Wat achtergrondinfo voor belangstellenden.
quote:
Een kansrijke doorzetter gaat ook Dick Dekker worden. Nog voor de eeuwwisseling stelde hij zijn mallen op in een hoekvan de kolenloods en in de loop der jarengroeide daaruit een imponerend groot witschip, dat zijn eerste proefvaarten inmiddels achter de rug heeft en nu rondbuikigglimmend in een hoek van de haven ligtvoor verdere afbouw. Benieuwd zoek ik Dick, de bouwer van ditzeilschip, dat door zijn afmetingenassociaties met de Ark van Noah oproept.Op mijn vraag of hij zich voorbereidt opde nieuwe zondvloed die als gevolg vanhet broeikaseffect op ons af schijnt tekomen, lacht hij jongensachtig, verlegenen benadrukt dat het niet om een ark maar een echt zeilschip gaat. Een vriendelijke veertigjarige, die met zijn dochterLaura en hond Spot op deze boot zijnthuis heeft. De motieven om dit karwei uitte voeren komen helemaal uit hem zelf en hebben van kind af aan zijn doen en latenbepaald. Als jongen was hij het liefst buiten en veelal in zijn eentje bezig metboten en gericht op varend zijn horizonverleggen. Opsommend kom ik aan een tiental door hem gebouwde boten. Op vragen gaat hij bereidwillig in met een bescheiden vanzelfsprekendheid die geen recht doet aan de omvang en uitzonderlijkheid van zijn schepping. Havöris de noorse naam voor zeearend en naar model van een noordse kotter door Dick ontworpen en uitgetekend. Een boot van dit type trof hij in een haven toen hij met zijn vorig zelfgebouwd zeilschip op wereldreis was met zijn gezinnetje. Ondanks de ruimte en grootte van die kotter raakte hij onder de indruk van de zeilkwaliteiten en hij besloot er zelf een te bouwen. Binnen staat een een klein model opschaal, waarop twee vastemasten, die een lengte van 21 en 18 meter krijgen.Hoe kom je tot zoiets?Met zijn ouderlijk gezin maakte hij kennismet zeilen, maar zijn ouders, waren nog“gewone watersporters” die met Dick en zijn jongere zus regelmatig op het waterzaten in de omgeving van Rotterdam eneen enkele keer op zee. Anders dan met elkaar optrekkende leeftijdgenoten ging hij in de weer met het opknappen van zeilboten. In de omgeving van Woerden waar hij inmiddels naar toe verhuisd was,fietste hij de boeren af met de vraag of hij bij hun een boot kon bouwen.Hij laatf oto’s zien van een overnaadse boot ineen sloot met kroos en wijst naar details in het timmerwerk, zoals de zichtbare kopsekanten van het hout, die “anders moeten”.Het materiaal verdiende hij met een krantenwijk. Als 12-jarige zeilde hij alleenin een zelf opgeknapte boot bij IJmuiden de zee op. Zijn ouders maakten zich erzorgen over, gaven tegenspel en deze botsingen gaven aanleiding om als 14-jarige het huis uit te gaan. Later, toen defamilie zag waartoe hij in staat was op botengebied,kwam de trots en erkenning. Na de lagere school ging hij 4 jaar voor theorie en praktijk naar de School voor de Binnenvaart en voer erna als matroos op de Vigilia. Naast de schipper was hij het enige bemanningslid en dus manusje van alles en voortdurend druk van laden tot lossen en alles watzich van koken tot repareren van de motor voordeed. Na 2,5 jaar had hij het welgezien, omdat hij alleen in de spaarzamevrije weekends aan zijn passie toekwam. In 1985 begon Dick, 19 jaar oud, in een lege bloemenkas in Aalsmeer weer aan de bouw van een boot, de Diario. Hij legt uit dat een schip met beperkte afmetingen dat de zee opgaat een zeilschip moet zijn.Ik zie foto’s van een grote schuurschijf ineen zelf ontworpen apparaat, aangedreven door een wasmachinemotor. In enkele maanden bouwde hij een fraai gelijnd zeiljacht, dat op zijn zij de kas uit-geschoven werd, ook “een kwestie vanmeten”.Dick wil alles en elk onderdeel zelf maken,het geeft hem vertrouwen, precies te weten hoe iets in elkaar zit en wat het hebben kan. Diario, in het Portugees dagboek,maar ook het dagelijks leven en reizendmet dit schip wilde Dick dit invullen. Inmiddels samen met zijn Duitse vrouw begon hij aan een 7 jaar durende wereldreis. Tijdens deze reis kregen zij hun twee dochters, Laura en Kim. Dikke fotoboeken tonen beelden van bezienswaardigheden van Zuid-Amerika en Australie tot Azie. Ook de klassieke beelden van het gezinnetje met opgroeiende kindertjes, maar dan in exotische sferen en idylischer. “Dat was,”bevestigt Dick volmondig, “een fantastische tijd”. Daarbij ook gevaarlijke avonturen, een hurricane in de buurt vande Fiji-eilanden, waarbij het schip letterlijk driemaal in de lengte over de kop ging en de enige keer dat Dick hem echt geknepen heeft, het schip bleek het goed te doorstaan. Hangend in een kraan omslaan in Nieuw-Zeeland, waardoor ze een jaar langer moesten blijven om ter epareren, maar alle medewerking van de autoriteiten kregen en graag hadden ze er voorgoed willen blijven. Vanuit Indonesië moeten vluchten voor de adembenemende rook door grote bosbranden.Terwijl zijn vrouw met kinderen terug in Nederland waren, voer Dick in zijn eentjein 3 maanden terug naar Nederland. In 1998 gingen ze in Lelystad wonen. Dick startte een montagebedrijf, wat veel werk en geld opleverde en maakte plannen voor het bouwen van de Havör, die ruim genoeg moest zijn om met een gezin op te leven. Via Jan de Rooy van de AWA-winkel vond hij een daarvoor geschikte bouwplek bij Dick Quaadgras. Het leven in de polder, veel werken, zorg voor de kinderen, de verlokkingen en druk vanuit welvaartstaat was een groot contrast met het altijd samen zijn op een boot en kunnen gaan waar je wil en zorgen die jezelf met al je handig zijn op weet te lossen. De relatie hield het niet. Het huis en de Diario werden verkocht. Kim ging met moeder mee, Laura wilde bij vader wonen eerst in een caravan naast de boot in aanbouw en nu er dus in.Laura, 11 jaar, frêle, blonde staart met bruine ogen, komt thuis met een zak oliebollen, van de kraam waar ze langsfietst uit school “ik kon het niet laten’’zegt ze. Ik heb haar mee zien doen aan de zeilcursus en in een Mirror wedstrijd envoor de jeugd zien winnen bij Rijn en Lek.De bekers op haar kamer getuigendaarvan, het is een gezellige meisjeskamermet knutselwerkjes en tekeningen en stapels jeugdboeken van de Kameleon en Suskes en Wiskes. Opzij zie ik een eenwieler liggen waarop ze fietsend toeren uithaalt. Laura houdt van uitdagingen en is vaak ook bij ruw weer op het water te vinden, eerder in een Mirror met oranje zeilen, afgelopen najaar in een Hurley,met Spot als vaste zeilmaat met zwemvest aan dek. Soms vaart ze met vriendinnetje, swingend met de muziek voluit. De HurleyTycho is een flinke kajuitzeilboot, de eerste keer veronderstelde ik dat de “echte”schipper lekker beschut in de kajuit zat. Ze bleek echter alleen met Spot te varen. Een echte topper, ze volgt de voetstappen van haar vader. Laura is 12 jaar geleden geboren in Nieuw-Zeeland toen haar ouders daar met de Diario in de havenvan Whangary lagen. Ze zit nu in de laatste groep van de basisschool en weet al zeker dat haar toekomst, zoals haar kindertijd, met varen en boten ingevuld zal zijn.Hoe verder? Dick beschouwt zich hier als passant. De overheid bemoeilijkt het permanent wonen op boten in de Dode Arm. Hij werkt nu halve dagen in het botenbedrijf op de steenfabriek en schat nog 5 jaar nodig te hebben om de Havör af te bouwen.Spectaculair zal het opzetten van de twee vaste masten daarbij nog worden. Dank omen nog de proefvaarten. Stel je vooreen keer als varend podium voor het shantykoor of de leden van Rijn en Lek als opstappers. Er moeten weer kranen aan te pas komen om de weg naar zee te bereiken. Dan stemt hij zijn plannen af op de wensen en wat nodig is voor Laura, die het hier naar haar zin heeft. Voor Dick geldt nog steeds het schip en de zee is mijn thuis. Behouden vaart en een gelukkige thuiskomst toegewenst.
bron: ://74.125.77.132/search?q=cache:53LaJFitQaQJ:rijnenlek.nl/clubblad/n3_2006.pdf+dick+dekker+zee+zeiler&cd=46&hl=nl&ct=clnk&gl=nl&lr=lang_nl