Mijn held!
Alexander de Grote zorgt weer voor ruzie tussen Macedonië en Griekenland
Van onze buitenlandredactie
AMSTERDAM - Ofschoon hij al 2329 jaar geleden overleed in Babylon is hij er opnieuw in geslaagd het middelpunt te worden van ruzie: Alexander de Grote. De beroemde veldheer wordt sinds 1991 geclaimd door twee landen: Griekenland en Macedonië. Hij was de grootste Griek. Nee, hij was de grootste Macedoniër.
Het jongste conflict dateert van donderdag. De regering van Macedonië, pardon, van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (FYROM), besloot het internationale vliegveld Petrovec van de hoofdstad Skopje om te dopen tot Alexander de Grote.
Direct schoten de Grieken in een kramp. Dit is een grof staaltje van geschiedsvervalsing, zo klonk het in Athene. Alexander is van ons, hij is onlosmakelijk verbonden met het Helleense erfgoed.
De vete tussen beide landen ontstond toen de voormalige Joegoslavische deelrepubliek in 1991 de onafhankelijkheid uitriep onder de naam Macedonië. Griekenland vreesde dat dit de opmaat zou vormen voor territoriale claims op de noordelijke Griekse provincie Macedonië. Uiteindelijk kon iedereen voorlopig leven met de door Griekenland afgedwongen naam FYROM, ofschoon veel Grieken geringschattend spreken over de Republiek van Skopje.
De Verenigde Staten gaven het in 2004 tot grote woede van Athene op om Macedonië nog langer FYROM te noemen en erkenden het land onder de naam Macedonië. Ofschoon de lucht tussen Skopje en Athene de laatste jaren wat is opgeklaard, is het jongste incident een bewijs dat de verhoudingen bepaald niet normaal zijn.
De oude regio Macedonië maakte ooit deel uit van het Ottomaanse Rijk. Het omvatte naast het huidige Macedonië ook delen van Griekenland en Bulgarije. Zowel Griekenland als Bulgarije en ook Servië trachtten in de jaren 1912-1913 tijdens twee oorlogen het gebied in te lijven. In de Griekse nationale geschiedschrijving geldt Macedonië, thans de benaming voor het Noord-Griekse gebied rond Thessaloniki, als een puur Grieks begrip.
Na de onafhankelijkheidsverklaring kondigde Griekenland een handelsboycot af tegen het nieuwe staatje. De anderhalf jaar durende boycot deed Macedonië nog verder verarmen. Op het internationale toneel slaagde Athene erin het landje haar vlag en grondwet te laten bijstellen.
Vooral de vlag was de Grieken een doorn in het oog. De Macedoniërs kozen voor de zestienpuntige Zon van Vergina, een symbool dat in de vierde eeuw voor Christus was gekozen door koning Philippus van Macedonië, de vader van Alexander de Grote.
Dat het conflict niet verder escaleerde, was vooral te danken aan het pragmatisme van de toenmalige Macedonische president Kiro Gligorov die akkoord ging met de naam FYROM en besloot dat zijn land de Zon van Vergina niet zou gebruiken op de nationale vlag of op postzegels en bankbiljetten.
Zelden schryf ik wat ik wil, en nooit wat 'n ander wil.