De McDonald’s-achtige formule van Ik Vertrek zorgt er voor dat je altijd met trek voor de buis gaat zitten. Deze keer viel de uitzending tegen, als een echt McMenu was er nauwelijks een hoogte- of een dieptepunt, laat staan een voldaan gevoel aan het eind.
Het is toch waar je voor gaat zitten. De montere, positieve stellen die vol goede moed vertrekken om hun droom elders te verwezenlijken. Tot de ontberingen, de vertwijfeling toeslaat, het stel zich in het totale ongeluk lijkt te hebben gestort. Om aan het eind van de uitzending te zien dat alles min of meer op zijn pootjes terechtgekomen is. Het is de Mc-formule van Ik Vertrek. Je weet wat je krijgt.
Ook deze uitzending begint hoopvol. De familie Geurts, vader Dirk, moeder Feikje en zoons Jep en Siem verruilen hun geliefde Amsterdam voor een berg in het Zuid-Spaanse Andalusië. Op de berg staan vier muren en een dak. Die moeten omgetoverd tot een luxe woning met appartementen voor toeristische verhuur. In de korte samenvatting vooraf, het ’lekkermakertje’, zie je Feike al met een pruillipje zeggen: „Hmm, niet leuk”, als haar moeder net vertrokken is uit Spanje. Heimwee denk je, dat is leed. Dat belooft wat.
Sowieso: van die types die hun van alle gemakken voorziene drukke stadse biotoop binnen de A10 verlaten voor een stille berg zonder ook maar stroom of water voorspelt al veel goeds, voor de kijker dan. En opmerkingen van Feikje als ’we zoeken een relaxter leven’, of van Dirk als ’echte vriendschap laat zich niet afschrikken door een paar duizend kilometer’, of Feikjes moeder Tineke als ’ze spreekt geen woord Spaans’, zijn ook goede verwijzingen naar wat allemaal komen gaat. Namelijk grote drukte, vrienden die ze laten zitten en grote problemen door een taalbarrière.
Maar eenmaal in Spanje zakt de uitzending als een plumpudding in elkaar. De verbouwing loopt, op een paar kleine overkomelijke incidentjes na, vlekkeloos. Het huis wordt prachtig, er is geen gezanik over vergunningen of erfgrenzen. Dirk blijkt verdomd goed Spaans te spreken en zelfs de budgetoverschrijding lijkt rimpelloos opgelost. De jonge kinderen wennen snel en voelen zich thuis op school en opvang. Enige zorgelijke is een ontsteking aan de luchtwegen van de jongste telg. Een paar flinke shots medicijnen verhelpt het euvel.
En voor je het weet staan we op de opening van het prachtig herbouwde huis en verwelkomt Feikje de gasten in uitmuntend Spaans. „Hola, bienvenidos.” De gasten zijn tevreden en vinden het huis zelfs mooier dan op de foto’s.
Eind goed al goed. Nu is dat bij Ik Vertrek altijd wel zo. Maar deze keer heb je niet het idee dat je meegeleefd hebt met een lijdend stel. Het is een beetje gedachteloos naar binnen gegaan. Als een quarter pounder-menu met zouteloze frites.
Hoogtepunt
Als er enige twijfel over het plan is, is het bij Dirk. Die vertelt al rijdend door het uitgestrekte landschap over zijn emoties. De onzekerheid van zijn plan, zijn nostalgische hang naar Amsterdam, met vrienden de kroeg in.
Dieptepunt
Na een lange reis komt dan eindelijk de vrachtwagen met inboedel. Als de klep naar beneden gaat, valt meteen een grote aardewerk pot kapot en sneuvelt de spiegeldeur van de Ikeakast. Waarom nemen mensen al die rotzooi duizenden kilometers mee? In Malaga zit heus een Ikea. Koop er een nieuwe!
Verrassing
De Spaanse bouwvakkers. Het blijken vaklui die er ook nog eens een redelijke planning op na houden.
Telegraaf ^
Een oplettende kijker (volgens Mediacourant 15-4-20).