quote:
Op woensdag 26 januari 2005 11:16 schreef klaarover het volgende:Op deze wereld zijn er verminkers, moordenaars, verkrachters, terroristen, sadisten, creeps, etc.
Maar ook veel alledaagsere verlating, ziektes, rampen, geestesziekten, verslaving, ruzie, misbruik, onderdrukking, domheid, onverschilligheid, kwetsing.
Het is teveel. Het is geen fact of life.
Ik denk dat er echt een boze macht achter zit.
Het is maar vanuit welk standpunt je het bekijkt.
Bacterieen zullen een pot Chlorix vermoedelijk zien als 'het kwaad', en een nachtvlindertje, dat blij omdat hij een lichtpuntje ontdekt, zich vol enthousiasme tegen de koplamp van een aanstormende auto te pletter vliegt, zal zo hij daar nog iets van meekrijgt ook vrij onvriendelijk over dat licht denken.
De volgende regels van een Frans auteur, ik vergeet steeds wie, schieten me te binnen: 'de blik in de ogen van het konijn op het ogenblik dat het geslacht wordt door de hand die het de maanden daarvoor gevoed en geliefkoosd heeft'.
De laatste seconden van dat konijneleven zullen gevuld zijn met een eigen definitie van kwaad. En onbegrip.
Idd geloof ik ook dat 'het kwaad' wat als evenwichtsverstoring ontstaan is, een eigen identiteit heeft. En dat er een soort enomre clash ooit heeft plaatsgevonden, een breuk met het paradijs. Ook de natuurkunde biedt ruimte voor dit soort veronderstellingen: er zijn een aantal soorten elementaire materie domweg weggevaagd, die komen niet meer voor. Terwijl ze wel bestaan moeten hebben. Maar kort na de Big Bang zijn er nogal wat slachtoffers gevallen.
Wellicht dat de emotie 'verdriet' ook gezien kan worden als een soort elementaire emotie, die als een vervaagde herinnering aan een collectief drama van ongekende omvang voortbestaat. Een herinnering die ingebakken is in de materie, bv vormgegeven door het ontbreken van een aantal elementaire kerndeeltjes.
Uiteraard zullen er een aantal exactelingen gaan protesteren: speculatief en zo. Tja, toch leven dit soort ideeen wel degelijk bij filosofisch ingestelde natuurkundigen die bv bij het CERN werken in Geneve. Ik heb enkele contacten in die wereld, we sturen elkaar soms onze ideeen, en het valt me op dat er bij deze superspecialisten meer breedheid, openheid en gevoel voor mystiek zit dan bij de jonge verse net-opgeleiden, die denken dat ze de wereld in een tabellenboekje kunnen samenvatten..