Carnaval 2003 (dacht ik...)
Het begon zoals het altjid begint: je zuipt je helemaal klem. Op een gegeven moment had de hele club er wel weer genoeg van dus op naar huis. Een vriend van me vond dat ik maar bij hem moest komen slapen, want ik was te dronken om nog naar huis te fietsen, achteraf best vreemd, want zijn huis was verder weg dan het mijne. Dus wij strompelen naar huis toe. Het was echt rete-koud buiten en het vroor. Op een gegeven moment zie ik een grote putdeksel en waarschuw de hele groep voor de gladheid van dat ding: "Pazzopoor! Is glad!" Resultaat: Rampestamper gaat zelf zwaar op z'n bek over dat ding. Hilariteit alom, ook ik kon er goed om lachen, maar ja, hou maar eens op met lachen als je stomdronken bent. Afijn, ik wordt overeind geholpen en we vervolgen onze weg naar huis.
Nog geen vijf minuten later kwamen we langs het kerkhof. Ik vond het er blijkbaar wel vredig uitzien en riep luidkeels: "Jongens ik bennet zat hoor, ik ga slapen!" Iedereen dacht blijkbaar dat ik een grapje maakte, maar ik liet me niet gek maken en ging lekker liggen. Gewoon, op de stoep. Blijkbaar werden ze toch wel ongerust en kwamen ze vragen wat ik in vredesnaam aan het doen was. Ik antwoorde logischerwijs "Wat denk je? Ik ben moe!" Ik wordt wederom weer overeind geholpen en weer vervolgen we onze weg naar huis.
Opeens bedenk ik me dat het wel handig is als ik mijn ouders even inlicht over het feit dat ik niet thuis kom slapen. Ik krijg natuurlijk mijn mobiel niet aan de gang maar krijg gelukkig die van een vriend aangereikt.
Hier volgt een beschrijving van het gesprek zoals het volgens mijn vader verlopen is:
pa: Hallo?
ik: Ja hoi <stilte>
pa: Piet ben jij dat?
ik: Ja naturlijk ben ik het. Zie je dat dan niet?
pa: Eeehhmmm.
ik: Nou, ik blijf bij Dennis slapen hoor!
pa: Ok. Doe je voorzichtig? (
![]()
)
ik: 'Tuurlijk pa! Ik zwaai naar je zie je het?
pa: Mja hoor ik zie het. Ik zwaai nu terug naar je zie je het?
ik: Verrek ja! Ik zie het!
pa: Welterusten hè!
ik: Truste pa!
Pa blijft hoopvol nog even aan de telefoon tot ik ophang...
ik: Hoe zet je dat ding uit?
Vriend: Op dat knoppie drukken.
Ik: Welk knoppie? Der zitten der tig op!
Vriend: Die ene!
Ik: Welke dan man!
Vriend: Deze <klik>
Ik: Hij doet het nog steeds hoor!
Vriend: Echt niet, hij moet nu uit zijn.
Pa op de achtergrond: "Whehehe ze krijgen de telefoon niet uit!"
Ik: Wie was dat?
Vriend: Oh, hij doet het nog wel! <klik>
Yay, de telefoon is uit!
We zijn ondertussen al een aardig eind op weg en ik donder in een doornstruik. Ik zelf kan me daar niets van herinneren maar ze hebben me er in geuren en kleuren over verteld.
Verder heb ik die nacht alleen nog de parketvloer van de ouders van die vriend onder de bagger gelopen (Sorry Hans en Annelies
![]()
! ) en hun beslagkom volgekotst samen met die vriend
![]()
.