausto Coppi en Gino Bartali. Prima rijtje toch wel. Op de top hebben de renners 83 kilometer gehad en is het nog maar 55 kilometer tot de finish. In die 55 kilometer krijgen ze nog twee klimmen, maar voor ze daar gaan komen moet er eerst afgedaald worden. De afdaling van de Col de la Croix de Fer begint meteen met een aantal haarspeldbochten. De weg is niet al te breed en op sommige stukken is het wegdek niet echt goed te noemen. Voordeel van deze afdaling is dat het in het begin nogal overzichtelijk is. Je ziet iedere bocht ruim op tijd aankomen, het eerste deel van de afdaling mag geen problemen opleveren. Daarna passeren de renners een dorpje, Saint-Sorlin-d'Arves, waar het allemaal wat minder overzichtelijk is. Paar gemene bochten daar. Na het passeren van dit dorpje is de afdaling niet echt lastig meer, het gaat dan ook een stuk minder steil naar beneden dan in het begin. Als de renners 14 kilometer naar beneden hebben gefietst komen ze uit in Belleville, waar de volgende klim van de dag gaat beginnen.
![SetRatioSize900900-eigen-foto-8.jpg]()
Na 97 kilometer koers beginnen de coureurs aan de Col du Mollard. Dit is de kortste en makkelijkste klim van de dag, de klim is maar 5,7 kilometer lang en 6,8% gemiddeld. Het is een onregelmatige klim, over een redelijk smal en slecht weggetje. De klim begint vrij steil, aan 9%, maar zwakt al snel af naar 7% en daarna 6%. Halverwege de klim zit er een halve kilometer waar het bijna vlak is, na die halve kilometer wordt het al snel weer wat steiler. Het blijft een beetje schommelen tussen 6 en 8%, met een flinke uitschieter naar 10% in de laatste kilometer van de klim. Richting de top in het dorpje Le Mollard zwakt de klim af. Deze beklimming van de tweede categorie wordt voor de derde keer aangedaan in de Tour. De col debuteerde in 2006, toen het in de rit naar La Toussuire werd opgenomen. Die rit lijkt heel erg op deze rit. Michael Rasmussen kwam in 2006 als eerste boven in Le Mollard. De tweede keer dat de klim in de Tour voorkwam was in 2012, wederom in een rit die zou eindigen op La Toussuire. Pierre Rolland kwam toen als eerste boven. Ook die rit lijkt nogal op de rit die we nu gaan krijgen. Die ritten in 2006 en 2012 zou je eigenlijk zelfs zwaarder kunnen noemen, voorafgaand aan het trio Croix de Fer, Col du Mollard en La Toussuire in 2006 de Galibier en in 2012 de Madeleine. Toch net even wat zwaarder dan de Chaussy, hoewel dat ook geen misselijke klim is.
![y770au9yoswkoc88wccg8kk-col_du_mollard_pont_de_belleville_profile.gif]()
![W7pUqkw.png]()
Op de top van de Mollard hebben de renners 103 kilometer afgelegd en is het nog 35 kilometer tot de finish. De laatste 18 kilometer gaat het omhoog, in de tussentijd gaan de renners afdalen. Een afdaling van 17 kilometer, met heel wat bochten. In het begin van de afdaling vooral wat korte bochten, maar na 7 kilometer afdaling komen de renners door Collet d'en Bas en daarna krijgen ze meer dan 10 haarspeldbochten voor hun kiezen. De weg is wat breder dan tijdens de klim, maar door al die bochten wordt de afdaling nooit echt heel erg makkelijk. Er zitten ook een aantal steile stroken in deze afdaling, toch wat stukken aan 9% naar beneden. Na 11 kilometer afdalen komen de renners door Gévoudaz en hier is het gedeelte met de haarspeldbochten gedaan. Het daalt nog een paar kilometer verder, maar dan wel volledig rechtdoor. Na 119 kilometer komen de renners uit in Saint-Jean-de-Maurienne, de startplaats van vandaag. Voor de renners met slechte benen wellicht een goed idee om überhaupt niet te vertrekken en gewoon te wachten tot de rest van het peloton weer terug is. Kunnen ze daarna op het gemakje naar La Toussuire fietsen. Goed idee, niks meer aan doen.
![RygA9wz.png]()
Als de renners net in Saint-Jean-de-Maurienne zijn slaan ze linksaf en begint de klim naar La Toussuire meteen. De slotklim van vandaag is 18 kilometer lang en gemiddeld 6,1%. Qua percentages niet de zwaarste klim van de dag, maar alsnog een behoorlijk zware col. De beklimming van de eerste categorie start met een kilometer aan 8,5%, dat is meteen heel steil. De kilometer daarna is nog even wat steiler, 9%. Daarna wordt de klim even wat eenvoudiger, een paar kilometer tussen de 6 en 7%. Dit blijft zo tot de tiende kilometer van de klim, rond die tijd wordt het dorpje Villarembert gepasseerd en hier wordt het zowaar even vlak. Na dit vlakke intermezzo krijgen de coureurs te maken met een kilometer aan 8,5, de laatste echt lastige kilometer van de klim. Nog zes kilometer tot de streep en echt steil zal het niet meer worden. Tot drie kilometer van de streep stijgt het nog aan 7%, maar de laatste drie kilometers zwakt het van 5% af naar 4% in de laatste kilometer. Het eerste gedeelte van de klim is het lastigste, als er nog verschillen moeten worden gemaakt kan je het daar het beste doen. Richting de streep wordt het alleen maar makkelijker. In de laatste kilometer zitten nog een paar bochten, de laatste op een meter of 250 van de streep. Is eventueel nog interessant voor een mogelijk sprintje.
![PROFILCOLSCOTES_1.png]()
![Fontcouverte.jpg]()
Het wordt de derde keer dat er een rit gaat eindigen in La Toussuire. De eerste keer was in 2006, die rit zou gewonnen worden door Michael Rasmussen. Rasmussen reed zo'n beetje de hele dag alleen op kop. Hij kwam als eerste over de Col de la Croix de Fer, hij kwam als eerste over de Col du Mollard en stak zijn handjes de lucht in toen hij als eerste bovenkwam in La Toussuire. Hij pakte onderweg ook zoveel punten voor de bergtrui dat die trui hem al niet meer kon ontgaan. In dat jaar werd La Toussuire eerst uitgeprobeerd in de Dauphiné. Dat zien we wel vaker, de ASO mag graag dingen uitproberen in de Dauphiné om te kijken of het ook allemaal een beetje geschikt is voor de Tour. In de Dauphiné won de grote Iban Mayo de rit naar La Toussuire. In de Dauphiné is La Toussuire daarna nog vaker voorgekomen. In 2008 won Chris Anker Sorensen, die altijd zo heerlijk wiegend op zijn fiets zit, op deze berg. Drie jaar later was het de beurt aan Joaquim Rodriguez om zijn naam op het lijstje met winnaars in La Toussuire te zetten. In 2012 kwam La Toussuire weer terug in de Tour, in een rit die ook de Croix de Fer en de Col du Mollard zou bevatten. Voor het eerst zou er een keer een Fransman winnen op deze berg, het werd een overwinning voor Pierre Rolland.
![orig_42206.jpg]()
La Toussuire is een skiresort met een inwoner of 500. Het maakt onderdeel uit van het skigebied Les Sybelles. Een groot skigebied, een van de grootste in Frankrijk. Er zouden maar drie grotere skigebieden zijn. In totaal zouden er zes stations zijn en meer dan 300 kilometer piste. Er kunnen redelijk wat mensen terecht in La Toussuire, er zijn meer dan 11.000 bedden te vinden. Dit skidorpje is een partner van AG2R, die jongens komen hier derhalve nog wel eens om te trainen. Ze sponsoren ook de Franse handbalfederatie, maar de relevantie daarvan ontgaat me een beetje. Daarnaast sponsoren ze ook nog eens de trui voor de beste klimmer in de Tour de l'Avenir. De Ronde van de Toekomst, nog steeds een van de belangrijkste koersen voor jonge renners kwam vorig jaar ook langs in La Toussuire. De Belg Louis Vervaeke, groot klimtalent, won toen voor Miguel Angel Lopez, een ander groot klimtalent. In de zomer moet La Toussuire het vooral hebben van wielertoerisme. La Toussuire is misschien ook wel bekend vanwege Jean-Pierre Vidal. Een alpineskiër die in 2002 Olympisch kampioen werd op de slalom. Ter ere van hem heet de stoeltjeslift in La Toussuire Médaille d'Or, je moet het maar bedenken.
![1280px-CG_La_Toussuire_73.JPG]()
Het weerbericht ziet er ook nu niet goed uit. De afgelopen dagen zag het er steeds slecht uit maar bleek het in de praktijk best prima te zijn. In Saint-Jean-de-Maurienne schijnt het een graad of 28 te worden, maar de neerslagkans is rond een uur of 4 wel 90%. De afgelopen dagen zat de neerslagkans vaak tussen 40 en 60% en bleek het vaak 0% te zijn. 90% is wel heel veel, normaal gesproken een garantie op flink wat regen, maar na de laatste dagen durf ik geen harde voorspellingen meer te doen. De kans is groot dat het gaat regenen, maar in dat gekke Frankrijk weet je het maar nooit. Kan net zo goed wederom de hele dag droog blijven. Het is in ieder geval wel zeker dat we de hele rit kunnen zien. De rit start om 13:20 en dat mogen we gewoon meemaken. Het is geweldig, werkelijk fantastisch. De mensen die niet de hele dag kunnen kijken moeten in ieder geval wel rekening houden met het feit dat de finish wat later is dan normaal. De renners worden tussen 17:27 en 18:04 in La Toussuire verwacht. In ieder geval meer dan vier uur het broekje uit voor de meeste mensen, feest!
Dit zou ook zomaar weer een rit kunnen worden voor wat vluchters, maar daar ben ik nu wel een beetje klaar mee. Het wordt nu toch wel tijd voor Movistar om alles of niets te gaan spelen. Zet meteen op de eerste klim van de dag iedereen op kop en probeer zoveel mogelijk man te lossen. Laat niemand rijden en doe een poging om Quintana naar de ritzege te loodsen. Dit is er een geschikte etappe voor, hoewel de etappe van morgen ook niet bepaald ongeschikt is. Een korte rit zorgt vaak voor meer spektakel, dat hebben we in de Giro nog kunnen zien. Het is voor het peloton wat makkelijker te controleren als het minder lang is en er is minder tijd voor de kopgroep om flink uit te lopen op het peloton. Na drie ritten achter elkaar waar de zege naar een vluchter ging lijkt het me nu wel eens tijd voor een strijd tussen de jongens die ook hoog staan in het algemeen klassement. Team Sky zal niet meteen gaan controleren, die zijn al lang blij met de gele trui. Ze geven verder geen fuck, dat is duidelijk. Het zal van Movistar en Astana moeten komen, of misschien Tinkoff-Saxo. Hoe dan ook, tijd voor een ritzege van Quintana. Mooi geweest.
1. Quintana. Omdat hij nu eenmaal de beste klimmer is. Hij heeft het nog niet voor elkaar gekregen om Froome te lossen, maar Froome zag er tijdens de afgelopen rit wel iets minder uit. Als Movistar vroeg in de etappe al flink op kop gaat blazen blijven er niet veel renners meer over en zullen er ook een paar jongens van Sky moeten lossen. Als Froome alleen nog maar Thomas over heeft kan het interessant worden. Hij kan toch niet eeuwig blijven reageren op die aanvallen van Quintana, zou je zeggen. Niet dat Quintana ver weg gaat fietsen, maar een kleine voorsprong en een ritzege moet wel lukken.
2. Froome. Hortend en stotend, met dat biervat tussen zijn armen, zal hij zich weer naar boven slepen met het koffiemolentje en de blik gericht op de computer. Hopelijk zegt de computer een keer nee, zou prachtig zijn. Waarschijnlijk niet, maar een mens mag dromen.
3. Contador. Leek tijdens de vorige rit toch niet erg veel last te hebben van zijn valpartij. Bertje ging zelfs nog in de aanval. Werd niet echt een groot succes, maar toch een goed teken. Hij gaat Froome en Quintana niet kunnen volgen, dat kon hij voor de valpartij al niet. Toch nog wel een mooie derde plaats, want de rest kan er ook niet zo gek veel van.
4. Nibali. Is ook best goed bezig, maar wil zichzelf nog wel eens overschatten. Gaat ongetwijfeld weer proberen Quintana en Froome te volgen en met zoveel klimkilometers zal hij dat uiteindelijk moeten bekopen. Zal zich wel weer opblazen en dan op flinke achterstand binnenkomen. Nog wel voor een boel andere sukkels.
5. Gesink. Ik heb het eigenlijk nog nooit iemand zo erg gegund. Of ik ben ineens een gevoelige jongen geworden, of Robert verdient dit echt. Na zoveel tegenslag op zo'n manier terugkomen, het is prachtig. Nederlanders zouden mentaal zwak zijn, maar daar heeft Gesink geen last van. Als Movistar nou eens flink op kop beukt en Thomas vroeg aan de gang moet kan hij nog een plek opschuiven ook. De Mart heeft het al gezegd, Gesink gaat vijfde worden.