quote:
Wat mijn intentie precies is, weet ik zelf niet. Zeker op dit moment niet: vannacht is het nogal laat geworden, en ik heb verschrikkelijke hoofdpijn. Ik was uit eten met een vriendin. We hebben bijna twee flessen rode wijn leeggedronken, dat is niet zo'n probleem, maar we vergaten ondertussen ons bord leeg te eten. M. had pasta met eekhoorntjesbrood besteld, ik at spaghetti met een pikzwarte saus - inktvis, als ik me niet vergis.
In het restaurant hebben we een leuk nieuw contact opgedaan, ook handig voor de toekomst: een gynaecoloog die Godewijn heet. Hij zat aan het tafeltje naast ons. Hij was in het gezelschap van een ex-vriendin, of beter gezegd: een ex-minnares. Zij zag eruit als een 30-jarige Patty Brard, maar ze bleek 50 te zijn. Een medisch wonder! Toch zat Godewijn de hele avond naar mijn vriendin M. te loeren. Ik had niets in de gaten; ik zat met mijn rug naar hem toe, maar toen M. op een bepaald moment opstond om naar de wc te gaan, hoorde ik hem vragen: "Ga je overgeven?" Dat was zijn openingszin. Zo ontstond het gesprek. Na twee zinnen wilde Godewijn weten of wij (M. & ik) wel eens met elkaar naar bed gingen, en zo ja: hoe vaak.
M. zei: "Niet zo vaak."
En ik zei: "Steeds minder. De klad komt erin."
Godewijn keek een beetje teleurgesteld. "Dus jullie hebben een platonische vriendschap?" vroeg hij. "Dat is wel... bijzonder."
Daarop zei ik: "Voor een gynaecoloog houd jij er een vreemd wereldbeeld op na. Ben jij wel gynaecoloog?"
"Ja, in Utrecht," zei hij, en het medische wonder beaamde het. Ze zei: "Het is voor veel vrouwen bedreigend om een aantrekkelijke gynaecoloog te treffen."
Daarop zei Godewijn: "Het leuke van mijn vak is juist om die barrière weg te halen."
"Welke barrière?" vroeg M.
"Nou kijk..," zei Godewijn, en hij glimlachte verleidelijk. "Dat een vrouw zich bij mij op haar gemak voelt, dat ze mij tóch haar lichaam toevertrouwt."
Om eerlijk te zijn leek hij mij een levensgevaarlijke gek.
Dus ik zei: "Ik zou toch héél gek opkijken als ik in het Utrechts Medisch Centrum kwam voor een uitstrijkje en de deur zou openzwaaien, en achter die deur zou dokter Godewijn op me staan te wachten. Ik zou echt héél gek opkijken. Ik zou hard weg rennen."
Dat vond dokter Godewijn niet zo leuk. Hij begreep het ook niet: "Waarom zou jij weg rennen?" vroeg hij. "Er is toch niets mis met mij?"
"Nee," zei ik. "Tot je de eendenbek tevoorschijn haalt."
M. kreeg de slappe lach.
Toen vroeg Godewijn weer aan M.: "Ga je overgeven?" En meteen daarna: "Heb jij een vriend?"
"Ja," zei M., "ik heb zelfs een ontzettend léuke vriend. Ik ben heel gelukkig."
"Dus je bent niet te versieren?" (Dokter Godewijn!)
M. schudde haar hoofd, ze zei: "Ik ben net een Labrador."
"Wat bedoel je?" vroeg Godewijn geschrokken. (Hij had wel gynaecologie gestudeerd, maar op bepaalde vlakken was hij een onbeschreven blad).
"Dat ik hondstrouw ben," legde M. geduldig uit. "Trouwens, je zit de hele tijd te zoenen met je ex-minnares. Leg eens uit hoe dat zit?"
Daarop nam de ex-minnares het woord. Haar naam was Phil, en ze vertelde dat zij dokter Godewijn, die toen nog medicijnen studeerde, vijftien jaar geleden had ontmoet in een café. Daar was hij op haar afgestapt met de woorden: "Zullen wij voor één week een affaire beginnen?"
"Goed," had Phil geantwoord.
Zo gezegd, zo gedaan - en na die week waren Phil en Godewijn goede vrienden geworden. Ze zien elkaar ongeveer één keer per jaar. En dan zoenen ze ook met elkaar. Hoewel Godewijn inmiddels getrouwd is en twee kinderen heeft. De foto's van zijn kinderen hebben wij mogen bewonderen op de display van zijn mobieltje. Hij zei: "Ik heb een goede relatie, en sommige dingen bespreek je niet."
"Welke dingen?" informeerde M.
"Dingen," zei Godewijn vaag. "Je moet het spannend houden. Kom, we gaan een ritje maken met mijn Jeep."
"Als jij de rekening betaalt," zeiden M. en ik tegelijkertijd.
Dat vond dokter Godewijn geen probleem.
Veel later, het was toen al half vier, overhandigde dokter Godewijn ons zijn kaartje met de woorden: "Als je ooit een probleem hebt, weet je mij te vinden."