quote:
Op zondag 13 juli 2008 17:44 schreef Klopkoek het volgende:[..]
Ik weet dat je graag je best doet om in elke post links te bashen maar dit is dus de grootste nonsens. Den Uyl was MItterand niet.
O, ja grote nonsens?
quote:
De ‘Hollandse Ziekte’ steekt de kop weer op
AMSTERDAM - Door de hoge olieprijzen stijgen de aardgasbaten voor de Nederlandse overheid, terwijl burgers geconfronteerd worden met hogere prijzen voor benzine, stroom en gas. Moet het kabinet de gasbaten teruggeven aan de burger? En met welke maatregel valt de koopkracht te herstellen?
Wie is er nog bang voor de Hollandse ziekte? Deze aandoening waaraan Nederland in de jaren zeventig van de vorige eeuw leed, duikt op als schrikbeeld nu kabinet en parlement zich buigen over de verdeling van de torenhoge aardgasbaten. Geven we deze meevaller deels terug aan de burgers – die door de hoge olieprijs extra geld moeten neertellen aan de benzinepomp en voor de levering van stroom plus gas – of moet de staatsschuld verder omlaag worden gebracht?
Hollandse ziekte – Dutch Disease – is een term die economen bedachten toen Nederland te kwistig met zijn inkomsten uit de gas omsprong. Na de vondst van de gasbel bij Slochteren in 1959 is de Nederlandse overheid gestaag verslaafd geraakt uit de opbrengsten uit gas. Het geld werd rap uitgegeven, de collectieve sector dijde uit, de lonen van werknemers stegen explosief en de Nederlandse gulden won aan kracht.
Vooral na de oliecrises in 1973 en 1979 explodeerden de opbrengsten voor de Nederlandse schatkist. In 1975 werd circa 10 procent van de begroting van het toenmalige kabinet Den Uyl (1973-1977) gedekt met gasopbrengsten. Het overvloedige geld werd vooral gebruikt voor eenmalige subsidies voor werkgelegenheidsplannen en – toen later de economie in een recessie belandde – aan uitkeringen voor werklozen. De naar verhouding hoge loonkosten en dure gulden tastte de internationale concurrentiepositie aan. Samen met de sterk uitgedijde publieke sector wist Nederland zich daardoor niet aan de recessie te ontworstelen: de Hollandse ziekte was geboren.
Om het gasgeld niet opnieuw te verjubelen is in 1994 het Fonds Economische Structuurversterking (FES) bedacht. Het kabinet sprak af dat 42,5 procent van de gasopbrengsten louter gebruikt mag worden voor investeringen in infrastructuur en niet meer voor eenmalige subsidies. De aanleg van de hogesnelheidslijn, maar ook investeringen aan wegen en dijken, zijn uit dit FES-fonds betaald. ‘De bodemschatten van onder de grond worden gebruikt voor kapitaal boven de grond’, vat kamerlid Ferd Crone (PvdA) de filosofie samen.
De overige 57,5 procent uit de gasbaten worden beschouwd als gewone belastingopbrengsten. Het huidige kabinet gebruikt dit geld voor terugdringing van de staatsschuld. Jarenlang wist deze verdeelsleutel de drang om gasbaten uit te geven te bedwingen.
Orkaan Katrina is de katalisator waardoor de verdeling van de aargasbaten opnieuw ter discussie staat. De afgelopen jaren is de olieprijs door een cocktail van tereurdreiging, aanzwellende Chinese oliedorst en geopolitieke onzekerheid in het Midden-Oosten de prijs van een vat olie sterk opgelopen. Na de rampspoed in New Orleans stegen de prijzen even zelfs tot boven de 70 dollar per vat. Aan de benzinepomp zijn de gevolgen van de hoge olieprijzen al dagelijks merkbaar. Een liter benzine kost meer dan 1,50 euro per liter. Met enige vertraging zal ook de energienota fors hoger uitvallen, circa driehonderd euro per huishouden, zo schatte aanbieder United Consumers deze week. En dan zijn er nog honderden, veelal plastic producten waarin olie verwerkt is en waarvan de prijzen eveneens kunnen gaan stijgen.
De dure brandstof neemt nu al een fors hap uit de koopkracht van een doorsnee huishouden. De jaarlijkse inflatie van 1,8 procent komt voor 1,2 procentpunt voor rekening van gas, stroom en benzine, zo stelde het Centraal Bureau voor de Statistiek donderdag. Volgend jaar zal de inflatie door de dure olie opnieuw aangewakkerd worden. De prijzen van gas en stroom gaan namelijk met vertraging omhoog en zullen pas op 1 januari een stijging laten zien.
Een doorsnee huishouden geeft jaarlijks 1600 euro aan gas en stroom uit, circa 5 procent van een modaal inkomen. Als de voorspelling van United Consumers uitkomt en de energieprijzen circa 20 procent gaan stijgen, zal de inflatie volgend jaar 1 procentpunt hoger uitvallen. Daarmee slaan de energieprijzen een groter gat in de portemonnee dan de prijsstijging aan de benzinepomp, waaraan een doorsnee automobilist jaarlijks 1300 euro uitgeeft.
Het Centraal Planbureau (CPB) vreest ook de gevolgen van het verlies aan koopkracht, zo bleek deze week uit uitgelekte berekeningen voor Prinsjesdag. Bij zijn ramingen voor 2006 gaat het CPB uit van 50 dollar per vat olie en dan komt de economische groei door de kabinetsmaatregelen uit op 2,5 procent. Maar als de olieprijs onverhoopt rond de huidige koers van 65 dollar blijft zweven, zal de groei terugvallen tot 2 procent. De boosdoener voor de terugval zijn consumenten die door koopkrachtverlies de hand op de knip blijven houden.
Zeker nu het kabinet de burgers volgend jaar herstel van de koopkracht beloofd heeft, zullen de regeringspartijen aandringen op extra maatregelen voor koopkrachtherstel. De VVD neemt al de hele zomer een schot voor de boeg door te vragen om verlaging van accijnzen voor benzine. Ook D66 overweegt om bij structureel hoge olieprijzen een deel van de gasbaten terug te geven. Het CDA houdt zijn kaarten nog tegen de borst.
De inkomsten voor het FES-fonds blijven overigens ongeschonden. Maar over de verdeling van de resterende 57,5 procent aan gasbaten zal tijdens de algemene beschouwingen na Prinsjesdag naar verwachting flink worden gesoebat. De centrale vraag: moet een deel van dit geld worden teruggeven aan de burger en zo ja hoe moet het geld worden teruggegeven?
Flip de Kam, hoogleraar economie uit Groningen, vindt dat de politici in Den Haag teveel inzoomen op de aardgasbaten. ‘In Den Haag leiden politici aan potjesziekte. Allerlei individuele inkomsten en uitgaven worden apart verdeeld, waardoor een onevenwichtige afweging ontstaat. Neem het FES-fonds. Het is raar dat de uitgaven voor dit fonds afhankelijk zijn van mee- of tegenvallers van de gasbaten. De instelling van het FES-fonds lijdt ook tot verstarring. Ieder ministerie tracht zijn plannen bij dit potje onder te brengen, net zoals ministeries allerlei oneigenlijke kosten onder begroting voor ontwikkelingssamenwerking willen brengen.’
Alfred Kleinknecht, hoogleraar economie en innovatie aan de TU Delft, worstelt met de vraag of de gasbaten teruggeven moeten worden. ‘Ik ben niet echt gecharmeerd van Keynes (een Brits econoom die pleitte voor extra overheidsuitgaven om landen uit een recessie te krijgen, red.). Maar je kunt je afvragen of de overheid nu niet toch extra geld moet uitgeven. Nederland kampt door de naweeën van de beurskrach met aantasting van de koopkracht. De pensioenpremies zijn gestegen en huishoudens moeten schulden aflossen. De hoge olieprijs zuigt nu opnieuw koopkracht weg.’
‘Je hoeft geen helderziende te zijn dat de koopkracht voor huishoudens wordt aangetast door de stijgende olieprijzen, zegt De Kam. ‘Als energie 300 euro duurder wordt is voor Nederland met 7 miljoen huishoudens zo sprake van een lastenverzwaring van 2 miljard euro. Het voornemen van het kabinet om 1,5 miljard aan te wenden voor koopkrachtherstel, is dan niet afdoende.’
De Hollandse ziekte heeft overigens minder kans opnieuw toe te slaan, zeggen De Kam en Kleinknecht. ‘Dankzij de euro, zullen de extra exportinkomsten uit gas voor Nederland de wisselkoers nauwelijks duurder maken,’ zegt Kleinknecht. Op de totale begroting van de overheid, hebben de gasinkomsten minder effect. ‘Maar dat kan de komende vijf jaar wel veranderen als de energieprijzen blijven stijgen’, meent De Kam.
Het uitdelen van de gasbaten om de koopkracht te repareren kan op uiteenlopende manieren. Tot nog toe is door een campagne van ANWB, de Telegraaf en de VVD vooral veel aandacht gelegd op de hoge belastingen op benzine. De minister Brinkhorst en Zalm piekeren er niet over de accijns op benzine te verlagen. Ook de Kam vindt het bizar om te pleiten voor verlaging van accijns. ‘Let wel, een kwart van de huishoudens heeft geen auto. Als je de energieprijzen wilt compenseren, moet de regering een instrument gebruiken waarbij iedereen zijn koopkracht ziet verbeteren. Bijvoorbeeld door het verhogen van de heffingskorting of een hogere vrijstelling voor energiebelasting.’
Econoom Kleinknecht steunt deze visie. ‘Bij lagere belasting op benzine en energie haal je de prikkel weg om over te stappen op duurzame alternatieven of om zuiniger om te springen met energie. Het kabinet moet zeker niet toegeven aan de autolobby.’
BronLees dit artikel eens goed en kom dan nog eens terug.
Experience is what you get when you don't get what you wanted
Take my advice ... I don't use it anyway...
Een goede Fok! SearchEen goede Fok! Search