abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_108045730
Ok, laat ik het anders vragen.

Stel, ik neem een elektrische lading. Deze beweegt in een rechte baan. Dan doe ik op een zeker moment X een magnetisch veld aan. Ik neem waar dat de lading op dat moment X begint af te buigen. Op moment Y doe ik het veld weer uit. Vanaf dat moment Y beweegt de lading weer in een rechte baan.

In hoeverre vind jij het terecht dat je als fysicus dan zegt dat "het magneetveld de afbuiging van de lading veroorzaakt"?
pi_108047286
Dat is lastig. Immers, je zou geneigd zijn te zeggen dat in jouw experiment reeds opgesloten ligt dat je een "gevolg" verwacht dat op jouw "oorzaak" volgt.

Er vanuitgaande dat in jouw experiment alles instantaan gebeurt is het onmogelijk vast te stellen of het veld nu oorzaak van de afbuiging is of de afbuiging oorzaak van het veld. Het "aanzetten", "uitzetten" en "waarnemen" zou je wel zo kunnen classificeren, maar is dat wezenlijk?

Mijn punt hier is: de afbuiging, het magnetisch veld en het geladen deeltje kunnen niet zonder elkaar. Er was niet eerst een niet-afbuigend deeltje in het magnetisch veld, of een afbuigend deeltje zonder magnetisch veld, of een deeltje in het magnetische veld zonder afbuiging. Het magnetisch veld, het geladen deeltje en de afbuiging zijn een en dezelfde gebeurtenis.

Dat zou je net zo goed kunnen stellen van het ontstaan van het magnetisch veld en het aanzetten. Of tussen het afbuigen en het waarnemen. Ik zie dan niet hoe je van oorzaak en gevolg kan spreken, anders dan "ik doe iets en ik neem iets waar". Dat lijkt me psychologisch gezien een causaliteit opleveren, maar fysisch gezien toch niet?
Mu!
pi_108047686
Ten eerste: je hoeft de lading van het deeltje niet te weten. Als deze lading 0 heeft, gebeurt er niets. Ten tweede: alles gebeurt niet instantaan. Het elektromagnetische veld propageert met de lichtsnelheid.

Hoe je "Het magnetisch veld, het geladen deeltje en de afbuiging zijn een en dezelfde gebeurtenis" bedoelt is me niet duidelijk. Een gebeurtenis is, in deze context, een punt in de ruimtetijd.

Ik mis je punt geloof ik, dus ik zal er later nog eens beter naar kijken.
pi_108048503
quote:
0s.gif Op donderdag 16 februari 2012 15:00 schreef SingleCoil het volgende:

Dat is toch uitsluitend omdat

1) Jij die handeling hebt verricht
2) Je de verwachting had dat de TV aan ging
3) De TV ook daadwerkelijk aanging

De keten van oorzaak en gevolg, zoals jij die noemt, zat dus al opgesloten in je verwachting.
Ik begrijp niet dat het probleem van oorzaak en gevolg onnodig nog moeilijker gemaakt wordt door de psychologie erbij te halen. Wat heeft de verwachting nu te maken met oorzaak en gevolg?
Wel is er sprake van een afbeelding, nl. van taal, logica, wiskunde naar de "natuur"

P: De aanknop wordt ingedrukt
Q: De TV gaat aan
C: Als P dan Q
C modelleert de natuurwet in de vorm van een logische propositie
Nu geldt als P waar is dan wordt volgens C ook Q waar.
Dit is een logische conclusie met 100% zekerheid

P is het beeld van Pn de werkelijke toestand of proces in de natuur
Q is het beeld van Qn
P, P->Q => Q is het beeld van fysische proces wat plaats vindt (zeer eenvoudig model geabstraheert van vrijwel alle fysica)
Pn, Pn->Qn => Qn is een fysisch proces met zekerheid < 100%
(onze natuurwetten zijn dus altijd een benadering)
quote:
Als ik alle atomaire fysische reacties die in het TV-voorbeeld een rol spelen uit zou schrijven, dan zou ik een reeks van gerelateerde gebeurtenissen krijgen die allen danwel instantaan, danwel vertraagd door het begrip "snelheid" plaats vinden. In geen van die atomaire gebeurtenissen kan ik een fysieke oorzaak of gevolg vaststellen.
Het is een hele lange keten van oorzaak en gevolg, vgl het omvallen van dominostenen.
quote:
Mijn conclusie zou dan zijn: als er al iets als oorzaak en gevolg bestaat, dan is dat geen eigenschap van de betrokken objecten of omstandigheden, maar een eigenschap van je verwachting rondom het experiment.
Dus als ik de verwachting zou hebben dat de TV zou exploderen, dan heb ik geen oorzaak en gevolg?
quote:
De definitie die ik zoek is iets in de vorm van:

"Van twee gebeurtenissen A en B noemen we A de oorzaak van B, en B het gevolg van A, als (een fysische beschrijving van de kwaliteiten van A en B en de omstandigheden waaronder A oorzaak en B gevolg is).

De enige omstandigheid die ik tot nu toe gehoord heb is dat A eerder zou moeten plaats vinden dan B - hoewel dat in de meeste gegeven voorbeelden niet waar bleek te zijn - A was op het zelfde moment als B.
Idd A moet eerder dan B zijn en er zullen ook kwantitatieve en /of kwalitatieve uitspraken gedaan worden tussen grootheden van A en B (dat is dus eigenlijk "de natuurwet)
Exaudi orationem meam
Requiem aeternam dona eis, Domine.
Et lux perpetua luceat eis.
pi_108048793
quote:
0s.gif Op donderdag 16 februari 2012 15:09 schreef Haushofer het volgende:
Ok, laat ik het anders vragen.

Stel, ik neem een elektrische lading. Deze beweegt in een rechte baan. Dan doe ik op een zeker moment X een magnetisch veld aan. Ik neem waar dat de lading op dat moment X begint af te buigen. Op moment Y doe ik het veld weer uit. Vanaf dat moment Y beweegt de lading weer in een rechte baan.

In hoeverre vind jij het terecht dat je als fysicus dan zegt dat "het magneetveld de afbuiging van de lading veroorzaakt"?
Ja, wat is er fout aan? Natuurlijk kun je zeggen dat er ook weer een hele keten oorzaken en gevolgen was die het mogelijk maakte dat het veld aan ging. En er zullen ook nog wel een aantal stappen zijn vanaf het moment van aanschakelen van het veld tot het afbuigen van het deeltje.
Exaudi orationem meam
Requiem aeternam dona eis, Domine.
Et lux perpetua luceat eis.
pi_108049650
quote:
0s.gif Op donderdag 16 februari 2012 16:41 schreef Oud_student het volgende:

[..]

Ik begrijp niet dat het probleem van oorzaak en gevolg onnodig nog moeilijker gemaakt wordt door de psychologie erbij te halen. Wat heeft de verwachting nu te maken met oorzaak en gevolg?
Wel is er sprake van een afbeelding, nl. van taal, logica, wiskunde naar de "natuur"

P: De aanknop wordt ingedrukt
Q: De TV gaat aan
C: Als P dan Q
C modelleert de natuurwet in de vorm van een logische propositie
Nu geldt als P waar is dan wordt volgens C ook Q waar.
Dit is een logische conclusie met 100% zekerheid

P is het beeld van Pn de werkelijke toestand of proces in de natuur
Q is het beeld van Qn
P, P->Q => Q is het beeld van fysische proces wat plaats vindt (zeer eenvoudig model geabstraheert van vrijwel alle fysica)
Pn, Pn->Qn => Qn is een fysisch proces met zekerheid < 100%
(onze natuurwetten zijn dus altijd een benadering)

[..]

Het is een hele lange keten van oorzaak en gevolg, vgl het omvallen van dominostenen.

[..]

Dus als ik de verwachting zou hebben dat de TV zou exploderen, dan heb ik geen oorzaak en gevolg?

[..]

Idd A moet eerder dan B zijn en er zullen ook kwantitatieve en /of kwalitatieve uitspraken gedaan worden tussen grootheden van A en B (dat is dus eigenlijk "de natuurwet)
Als ik je goed begrijp stel jij dus dat iedere oorzaak noodzakelijkerwijs eerder bestond dan het gevolg?
Mu!
pi_108049790
quote:
0s.gif Op donderdag 16 februari 2012 16:49 schreef Oud_student het volgende:

[..]

Ja, wat is er fout aan? Natuurlijk kun je zeggen dat er ook weer een hele keten oorzaken en gevolgen was die het mogelijk maakte dat het veld aan ging. En er zullen ook nog wel een aantal stappen zijn vanaf het moment van aanschakelen van het veld tot het afbuigen van het deeltje.
Wat er fout aan is, is dat de het magneetveld moet bestaan als de afbuiging bestaat. Er is geen enkele fysische reden om niet te stellen dat de afbuiging de oorzaak is van het magnetisch veld. Of van de lading van het deeltje. Of zelfs van het deeltje zelf, zelfs. Het bewijs is eenvoudig: Zet een veld aan en schiet er een deeltje in. Het deeltje zal nu afbuigen. Het afschieten van het deeltje kennelijk de oorzaak, niet het veld. Want zonder deeltje was er geen afbuiging.
Mu!
pi_108051113
Het afschieten van het deeltje is (triviaal) noodzakelijk voor de afbuiging, maar niet "de oorzaak" van de afbuiging. Dat je zonder afschieten geen afbuiging hebt is triviaal. Dat je zonder veld geen afbuiging hebt, niet. Dat wordt beschreven door de fysica van het elektromagnetische veld.
pi_108066521
quote:
0s.gif Op donderdag 16 februari 2012 18:09 schreef Haushofer het volgende:
Het afschieten van het deeltje is (triviaal) noodzakelijk voor de afbuiging, maar niet "de oorzaak" van de afbuiging. Dat je zonder afschieten geen afbuiging hebt is triviaal. Dat je zonder veld geen afbuiging hebt, niet. Dat wordt beschreven door de fysica van het elektromagnetische veld.
Triviaal is een psychologisch concept. Geen fysisch.
Mu!
pi_108072345
Zonder deeltje geen afbuigend deeltje. Dat noem ik een trivialiteit, en ik denk veel fysici met mij :)

Het punt wat ik probeer te maken is dat je de noodzaak van de oorzaak wilt scheiden. Je kunt oneindig veel "noodzaken" definieren, beginnende bij "het universum moet ontstaan zijn". Dat vertelt je echter geen informatie over wat dat specifieke veld precies doet. Dat doet de oorzaak,
pi_108075383
quote:
0s.gif Op vrijdag 17 februari 2012 10:40 schreef Haushofer het volgende:
Zonder deeltje geen afbuigend deeltje. Dat noem ik een trivialiteit, en ik denk veel fysici met mij :)

Het punt wat ik probeer te maken is dat je de noodzaak van de oorzaak wilt scheiden. Je kunt oneindig veel "noodzaken" definieren, beginnende bij "het universum moet ontstaan zijn". Dat vertelt je echter geen informatie over wat dat specifieke veld precies doet. Dat doet de oorzaak,
We komen er dichterbij. Dit aspect kwam gisterenavond ook in een discussie hierover met Alicey naar voren (die overigens suggereerde dat we er maar eens een meet met bier over moesten hebben).
Wat je eigenlijk zegt is dat de noodzaak een superset is van de oorzaak (of oorzaken?).. Wat zorgt er nu voor dat we het onderscheid kunnen maken tussen een fysische oorzaak en een fysische noodzaak? Mijn idee is dat, zodra je een fysische stelling poneert, je je universum beperkt tot die objecten en omstandigheden die binnen die stelling - voor zover je weet of hebt kunnen nagaan) van invloed zijn op het gedrag van die objecten binnen de scope van je stelling. Dus als ik stel: "een geladen deeltje in een magnetisch veld buigt af" dan beperk ik mijzelf tot slechts het deeltje, het veld en de wetmatigheden die daarop specifiek van toepassing zijn.

Als ik vervolgens een experiment bedenk om die stelling te veriefieren, dan zou ik bijv. twee proeven kunnen doen:

1. Ik schiet stoom van ongeladen deeljtes af in een veld en stel vast dat die niet afbuigen. Vevolgens stuur ik een stroom van geladen deeltjes door het veld en stel vast dat die wel afbuigen.
2. Ik heb een stroom van geladen deeltjes en schakel het veld in.

In 1) noem ik dan de lading van het deeltje de oorzaak, en in 2) het magnetisch veld.

Je kunt dan toch niet in z'n algemeenheid zeggen dat het veld de oorzaak is van de afbuiging? Ik geef direct toe dat het afschieten van het deeltje zelf triviaal is, maar de lading en het veld zijn dat beiden in even grote mate niet, lijkt mij.
Mu!
pi_108081964
quote:
0s.gif Op vrijdag 17 februari 2012 12:28 schreef SingleCoil het volgende:

Wat je eigenlijk zegt is dat de noodzaak een superset is van de oorzaak (of oorzaken?).. Wat zorgt er nu voor dat we het onderscheid kunnen maken tussen een fysische oorzaak en een fysische noodzaak?
Bedoel je met fysische noodzaak, het door Heinrich Hertz gebezigde "Naturnotwendigkeit"?
Dat er zoiets bestaat al fysische noodzaak is eigenlijk het causaliteitsbeginsel, het zou ook kunnen luiden "er bestaan natuurwetten".
Even zo simpel mogelijk gesteld, de natuurwet luidt als A dan B.
Nu treedt A op (of in een lab veroorzaken wij A) dan treedt volgens deze wet ook B op.
A noemen we de oorzaak en B het gevolg (of een van de gevolgen)
quote:
Mijn idee is dat, zodra je een fysische stelling poneert, je je universum beperkt tot die objecten en omstandigheden die binnen die stelling - voor zover je weet of hebt kunnen nagaan) van invloed zijn op het gedrag van die objecten binnen de scope van je stelling. Dus als ik stel: "een geladen deeltje in een magnetisch veld buigt af" dan beperk ik mijzelf tot slechts het deeltje, het veld en de wetmatigheden die daarop specifiek van toepassing zijn.
Dat is de experimentele wetenschappelijke methode, je kunt eenvoudig niet alle factoren van je experiment in beschouwing nemen. Bij genoemd experiment verwaarlozen we bijv. de invloed van de Maan.
quote:
Als ik vervolgens een experiment bedenk om die stelling te veriefieren, dan zou ik bijv. twee proeven kunnen doen:

1. Ik schiet stoom van ongeladen deeljtes af in een veld en stel vast dat die niet afbuigen. Vevolgens stuur ik een stroom van geladen deeltjes door het veld en stel vast dat die wel afbuigen.
2. Ik heb een stroom van geladen deeltjes en schakel het veld in.

In 1) noem ik dan de lading van het deeltje de oorzaak, en in 2) het magnetisch veld.

Je kunt dan toch niet in z'n algemeenheid zeggen dat het veld de oorzaak is van de afbuiging? Ik geef direct toe dat het afschieten van het deeltje zelf triviaal is, maar de lading en het veld zijn dat beiden in even grote mate niet, lijkt mij.
In dit geval is:
A. Er een bewegend geladen deeltje en er is een magnetisch veld (oorzaak)
B. Het deeltje beschrijft een gebogen baan (gevolg)
De natuurwet luidt als A dan B
Natuurlijk beschrijft de wet van Lorenzt ook kwalitatief en kwantitatief hoe het deeltje gaat bewegen
Exaudi orationem meam
Requiem aeternam dona eis, Domine.
Et lux perpetua luceat eis.
pi_108084936
quote:
0s.gif Op vrijdag 17 februari 2012 15:52 schreef Oud_student het volgende:

[..]

Bedoel je met fysische noodzaak, het door Heinrich Hertz gebezigde "Naturnotwendigkeit"?
Dat er zoiets bestaat al fysische noodzaak is eigenlijk het causaliteitsbeginsel, het zou ook kunnen luiden "er bestaan natuurwetten".
Even zo simpel mogelijk gesteld, de natuurwet luidt als A dan B.
Nu treedt A op (of in een lab veroorzaken wij A) dan treedt volgens deze wet ook B op.
A noemen we de oorzaak en B het gevolg (of een van de gevolgen)
Ja. Daar ging het dus niet over. De vraag is: als A en B gebeuren, waarom noem je A dan oorzaak en B gevolg? Als een natuurwet A=>B beschrift, dan beteket dat dat Als A optreedt, B ook optreedt. Het beschrijft niet dat B het gevolg is van A.
quote:
[..]

Dat is de experimentele wetenschappelijke methode, je kunt eenvoudig niet alle factoren van je experiment in beschouwing nemen. Bij genoemd experiment verwaarlozen we bijv. de invloed van de Maan.

[..]
Ja, dat zeg ik
quote:
In dit geval is:
A. Er een bewegend geladen deeltje en er is een magnetisch veld (oorzaak)
B. Het deeltje beschrijft een gebogen baan (gevolg)
De natuurwet luidt als A dan B
Natuurlijk beschrijft de wet van Lorenzt ook kwalitatief en kwantitatief hoe het deeltje gaat bewegen
Dat is weer een andere interpretatie, jij zegt dan dat zowel het magnestisch veld als het geladen deeltje de oorzaak zijn van het afbuigen.Nu is afbuigen zonder deeltje niet waarneembaar (immers; de afbuiging is een attribuut van het deeltje), en zonder veld is er geen afbuiging (andere factoren buiten beschouwing gelaten).
Eigenlijk zouden we precieser moeten zeggen: vanwege het bewegende geladen deeltje en het magnetisch veld veranderen zowel het veld als het deeltje. Hoe kun je dan nog van oorzaak en gevolg spreken?
Mu!
pi_108150649
quote:
0s.gif Op vrijdag 17 februari 2012 12:28 schreef SingleCoil het volgende:

[..]

We komen er dichterbij. Dit aspect kwam gisterenavond ook in een discussie hierover met Alicey naar voren (die overigens suggereerde dat we er maar eens een meet met bier over moesten hebben).
Ja, dat lijkt me geen gek plan, alleen zit ik zelf op het moment in een nogal hectische periode :) Maar een WFL-meet op wat langere termijn zou ik zeker proberen bij te wonen :Y Moet het alleen georganiseerd worden :P

quote:
Wat je eigenlijk zegt is dat de noodzaak een superset is van de oorzaak (of oorzaken?). Wat zorgt er nu voor dat we het onderscheid kunnen maken tussen een fysische oorzaak en een fysische noodzaak? Mijn idee is dat, zodra je een fysische stelling poneert, je je universum beperkt tot die objecten en omstandigheden die binnen die stelling - voor zover je weet of hebt kunnen nagaan) van invloed zijn op het gedrag van die objecten binnen de scope van je stelling. Dus als ik stel: "een geladen deeltje in een magnetisch veld buigt af" dan beperk ik mijzelf tot slechts het deeltje, het veld en de wetmatigheden die daarop specifiek van toepassing zijn.
Ja. De natuur lijkt "lokaal" te zijn, in de zin dat we systemen "lokaal in de ruimtetijd" kunnen analyseren. Als we een zwart gat beschrijven, dan doen we net alsof de ruimtetijd slechts dat zwarte gat bevat, omdat de zwaartekracht ruwweg als 1/r gaat; we kunnen idealiter altijd "zaken op het oneindige plaatsen".

Een heel mooi voorbeeldje daarvan is bijvoorbeeld het uitrekenen van de slingertijd van een slinger hier op aarde. De slingertijd T heeft als dimensie [seconde], de natuurlijke lengteschaal is de lengte van je slinger L, en aangezien de slinger slingert door de zwaartekracht zou je intuļtief de versnelling van de aarde g ook willen meenemen in je formule van de slingertijd. Wat je dan krijgt op basis van dimensie-analyse is

 T \sim \sqrt{\frac{L}{g}}

De evenredigheidsfactor blijkt 2*pi te zijn, maar deze dimensionale analyse geeft een verbluffend goed antwoord voor het gedrag van je slinger. Dat is frappant, aangezien je b.v. ook de natuurlijke lengteschaal van de zon had kunnen meenemen, of alle g's van de planeten in het zonnestelsel. (In kwantumveldentheorie is een soortgelijk fenomeen verantwoordelijk voor wat we "renormalizatiegroepen" noemen). Dat blijkt echter niet nodig te zijn.

quote:
1. Ik schiet stoom van ongeladen deeljtes af in een veld en stel vast dat die niet afbuigen. Vevolgens stuur ik een stroom van geladen deeltjes door het veld en stel vast dat die wel afbuigen.
2. Ik heb een stroom van geladen deeltjes en schakel het veld in.

In 1) noem ik dan de lading van het deeltje de oorzaak, en in 2) het magnetisch veld.
Maar wat schiet je hier mee op? :)

quote:
Je kunt dan toch niet in z'n algemeenheid zeggen dat het veld de oorzaak is van de afbuiging? Ik geef direct toe dat het afschieten van het deeltje zelf triviaal is, maar de lading en het veld zijn dat beiden in even grote mate niet, lijkt mij.
Je hebt inderdaad zowel een lading als een veld nodig, dus wat "de oorzaak" is is misschien wat ambigu. Ook omdat het in deze discussie een harde definitie mist.
pi_108386590
quote:
0s.gif Op maandag 6 februari 2012 20:29 schreef Oud_student het volgende:

[..]
Rotatie is versnelling, dus geldt de SRT niet meer.

Je reageert hier weliswaar niet op mijn post, maar in de voorafgaande post had ik het ook over rotatie, vandaar dat ik er nog iets over wil zeggen.

Ik ben misschien niet zo duidelijk geweest, maar met rotatie bedoelde ik geen roterende beweging, maar een referentiestelsel, dat zich in een geroteerde positie bevindt tov een ander referentiestelsel, zonder dat er een onderlinge snelheid van die referentiestelsels bestaat.

Het is duidelijk dat in zo’n geval er geen versnellingen worden waargenomen als die in het andere stelsel ook niet worden waargenomen.

Rotatietransformaties zijn een onderdeel van de bredere groep van de Lorenttransformaties, en kunnen hier niet uit weggelaten worden omdat een eigenaardige eigenschap van Lorentztransformaties is dat 2 achtereenvolgende zuivere Lorentztransformaties geen zuivere lorentztransformatie meer opleveren maar een combinatie van een zuivere lorentztransformatie gevolgd door een rotatie.

Met rotatie bedoel ik in dit geval niet een roterende beweging maar een rotatie over een vaste hoek.

Stel dus dat ik me tov van het beginstelsel in een bepaalde richting verplaats met een vaste snelheid, dan kan de transformatie van de respectievelijke coördinaten dus worden beschreven door een zuivere lorentztransformatie.

Stel nu vervolgens dat ik me tov dit bewegende stelsel weer met een vaste snelheid verplaats in een hoek loodrecht daarop. Dan kan de transformatie tussen het tweede en het derde refentiestelsel weer worden beschreven door een zuivere lorenttransformatie.

Stel nu dat me tov dit derde refentiestelsel weer verplaats in een richting loodrecht hierop, en een volgende keer weer zodat ik uiteindelijk een rondje heb gemaakt en weer in rust ben tov het uitgangssysteem.

Mijn referentiestelsel zal dan echter een hoek maken tov het uitgangssysteem, hoewel ik me tov de referentiestelsels tov waarvan ik me bewoog steeds in loodrechte richting heb verplaatst, zonder mijn oriėntatie te veranderen.

Naast de tweelingparadox is dit het tweede zeer vreemde verschijnsel van de speciale relativiteitstheorie, dat ook kwantitatief berekend kan worden en experimenteel is getest, in de vorm van de Thomasprecessie.

Een elektron dat zich in een snelle roterende beweging bevindt zal als gevolg hiervan een voortdurende hoekverandering van de oriėntatie van zijn spin ondergaan, dus een roterende beweging hiervan.

Die precessie van de spin is dus gemeten,de zogenaamde thomasprecessie, en is een sterke ondersteuning van de juistheid van de lorentztransformatie.
pi_108396060
quote:
0s.gif Op zaterdag 25 februari 2012 16:52 schreef kleinduimpje3 het volgende:
Met rotatie bedoel ik in dit geval niet een roterende beweging maar een rotatie over een vaste hoek.
Met rotatie bedoel je dan een rotatie waarbij de hoek van de tijd afhangt? Een rotatie over een vaste hoek is een roterende beweging (je kunt de rotatie zowel passief als actief opvatten), dus ik snap je terminologie hier niet.
pi_108398046
quote:
0s.gif Op zaterdag 25 februari 2012 21:19 schreef Haushofer het volgende:

[..]

Met rotatie bedoel je dan een rotatie waarbij de hoek van de tijd afhangt? Een rotatie over een vaste hoek is een roterende beweging (je kunt de rotatie zowel passief als actief opvatten), dus ik snap je terminologie hier niet.
Nee, een roterend referentiestelsel is heel iets anders dan een stilstaand referentiestelsel dat een vaste hoek met een ander referentiestelsel vormt.

In het ene geval is de rotatiehoek afhankelijk van de tijd, in het andere geval ligt de rotatiehoek vast, en wordt de rotatiematrix gegeven door een gewone orthogonale matrix, zonder tijdsafhankelijkheid.
pi_108404991
quote:
0s.gif Op zaterdag 25 februari 2012 16:52 schreef kleinduimpje3 het volgende:
Een elektron dat zich in een snelle roterende beweging bevindt zal als gevolg hiervan een voortdurende hoekverandering van de oriėntatie van zijn spin ondergaan, dus een roterende beweging hiervan.
Wat is de mate van die precessie? Ik neem aan dat er meer precessie is bij een hogere rotatiesnelheid, maar ik neem ook aan dat er factoren bij komen kijken als draaihoek op de bewegingsvector? Wat ik voor me zie is een deeltje wat niet anders dan in een spiraal vooruit kan bewegen, waarbij het mogelijk is het model zo te configureren dat de figuur die de spiraal maakt 'in de tijd' meer of minder 'inhoud' heeft.

[ Bericht 24% gewijzigd door Onverlaatje op 26-02-2012 02:31:25 ]
pi_108414259
quote:
0s.gif Op zaterdag 25 februari 2012 22:17 schreef kleinduimpje3 het volgende:
In het ene geval is de rotatiehoek afhankelijk van de tijd, in het andere geval ligt de rotatiehoek vast, en wordt de rotatiematrix gegeven door een gewone orthogonale matrix, zonder tijdsafhankelijkheid.
Dat is inderdaad het enige verschil: de tijdsafhankelijkheid :) Ik kan elementen van de rotatiegroep SO(3) prima een tijdsafhankelijkheid mee geven door de hoeken tijdsafhankelijk te maken. Dit zijn nog steeds elementen van SO(3), en zijn dus ook nog steeds orthogonaal.

Dit is ook hoe je bijvoorbeeld "schijnkrachten" als de Corioliskracht e.d. kunt afleiden: voer een tijdsafhankelijke rotatie uit op de coordinaten van een vrij bewegend deeltje.
pi_108452416
quote:
0s.gif Op zondag 19 februari 2012 15:39 schreef Haushofer het volgende:
Je hebt inderdaad zowel een lading als een veld nodig, dus wat "de oorzaak" is is misschien wat ambigu. Ook omdat het in deze discussie een harde definitie mist.
Zou je je aan een harde definitie durven wagen, binnen de context van deze discussie? Of concluderen we dat er binnen de fysica, strikt gezien, geen oorzaak en gevolg bestaat?

Ik zit nog wel een beetje in m'n maag met verschijnselen waarbij een zeker tijdsverloop onderdeel van het experiment is. Als ik bijv. hetzelfde deeltje afschiet dan beweegt het op enig moment met een eenparige snelheid. Op t-1 bevindt het zich op een bepaalde plaats, op t ergens anders.
Het model is:

a = v * t

waaruit natuurlijk af te leiden is

a / v = t

Je zou dan v een definitie kunnen noemen, maar ook een eigenschap van het deeltje: het deeltje "heeft" een bepaalde snelheid. Evenzo is a een eigenschap van het deeltje: het was eerst ergens en later is het ergens anders. Is het redelijk hier te spreken van een interactie tussen het deeltje en de ruimte, waarbij a en v eigenschappen zijn van het deeltje en t een eigenschap van de ruimte? Of zou je eigenlijk beter kunnen spreken van gemeenschappelijke eigenschappen a, v en t van zowel ruimte als deeltje? Of wel, definieert het deeltje evenzeer de ruimte als de ruimte het deeltje?
Mu!
pi_108455116
quote:
0s.gif Op maandag 27 februari 2012 08:32 schreef SingleCoil het volgende:
Zou je je aan een harde definitie durven wagen, binnen de context van deze discussie?
Dat zou iets als volgt worden (maar het zal ongetwijfeld veel scherper geformuleerd kunnen/moeten worden):

We noemen A de oorzaak van B wanneer A in in het causale verleden van B ligt (gedefinieerd via lichtkegels, desnoods lokaal) en B een verandering ondergaat volgens natuurwetten waarin A aanwezig is.

quote:
Of concluderen we dat er binnen de fysica, strikt gezien, geen oorzaak en gevolg bestaat?
Ik snap niet waarom je dit vraagt. Nogmaal: causaliteit is een constructie om gebeurtenissen te ordenen in de fysica. Of het "strikt bestaat" in "absolute zin" weet ik niet (mocht je daar ook op doelen), maar in de fysica overduidelijk wel.

Ik zou niet weten waarom het "strikt gezien niet binnen de fysica zou bestaan". Natuurwetten geformuleerd in wiskundige formules alleen zijn niet genoeg om fysica te interpreteren. Fysica is meer dan een stapeltje wiskundige formules. Het moet geļnterpreteerd worden.
pi_108465643
quote:
0s.gif Op maandag 27 februari 2012 10:47 schreef Haushofer het volgende:

[..]

Dat zou iets als volgt worden (maar het zal ongetwijfeld veel scherper geformuleerd kunnen/moeten worden):

We noemen A de oorzaak van B wanneer A in in het causale verleden van B ligt (gedefinieerd via lichtkegels, desnoods lokaal) en B een verandering ondergaat volgens natuurwetten waarin A aanwezig is.
Volgens deze definitie zou dus het eerder genoemde inschakelen van het magnetisch veld geen oorzaak zijn van het afbuigende deeltje - het inschakelen van het veld ligt immers niet in het verleden van het afbuigen van het deeltje, dat gebeurt op hetzelfde moment. Kun je dan eens een voorbeeld geven van twee gebeurtenissen die niet op hetzelfde moment plaats vinden en waarvan de ene de oorzaak is van de andere?
quote:
[..]

Ik snap niet waarom je dit vraagt. Nogmaal: causaliteit is een constructie om gebeurtenissen te ordenen in de fysica. Of het "strikt bestaat" in "absolute zin" weet ik niet (mocht je daar ook op doelen), maar in de fysica overduidelijk wel.

Ik zou niet weten waarom het "strikt gezien niet binnen de fysica zou bestaan". Natuurwetten geformuleerd in wiskundige formules alleen zijn niet genoeg om fysica te interpreteren. Fysica is meer dan een stapeltje wiskundige formules. Het moet geļnterpreteerd worden.
Dat is een interessant zienswijze. Laten we even teruggaan naar het experiment met het geladen deeltje en het magnetisch veld. Wat moet er aan geinterpreteerd worden dat niet door de formule die het gedrag van de objecten in dit experiment beschijft? En waar komt dan de vermeende noodzakelijkheid van causaliteit om de hoek kijken?
Mu!
pi_108470795
quote:
0s.gif Op zondag 26 februari 2012 13:59 schreef Haushofer het volgende:

[..]

Dat is inderdaad het enige verschil: de tijdsafhankelijkheid :) Ik kan elementen van de rotatiegroep SO(3) prima een tijdsafhankelijkheid mee geven door de hoeken tijdsafhankelijk te maken. Dit zijn nog steeds elementen van SO(3), en zijn dus ook nog steeds orthogonaal.

Dit is ook hoe je bijvoorbeeld "schijnkrachten" als de Corioliskracht e.d. kunt afleiden: voer een tijdsafhankelijke rotatie uit op de coordinaten van een vrij bewegend deeltje.
Ja, maar wat ik duidelijk probeerde te maken was dat als iemand een reis maakt, en hij beweegt zich hierbij met aanzienlijke snelheid in een rondje, en hij komt uiteindelijk weer tot stilstand op zijn plek van uitgang het effect hiervan niet is dat hij in een cirkeltje rond zijn eigen as blijft draaien, maar dat zijn oriėntatie tov het rustsysteem over een vaste hoek is verschoven.

Bij dat rondreizen heeft hij er dan steeds goed op gelet dat zijn oriėntatie tov het systeem ten opzichte waarvan hij op dat moment in rust was niet veranderde.

Als hij echter door blijft gaan met het beschrijven van die rondjes zal bij iedere ronde de rotatiehoek van zijn eigen referentiesysteem tov het rustsysteem met een vaste waarde vergroot worden, waardoor uiteindelijk het effect ontstaat alsof hij om zijn eigen as draait tov het rustsysteem.

Maar aan die draaiing om zijn eigen as zou dus onmiddellijk een einde komen op het moment dat hij ophield met versnellen.
pi_108472957
quote:
0s.gif Op zondag 26 februari 2012 02:17 schreef Onverlaatje het volgende:

[..]

Wat is de mate van die precessie? Ik neem aan dat er meer precessie is bij een hogere rotatiesnelheid, maar ik neem ook aan dat er factoren bij komen kijken als draaihoek op de bewegingsvector?
De hoeksnelheid van de precessie, in radialen per seconde, wordt gegeven door het produkt van de snelheid en de versnelling, vermenigvuldigd met de sinus van de onderlinge hoek, gedeeld door de snelheid in het kwadraat, en vermenigvuldigd met (gamma-1).

Voor snelheden klein tov de lichtsnelheid kan de hoeksnelheid van de precessie benaderd worden door: versnelling vermenigvuldigd met de snelheid maal de sinus van de onderlinge hoek, gedeeld door 2 maal de lichtsnelheid in het kwadraat.

Het zijn formules 33 en 34 in de volgende link:

http://aflb.ensmp.fr/AFLB-291/aflb291p057.pdf

[ Bericht 0% gewijzigd door kleinduimpje3 op 27-02-2012 19:05:27 ]
pi_108494105
quote:
0s.gif Op maandag 27 februari 2012 15:45 schreef SingleCoil het volgende:

[..]

Volgens deze definitie zou dus het eerder genoemde inschakelen van het magnetisch veld geen oorzaak zijn van het afbuigende deeltje - het inschakelen van het veld ligt immers niet in het verleden van het afbuigen van het deeltje, dat gebeurt op hetzelfde moment.
Nee, dat gebeurt met de lichtsnelheid, en wordt gegeven door zogenaamde Lienard-Wiechert potentialen. (google maar es op "retarded potentials")

quote:
Kun je dan eens een voorbeeld geven van twee gebeurtenissen die niet op hetzelfde moment plaats vinden en waarvan de ene de oorzaak is van de andere?
Het elektromagnetische veld, dus. Of het zwaartekrachtsveld. Of de andere interacties. Een ander voorbeeld zou zijn om een tik tegen een staaf te geven, en te kijken hoe de trilling door de staaf gaat. Ik heb de definitie in de context van de (algemene) relativiteitstheorie gegeven.


quote:
Laten we even teruggaan naar het experiment met het geladen deeltje en het magnetisch veld. Wat moet er aan geinterpreteerd worden dat niet door de formule die het gedrag van de objecten in dit experiment beschijft?
Wat de oorzaak is, en wat het gevolg.

quote:
En waar komt dan de vermeende noodzakelijkheid van causaliteit om de hoek kijken?
Als je wilt verklaren waarom het ene voor het andere gebeurt.
pi_108494134
quote:
0s.gif Op maandag 27 februari 2012 17:56 schreef kleinduimpje3 het volgende:

[..]

Ja, maar wat ik duidelijk probeerde te maken was dat als iemand een reis maakt, en hij beweegt zich hierbij met aanzienlijke snelheid in een rondje, en hij komt uiteindelijk weer tot stilstand op zijn plek van uitgang het effect hiervan niet is dat hij in een cirkeltje rond zijn eigen as blijft draaien, maar dat zijn oriėntatie tov het rustsysteem over een vaste hoek is verschoven.
Ok, en tov dit soort transformaties zijn je uitdrukkingen (bv de Dirac vergelijking) covariant. Wanneer je Lorentztransformaties tijd- en plaatsafhankelijkheid gaat meegeven, krijg je extra termen, zoals in de klassieke mechanica. (dit is hoe je uiteindelijk de algemene relativiteitstheorie kunt verkrijgen, maar dat terzijde).
pi_108494791
quote:
0s.gif Op dinsdag 28 februari 2012 09:48 schreef Haushofer het volgende:
...

Als je wilt verklaren waarom het ene voor het andere gebeurt.
OK, laten we dan nog even teruggaan met het experiment van het geladen deeltje en het electromagnetische veld. Ik doe twee experimenten:

1. Ik heb een deeltjeszender waarbij ik de lading van de deeltjes met een knop kan bepalen: uit is ongeladen, aan is geladen. Ik stuur de deeltjes door een magnetisch veld. Ik stel vast dat als ik op de knop druk, de deeltjes afbuigen, en anders niet. Conclusie: de lading van het deeltjes is de oorzaak van de afbuiging.
2. Dezefde deeltjeszender, maar nu heb ik de knop altijd op aan staan - er worden uitsluitend geladen deeltjes gestuurd. Ik heb nu een knop waarmee ik de electromagneet aan en uit kan schakelen. Als de knop uit staat, is er geen afbuiging. Schakel ik het veld in, dan buigen de deeltjes af. Conclusie: het electromagnetisch veld is de oorzaak van de afbuiging.

Kijkende naar jouw definitie, waarom is in 1. de lading van het deeltje de oorzaak en in 2. het magnetisch veld? Is het werkelijk zo dat in 1. de lading er eerder was dan de afbuiging? En in 2. het veld er eerder was dan de afbuiging? Ofwel, was er in 1. een moment dat er een geladen deeltje door een magnetisch veld bewoog maar niet afgebogen werd? En was dat moment er in 2. ook?
Mu!
  dinsdag 28 februari 2012 @ 10:57:33 #178
31817 Bananenbuiger
Wat recht is kan krommer...
pi_108495525
In beide situaties zorgt het veld voor de afbuiging, toch?
Als je het woord "oorzaak" strikt neemt tenminste.
De lading van het deeltje is een conditie, maar de aanwezigheid van het veld determineert de gebeurtenis.
Alwayz expect the unexpected
pi_108495822
quote:
0s.gif Op dinsdag 28 februari 2012 10:57 schreef Bananenbuiger het volgende:
In beide situaties zorgt het veld voor de afbuiging, toch?
Als je het woord "oorzaak" strikt neemt tenminste.
De lading van het deeltje is een conditie, maar de aanwezigheid van het veld determineert de gebeurtenis.
Hoe definieer je "oorzaak" dan? En waarom determineert de aanwezigheid van het veld de gebeurtenis? In 1. is het veld altijd aanwezig, toch is er soms geen afbuiging. Dat kan dus niet aan de aanwezigheid van het veld liggen.
Mu!
pi_108500687
quote:
0s.gif Op dinsdag 28 februari 2012 10:26 schreef SingleCoil het volgende:
Kijkende naar jouw definitie, waarom is in 1. de lading van het deeltje de oorzaak en in 2. het magnetisch veld?
Waarom is dat volgens mijn definitie zo? Het veld komt toch ook in je vergelijkingen voor?

Ik snap de manier waarop jij naar fysica kijkt niet echt, eerlijk gezegd. Ik heb ook het idee dat dit meer gebakkelij is om etiketjes, in plaats van dat het echt relevante aspecten aanstipt. :)

In jouw geval druk je de knop in. Dat zal een signaal naar het deeltje sturen (met de lichtsnelheid), en dan zal het deeltje een lading krijgen. Daardoor gaat het veld op de lading inwerken.

De gebeurtenis waarmee alles begint is het indrukken van de knop, noem dit A. De gebeurtenis "het deeltje heeft een lading", noem dit B, ligt in de toekomstige lichtkegel van A. Deze gebeurtenis B valt samen met de gebeurtenis "het veld werkt in op de lading" C, aangezien deze statements elkaar impliceren: B=C. Dus A kan invloed uitoefenen op B (er kan een causaal verband zijn). Volgens de formules van hoe velden inwerken op ladingen zal dit inderdaad ook zo zijn: er is dus een causaal verband.

En dan kun je A als oorzaak, en B=C als gevolg zien.

Maar zoals ik zei, dit zul je ongetwijfeld veel scherper kunnen formuleren. Daar heb ik op dit moment geen zin in, en ook de tijd niet voor :)

[ Bericht 4% gewijzigd door Haushofer op 28-02-2012 13:47:38 ]
  woensdag 7 maart 2012 @ 11:46:59 #181
100657 SingleCoil
Gezinshoofd
pi_108814796
quote:
0s.gif Op dinsdag 28 februari 2012 13:40 schreef Haushofer het volgende:

[..]

Waarom is dat volgens mijn definitie zo? Het veld komt toch ook in je vergelijkingen voor?

Ik snap de manier waarop jij naar fysica kijkt niet echt, eerlijk gezegd. Ik heb ook het idee dat dit meer gebakkelij is om etiketjes, in plaats van dat het echt relevante aspecten aanstipt. :)

In jouw geval druk je de knop in. Dat zal een signaal naar het deeltje sturen (met de lichtsnelheid), en dan zal het deeltje een lading krijgen. Daardoor gaat het veld op de lading inwerken.

De gebeurtenis waarmee alles begint is het indrukken van de knop, noem dit A. De gebeurtenis "het deeltje heeft een lading", noem dit B, ligt in de toekomstige lichtkegel van A. Deze gebeurtenis B valt samen met de gebeurtenis "het veld werkt in op de lading" C, aangezien deze statements elkaar impliceren: B=C. Dus A kan invloed uitoefenen op B (er kan een causaal verband zijn). Volgens de formules van hoe velden inwerken op ladingen zal dit inderdaad ook zo zijn: er is dus een causaal verband.

En dan kun je A als oorzaak, en B=C als gevolg zien.

Maar zoals ik zei, dit zul je ongetwijfeld veel scherper kunnen formuleren. Daar heb ik op dit moment geen zin in, en ook de tijd niet voor :)

Ik heb echter de tijd, en wacht met gepaste spanning op de scherpere formulering. Vooralsnog is je betoog niet overtuigend :)
Mu!
pi_109373885
Waar komt nou de lichtsnelheid vandaan? Ik probeer erover na te denken. Wat gegeven is, is dat vanuit elk reference frame de lichtsnelheid constant lijkt. Afgezien van het begrip tijd, kan je zeggen dat de events in het space time diagram niet voor iedereen gelijktijdig gebeuren en kan je zeggen dat de lichtsnelheid variabel is, gelang naar hoe je ernaar kijkt. Eigenlijk is c alleen constant in jouw reference frame. Jouw reference frame, zonder ingebrip van andere reference frames, is een absoluut reference frame. Kan ik daarmee zeggen dat c alleen constant is in een absoluut reference frame?
Nu is het zo, dat het pad wat licht aflegt in 4d ruimtetijd, niet mee tranfsformeert bij lorentztransformaties. Feitelijk is de lichtsnelheid dus het ruimtelijk equilibrium bij opeenvolgende dimensionale transformaties. Dat is eigenlijk alles wat het is. Zodra je sneller gaat, gaat dimensionale informatie verloren. Dan 'besta' je niet meer in alle reference frames, maar slechts in een klein, afgeleid gebied. Een gebied wat natuurlijk gezien gelijk wegtransformeert om nooit meer ruimtelijk in equilibrium te komen met de rest van 'onze' ruimte. Oftewel, het licht wat we zien, zit toevallig op dat equilibrium. Evenals de materie wat wij ervaren als de ruimte om ons heen. En tijd is niet een constant begrip (alleen constant, net als de lichtsnelheid, in jouw absolute reference frame), het is de ruimtelijke verhouding tussen intertiaalstelsels in beweging. Deze ruimtelijke verhouding, komt tot uiting met de lichtsnelheid. De lichtsnelheid is dus de transformatiesnelheid waarbij dezelfde gebeurtenissen in een gemeenschappelijke ruimte plaatsvinden. Gaat de transformatiesnelheid sneller of langzamer, dan valt de cohesie, de gemeenschappelijke ruimte uit elkaar. Oftewel, dan vallen de deeltjes uit elkaar, want dan is er geen transformatie equilibrium meer. Dit sterkt mij in de gedachte, dat deeltjes, in dit transformatie equilibrium, geen andere keus hebben dan zich te verplaatsen (beter gezegd, zij verplaatsen zich niet, de inertiaalselsels worden verlegd en gaan uit elkaar lopen), indien zij onderhevig zijn aan lengtecontractie, als het punt waarbij transformatie equilibrium optreed beinvloed wordt.

Oftewel, we dienen het begrip 'lichtsnelheid' beter te definieren. Ten eerste is het alleen constant in jouw, virtueel absolute reference frame. Ten tweede, er is daarmee geen maximum aan de lichtsnelheid, er is geen ruimte om licht daar nog sneller doorheen te laten gaan. Lichtsnelheid is de tijdsnelheid en zodra events sneller geforceerd worden voorbij het transformatie equilibrium, vallen deeltjes uit elkaar. En dit zien we dan ook dagelijks om ons heen. Forceren we energie naar het transformatie equilibrium, dan kunnen we een deeltje maken. Forceren we het weg van het equilibrium, dan valt het deeltje uit elkaar en komt er energie vrij, waarvan we slechts een gedeelte zien, wat toevallig op het transformatie equilibrium ligt en met ons kan interacteren. Daarnaast zijn er transformatie stadia te maken, waarbij, door interferentie, deeltjes over grote afstand invloed op elkaar lijken uit te oefenen, gezien de ruimte virtueel is en constant onderhevig is aan transformatie. Tengevolge van mijn gedachte zou Minkowski ruimtetijd slechts het virtueel ruimtelijk equilibrium zijn van een hyperdimensionale ruimte.

[ Bericht 7% gewijzigd door Onverlaatje op 23-03-2012 13:30:04 ]
pi_110260801
Als de snelheid van het licht direct gekoppeld is aan het ontstaan van de waarnemingsruimte waarlangs events worden doorgegeven (simpel gezegd, het licht kan niet sneller langs het 'ontstaan' van de ruimte waardoor heen het gaat en die waarnemingsruimte ervaart elke waarnemer net even anders gezien het tijdstip van ontvangst van de events), dan zou het golvende pad wat een foton beschrijft, precies het 'ontstaan' van die (waarnemings)ruimte moeten (be)tekenen? Of het foton legt niet precies dat pad af in een ruimte, alleen de waarnemers zien dat pad alsof het dat pad heeft afgelegd in een waargenomen ruimte?

Ook deze interpretatie zou het omgekeerde zijn van wat we nu aannemen. Nu bedenk ik me niet alleen dat lengtecontractie ook zelf kan zorgen voor een waargenomen beweging (in plaats van andersom), maar ook dat de ruimte zelf kan 'ontstaan' oftewel waargenomen wordt a.d.v. de events die waarnemers kunnen meten, waarbij de ruimte een variabele lichtsnelheid limiteert in plaats van dat een vaste lichtsnelheid de tijd vertraagt bij beweging door een ruimte (waarom zou licht dat doen?).
Het grote voordeel hiervan is, dat je hiermee wel een verklaring van de lichtsnelheid en voor de waargenomen tijd en ruimte kan vinden, in plaats van dat je de waargenomen lichtsnelheid constante als gegeven feit aanneemt (en daarmee de bekende, wiskundig eveneens kloppende conclusies trekt in een andere volgorde) zonder voor de lichtsnelheid een verklaring te geven.

[ Bericht 7% gewijzigd door Onverlaatje op 13-04-2012 01:26:32 ]
pi_110348017
Stel dat, volgens mijn eerste gedachte, een deeltje, wat onderhevig is aan lengtecontractie in beweging zou komen, dan is het de vraag welke richting het dan op gaat. Wat ik wel weet, is dat als het een roterend deeltje is, het ook lengtecontractie ondergaat, maar omdat het deeltje normaal gesproken in alle richtingen roteert, het niet zal bewegen door de ruimtetijd. Als, volgens mijn tweede gedachte de ruimtetijd zelf een product is van een equilibrium van gemeenschappelijke events in een hyperdimensionale ruimte, zal de ruimtetijd als een veld rond het roterende deeltje bestaan.
Als er nu een tweede deeltje volgende dezelfde principes zou bestaan, zou het veld wat rond de twee deeltjes bestaat, niet meer gelijk verdeeld zijn, maar zou het veld verdeeld worden tussen de twee deeltjes. Het resulaat is dat ook de reference frames van de deeltjes niet meer uniform verdeeld raken, de bij de het deeltje, door lengtecontractie compactere reference frames, uniforme verdeling van de ruimtetijd van het deeltje raakt verstoord op de lijn tussen de twee deeltjes, wordt langs de as tussen de twee deeltjes meer compact en krijgt doordoor een richting, volgens het principe (beweging=lengtecontractie) en (lengtecontractie=beweging) gaat er een beweging plaatsvinden door het fuserende ruimtetijdveld tussen de twee deeltjes. De deeltjes gaan naar elkaar toe. Dit is het zwaartekracht effect.

Dus hiermee kunnen we de zwaartekracht daadwerkelijk verklaren, in plaats van het aan te nemen als product van een extra factor in ART. Je zou dus deze factor in ART kunnen herschrijven naar een uitgebreidere SRT variant. Dientengevolge, als wij snappen hoe wij de uniforme rotatie van de deeltjes kunnen beinvloeden, zodat de rotatie niet rond gaat in alle richtingen, maar gedeeltelijk kunnen polariseren, kunnen wij de zwaartekracht versterken, of nivelleren.

[ Bericht 0% gewijzigd door Onverlaatje op 15-04-2012 17:14:14 ]
pi_113891377
Feitelijk leven en bestaan we in temporale ruimte. Of ja, dan zou je het misschien nog tijd-ruimte kunnen noemen (zeker niet andersom ruimtetijd, want dat zou impliceren dat er eerst ruimte was waar tijd bijkwam, in de historie van onze perceptie van natuurkunde wel, maar het is niet zoals het fysisch is). De ruimte ontstaat pas bij het verstrijken van tijd. Zonder tijdverloop, geen ruimte. Daarom is het zo, dat als een kogel met de lichtsnelheid en daarmee met het maximale verstrijken van tijd voorbij beweegt, het voor de waarnemer geen ruimte inneemt. Andersom, beweegt de waarnemer ten opzichte van de kogel, dan neemt de waarnemer geen ruimte in en heeft de kogel wel ruimte.
Het tijd-ruimte dimensionale systeem van tijdverloop en ruimte is aan elkaar gekoppeld. Niet alleen hoe snel een object beweegt in de ruimte zorgt voor een verschillend tijdverstrijk. Ook een verandering in het verstrijken van tijd zelf zorgt voor een verandering van de ruimtelijke, dimensionale projectie, het veroorzaakt beweging. Dit is in feite wat zwaartekracht is (de koppeling via massa en energie is in feite een verkapte versie hiervan).

Ook het plotselinge bewegen, het wegschieten van fotonen vanaf de bron van oorsprong, met de lichtsnelheid, kan ik hiermee verklaren!

Stel nu, dat ik aan de voorkant van een auto het tijdverloop trager weet te krijgen, dan zal de ruimtelijke projectie zich hierop aanpassen, aangezien wij in temporale ruimte leven. Wij veroorzaken dan kunstmatig lengtecontractie en als resultaat beweging t.o.v. de rest van de ruimte om de auto. Hierdoor zal de auto, zich voort lijken te gaan bewegen, niet omdat omdat de motor de wielen via een chemisch proces in beweging zet, maar omdat mijn denkbeeldige versie van een fysisch tijdvertragende motor als neveneffect de fysica van de auto aanpast, de ruimtelijke projectie is daaraan gekoppeld. Hetzelfde zou gelden voor een vliegtuig. Als een vliegtuig het tijdverloop boven zich meer weet te vertragen dan de tijdvertraging wat de aarde veroorzaakt, zal de zwaartekracht niet alleen genivelleerd worden (en het boven het aardoppervlak blijven zweven), maar zal het opstijgen, weg van de aarde.

De mogelijkheden liggen nu echt allemaal voor ons binnen het bereik van ons denkvermogen.
Nu wij dit weten, zullen wij (en ik als niet-natuurkundige ingenieur) op zoek moeten gaan naar fysische manieren om de tijd te vertragen. Wellicht kan men bijvoorbeeld met elektromagnetisme atomen van een bepaald type zo rangschikken en/of aansturen zodat het merendeel van deze atomen omwentelingen maken langs eenzelfde vlak, zodat het tijdverloop ongelijk gaat in een door ons bepaalde richting? Normaal gesproken draaien atomen alle willekeurige kanten op, het forceren van draaiing langs een gemeenschappelijk vlak zou interessante resultaten kunnen opleveren. Supergeleiding bij kamertemperatuur, bijvoorbeeld.

[ Bericht 0% gewijzigd door Onverlaatje op 08-07-2012 01:12:20 ]
  zondag 8 juli 2012 @ 15:51:05 #186
240100 ATan
Listige code is lastig lezen
pi_113928585
quote:
0s.gif Op zaterdag 7 juli 2012 14:46 schreef Onverlaatje het volgende:
Ook het plotselinge bewegen, het wegschieten van fotonen vanaf de bron van oorsprong, met de lichtsnelheid, kan ik hiermee verklaren!
Weerkaatsing van licht ook?
pi_114393343
quote:
0s.gif Op zondag 8 juli 2012 15:51 schreef ATan het volgende:

[..]

Weerkaatsing van licht ook?
Geen idee nog hoe precies, maar ik ga er vanuit van wel. Als massa en zwaartekracht af te leiden is uit beweging van atomen en het herschikken van reference frames, dan zouden beweeglijker atomen (energierijker?) meer massa moeten hebben en meer onderlinge zwaartekracht moeten ondervinden. Ook, zou bij het afkoelen van massa, de zwaartekracht steeds minder moeten worden. Alleen dit zijn minieme verschillen, alleen redelijk te meten als het gaat over enorm grote objecten, of enorme afstanden

[ Bericht 6% gewijzigd door Onverlaatje op 18-07-2012 23:51:48 ]
  zondag 22 juli 2012 @ 00:24:15 #188
240100 ATan
Listige code is lastig lezen
pi_114516621
Dus ook een aanname?
pi_114516877
Nu heb ik wel voor mijzelf kunnen verklaren wat zwaartekracht is en waarom het een kracht lijkt en waarom het lijkt dat er ruimtetijd is en waarom het verbogen lijkt, door andersom te redeneren en aan te nemen dat de propagatieverddeling van tijd (oorzaak-gevolg, je kan er van alles voor invullen) de ruimte projecteert en een ongelijke verdeling de ruimte tussen objecten doet veranderen en daardoor een beweging lijkt te veroorzaken (en daarmee de kracht en het veld). Maar nu probeer ik hetzelfde te beredeneren voor de elektromagnetische kracht die er lijkt te zijn en het veld wat daarbij aanwezig lijkt te zijn. Als ook dat slechts een schijnbare beweging in een ruimtelijke projectie is, waaraan is dan dit keer de ruimtelijke projectie aan onderhevig?
  vrijdag 28 december 2012 @ 13:46:22 #190
240100 ATan
Listige code is lastig lezen
pi_120860607
Het elektromagnetische veld zal de sleutel zijn tot het herschrijven van de bekende fysische formules naar een relativistisch formaat, gezien ik vermoed dat de refractie van licht (buiging van het elektromagnetische veld) in vloeistof komt door de manier van bewegen en daardoor van de samenvoeging van verschillende relativistische velden in een atoom tot een gemeenschappelijke tijd-ruimte. Voor een foton, wordt de gemeenschappelijke tijd-ruimte anders dan die van zwaardere deeltjes, daarom lijkt er een verbuiging te ontstaan. Vanuit het elektromagnetisch veld gezien verbuigt het pad van het foton niet, maar verbuigen wij. Komt hier de golfbeweging vandaan, want hoe kan hetzelfde foton, langere en kortere golfbewegingen vertonen?

[ Bericht 2% gewijzigd door ATan op 28-12-2012 17:02:47 ]
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')