quote:
Op donderdag 29 september 2005 19:18 schreef Maethor het volgende:[..]
De draaiing op zich begrijp ik wel. Stel je eens een hele hoop deeltjes voor met allemaal verschillende snelheidsvectoren (dus verschillend qua richting en grootte). Deze 'wolk' gaat onder invloed van de onderlinge zwaartekracht ineenstorten. Op een gegeven moment heb je in het midden een klont waar heel veel deeltjes op elkaar gepakt zitten, en daarbuiten nog een hele boel 'losse' deeltjes.
Als gevolg van hun snelheid die niet altijd richting het massamiddelpunt wijst (het punt waar netto elk deeltje naar wordt aangetrokken) zullen deze losse deeltjes niet rechtstreeks naar dat massamiddelpunt vallen, maar er omheen gaan cirkelen (als de snelheid van de Maan bijv. ineens nul zou zijn, zou ie op de Aarde storten).
Maar inderdaad, we hebben nog steeds de volgende vraag staan:
Waarom arrangeert het gas uit een gasnevel (waaruit later een zonnestelsel zal ontstaan) zich in een schijf?Op grond van de bolsymmetrie van de zwaartekracht zou je namelijk geen voorkeur voor een bepaald vlak verwachten. Er moet dus iets anders zijn wat we over het hoofd zien.
Yosomite? Iemand anders?
De vorming van de accretieschijf om de zon.
Bovenste tekening:De voorloper van de zon, de protozon is bezig zich te vormen.
De gaswolk roteert en trekt deeltjes naar zich toe, zodat er armen of een ring gevormd wordt.
Die gaswolk roteert uiteindelijk om een hoofdas.
De centrale dichtheid neemt steeds meer toe evenals de grootte van de schijf, zowel radieel als de dikte van de schijf.
Door dit samendrukken neemt de druk toe en ook de temperatuur.
Doordat de temperatuur stijgt zullen er ook weer deeltjes "verdampen".
Dit proces gaat door totdat er evenveel materiaal verdampt als er wordt aangevoerd.
Vanaf dat moment stopt de groei.
Er zal nog een deel van de gaswolk dat dicht bij de protozon is, richting protozon gaan en daarin opgenomen worden.
Dan komt de onderste tekening:De protozon is op een gegeven moment gaan "branden".
Na verloop van tijd koelt de schijf af, dwz de expansie loodrecht op de radiële richting wordt steeds minder.
Dan vormt zich het stof dat door de zwaartekracht naar het symmetrievlak van de schijf wordt getrokken.
Daarmee wordt de schijf relatief dun, relatief tov de diameter van de zon.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Het proces van de vorming van de schijf is dus
in eerste instantie het verzamelen van deeltjes in een roterende gaswolk, een protozon, die een hogere dichtheid heeft in de kern en naar buiten toe een afnemende dichtheid,
in tweede instantie "verdampt" de buitenste laag van de van oorsprong dikke schijf (net zo dik als de protozon); dat gebeurt symmetrisch (in de tekening naar boven en naar beneden)
in derde instantie koelt de schijf af door die "verdamping"
in vierde instantie gaat de zwaartekracht werken, en die werkt naar het symmetrievlak toe, omdat daar de meeste massa zit (van de bovenste laag van de schijf naar beneden, richting symmetrievlak, en van de onderste laag van de schijf naar boven, richting symmetrievlak).
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Daarna vindt het samenklonteren plaats.
Als er al wat ijsvorming heeft plaats gevonden, plakt de materie beter op elkaar.
Het proces is dan vergelijkbaar met regen- en hagelvorming.
Maar ipv naar beneden te vallen, gaan de deeltjes naar het symmetrievlak en worden ze vaste korrels ipv druppels.
Als de korrels groter worden gaan ze andere korrels aantrekken via de zwaartekracht en zo ontstaan uiteindelijk planeten.
Bij lage snelheden plakt het makkelijk, bij hoge snelheden spatten de beginnende planeetjes weer uit elkaar.
En 5 miljard jaar later huppelen er een paar mensen op een van die planeten.