Lang niet iedereen leert dit zo vanzelfsprekend. Nog steeds kom ik er op school vaak achter dat mensen helemaal geen idee hebben hoe ze een probleemstelling aan moeten pakken en wat ze allemaal zouden kunnen en/of moeten doen om een oplossing te vinden. Het ligt er maar net aan op wat voor manier jij denkt, leert, opgevoed bent en hoe ze op school met zulke dingen om zijn gegaan.quote:Op vrijdag 17 februari 2006 20:05 schreef teletubbies het volgende:
zoiets leer je toch onbewust tijdens het oplossen van opgaven..
waarom ga je dat dan bewust aanleren? ..zal dat dan wel helpen? heeft dat wel ooit geholpen?
De meeste opgaven die je maakt volgen direct op een klein stukje theorie en de oplossing van die opgave is na de theorie, met eventuele voorbeelden, bijna triviaal. Je wordt dan meestal met problemen geconfronteerd waarvan de oplossingmethode duidelijk is. Voor een aantal problemen zijn er standaardtrucjes waarmee je redelijk eenvoudig tot een oplossing komt.quote:Op vrijdag 17 februari 2006 20:05 schreef teletubbies het volgende:
zoiets leer je toch onbewust tijdens het oplossen van opgaven..
waarom ga je dat dan bewust aanleren? ..zal dat dan wel helpen? heeft dat wel ooit geholpen?
Er is maar 1 manier waarop je problemen leert oplossen en dat is HEEL VEEL, maar dan ook echt HEEL VEEL oefenen en zorgen dat je alles wat je tijdens dat oefenen ziet ook NIET MEER VERGEET.quote:Op vrijdag 17 februari 2006 20:05 schreef teletubbies het volgende:
zoiets leer je toch onbewust tijdens het oplossen van opgaven..
waarom ga je dat dan bewust aanleren? ..zal dat dan wel helpen? heeft dat wel ooit geholpen?
Die zijn makkelijk af te leiden met de bekende formules:quote:Op zaterdag 18 februari 2006 13:48 schreef Market_Garden het volgende:
Hallooo!
Ik heb 2 gonioformules, die heb ik nodig om een aantal berekeningen te kunnen maken, en wil ook weten waarom deze 2 vergelijkingen zo zijn.
Ik ben echter al een hele tijd bezig, en ik kom er niet uit.
Het gaat om de volgende 2:
Sin(x) = 2 * Sin(x/2) * Cos (x/2)
en
Cos (x) = 2 Cos²(x/2) -1
Kunnen jullie me helpen?
SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
als je nou nog eens een keer de afgeleide naar y neemt of anders substitueert of zo. y ^2 = u bijvoorbeeld. deze richting moet je uit. Zal er zelf ook nog eens wat beter naar kijken.quote:Op zondag 19 februari 2006 15:19 schreef Bioman_1 het volgende:
Ben bezig met een vak differentiaalvergelijkingen en moet wat opgaven maken, maar het wel echt niet lukkenMisschien dat jullie me kunnen helpen.
Het gaat om de DV:
dy/dx = -2 y/x + xy2, waarbij y(1) =0 als voorwaarde
We moeten dit oplossen mbv "de methode van variatie van constanten van Lagrange".
Nu staat in het boek uitgelegd hoe dit in zijn werking gaat voor een een inhomogene lineaire DV, dus
dy/dx = a(x) y + b(x)
en de opgaven in die vorm lukken ook wel, maar ik krijg de bovenstaande DV niet in deze vorm (wat waarschijnlijk te maken heeft met het feit dat deze DV volgens mij niet lineair is).
Dus nu is mn vraag: hoe los ik dit dan wel op (mbv "de methode van variatie van constanten van Lagrange") ???
Toevoeging: mocht het helpen, ik weet dat de oplossing is: y(x) = -1/(x2 * (Log(x) - 1))
Deze vergelijking is inderdaad niet lineair, het is echter een DV van Bernouilli. Een substitutie z = 1/y zorgt ervoor dat de vergelijking wél lineair wordt (met z(x) en y(x), uiteraard. Vergeet ook y'(x) niet te substitueren in functie van z(x) en x).quote:Op zondag 19 februari 2006 15:19 schreef Bioman_1 het volgende:
Het gaat om de DV:
dy/dx = -2 y/x + xy2, waarbij y(1) =0 als voorwaarde
We moeten dit oplossen mbv "de methode van variatie van constanten van Lagrange".
Nu staat in het boek uitgelegd hoe dit in zijn werking gaat voor een een inhomogene lineaire DV, dus
dy/dx = a(x) y + b(x)
en de opgaven in die vorm lukken ook wel, maar ik krijg de bovenstaande DV niet in deze vorm (wat waarschijnlijk te maken heeft met het feit dat deze DV volgens mij niet lineair is).
Als tekening of als "kunstwerk"?quote:Op maandag 20 februari 2006 20:53 schreef GotenSSJ het volgende:
Heeft iemand hier een goed idee om een DNA structuur te maken voor Biologie ?
http://www.miniscience.com/kits/DNAmodel/DNA_model5.jpg
http://www.open.ac.uk/science/biosci/images/research/DNA.jpg
Zijn 2 voorbeelden, maar ik heb geen idee hoe ik dit in elkaar ga krijgen
Kunstwerkquote:Op maandag 20 februari 2006 22:32 schreef FritsFluitketel het volgende:
[..]
Als tekening of als "kunstwerk"?
Als je een beetje een fatsoenlijk grafisch programma (photoshop, fireworks) hebt, dan lijkt me dat het handigst. Het zal ook wel rechtstreeks in LaTeX kunnen, maar precieze lay-out bepalen is daar gewoonlijk nogal wat geknutsel. Voor dit probleem ken ik de syntax niet uit men hoofd (kan je het niet in een array doen?), maar zoek eens op google: er zijn veel gratis LaTeX manuals te vinden.quote:Op dinsdag 21 februari 2006 00:28 schreef Bioman_1 het volgende:
Oftewel. Ik heb 4 (.eps) figuren, die ik in LaTeX wil zetten als één figuur. Kan dit ??? Of moet ik echt met Paint (of iets dergelijks) gaan knippen en plakken en er zelf één figuur van maken???
Laten we een eenvoudig voorbeeld geven met n=2. Voor een oplossing van x2-2y2=1 geldt dat x/y een goede benadering van w=wortel(2) is.quote:Op donderdag 23 februari 2006 10:45 schreef thabit het volgende:
Als n kwadraatvrij is heeft x2-ny2=1 altijd een oplossing.
Dit lijkt me flauwekul. Als H heel groot is staat er namelijk iets negatiefs binnen de wortel.quote:Op donderdag 23 februari 2006 14:38 schreef maniack28 het volgende:
d= 4 Sqrt [ (H-h) (v02/2g - (H-h)) ]
Kijk eens naar de reactie boven je, misschien heb je daar wat aan?quote:Op maandag 27 februari 2006 14:43 schreef Dr. het volgende:
mijn topic word overal geblokt maar ja iemand die wt hoe je gas tot ontploffing kan brengen en niet gelijk gaan doordenke en domme reacties plaatsen
quote:Op dinsdag 21 februari 2006 00:28 schreef Bioman_1 het volgende:
Oftewel. Ik heb 4 (.eps) figuren, die ik in LaTeX wil zetten als één figuur. Kan dit ??? Of moet ik echt met Paint (of iets dergelijks) gaan knippen en plakken en er zelf één figuur van maken???
Iig bedankt. Ik heb inmiddels ook al een andere manier gevonden. Ik gebruike het epsfig-package om figuren te includen, maar dat schijnt nogal ouderwets te zijn. Tegenwoordig gebruikt iedereen includegraphics ipv epsfig. En in deze omgeving kan je gewoon een array maken van je figuren. En daarbij hoeven je figuren ook niet meer .eps te zijn maar werken .pdf figuren ook gewoon.quote:Op maandag 27 februari 2006 15:40 schreef Nekto het volgende:
[..]
Aan de late kant: Gebruik subfigure of maak een figure omgeving met daarin minipages waar je de figuren in plaatst.
Dit antwoord komt een beetje laat vrees ik. Na 2 dagen zal de tv toch wel helemaal uitgefikt zijn.quote:Op woensdag 1 maart 2006 11:31 schreef teigan het volgende:
Ik zou zeggen met een poederblusser, zand zou je ook kunnen doen, maar iig geen water dus..
In brandblussers zit ook vast vast CO2
quote:Op woensdag 1 maart 2006 11:54 schreef thabit het volgende:
[..]
Dit antwoord komt een beetje laat vrees ik. Na 2 dagen zal de tv toch wel helemaal uitgefikt zijn.
72=3*24.quote:Op zondag 5 maart 2006 15:12 schreef the_jasper het volgende:
Hoi mijn post opniew, ik dacht dat dit alleen middelbare school wiskunde was.
ik was bezig iets uit te zoeken over public key encrypton
ik laat mijn eigen voorbeeld zien van RSA
n = p * q 7 * 13 = 91
φ(n) = (p – 1) * (q – 1) 6 * 12 = 72
Dit is Eulers totient functie.
φ(n) = φ(p) * φ(q) omdat 7 en 13 beide priemgetallen zijn.
Dus het aantal relatieve priemgetallen voor 7 is 6 want dat zijn namelijk 1,2,3,4,5,6
Nu moet ik e kiezen.
e moet relatief priem zijn met 72 en kleiner zijn dan 72. Is 15 dan een goed antwoord of doe ik iets fout? de factoren van 72 zijn 6 en 12 en die van 15 5 en 3?
bij 15 werkt de berekening niet goed
van 5 weet ik dat die wel goed is maar waarom?![]()
sorry die snap ik niet helemaalquote:
Zowel 15 als 72 zijn deelbaar door 3, dus ze niet relatief priemquote:Op zondag 5 maart 2006 17:02 schreef the_jasper het volgende:
[..]
sorry die snap ik niet helemaal
ik probeer dit voor een werkstuk te doen ( 6 vwo)
en het werkt al wel helemaal en ik snap het verder ook wel (denk ik)maar alleen deze stap snap ik gewoon nog niet en ik wil niet zomaar iets opschrijven
kan je het plz een beetje meer uitleggen?![]()
Zij a = x*y. Substitueer x=a/y in je vergelijking, dan krijg je:quote:Op maandag 6 maart 2006 01:27 schreef bankrupcy het volgende:
(1+x/100)y is ongeveer 2 voor x*y =72
Kan iemand mij meer vertellen over dit type vergelijking? Stel dat ik als resultaat 3 wil hebben, is dan te voorspellen wat x*y moet zijn?
mja, vaag.quote:Op maandag 6 maart 2006 12:36 schreef the_jasper het volgende:
ja ik zag al zo'n rondje staan
@ WyBo : al iets bedacht?
als zuur kan je iig zoutzuur nemen dat zit ook in je maag.quote:Op maandag 6 maart 2006 15:02 schreef WyBo het volgende:
[..]
mja, vaag.
Insuline wordt aangetast door maagsap, vandaar dat het wordt ingespoten en niet door de mond. Misschien dat ik insuline en een zuur met dezelfde pH als maagsap bij elkaar zou kunnen doen, alleen hoe kan ik dan bewijzen dat het insuline is aangetast? Door pH te meten ofzo? Of door papierchromotografie? (dat zei mijn sk leraar maar zelf snap ik dat niet)
is dat zo? Maar toon je dan ook werkelijk aan dat het is aangetast?quote:Op maandag 6 maart 2006 15:22 schreef teigan het volgende:
Met papierchromatografie laat je denk ik de insuline lopen naast de insuline die dus in een pH"bad" is geweest.... Iedere stof heeft zijn eigen looptijd....
Ik kan er geen touw aan vastknopen.quote:Op maandag 6 maart 2006 22:04 schreef -jos- het volgende:
Even mijn reactie op het gesloten topic van die kansberekening:
Erhm, mijn broertje vertelde vanmiddag dus precies hetzelfde vraagstuk aan mij, had ie vandaag gehoord op school, jij ook misschien?
vraagje kansberekingquote:
Wat is dan het verschil met het Monty Hall Probleem a.k.a. 3 deuren probleem?quote:Op maandag 6 maart 2006 22:29 schreef Barbaaf het volgende:
In het kort komt het hierop uit geloof ik:
Start:
Kans op goed geraden (#4 is prijs (#4P)) = 10%
Kans op #9P (maar dus niet geraden) = 10%
Kans op een van de acht andere kluizen = 80%
Na het openen van de acht lege kluizen is de kans op #4P nog steeds gelijk aan #9p alleen nu 50%.
Het openen van de lege kluizen heeft de kans dat de oorspronkelijke keus goed was groter gemaakt maar helemaal niets veranderd aan de verhouding tussen de nog niet geopende kluizen, er is van de inhoud van die kluizen geen informatie gegeven.
In ieder geval dat in het geval van de TS de 8 deuren geopend zijn door de kandidaat, die niet weet of die kluis ook leeg zou zijn (wat gebeurt als de kandidaat een volle kiest vermeldt het verhaal niet).quote:Op maandag 6 maart 2006 22:53 schreef _superboer_ het volgende:
[..]
Wat is dan het verschil met het Monty Hall Probleem a.k.a. 3 deuren probleem?
Iemand?quote:Op maandag 6 maart 2006 15:24 schreef WyBo het volgende:
[..]
is dat zo? Maar toon je dan ook werkelijk aan dat het is aangetast?
Nou, ik heb niet echt een idee hoe dit aan te moeten tonen. Het stond in het Complexe Analyse boek van Serge Lang, en ik was er dit weekend weer even mee bezig. Nou is het niet heel belangrijk ofzo, maar ik vroeg het me gewoon af.quote:Op zaterdag 4 maart 2006 23:33 schreef thabit het volgende:
Die vraag is verkeerd gesteld. De eerste uitspraak is namelijk waar en de tweede en de derde zijn onzin want je veronderstelt daar niets over S. De vraag moet waarschijnlijk luiden:
Zij S een deelverzameling van de complexe getallen. Bewijs dat de volgende uitspraken equivalent zijn.S is compact. Elke rij van elementen van S heeft een verdichtingspunt in S. Elke ondeindige deelverzameling van elementen van S heeft een verdichtingspunt in S. Elke rij elementen in S heeft een convergente deelrij met limiet in S.
Morgen tik ik het antwoord wel in, want ik ben nu te moe. Welke implicaties heb je trouwens al?
Als je drie afzonderlijke massa's hebt, en die bind je tot een deeltje, dan is de totale gebonden massa iets minder dan de som van de massa's. De rest wordt in bindingsenergie omgezet, via E=mc2. Hoe dat zit op quarkniveau is iets subtieler; je kunt niet een losse quark nemen en daar de massa van meten. Ze zitten namelijk opgesloten in een systeem, het zogeheten "confinement problem". De sterke kernkracht tussen 2 deeltjes heeft een erg kort bereik, maar ze neemt wel toe als de afstand tussen de quarks toeneemt ! Dat is dus het tegenovergestelde van de andere krachten.quote:Op maandag 6 maart 2006 18:47 schreef -Mzraki- het volgende:
Mijn vraag gaat over kernfysica, ik ben bezig met een profielwerkstuk over onder andere kernsplijting en kernfusie. Ik ben echter nog niet helemaal zeker over het onderwerp bindingsenergie. Het is me bekend dat de som van de massa's van de nucleonen die een kern opbouwen groter is dan de massa van de kern zelf. In een kern is dus een deel van die massa van die nucleonen omgezet in energie. Nu wat ik niet snap: waar komt die massa vandaan? Leveren de nucleonen allemaal massa in, en zo ja, hoe is die verdeling, en hoe zit dat op quark niveau?
Wat bedoel je precies met "de energie die vrijkomt"? Die bindingsenergie? Die wordt veroorzaakt door de sterke kernkracht. Die wordt voortgezet door zogenaamde pionen, tenminste, dat nam men aan. Nou blijken die pionen ook weer uit 2 quarks te bestaan, dus dat is niet helemaal juist. Die quarks worden echter weer bijmekaar gehouden door gluonen, en deze worden dan gezien als de ware overbrengers van de sterke kernkracht.quote:Ten tweede, wat gebeurd er met die energie die vrijkomt? Hier zijn bronnen niet allemaal even duidelijk over, de één zegt dat deze energie gebruikt wordt om de nucleonen te binden, dat ze de sterke kernkracht vormen die de kern bij elkaar houdt, die de onderlinge afstoting van de protonen tegen gaat. Of wordt deze energie afgestaan door de kern aan zijn omgeving, zo ja, hoe, doormiddel van fotonen met bepaalde kinetische energie?
Ik weet niet of je de term al kent, maar google eens even op Liquid Drop model Een heel simpel model waarbij de kern wordt gezien als een heel stevig druppeltje vloeistof. Dit model wordt in heel veel takken van de kernfysica gebruikt. De bindingsenergie per nucleon blijkt eerst toe te nemen, daarna heel langzaam te stijgen totdat Z=60, en daarna weer af te nemen. Het is dus energetisch economischer om elementen met Z<60 te fuseren, en om elementen met Z>60 te splitsen ( fisseren ).quote:Dan het kernsplijting/fusie verhaal. Ik ben bekend met de grafiek waar de bindingsenergie per nucleon uit wordt gezet tegen het massagetal. Wanneer de typische U-235 kern gespleten wordt ontstaan er twee dochterkernen die meer bindingsenergie per nucleon bevatten. Volgens mij is het zo dat het aantal nucleonen (grofweg) gelijk blijft en dat dus de opgetelde bindingsenergie toeneemt. Maar aan de andere kant, er komen ook drie neutronen in de reactie vrij, waardoor het totaal aantal nucleonen in de dochterkernen kleiner is dan in de moederkern, ik weet dat dit netto maar een verschil van twee neutronen is, maar is dit een verwaarloosbaar verschil? En daarbij weer de vraag over de bindingsenergie, waar komt die energie precies vandaan, en wat gebeurd er met die energie?
Er wordt tijdens de reactie dus massa omgezet, dat begrijp ik, maar hoe moet ik dat dan precies zien? Wat voor massa verdwijnt er? Ik neem aan dat het niet zo is dat alle nucleonen een bepaald deel van hun massa inleveren en dat die dan om wordt gezet in energie, puur alleen al omdat nucleonen blijkbaar weer uit quarks bestaan, en je daar niet zomaar een deel van af kan schaven. Maar hoe valt dan het verschil in massa te verklaren? Heeft het te maken met het verschil tussen de rustmassa (waar ik bij mijn berekeningen van uitga) en een bewegingsmassa?quote:Op dinsdag 7 maart 2006 09:51 schreef Haushofer het volgende:
[..]
Als je drie afzonderlijke massa's hebt, en die bind je tot een deeltje, dan is de totale gebonden massa iets minder dan de som van de massa's. De rest wordt in bindingsenergie omgezet, via E=mc2. Hoe dat zit op quarkniveau is iets subtieler; je kunt niet een losse quark nemen en daar de massa van meten. Ze zitten namelijk opgesloten in een systeem, het zogeheten "confinement problem". De sterke kernkracht tussen 2 deeltjes heeft een erg kort bereik, maar ze neemt wel toe als de afstand tussen de quarks toeneemt ! Dat is dus het tegenovergestelde van de andere krachten.
Inderdaad, die bindingsenergie die gevormd wordt uit de omzetting van massa. Wordt die opgeslagen in de vorm van potentiële energie? Aangezien in een kern de afstotende coulombkracht is overwonnen kan ik me voorstellen dat de nucleonen een aanzienlijke potentiële energie bezitten. Maar aan de andere kant, ze zitten wat sterke kernkracht betreft al in een energie gunstige positie, want, hoe verder de nucleonen van elkaar afzitten, hoe sterker de sterke kernkracht wordt (Of gaat dit alleen voor quarks op?). Is dat het geval dan zou het dus energie kosten om de nucleonen van elkaar te trekken, en is er dus geen potentiële energie. Waar is die bindingsenergie dan heen?quote:Wat bedoel je precies met "de energie die vrijkomt"? Die bindingsenergie? Die wordt veroorzaakt door de sterke kernkracht. Die wordt voortgezet door zogenaamde pionen, tenminste, dat nam men aan. Nou blijken die pionen ook weer uit 2 quarks te bestaan, dus dat is niet helemaal juist. Die quarks worden echter weer bijmekaar gehouden door gluonen, en deze worden dan gezien als de ware overbrengers van de sterke kernkracht.
Liquid Drop ken ik nog niet, ik zal daar ook nog even naar zoeken. Gisteravond heb ik ook nog wat berekeningen gedaan aan de splijting van een uranium-235 kern, nadat ik een site had gevonden waar ze het volgende deden:quote:Ik weet niet of je de term al kent, maar google eens even op Liquid Drop model Een heel simpel model waarbij de kern wordt gezien als een heel stevig druppeltje vloeistof. Dit model wordt in heel veel takken van de kernfysica gebruikt. De bindingsenergie per nucleon blijkt eerst toe te nemen, daarna heel langzaam te stijgen totdat Z=60, en daarna weer af te nemen. Het is dus energetisch economischer om elementen met Z<60 te fuseren, en om elementen met Z>60 te splitsen ( fisseren ).
Je moet bij zo'n splitsing dus kijken wat de totale energie voor en na is, en daarbij kun je zeker geen 3 neutronen gaan verwaarlozen.
http://www.einstein-online.info/en/spotlights/binding_energy/quote:Uranium-235 (consisting of 92 protons and 143 neutrons) has a binding energy of roundabout 7.6 MeV per nucleon. For barium-141 (56 protons, 85 neutrons) the binding energy is 8.3 MeV, for krypton-92 (36 protons, 56 neutrons) 8.5 MeV per nucleon. Nuclear fission occurs when uranium-235 is bombarded by an additional neutron, and for every nucleus of uranium-235 results in one nucleus of barium-141, one of krypton-92, and three single neutrons. Before the fission, the total binding energy is 235 times 7.6 MeV = 1786 MeV. For the fission products barium and krypton however, the binding energies of 141 times 8.3 MeV (barium) and 92 times 8.5 MeV (krypton) sum up to 1952 MeV. The difference, 166 MeV, is the energy released in the fission process.
Opvallend verschil, zij zeggen 166 MeV, ik zeg 266 MeV, ik denk dat dat vooral te wijten is aan de onnauwkeurige bepaling van de bindingsenergie per nucleon die zij gebruikt hebben, of niet?quote:Voor de reactie was er een totale massa van:
massa uranium-235 atoom – massa 92 elektronen + massa neutron =
235,04393 u – 92 x 0,00054858 u + 1,008665 u = 236,0021256 u
Na de reactie was er een krypton-92 kern, een barium-141 kern en drie neutronen, dit heeft een totale massa van:
massa krypton-92 atoom – massa 36 elektronen + massa barium-141 atoom – 56 elektronen + massa drie neutronen =
91,826111 u – 36 x 0,00054858 u + 140,91441 u – 56 x 0,00054858 u + 3 x 1,008665 u = 235,7160466 u.
Het verschil in massa is dus massa voor reactie – massa na reactie = 236,0021256 u – 235,7160466 u = 0,28607896 u. De atomaire massaeenheid u is gelijk aan 1,66054 x 10^-27 kg, dus 0,28607896 u = 4,7505556 x 10^-28 kg. Dit is de massa die verdwenen is tijdens de splijtingsreactie. De massa moet dus omgezet zijn in energie. Als we de massa invullen in de formule E=mc^2 krijgen we: (4,7595556 x 10^-28 kg) x (2,99792458 x 10^8 m/s)^2 = 4,26949654 x 10^-11 Joule. Dit is gelijk aan 266,48 x 10^6 elektron volt= 266,48 MeV. Bij de splijting van één uranium-235 kern komt er dus ongeveer 266,48 MeV vrij als het volgens deze splijtingsreactie verloopt.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |