Ik denk dat je wat meer aannames moet maken om zo'n vraagstuk op te kunnen lossen. Hebben oudere machines bijvoorbeeld een grotere kans om kapot te gaan? Of ga je er vanuit dat de 'failure rate' van de machines constant is?quote:Op woensdag 21 oktober 2015 13:54 schreef jnn1 het volgende:
Hoi Fok,
Ik kom niet verder met een stuk statistiek, waar ik weinig ervaring mee heb.
In het vraagstuk heb ik een lijn van 5 machines met 1 reserve, deze machines zijn 98% betrouwbaar. Ze draaien 365 dagen per jaar, 24 uur per dag met een stilstand van maximaal 2%.
Wanneer er 1 machine stukgaat kan de reserve in zijn plaats worden gezet, er is dan op dat moment geen reserve meer beschikbaar.
Wanneer er dan nog een machine kapot gaat heb ik een probleem want dan staat alles stil.
De vraag is wat de kans is op totale stilstand, dus wanneer er al een reserve is ingezet en er geen reserve meer beschikbaar is. Ook de kans dat er 1 machine kapot gaat is voor mij interessant.
Je oplossing is juist, als je tenminste ook nog toevoegt dat k ∈ ℤ. Dit wordt vaak achterwege gelaten omdat stilzwijgend wordt aangenomen dat k een geheel getal voorstelt, maar je dient dit toch steeds te vermelden.quote:Op donderdag 22 oktober 2015 19:37 schreef Boarderzip het volgende:
Naar aanleiding van een discussie die ik had met een klasgenoot deze vraag: Is dit antwoord juist of zie ik iets over het hoofd?
[ afbeelding ]
Je wilt zeg maar een expressie krijgen waarbij de kopcoëfficient 1 is. Dat wil zeggen, de factor waarmee je x^2 vermenigvuldigt is 1. Dan deel je dus door 1/3, en delen door 1/3 is hetzelfde als vermenigvuldigen met 3. Hier had je natuurlijk al één x buiten de haakjes gehaald.quote:Op zondag 25 oktober 2015 13:33 schreef Nelvalhil het volgende:
Kan je dan 1/3 én x voor de haakjes halen? Moet je bij de andere twee waarden dan ook niet 1/3 aftrekken?
Dank voor je antwoord, inderdaad zit deze al verstopt in het eerste antwoord, dit had ik nog niet zo doorzien. De uitwerking van mijn mede student was overigens deze:quote:Op vrijdag 23 oktober 2015 01:09 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je oplossing is juist, als je tenminste ook nog toevoegt dat k ∈ ℤ. Dit wordt vaak achterwege gelaten omdat stilzwijgend wordt aangenomen dat k een geheel getal voorstelt, maar je dient dit toch steeds te vermelden.
Maar ... als je goed kijkt dan zie je dat je tweede set met oplossingen een deelverzameling is van je eerste set met oplossingen, omdat je bij de eerste set bijvoorbeeld met k = 1 krijgt x = ½π, en dat is dezelfde oplossing als die je bij de tweede set krijgt met k = 0. In het algemeen geldt dat je voor elke m ∈ ℤ bij de eerste set met k = 1 + 5m dezelfde oplossing krijgt als bij de tweede set met k = −m, zodat de tweede set met oplossingen dus inderdaad al in de eerste set zit. Ik vermoed dat dit de aanleiding was voor de discussie met je klasgenoot, en dat die (terecht) meende dat de eerste set hier al de volledige oplossingsverzameling geeft zodat de tweede set met oplossingen redundant is.
Je vergat nu zelf ook een minteken. En schrijf \pi om π te krijgen als je toch al TeX gebruikt. Je studiegenoot maakte dus een simpele tekenfout. Je had hem gemakkelijk van zijn ongelijk kunnen overtuigen door te laten zien dat x = −π/10 geen oplossing kan zijn van de vergelijking, immers cos 36° is gelijk aan sin 54° maar cos(−36°) = cos 36° is uiteraard niet gelijk aan sin(−54°) = −sin 54°. Verder verzuimt hij ten onrechte om direct 2kπ toe te voegen bij beide gelijkheden. Jammer dat jullie niet zagen dat de tweede oplossing hier al in de eerste zit, want dat had je toch echt moeten zien.quote:Op zondag 25 oktober 2015 17:02 schreef Boarderzip het volgende:
[..]
Dank voor je antwoord, inderdaad zit deze al verstopt in het eerste antwoord, dit had ik nog niet zo doorzien. De uitwerking van mijn mede student was overigens deze:
[ afbeelding ]
Welke mijns inziens foutief is. In de tweede oplossing schrijft hij namelijk:
wat moet zijn:
Waarom heb je het hier over aftrekken van 1/3, dat is toch niet aan de orde? Vermenigvuldiging is distributief ten opzichte van optelling en aftrekking, dus uitwerken vanquote:Op zondag 25 oktober 2015 13:33 schreef Nelvalhil het volgende:
Kan je dan 1/3 én x voor de haakjes halen? Moet je bij de andere twee waarden dan ook niet 1/3 aftrekken?
niet 2.5 maar 2 * (1/2)quote:Op zondag 1 november 2015 12:45 schreef wihehin het volgende:
Hoe kan 2.5ln(x²-4) gelijk zijn aan ln(x²-4)?
[ afbeelding ]
Dit is heel beroerd uitgelegd en opgeschreven. Zoals Anoonumos opmerkt heb je uiteraard 2·½ = 1, maar afgezien daarvan kan dit veel handiger. Uit u = x² − 4 en du = 2xdx volgt d(x² − 4) = 2xdx zodat je direct krijgtquote:Op zondag 1 november 2015 12:45 schreef wihehin het volgende:
Hoe kan 2.5ln(x²-4) gelijk zijn aan ln(x²-4)?
[ afbeelding ]
SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
quote:Op maandag 2 november 2015 17:04 schreef JoelBaka het volgende:
Het lijkt er een beetje op dat ik steeds slechter in wiskunde word in plaats van beter. Van vmbo-t naar vwo toe geklommen met wiskunde als zwakste punt, maar uiteindelijk haalde ik dan toch eindelijk 6'jes op vwo niveau. Afgelopen jaar ben ik terug gegaan naar havo en op de een of andere manier haal ik nu lagere cijfers.
Zo heb ik voor een SE op vwo niveau een 5,1 gehaald, en voor vrijwel dezelfde stof op havo niveau een 4,3. Terwijl die op vwo toch wel moeilijker was, met nog extra diep de stof in en ik had toen nauwelijks voorbereid en de laatste paar hoofdstukken gemist. Op havo niveau heb ik me juist goed voorbereid.
Nu ben ik me weer druk aan het voorbereiden, ik heb nu twee eindexamens gemaakt en bij de eerste kwam er een 3,6 uit rollen en de tweede een 6,1. Nou heb ik wel een aantal hiaten gevonden dus daar ga ik nu mee aan de slag. Maar ik blijf het vreemd vinden dat ik nu meer loop te stoeien met wiskunde dan op het vwo.
Hebben jullie enig idee waardoor het komt?Wellicht had je op het VWO beter gekwalificeerde en ook meer inspirerende docenten dan nu op HAVO niveau. Daarnaast kan het zijn dat je zelfvertrouwen een deuk heeft gekregen nu je terug bent gevallen en dat dit je prestaties negatief beïnvloedt.SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
quote:Op maandag 2 november 2015 17:04 schreef JoelBaka het volgende:
Het lijkt er een beetje op dat ik steeds slechter in wiskunde word in plaats van beter. Van vmbo-t naar vwo toe geklommen met wiskunde als zwakste punt, maar uiteindelijk haalde ik dan toch eindelijk 6'jes op vwo niveau. Afgelopen jaar ben ik terug gegaan naar havo en op de een of andere manier haal ik nu lagere cijfers.
Zo heb ik voor een SE op vwo niveau een 5,1 gehaald, en voor vrijwel dezelfde stof op havo niveau een 4,3. Terwijl die op vwo toch wel moeilijker was, met nog extra diep de stof in en ik had toen nauwelijks voorbereid en de laatste paar hoofdstukken gemist. Op havo niveau heb ik me juist goed voorbereid.
Nu ben ik me weer druk aan het voorbereiden, ik heb nu twee eindexamens gemaakt en bij de eerste kwam er een 3,6 uit rollen en de tweede een 6,1. Nou heb ik wel een aantal hiaten gevonden dus daar ga ik nu mee aan de slag. Maar ik blijf het vreemd vinden dat ik nu meer loop te stoeien met wiskunde dan op het vwo.
Hebben jullie enig idee waardoor het komt?Het kan meerdere oorzaken hebben natuurlijk. Scoor je over de hele linie minder, of alleen op bepaalde onderwerpen? Waar laat je punten liggen? Maak je hele opgaven fout, of scoor je slechter vanwege rekenfoutjes, of moet je misschien meer tussenstappen opschrijven dan je nu eigenlijk doet?SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
Misschien is nu de klik met je docent minder of heeft hij/zij jouw hulpbehoefte niet helemaal scherp. Misschien ben je er zelf wat makkelijker over gaan denken omdat je op het vwo immers ook voldoendes haalde (dus hé, dan moet dat op havo toch zeker ook kunnen, of niet?) of misschien is er buiten school wel iets aan de hand waardoor je je hoofd er toch niet helemaal bij hebt.
Hoe dan ook: overleg met je docent. Die kan je waarschijnlijk veel beter vertellen waar het aan ligt, dan wij hier.Opinion is the medium between knowledge and ignorance (Plato)
Kun je niet gewoon een variabele uit een van de formules halen en dan weer inpluggen?quote:Solve by elimination
0.3x-0.2y=4
0.5x+0.3y=-7/17
Het zou wel moeten werken, maar in het begin maak je een fout. Het wordt x = - 14/17 – 0.6y. Probeer het anders nog een keer, nu zou het wel moeten werken.quote:Op woensdag 4 november 2015 20:08 schreef topdeck het volgende:
http://www.algebra.com/al(...)question.192046.html
Kan iemand me hiermee helpemn?
In de bovenstaande link staat:
[..]
Kun je niet gewoon een variabele uit een van de formules halen en dan weer inpluggen?
bijv:
1) 0.3x-0.2y=4
2) 0.5x+0.3y=-7/17
2e formule uitwerken geeft:
0.5x= - 7/17 - 0.3y
x = - 14/17 + 0.6y
plug het in de eerste formule:
0.3x - 0.2y = 4
en
x = - 14/17 + 0.6y
vormt:
0.3(-14/17 + 0.6y) - 0.2y=4
0.3(-14/17+0.6y) = 4 + 0.2y
-14/17 + 0.6y = 4/0.3 + 0.2/0.3y
-14/17 + 0.6y = 4/0.3 + 0.2/0.3y
0.6y - (0.2/0.3y) = 4/0.3 + 14/17
-2/30y = 4/0.3 + 14/17
y = -15*(4/0.3 + 14/17 )
Daarna weer met x uit en heb je x en y
Waarom werkt dit niet? Ik dacht dat mijn techniek net zo logisch was.
nicee hij werkt nuquote:Op woensdag 4 november 2015 20:18 schreef RRuben het volgende:
[..]
Het zou wel moeten werken, maar in het begin maak je een fout. Het wordt x = - 14/17 – 0.6y. Probeer het anders nog een keer, nu zou het wel moeten werken.
Je oplossing is fout omdat je rekenfouten hebt gemaakt. Je moet ook niet decimale breuken en gewone breuken door elkaar gebruiken. Het advies om eerst de breuken te verdrijven in beide leden van beide vergelijkingen wordt niet voor niets gegeven, zo blijkt wel.quote:Op woensdag 4 november 2015 20:08 schreef topdeck het volgende:
http://www.algebra.com/al(...)question.192046.html
Kan iemand me hiermee helpemn?
In de bovenstaande link staat:
[..]
Kun je niet gewoon een variabele uit een van de formules halen en dan weer inpluggen?
Staat gewoon hierquote:
''Because the test is two-sided, a result as extreme or more extreme than 8 positive differences includes the results of 8, 9, or 10 positive differences, and the results of 0, 1, or 2 positive differences.''quote:Op donderdag 5 november 2015 15:10 schreef Anoonumos het volgende:
[..]
Staat gewoon hier
https://en.wikipedia.org/(...)st_for_matched_pairs
En voor p < 0.5 had je de minnen geteld in plaats van de plussen
0,1 of 2 positieve is hetzelfde als 8,9 of 10 negatieve (in dat voorbeeld)quote:Op donderdag 5 november 2015 15:52 schreef Super-B het volgende:
[..]
''Because the test is two-sided, a result as extreme or more extreme than 8 positive differences includes the results of 8, 9, or 10 positive differences, and the results of 0, 1, or 2 positive differences.''
Waarom wordt de resultaten van 0, 1 of 2 positieve verschillen genomen in plaats van negatieve, aangezien tweezijdig dan zowel p < 0,5 is als p > 0,5 en jij aangeeft dat bij p < 0,5 je de negatieve verschillen neemt?
Maar waarom moet je dat nemen dan? Er zijn maar twee minnetjes. Dus dan zou ik die moeten nemen, dacht ik. Vanwaar moet ik er opeens 8,9 of 10 negatieve van maken? Ik snap de gedachte erachter helaas niet..quote:Op donderdag 5 november 2015 16:20 schreef Anoonumos het volgende:
[..]
0,1 of 2 positieve is hetzelfde als 8,9 of 10 negatieve (in dat voorbeeld)
Omdat X = 8 een even extreme uitkomst is als X = 2 (dus 8 minnen) als H0: p = 0.5 en H1: p is ongelijk aan 0.5quote:Op donderdag 5 november 2015 16:34 schreef Super-B het volgende:
[..]
Maar waarom moet je dat nemen dan? Er zijn maar twee minnetjes. Dus dan zou ik die moeten nemen, dacht ik. Vanwaar moet ik er opeens 8,9 of 10 negatieve van maken? Ik snap de gedachte erachter helaas niet..
Wat bedoel je nu eigenlijk te zeggen, behalve dat e = exp(1) ? Een constante is overigens iets anders dan een functie.quote:Op vrijdag 6 november 2015 14:48 schreef BlauweSporttas het volgende:
Snap niet dat je het getal e vaak tegenkomt terwijl het toch echt de exp functie is. In programmeertalen zit bijvoorbeeld het getal e. Dan denk ik: wat heb je daar aan, gebruik gewoon de exp functie.
Waarom zou je in Java bijvoorbeeld de constante e opnemen? Terwijl je immers waarschijnlijk toch de exp functie gaat gebruiken. Heb hier een rekenmachine app op mijn computer, en die heeft een toets voor e en een toets voor exp. Waarom?quote:Op vrijdag 6 november 2015 15:30 schreef Riparius het volgende:
[..]
Wat bedoel je nu eigenlijk te zeggen, behalve dat e = exp(1) ? Een constante is overigens iets anders dan een functie.
Heel eenvoudig: als je in een programma een loop hebt waarin je steeds e gebruikt, dan is het niet efficiënt om steeds exp aan te roepen om exp(1) uit te rekenen. Je kunt dan wel eerst een constante e := exp(1) definiëren en die dan in je loop gebruiken, en het is gemakkelijk als e al is gedefinieerd in een taal, maar dat hoeft helemaal niet. In Pascal bijvoorbeeld is dat niet zo.quote:Op vrijdag 6 november 2015 18:14 schreef BlauweSporttas het volgende:
[..]
Waarom zou je in Java bijvoorbeeld de constante e opnemen? Terwijl je immers waarschijnlijk toch de exp functie gaat gebruiken. Heb hier een rekenmachine app op mijn computer, en die heeft een toets voor e en een toets voor exp. Waarom?
Lijkt mij dat de door jou geschetste situatie niet tot nooit voor komt. Hoor graag het tegendeel uiteraard.quote:Op vrijdag 6 november 2015 18:59 schreef Riparius het volgende:
[..]
Heel eenvoudig: als je in een programma een loop hebt waarin je steeds e gebruikt, dan is het niet efficiënt om steeds exp aan te roepen om exp(1) uit te rekenen. Je kunt dan wel eerst een constante e := exp(1) definiëren en die dan in je loop gebruiken, en het is gemakkelijk als e al is gedefinieerd in een taal, maar dat hoeft helemaal niet. In Pascal bijvoorbeeld is dat niet zo.
Dan kan je je beter afvragen waarom er een exp functie is als je de constante e al hebt.quote:Op vrijdag 6 november 2015 18:14 schreef BlauweSporttas het volgende:
[..]
Waarom zou je in Java bijvoorbeeld de constante e opnemen? Terwijl je immers waarschijnlijk toch de exp functie gaat gebruiken. Heb hier een rekenmachine app op mijn computer, en die heeft een toets voor e en een toets voor exp. Waarom?
honestly, waar heb je e voor nodig????????? Dat je exp nodig hebt snap ik direct, maar e?quote:Op zaterdag 7 november 2015 00:36 schreef t4rt4rus het volgende:
[..]
Dan kan je je beter afvragen waarom er een exp functie is als je de constante e al hebt.
Immers: Exp = e^
Exp is waarschijnlijk een gespecialiseerde functie die anders wordt berekend dan a^x. En is misschien wel sneller en accurater dan gebruik te maken van e^x.
Maar als je e zelf nodig hebt, is het toch echt wel makkelijker e te gebruiken dan overal exp(1) te moeten typen.
In Stirling's formula bijvoorbeeld, wat ook in de natuurkunde gebruikt wordt.quote:Op zaterdag 7 november 2015 04:18 schreef BlauweSporttas het volgende:
[..]
honestly, waar heb je e voor nodig????????? Dat je exp nodig hebt snap ik direct, maar e?
Ik heb eerlijk gezegd geen idee wat je hiermee wil.quote:Op donderdag 12 november 2015 17:25 schreef topdeck het volgende:
Mag je bij inductie ook n+k als inductive step nemen, waar k>1 is? meestal worden n+1 stappen genomen vanuit n=1, maar mag je bijvoorbeeld ook n+3 nemen?
bijv.
"bewijs dat n(n+1)/2 de sommatie geeft van alle natuurlijke getallen tot en met n met inductie"
ik neem base: n
en inductieve stap = n+3 (bijvoorbeeld)
Ik kom er iig niet uit, nu weet ik niet of het verboden is om stappen te nemen van >1 of ik een rekenfout maak
nu doe ik n+3 erbij, dus van n --> n+3
hier raak ik in de war door die +4 aan het eind.
duidelijk, thxquote:Op donderdag 12 november 2015 17:33 schreef Janneke141 het volgende:
[..]
Ik heb eerlijk gezegd geen idee wat je hiermee wil.
1. Normaalgesproken gebruik je volledige inductie om aan te tonen dat een bepaalde eigenschap voor iedere n uit N geldt. Handmatig uitrekenen voor n=0 en dan de inductiestap nemen: als we al weten dat de eigenschap voor 1, 2, 3, ..., n geldt, dan kunnen we daaruit bewijzen dat de eigenschap ook geldt voor n+1. Als je de inductiestap zou zetten voor n+3 dan heb je uiteindelijk alleen een bewijs gevonden voor n = 1, 4, 7, 10 etc. Tenzij je eerst handmatig n=1, 2, 3 aantoont - maar dat is weer nodeloos omslachtig. De stap '1' is er dus niet voor niets.
2. In dit specifieke voorbeeld gaat dat sowieso mis, aangezien je hier schijnbaar wil bewijzen dat (1, 2, ..., n) + (n+3) = (n+3)(n+4)/2, maar dat is helemaal niet zo. Je mist twee getallen in je sommatie (namelijk n+1 en n+2) dus de somformule gaat helemaal niet op.
Je moet twee dingen bewijzen, namelijkquote:Op donderdag 12 november 2015 17:25 schreef topdeck het volgende:
Mag je bij inductie ook n+k als inductive step nemen, waar k>1 is? meestal worden n+1 stappen genomen vanuit n=1, maar mag je bijvoorbeeld ook n+3 nemen?
bijv.
"Bewijs dat n(n+1)/2 de sommatie geeft van alle natuurlijke getallen tot en met n met inductie"
Base case hoeft niet per se n=1 te zijn, kan ook bijvoorbeeld n=10 zijn.quote:Op donderdag 12 november 2015 17:52 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je moet twee dingen bewijzen, namelijk
(a) De uitspraak is juist voor n = 1
(b) De uitspraak is juist voor n = k + 1 als deze juist is voor n = k
Uit (a) en (b) volgt dan dat de uitspraak juist is voor elke n ∈ ℕ. Immers, uit de juistheid van de uitspraak voor n = 1 volgt dan de juistheid voor n = 2 en daaruit weer de juistheid voor n = 3, en daaruit weer de juistheid voor n = 4, en zo voort, ad infinitum.
Dat is juist, maar ik reageerde op de specifieke opgave en maakte duidelijk wat de vragensteller moest bewijzen en waarom.quote:Op woensdag 18 november 2015 00:11 schreef Novermars het volgende:
[..]
Base case hoeft niet per se n=1 te zijn, kan ook bijvoorbeeld n=10 zijn.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |