Je kan het op meerdere manieren oplossen, bijv. de product regel: tan (x) * tan(x)quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:02 schreef vault_tec het volgende:
laatste vraag, ben ik klaar met mijn huiswerk.
Wat komt er uit
(tan x)²
als je het differentieert. Morgen even langs mijn docent voor wat bijscholing.
ik heb zelf 2 (tan x) * cos² x
jaquote:Op woensdag 25 januari 2012 22:04 schreef bert_van_dirkjan het volgende:
Is de absolute waarde van een imaginair getal de wortel van de kwadraten van het reële en imaginaire deel? Oftewel geldt: Abs(a+bi) = (a^2+b^2)^(1/2) ?
Nee, de afgeleide van tan(x) is niet cos²(x).quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:02 schreef vault_tec het volgende:
laatste vraag, ben ik klaar met mijn huiswerk.
Wat komt er uit
(tan x)²
als je het differentieert. Morgen even langs mijn docent voor wat bijscholing.
ik heb zelf 2 (tan x) * cos² x
wat is het dan wel?quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:31 schreef thenxero het volgende:
[..]
Nee, de afgeleide van tan(x) is niet cos²(x).
Wiskunde vraagjequote:Op woensdag 25 januari 2012 21:51 schreef norrie13 het volgende:
thanks
de eerste snap ik
2e snap ik nogsteeds niet : O(p)=p²(p-4)(2p+7)
en hoe quot je? me quot button is weg
Ik kom uit op 6/6x = 1/x en -3e-xquote:Op donderdag 26 januari 2012 15:57 schreef vault_tec het volgende:
volgens mijn docent is na differentieren Ln 6x
1/6e * 6x
geworden maar dit is toch 1/x ?
en 3e^-x
-e^-x
maar dat klopt toch ook niet?
quote:Op donderdag 26 januari 2012 15:57 schreef vault_tec het volgende:
volgens mijn docent is na differentieren Ln 6x
1/6e * 6x
geworden maar dit is toch 1/x ?
De regel is datquote:en 3e^-x
-e^-x
maar dat klopt toch ook niet?
Gebruik eens wat haakjes want volgens mij snap je zelf ook niet wat je eigenlijk zegt.quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:08 schreef vault_tec het volgende:
dus die vermenigvuldiging bij 1/6e* 6x moet eigenlijk een deling zijn?
het sterretje staat voor een keer teken. die dat moet dus een deling deelteken zijn?quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:11 schreef thenxero het volgende:
[..]
Gebruik eens wat haakjes want volgens mij snap je zelf ook niet wat je eigenlijk zegt.
Ik bedoel het volgende:quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:12 schreef vault_tec het volgende:
[..]
het sterretje staat voor een keer teken. die dat moet dus een deling deelteken zijn?
Bedankt in ieder geval mannen
Dat is inderdaad beter. Het liefst met \frac{a}{b} voor a/b.quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:15 schreef zoem het volgende:
Tip: gebruik de [tex] en [ /tex] voor duidelijke opmaak van vergelijkingen (of ongelijkheden )
Bumpquote:Op donderdag 19 januari 2012 13:38 schreef JohnSpek het volgende:
Als ik in SPSS een lineaire regressie uitvoer, dan vind ik het vreemd dat eigenlijk alles wel significant is. Ik heb een grote dataset.
Elke willekeurige combinatie van variabelen heeft een significant effect, de R^2 is daarentegen soms heel laag (0,0005) dus de onafhankelijke variabel verklaart vrijwel niks in de afhankelijke variabel.
Hoe kan het dat zowat alles significant is?
Dat is een zwakte van statistiek.quote:
Ik heb nu een model met 4 variabelen met een adjusted R^2 van 12%.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:15 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dat is een zwakte van statistiek.
Dat hangt van het model af. Als je iets helemaal niet verwacht is 12% hoog. Als je iets echt wilt verklaren is 80% laag.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:25 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Ik heb nu een model met 4 variabelen met een adjusted R^2 van 12%.
Het gaat over het underpricing fenomeen van aandelen (gemiddelde eerste dag returns zijn niet verklaarbaar hoog).
Ik weet niet echt wat ik nu kan zeggen. Hoe weet ik of 12% veel is?
Ik heb gewoon hypotheses (of tenminste, die moet ik nog opschrijven) in de vorm van "Variabel 1 heeft een positief effect op variabel Y". Dan is het erg laag dus?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:27 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dat hangt van het model af. Als je iets helemaal niet verwacht is 12% hoog. Als je iets echt wilt verklaren is 80% laag.
Hij kan genoeg zijn om je nulhypothese (geen effect) te verwerpen.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:38 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Ik heb gewoon hypotheses (of tenminste, die moet ik nog opschrijven) in de vorm van "Variabel 1 heeft een positief effect op variabel Y". Dan is het erg laag dus?
Wat voor factoren hebben daar invloed op?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:42 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Hij kan genoeg zijn om je nulhypothese (geen effect) te verwerpen.
Van wat ik me herinner, zijn p-waarden vaak kleiner dan 0,01 als je heel erg veel waarnemingen hebt zelfs als het effect heel klein is.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:44 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Wat voor factoren hebben daar invloed op?
De p waarde van alle beta's in het model zijn kleiner dan 0,01
Zijn er andere statistische methoden om wat meer duidelijkheid te creëren of er een effect is?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:53 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Van wat ik me herinner, zijn p-waarden vaak kleiner dan 0,01 als je heel erg veel waarnemingen hebt zelfs als het effect heel klein is.
Met jouw hypothese set H0: b1=b2..=bk = 0quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:12 schreef Sir_Windsor het volgende:
Je kan gebruik maken van de volgende test (n-k)/(n-1)*R^2/(1-R^2) de test statistic volgt een F distributie. Met H0: b2...bk=0. Je test dus dat alle beta's 0 zijn behalve de intersectie
Je test als R^2 0 kan zijn of niet. Je kijkt dus als je bewijs hebt om aan te nemen dat er geen verband is tussen de afhankelijke en onafhankelijke variabelen.quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:19 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Met jouw hypothese set H0: b1=b2..=bk = 0
en H1: Niet H0
Test je toch juist of 1 of meer beta's niet gelijk zijn aan 0?
Dat doet SPSS volgens mij automatisch? Gewoon het testen van het regressiemodel?quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:22 schreef Sir_Windsor het volgende:
[..]
Je test als R^2 0 kan zijn of niet. Je kijkt dus als je bewijs hebt om aan te nemen dat er geen verband is tussen de afhankelijke en onafhankelijke variabelen.
Wat is de andere kant van de vergelijking, of moet er geïntegreerd danwel gedifferentieerd worden?quote:
Je bedoelt ?quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:24 schreef One_conundrum het volgende:
uh? ik wil gewoon graag een nummer ipv q. dat nummer is 0.02003
Inderdaad.quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:30 schreef GlowMouse het volgende:
steek maar meer moeite in het stellen van je vraag
haha, Ik had niet verwacht dat mijn vraag zo onduidelijk was.quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:30 schreef GlowMouse het volgende:
steek maar meer moeite in het stellen van je vraag
99.003etc = 100e -(q/2)quote:Op zaterdag 28 januari 2012 22:07 schreef One_conundrum het volgende:
hmm het komt niet echt uit, ik krijg niet echt 0.02etc uit mijn GR..
het moet dus zijn uuuh
100 - 1e-(0.04/12) = 100e -(q/2)
99.003etc = 100e -(q/2)
Ik ben inderdaad niet helemaal netjes met de tekens. Eigenlijk moet je de volgende twee aanpassingen doen tov wat ik deed:quote:Op zondag 29 januari 2012 22:47 schreef zoem het volgende:
Voor strict concaaf moeten de determinant en de eigenwaardes van de Hessiaan positief zijn. Waarom dan het gelijk-aan-of-groter teken? Of is dit nog niet de (juiste) oplossing voor het strict geval?
verbeterdquote:Op vrijdag 3 februari 2012 12:22 schreef GlowMouse het volgende:
Is y afhankelijk van t?
Rare notatie van een interval.
Als je onderscheid maakt tussen y>=0 en y<0 dan is het toch wel te doen? Alleen opletten bij y=0 wanneer 0<alpha<=1.
Mits de meetfouten onafhankelijk zijn.quote:Op zondag 5 februari 2012 23:19 schreef twaalf het volgende:
Nou ja, je zit erboven of eronder, dus je krijgt iets binomiaals denk ik, 10 trekkingen.
precies, dat staat erquote:Op donderdag 9 februari 2012 13:43 schreef bezemsteeltaart het volgende:
Is |A+B| dan eerst de A+B matrices bij elkaar optellen en daar de determinant van?
ik zou twee voorbeeldmatrices maken en het dan allebei uitproberenquote:Op donderdag 9 februari 2012 13:43 schreef bezemsteeltaart het volgende:
Laat A en B 2x2 matrices zijn met de determinanten |A|=4 en |B|=7
ik weet dat |A|+|B| niet gelijk is aan |A+B| maar wat zijn de verschillen dan?
Is |A|+|B|=11 of is |A+B|=11??
Is |A+B| dan eerst de A+B matrices bij elkaar optellen en daar de determinant van ofzo?? Ik heb geen idee..
Je hebt hier in feite gewoon de bekende Newton-Raphson iteratie voor de bepaling van het nulpunt van - in dit geval - f(x) = x3 - A, waarbij geldt:quote:Op vrijdag 10 februari 2012 01:19 schreef kutkloon7 het volgende:
Ik moet bewijzen dat
als
Kan iemand me een aanwijzing geven? Ik kan wel aantonen dat als
ook
maar hier kom ik niet echt verder mee.
Dat hoeft ook helemaal niet in het algemeen te bewezen worden, maar alleen in dit specifieke geval. Dan wordt het vast makkelijker.quote:Op vrijdag 10 februari 2012 11:31 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je hebt hier in feite gewoon de bekende Newton-Raphson iteratie voor de bepaling van het nulpunt van - in dit geval - f(x) = x3 - A, waarbij geldt:
[ afbeelding ]
Je zou eerst moeten aantonen dat je rij {xn} überhaupt convergeert, en dat is nog niet zo eenvoudig (zie hier).
Neem {A,B,C,D} als beginpermutatie. Gegeven een eindpermutatie. Neem de letter die in de eindpermutatie in de uiterst rechter positie terecht moet komen (positie 4). Dit kan in hoogstens 3 stappen. Nu de rechterletter vaststaat, is het probleem gereduceerd tot het volgende:quote:Op zaterdag 11 februari 2012 21:05 schreef Anoonumos het volgende:
1) Kan elke permutatie van {A,B,C,D} gemaakt worden uit de tranposities (AB), (BC) en (CD)?
Ja, want ik kan de transposities (AC), (AD) en (BD) schrijven als product van de andere drie transposities, en elke permutatie is een product van transposities.
2) Hoeveel vermenigvuldigingen zijn er dan maximaal nodig?
Bij 1) vond ik dat ik (AC) 3 stappen kost om te maken. (BD) ook 3 en (AD) 5.
Van ABCD naar DCBA (of CDAB) gaan kost dan 6 stappen en ik vermoed dat dit het maximale is. Maar hoe bewijs je zoiets?
Je geeft nu een bovengrens voor het aantal vermenigvuldigingen.quote:Op zaterdag 11 februari 2012 21:50 schreef thenxero het volgende:
[..]
Neem {A,B,C,D} als beginpermutatie. Gegeven een eindpermutatie. Neem de letter die in de eindpermutatie in de uiterst rechter positie terecht moet komen (positie 4). Dit kan in hoogstens 3 stappen. Nu de rechterletter vaststaat, is het probleem gereduceerd tot het volgende:
"Hoeveel vermenigvuldigingen zijn er maximaal nodig om van {A,B,C} met de transposities (AB) en (BC) een willekeurige permutatie van {A,B,C} te maken".
Als je het argument op deze manier afmaakt krijg je 3+2+1=6.
De vraagsteller had 6 ook al als ondergrens.quote:Op zaterdag 11 februari 2012 23:15 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Je geeft nu een bovengrens voor het aantal vermenigvuldigingen.
Ik snap niet echt wat je hier bedoelt. (ABCD) verandert de volgorde van je permutatie niet (?).quote:Op zaterdag 11 februari 2012 23:10 schreef Anoonumos het volgende:
Dank.
Dus voor het geval dat je alleen de transpositie (AB) en 4-cykel (ABCD) mag gebruiken, is het:
4 + 3 + 1 = 7
maximaal 4 stappen om de eerste 2 in volgorde te zetten, en dan nog 3 + 1 om alles om op de goede plaats te zetten (doorschuiven) en eventueel de laatste 2 nog in goede volgorde te zetten.
Je hebt wel gelijk dat alleen een bewijs gevraagd wordt voor de convergentie van deze specifieke iteratie, maar ook dat is niet echt eenvoudig en in zijn algemeenheid trouwens niet juist. Als we bijvoorbeeld A = 2 kiezen en als startwaarde x0 = -1, dan breekt de iteratie af na x1 = 0 omdat x2 dan ongedefinieerd is. De vragensteller geeft dus onvolledige informatie. Als we echter veronderstellen dat A > 0 en tevens x0 > 0 kiezen dan gaat het wel goed. Het is dan mogelijk te bewijzen dat de rij {xn} in ieder geval vanaf de tweede term x1 monotoon dalend is en tevens begrensd, waaruit volgt dat de rij een limiet heeft. En dan is het niet moeilijk meer te bewijzen dat die limiet inderdaad A1/3 is.quote:Op vrijdag 10 februari 2012 12:52 schreef thenxero het volgende:
[..]
Dat hoeft ook helemaal niet in het algemeen te bewezen worden, maar alleen in dit specifieke geval. Dan wordt het vast makkelijker.
Klik.quote:Op dinsdag 14 februari 2012 15:13 schreef solidslayer het volgende:
Kan iemand deze voor mij oplossen?
3 √16
---------- =
2 * 4√64
(de 4 is de 4e machtswortel van 64)
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |