Het Reformatorisch Dagblad (nee, ik ben geen trouwe lezer, maar kwam de link per toeval tegen) heeft vandaag een goed artikel over de vuile campagne die McCain voert.
quote:
Een 'twijfelachtig novum' in de verkiezingscampagne
NEW YORK - Er wordt gelogen tijdens de campagne voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Zelfs zo ernstig dat Karl Rove -voormalig politieke strateeg van president Bush en kampioen in het verspreiden van valse geruchten over tegenstanders- in een interview verkondigde dat het campagneteam van de Republikeinse presidentskandidaat, John McCain, in sommige campagneboodschappen „te ver is gegaan.”
McCain had gelogen over zijn rivaal, Barack Obama. Zelfs Rove was geschokt. Hoewel, dat viel eigenlijk wel mee. Maar Rove kritiseerde McCain, „omdat die de waarheid over Obama’s staat van dienst zozeer verdraaide dat de Democraten daarmee een gemakkelijk doelwit geboden wordt om McCain zelf weer aan te vallen.” McCain zat volgens Rove dus alleen tactisch fout. Leugens over je opponent vertellen mag, als je daarmee maar niet je eigen positie ondermijnt.
Het was Karl Rove ten voeten uit. Toen het senator McCain voor de wind ging in de Republikeinse voorverkiezingen in 2000, liet Rove het gerucht verspreiden dat het kind dat McCain en z’n vrouw Cindy in Bangladesh hadden geadopteerd in feite het gevolg was van een verhouding van McCain met een zwarte (Afro-Amerikaanse) prostituee. Vooral McCains echtgenote was volgens insiders diep geschokt door zo veel vuiligheid, verspreid met goedkeuring van George Bush. En nog wel binnen de eigen Republikeinse gelederen.
McCain heeft geleerd van die ervaring en voor z’n huidige campagne protegés van Rove ingehuurd om nu het vuile werk voor hém -McCain- te doen. Hij beloofde een integere campagne, maar gooit nu zelf met modder. Zo heeft zijn campagneteam beweerd dat Obama indertijd in de Senaat van Illinois een wet introduceerde voor seksuele voorlichting van kleuters. „Seksueel voorlichting, nog voordat onze kleintjes kunnen lezen en schrijven!” schamperde McCains propagandamachine.
Obama introduceerde indertijd niets. Hij stemde alleen voor een (door een collega ingediend) voorstel om kinderen ervan bewust te maken dat niet elke onbekende volwassene onschuldige bedoelingen heeft als hij kinderen benadert. Een programma waaraan kinderen alleen met toestemming van hun ouders zouden mogen meedoen. Dat is wel iets anders. Verder beweert McCains campagneteam dag in dag uit dat Obama „de belastingen gaat verhogen.” Twee onafhankelijke instituten hebben echter uitgerekend dat de meeste Amerikanen -behalve de allerrijkste toplaag- er wat besteedbaar inkomen betreft op vooruitgaan als Obama’s belastingvoorstellen worden gerealiseerd.
Waarom wordt er ronduit gelogen? Deels uit nood, volgens analist Steve Hanke van het Cato Research Instituut in Washington. „McCain heeft het tij tegen. Hij vertegenwoordigt de partij van Bush, die verantwoordelijk is voor de impopulaire oorlog in Irak, evenals volgens velen voor de huidige financieel-economische crisis en voor de stijgende werkloosheid. McCains rivaal Obama presenteert zichzelf als kampioen van ”change” (verandering). Dat spreekt veel mensen aan. Tegenover Obama’s verandering biedt McCain daarentegen een voortzetting van het mislukte beleid van Bush. Dat is niet aantrekkelijk.
Daarom bestrijdt McCain Obama niet op de inhoud van diens programma, maar speelt hij op de man. Obama’s geloofwaardigheid wordt in twijfel getrokken. Vandaar de politieke moddercampagne”, meent Hanke. Tijdens de verkiezingscampagne van 2004 gingen de kandidaten president Bush en Democratisch senator John Kerry nog relatief beschaafd met elkaar om. Zij beschuldigden elkaar niet van het verspreiden van leugens. Dat is nu anders. Beide campagnes benadrukken dezer dagen regelmatig dat de opponent leugens verspreidt. Volgens Hanke „een twijfelachtig novum” voor Amerikaanse verkiezingen.
Overigens zijn de Democraten, om het voorzichtig uit te drukken, ook niet altijd even nauwkeurig. „Als je voor McCain kiest, dreig je je ”social security” (AOW) kwijt te raken”, aldus een recente boodschap van Obama. Dat is beslist overdreven. Feit is wel dat McCain deze sociale steun voor 65-plussers wil privatiseren. En volgens critici zou dat het einde van dit systeem betekenen. Websites en kranten bieden overigens veel feitelijke -correcte- informatie over de standpunten van beide kandidaten. „Maar er zijn helaas te weinig mensen die dat lezen”, meent Hanke.
Het zou volgens hem mooi zijn als er een erecode bestond voor campagnes. „Maar waar praten wij over? Men moet gewoon fatsoenlijk zijn en geen leugens verspreiden in de hoop dat men de opponent daarmee onderuithaalt. Het modder gooien ondermijnt het aanzien van de politiek. Maar ik weet ook niet hoe je dat kunt veranderen. De lokroep van de politieke macht die je als president kunt uitoefenen is zo groot, dat men met de waarheid een loopje neemt. In onze huidige communicatiemaatschappij worden die leugens trouwens wel sneller ontmaskerd dan vroeger. Dat is mooi, maar ik geloof niet dat het veel helpt”, zegt Hanke.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de Amerikaanse pers dit jaar feller is op het ontmaskeren van politieke leugens dan vier jaar geleden. Dat is niet altijd aangenaam voor de desbetreffende politieke campagne(s). Die richten hun gram daarom soms op de boodschapper in plaats van op de boodschap. Senator McCains topadviseur voor mediabeleid Steve Schmidt (leerling van Rove) beschuldigde The New York Times (NYT) er vorige week bijvoorbeeld van „geen serieuze journalistieke organisatie meer te zijn.” De krant is volgens Schmidt „een propagandaorgaan voor Obama.” Aanleiding voor zijn uitval waren kritische artikelen in het dagblad over Sarah Palin en over McCains campagnestrateeg Rick Davis. Senator McCain belooft dat hij als president een einde zal maken aan de invloed van lobbyisten in Washington. Maar zijn campagneteam zit vol lobbyisten en oud-lobbyisten. Davis werd tot in augustus nog betaald voor zijn lobbywerk voor de hypotheekgiganten Fannie Mae en Freddie Mac, die recentelijk door de overheid werden overgenomen. Onprettig nieuws voor McCain, vandaar Schmidts aanval. „Het is onze taak om feiten en achtergronden over de kandidaten te onderzoeken. Onze kiezers hebben recht op die informatie”, luidde het droge commentaar van NYT-hoofdredacteur Bill Keller.
Bron:
http://www.refdag.nl/arti(...)iezingscampagne.htmlOverigens lijkt McCain alleen maar meer terrein te verliezen in de peilingen. De voorsprong van Obama volgens het RCP-gemiddelde is inmiddels bijna 5 procentpunten. Zelfs staten als Ohio en Florida, die eerder aan McCain waren toegedicht, konden nog wel eens in handen vallen van Obama. En dat zijn knap wat stemmen: 20 + 27.