Link naar het onderzoeksrapport:quote:3 SEPTEMBER 2016 NIEUWS ONDERWIJS EN CULTUUR
KWALITEIT EN ONAFHANKELIJKHEID WETENSCHAP ONDER DRUK
De kwaliteit en de onafhankelijkheid van de wetenschap staan onder druk. Dat concludeert SP-Kamerlid Jasper van Dijk naar aanleiding van het zaterdag verschenen onderzoek De wetenschapper aan het woord, onder bijna 1.000 wetenschappers. 'De wetenschap wordt steeds meer gestuurd door externe partijen, zoals de overheid en het bedrijfsleven. Het ongebonden onderzoek is in het geding', aldus Van Dijk.
Van Dijk: 'Door bezuinigingen en eisen van externe opdrachtgevers worden onderzoekers steeds meer in een keurslijf gedrongen. Dat is doodzonde, want echte doorbraken komen juist voort uit ongebonden onderzoek. Respondenten willen bevrijd worden van alle druk van buitenaf. De wetenschap zou niet langer in dienst moeten staan van externe geldschieters zoals bedrijven. Dat is de herbezinning waarop wordt aangedrongen.'
Ook de kwaliteit van het onderzoek staat onder druk, blijkt uit het onderzoek. Van Dijk: 'In plaats van kwaliteit, wordt steeds meer gekeken naar kwantitatieve gegevens, zoals het aantal publicaties, promoties en diploma's. Alle bureaucratie rond aanvraagprocedures leidt bovendien tot stress en hoge werkdruk. Het is veelzeggend dat bijna de helft van de respondenten aangeeft dat ze hun vak niet meer volgens professionele normen kan uitoefenen.'
De SP legt de conclusies en aanbevelingen voor aan regering en parlement. Van Dijk: 'Minister Bussemaker heeft geen moeite met de vermarkting van de wetenschap. De innige banden met het bedrijfsleven worden zelfs aangemoedigd. De onafhankelijkheid komt in het geding: maar liefst 38% van de respondenten kent voorbeelden van beïnvloeding van onderzoek. Zo krijg je dus wetenschap op bestelling.'
Het onderzoek van de SP komt ruim een jaar na de bezetting van het Maagdenhuis in Amsterdam. Het leidde tot een fel debat over de rol van de wetenschap en de manier waarop universiteiten worden bestuurd. Er is veel gezegd en geschreven door commentatoren buiten de wetenschap. Met dit onderzoek laat de SP de wetenschapper zélf aan het woord.
Enkele uitkomsten van het onderzoek:
85 procent pleit voor meer geld naar de eerste geldstroom.
Ruim driekwart spreekt zich uit tegen het 'vermarkten' van de universiteit.
Ruim twee derde is ontevreden over de wijze van financiering van de universiteit.
Zestig procent vindt dat er minder moet worden afgerekend op aantal publicaties, promoties en diploma's.
Driekwart van de respondenten wil af van de vele flexcontracten op de universiteit. Deze bedreigen de kwaliteit en continuïteit van het onderzoek.
72 procent van de respondenten zegt (bijna) altijd of vaak onder grote tijdsdruk te moeten werken. Verantwoording en controle zijn doorgeslagen.
56 procent zegt niet voldoende de eigen agenda van ongebonden onderzoek te kunnen bepalen.
38 procent van de respondenten kent voorbeelden van beïnvloeding van inhoud, opzet of presentatie van onderzoek.
https://www.sp.nl/nieuws/(...)etenschap-onder-druk
Het is aan politici om daardoorheen te prikken, als politici het nalaten dan is het aan het volk om die politici en politieke partijen hiervoor te straffen, dat kunnen wij doen met onze stem. Neem niet automatisch iets aan van iemand op basis van zijn autoriteit maar begrijp dat ook deze mensen een flinke bias kunnen hebben, onbewust of bewust, met of zonder kwade wil.quote:Op zaterdag 3 september 2016 09:54 schreef Klopkoek het volgende:
Gisteren in het programma 'Kijken in de ziel' kwam ook naar voren hoe universitair economen in feite verkapte (goedbetaalde) PR medewerkers voor banken en het topmanagement zijn.
Dat moet dan voor wetenschap door gaan.
Hier werd al voor gewaarschuwd (het werd van de daken geroepen door hoogleraren en door politici van de SP) toen Rutte zijn slachtwerk aankondigde, dus toen hij trots riep dat hij niet op 1, niet op 2 maar wel op 3 fronten ging bezuinigen op het hoger onderwijs, omdat de VVD geen fuck geeft om wetenschap.quote:Op zaterdag 3 september 2016 08:30 schreef Bondsrepubliek het volgende:
Een SP onderzoek.
[..]
Link naar het onderzoeksrapport:
https://www.sp.nl/sites/default/files/1_wahw_1.pdf
Helaas heeft Nederland niet echt een TYT of nakedcapitalism.quote:Op zondag 4 september 2016 20:52 schreef Bram_van_Loon het volgende:
[..]
Het is aan politici om daardoorheen te prikken, als politici het nalaten dan is het aan het volk om die politici en politieke partijen hiervoor te straffen, dat kunnen wij doen met onze stem. Neem niet automatisch iets aan van iemand op basis van zijn autoriteit maar begrijp dat ook deze mensen een flinke bias kunnen hebben, onbewust of bewust, met of zonder kwade wil.
Een ander voorbeeld is die bijzonder hoogleraar (bijzonder slaat op het niet voltijds werken voor de universiteit) van Wageningen Universiteit die de hoofdadviseur van het ministerie van landbouw was inzake de bijencrisis (die nog steeds voortduurt, helaas). Deze man werd vooral betaald door BaYeR, het bedrijf wat het gif maakt wat een van de mogelijke oorzaken is van de sterk toegenomen bijensterfte. Daarnaast zou een parasiet bij kunnen dragen aan de toename. Moet je deze man als hoofdadviseur aanstellen? Natuurlijk niet!
Ik denk dat journalisten ook een grote verantwoordelijkheid hierin hebben! Zij zouden dit soort fenomenen moeten begrijpen en zij zouden hier kritische artikelen over moeten schrijven, bij actualiteitenprogramma's en programma's zoals Buitenhof hierop moeten wijzen etc.
Dat laatste hoe je natuurlijk sowieso niet te verwachten de laatste jaren, deze 'journalisten' dragen fluwelen handschoentjes. Ze zijn poeslief voor onze politici.
Of een RT, die doen ook best veel goed werk.quote:Op zondag 4 september 2016 21:01 schreef Klopkoek het volgende:
[..]
Helaas heeft Nederland niet echt een TYT of nakedcapitalism.
Zelfs De Volkskrant is een soort nep-links geworden sinds het bij Van Thilo hoort. Nare man.quote:Op zondag 4 september 2016 21:07 schreef Bram_van_Loon het volgende:
[..]
Of een RT, die doen ook best veel goed werk.
TYT is echt bagger eerlijk gezegd, voor Amerikaanse trendy "liberals".quote:Op zondag 4 september 2016 21:01 schreef Klopkoek het volgende:
[..]
Helaas heeft Nederland niet echt een TYT of nakedcapitalism.
https://www.nrc.nl/nieuws(...)niversiteit-a1589052quote:Waarom ik ontslag neem bij de universiteit
De universiteit gaat aan marktdenken ten onder, schrijft universitair docent Eelco Runia. Hij maakt dat hij wegkomt.
Lenin noemde het deserteren van tsaristische soldaten tijdens de Eerste Wereldoorlog ‘stemmen met de voeten’. Ik heb zojuist ook met mijn voeten gestemd en met een eenregelige e-mail mijn riante baan aan de universiteit opgezegd.
Mijn ontslagname is zoals alle deserties een combinatie van afstoting en aantrekking. De aantrekkingskracht van de plaats waar ik naartoe wil is gelukkig groter dan de afstotende werking van de plaats waar ik niet meer wil zijn: ik zie ernaar uit om mijn brood te gaan verdienen met lezingen, stukken voor de krant en het schrijven van boeken. Dat neemt niet weg dat mijn vaandelvlucht net als de desertie van de tsaristische soldaten ontegenzeggelijk ook het aspect heeft van maken dat je wegkomt. Als ik buitengewoon tevreden zou zijn geweest met hoe het er tegenwoordig op Nederlandse universiteiten, in het bijzonder de letterenfaculteiten, aan toe gaat, of zelfs maar geloofd zou hebben dat het zin had op een andere manier dan met mijn voeten te stemmen, dan was ik niet op het idee gekomen te deserteren.
Omdat mijn universiteit, de Rijksuniversiteit Groningen, niet aan exit-gesprekken doet, wil ik in dit stuk uiteenzetten wat mij bewogen heeft – al was het maar omdat mijn situatie verre van uniek is. Misschien bezit die ook enige relevantie voor al die andere non-profit instellingen die een neoliberaal bestuursmodel hebben omarmd.
Want dat is wat de universiteiten hebben gedaan. Dat neoliberale bestuursmodel, ook bekend onder de naam New Public Management, heeft volgens bestuurskundigen drie kenmerken: geloof in marktwerking, geloof in deregulering en geloof in sterk leiderschap. Uit eigen waarneming kan ik vaststellen dat van minder regelgeving geen sprake is en dat ‘sterk leiderschap’ doorgaans niet meer om het lijf heeft dan een top down-managementstructuur. Blijft over: marktwerking.
Het geloof in de markt komt op mijn universiteit niet alleen tot uiting in een uitwas als de poging een filiaal te beginnen in het Chinese Yantai, maar ook in het feit dat ik de afgelopen weken geacht werd in het Engels college te geven aan een zaal vol studenten die zonder uitzondering de Nederlandse taal machtig waren. Voor de export werken – buitenlandse studenten trekken – is officieel beleid. Die buitenlandse studenten moeten het geld in het laatje brengen dat nodig is om te overleven. Of, nauwkeuriger: om minimaal de omvang te houden die de universiteit nu heeft en liefst nog een stukje te groeien.
Het neoliberalisme beheerst de kunst de dingen zo te regelen dat er alleen aan getornd kan worden door in eigen vlees te snijden. De universiteiten worden grotendeels gefinancierd met een budgetteringssysteem dat ‘outputfinanciering’ genoemd wordt. Universiteiten ‘produceren’ studiepunten en degrees die worden ‘geconsumeerd’ door studenten. Hoe meer studiepunten studenten ‘afnemen’ en hoe meer bachelors en masters de poort verlaten, hoe groter, kortom, de ‘output’, hoe meer geld de faculteiten krijgen. Tornen aan dit marktmodel, en de nadruk leggen op kwaliteit in plaats van output, betekent onherroepelijk minder geld en, uiteindelijk, het ontslag van stafleden.
Mijn collega’s en ik steken ons hoofd er het liefst voor in het zand, maar het feit dat onze banen in het geding zijn maakt ons ondanks al ons gesputter en gespartel tot willige uitvoerders van het marktmodel. In bètafaculteiten is de angst voor baanverlies misschien niet zo’n probleem, maar in letterenfaculteiten leidt hij vroeg of laat tot inteelt en stagnatie. De reden is simpel: het kapitaal dat je vergaart door aan een letterenfaculteit te promoveren is alleen iets waard binnen een letterenfaculteit. Dat maakt dat het aanvaarden van een dienstbetrekking – ja, het accepteren van een promotieplaats – aan de Faculteit der Letteren het inzwemmen van een fuik is. Als je eenmaal binnen bent, kun je bijna niet meer weg: de kans is klein dat je op de vrije markt het royale salaris en de leuke arbeidsvoorwaarden in de wacht zult slepen die de universiteit je biedt.
Tegenover docenten die binnen zijn maar het liefste naar buiten zouden willen, staan overigens tal van slimme, getalenteerde en gemotiveerde wetenschappers die graag naar binnen willen. Een een-tweetje voor een organisatie die zweert bij de markt zou je zeggen, maar letterenfaculteiten slagen er niet in het een met het ander te verenigen. Van een vrij verkeer van personen tussen de echte wereld en de universitaire wereld is op letterenfaculteiten geen sprake.
Op de neoliberale universiteit is er de noodzaak coûte que coûte output te leveren, maar de echte markt is ver, zeer ver weg. Voor wie zich committeert en bereid is lange dagen te maken is een letterenfaculteit een beschermde omgeving – bevolkt door een taaie laag van mensen die elke dag meer met hun biotoop vergroeien en de echte wereld vooral kennen uit de krant, de supermarkt, de treincoupé en de volleybalclub waarvan ze lid zijn.
Dat betekent uiteraard niet dat er helemaal geen mensen meer worden aangetrokken. Maar nieuwe universitaire docenten, die een hogere drempel over moeten dan in de tijd dat de huidige bestuurders werden aangesteld, komen van een koude kermis thuis. Voor de nieuwelingen geldt een extra wrede variant van het Peterprincipe. Het Peterprincipe houdt in dat mensen op grond van het feit dat ze goed functioneren in de ene functie bevorderd worden naar een andere functie, net zolang tot zij hun niveau van incompetentie bereiken. De academische variant daarvan is dat mensen worden aangesteld op basis van hun wetenschappelijke verdiensten, maar zodra zij binnen zijn zozeer met onderwijs- en administratieve taken worden overladen, dat het schrijven van het boek waarover zij tijdens hun sollicitatieprocedure nog zo enthousiast spraken langzaam maar zeker achter de horizon verdwijnt.
De onderwijslast is aan de universiteiten zwaar geworden en ook dat komt door het marktdenken. Dat zit hem vooral in de hoeveelheid nakijkwerk. Er is namelijk een panische angst studenten te verliezen – elke afhakende student betekent kapitaalvernietiging. Om studenten te binden, bij de les te houden en tijdig de benodigde studiepunten te laten behalen moeten ze allemaal, elke week, en voor elk vak, opdrachten inleveren. Die allemaal nagekeken moeten worden en van opbouwend commentaar voorzien moeten worden. Bij de faculteit waar ik werk is het officieel beleid dat docenten zich bij het Onderwijsinstituut moeten komen verantwoorden als ze minder dan vijftig procent van hun studenten laten slagen. Een van de hoofdtaken van dat Onderwijsinstituut is het ‘bewaken van het onderwijsrendement van de opleidingen’ en ik kan uit eigen ervaring zeggen dat vanaf de werkvloer gezien zijn voornaamste functie niet zo heel anders is als die van Lenins Tsjeka (de geheime dienst): zorg dat je er nooit mee te maken krijgt.
Ik moet bekennen dat ik pas heel laat in de gaten kreeg hoe allesoverheersend het marktgeloof geworden is. Dat komt denk ik omdat dat credo voor een eenvoudig staflid als ik schuil gaat achter internationaliseringsretoriek en de vraag of het onderwijs in het Engels moet. Een strategie zit daar denk ik niet achter, maar het werkt perfect. Discussies over internationalisering raken zeker ook bij letterendocenten een gevoelige snaar: onze corebusiness, de wetenschap, is een internationale bedrijfstak, right? Bestuurders maken gretig gebruik van het valse bewustzijn van hun stafleden om hun marktagenda door te drukken, zonder overigens ook maar in het minst in internationalisatie geïnteresseerd te zijn. Toen ik mijn toenmalige decaan op de hoogte bracht van het feit dat ik was uitgenodigd om een tijdje gasthoogleraar te zijn in Stanford sprak hij zonder een spoor van ironie de onsterfelijke woorden „Nou, dat is dan het beste bewijs dat je je facultaire taken verwaarloost.”
Persoonlijk vind ik het belangrijkste negatieve effect van het marktcredo echter niet de werkdruk, de hypocrisie of de verengelsing van het onderwijs, maar de sluipende deprofessionalisering van de stafleden. In het werkethos van de professional liggen elegante sturingsmechanismen besloten, die door het marktdenken krachteloos worden. De aloude professional beschikte over specialistische kennis, was het aan zijn beroepseer verplicht kwaliteit te leveren en voelde zich zelf verantwoordelijk voor wat hij deed. Marktwerking echter betekent productiedwang. En productiedwang betekent bureaucratische controle. En omdat die bureaucratische controle niets anders is dan geïnstitutionaliseerde argwaan tegen professionele zelfsturing kwijnt die zelfsturing, ja professionaliteit tout court, langzaam weg.
Het nettoresultaat is dat we zitten opgescheept met een doos van Pandora vol audit-systemen, verantwoordingsprotocollen en oppermachtige examen- en visitatiecommissies. Ik herinner me dat ik toen ik als gasthoogleraar op Berkeley naar ieders tevredenheid onderwijs gaf aan slimme en veeleisende Silicon-valley studenten, dringende mails van mijn universiteit van herkomst kreeg dat het de hoogste tijd was om mijn ‘basiskwalificatie onderwijs’ te halen.
Ook voor een ander attribuut van de professional, specialistische kennis, is aan de Nederlandse letterenfaculteiten hoe langer hoe minder plaats. Op de Amerikaanse universiteiten waar ik gewerkt heb gold het simpele maar effectieve principe dat elke docent elk semester twee seminars gaf over de onderwerpen die hij of zij relevant achtte. Daar schreef hij of zij vervolgens niet zelden ook een boek over. Bij de Nederlandse letterenfaculteiten worden veel te weinig ‘kernvakken’ en onderzoekscolleges aangeboden om elke docent iets met zijn of haar specialisme te kunnen laten doen. Het gevolg is dat docenten die tot de top van hun vakgebied behoren worden ingezet om buitengewoon elementaire cursussen, sorry: ‘modules’ te geven. Voor hen zit er weinig anders op dan kijken of ze iets van hun expertise kunnen meesmokkelen in cursussen die eigenlijk over iets anders gaan. En gedwee leggen zij aan hun stomverbaasde buitenlandse studenten uit waarom hun cursus door een duurbetaalde specialist in plaats van door een onderwijsassistent gegeven wordt.
Hoe langer hoe meer leven universitaire docenten in een schijnwereld. Onze versie van ‘markt’ leidt niet tot ‘tucht’ maar tot de verplichting door allerlei brandende hoepels te springen. Docenten moeten voortdurend dingen doen die niet alleen veel tijd kosten, maar ook geen enkele relatie hebben met waar ze als professional of zelfs maar als integer mens voor staan. Maar omdat het de dingen zijn waar ze op afgerekend worden – en omdat de accreditatie en daarmee de boterham van de collega’s ermee op het spel staan – doen ze ze toch maar. In een artikel met de toepasselijke titel ‘McUniversity’ stellen Martin Parker en David Jary: „Managing appearances [is] a fruitful strategy if it is only appearances that get measured.” Dat is wat ik de laatste jaren veel te veel heb moeten doen. Het gaat niet langer om het geven van werkelijk goede feedback, maar om het zodanig invullen van beoordelingsformulieren dat de visitatiecommisie er geen vat op krijgt.
Historicus Chris Lorenz vroeg zich een paar jaar geleden af hoe het toch komt dat al die bovengemiddeld slimme docenten zo hulpeloos zijn tegen de manier waarop universiteiten bestuurd worden. Waarom die gedweeheid? Is het de angst voor onze boterham? Zijn we allemaal murw? Gedemoraliseerd? Zijn we eindeloos geneigd degenen die boven ons gesteld zijn het voordeel van de twijfel te gunnen? Of heeft iedereen last van het knagende gevoel zelf chronisch tekort te schieten? Denken we geen recht van spreken te hebben doordat we zelf nooit tijd genoeg hebben voor al die formulieren, vergaderingen, beoordelingen, voortgangsgesprekjes en artikelen? Onmiskenbaar is in ieder geval de eindeloze bereidheid medewerking te verlenen aan de zoveelste verantwoordingsverplichting en de schouders te zetten ook onder de nieuwste herstructurering.
In haar roman Ons soort mensen voert Juli Zeh iemand ten tonele die model kan staan voor het moderne universitaire werkpaard: „Het ging hem er niet meer om een fijn leven te leiden, het ging niet eens om geld. Wat deze generatie dreef, was de absolute wens om alles goed te doen, geen fouten te maken en daardoor onaantastbaar te worden. Het kapitalistische systeem plantte een zaadje van angst in de zielen van zijn kinderen, die zich in de loop van hun leven pantserden met steeds nieuwe lagen van prestatiedrift.” Door met mijn voeten te stemmen maak ik, hoe mijn bestaan als zzp’er ook gaat uitpakken, in ieder geval een einde aan die onwezenlijke onaantastbaarheid.
quote:Docent kapt met universiteit om marktdenken
maandag 22 januari 2018, 18:31 uur
Collegezalen vol Nederlanders die in het Engels les krijgen, universiteiten die gefocust zijn op 'output' van studenten en dus maar willen blijven groeien, papierwerk waardoor enthousiaste docenten murw gebeukt worden en grote plannen om buitenlandse markten aan willen boren.
In een notendop de uitwassen van het 'marktdenken' in het onderwijs, betoogt universitair docent Eelco Runia. Hij gaf zijn mooie baan aan de Rijksuniversiteit Groningen op en zette in een artikel in NRC Handelsblad zijn motivatie uiteen.
Daarop kwam veel bijval - uit het onderwijs, maar ook van daarbuiten. Hoe nu verder? Bij Dit is de Dag legt Runia uit wat hij voor ogen heeft en reageert CDA-kamerlid Harry van der Molen op zijn pleidooi.
Ja, de mentale lenigheid om die twee concepten te verenigen in een opiniestuk vond ik ook opvallend. Toch de illusie dat Amerikaanse universiteiten het marktdenken minder effect laten hebben op het docentencorps en meer binnen het bestuur houden?quote:Op maandag 22 januari 2018 23:02 schreef Monolith het volgende:
Ik las het stuk onlangs. Wat ik wel wat ironisch vond was dat hij zich enerzijds beklaagt over de neoliberalisering van het Nederlandse onderwijssysteem en het bijbehorende marktdenken, maar wel de loftrompet steekt over het Amerikaanse hoger onderwijs. Toch ook niet echt een toonbeeld van Marxisme.
De Universiteit als werving en selectiebureau voor het internationale bedrijfsleven. Belastinggeld wat niet de belastingbetalers, de Nederlanders dus, dient, maar bedrijven die de dienst van de overheid graag gratis afnemen: Gratis opleiding en selectie voor hun personeel.quote:De drift om opleidingen te 'internationaliseren' neemt veel te drastische vormen aan
Door: Stefan Wirken 23 januari 2018, 02:00
Vorige week ging de inschrijving voor de opleiding psychologie open aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). De opleiding heeft plek voor zeshonderd studenten. Er hebben zich 594 Nederlandse studenten aangemeld. Dat lijkt op het eerste oog een mooie match. De aspirant studenten zouden allemaal kunnen worden toegelaten en zo de studie van hun keuze volgen. Niets is echter minder waar. De UvA biedt de opleiding vanaf september volledig in het Engels aan. Het gevolg? Een totaal van 1.854 aanmeldingen van over de hele wereld waardoor het merendeel van de studenten uiteindelijk niet zal worden toegelaten. De drift om opleidingen te 'internationaliseren' neemt veel te drastische vormen aan.
De UvA wilde graag over op het Engels, om zo nog meer studenten aan te trekken
Psychologie is altijd erg populair geweest onder studenten. Daarom heeft de UvA een zogenaamde numerus fixus ingevoerd, wat betekent dat ze niet meer dan zeshonderd studenten toelaat. Toch wilde de UvA graag over op het Engels, om zo nog meer studenten aan te trekken.
Onderwijsdirecteur Ingmar Visser probeert het in een verantwoord jasje te gieten: 'De universiteit verwacht dat studenten beter worden voorbereid op de arbeidsmarkt en op Engelstalige masteropleidingen.'
Probleem is juist dat er een tekort is aan Nederlandse psychologen op dit moment. Van de internationale studenten zal een groot deel Nederland weer verlaten na de studie of een carrière beogen in de wetenschap. De UvA gaat nu juist enorm veel Nederlandse studenten de deur wijzen om met alle internationale studenten de zogenaamde international classroom te creëren. Visser lijkt te denken dat Nederlanders onder elkaar een te beperkte blik hebben en aannames niet kritisch zouden bekijken. Waarop dit gebaseerd is, is totaal onduidelijk.
Het grote probleem is dat onderwijsdirecteuren als Visser leven in een internationaal georiënteerde onderzoekswereld met weinig gevoel voor de arbeidsmarkt. Binnen die wereld kan Visser pronken met zijn populaire internationale opleiding. Van alle teleurgestelde Nederlandse studenten die iets anders moeten gaan studeren vanwege zijn expansiedrift, merkt hij waarschijnlijk niets.
Er zijn binnenkort Nederlandse studenten die betalen voor de opleiding van een buitenlandse student
Visser denkt niet dat Nederlandse studenten in verdrukking komen, omdat ze volgens hem 'goed voorbereid zijn op de selectie'. Als de Nederlandse studenten niet worden verdrukt, dan zou er helemaal geen plek meer zijn voor de internationale studenten. Immers zijn er 594 Nederlanders geïnteresseerd in de zeshonderd plekken. Dat er geen buitenlandse studenten worden aangenomen lijkt onwaarschijnlijk gezien de ambitie van Visser om de international classroom te creëren, die zo 'broodnodig' is voor een kritische blik.
Met ons belastinggeld gaan we dus internationale studenten opleiden, ten koste van Nederlandse studenten, die bovendien hebben meebetaald aan de schatkist. Om het even bot te zeggen: Er zijn binnenkort Nederlandse studenten die betalen voor de opleiding van een buitenlandse student, die ze graag zelf gevolgd hadden.
Stefan Wirken is oud-voorzitter Landelijke Studentenvakbond
Nee, dat behoren ze zeker niet te zijn maar als je kijkt naar bijvoorbeeld hoe Rutte als minister-president dit land nu al een tijdje bestuurt heb ik het gevoel dat we steeds meer een BV Rutte III land zijn geworden waar fiks geld verdienen geen vies woord meer is.quote:Op maandag 6 januari 2014 14:04 schreef deelnemer het volgende:
Overheden zijn niet privaat. Je ziet de overheid teveel als een klassieke monarch, een koning in een paleis.
Een land dat gereduceerd word tot een bedrijf, de b.v. Nederland met consumenten, werknemers en onrendabelen daarin.quote:Op vrijdag 2 februari 2018 12:42 schreef Iwanius het volgende:
[..]
Nee, dat behoren ze zeker niet te zijn maar als je kijkt naar bijvoorbeeld hoe Rutte als minister-president dit land nu al een tijdje bestuurt heb ik het gevoel dat we steeds meer een BV Rutte III land zijn geworden waar fiks geld verdienen geen vies woord meer is.
Eelco Runia, historicusquote:Op maandag 22 januari 2018 19:21 schreef Bondsrepubliek het volgende:
[..]
https://www.nrc.nl/nieuws(...)niversiteit-a1589052
Het zal ook iets te maken hebben met het feit dat zeker de wat beter aangeschreven universiteiten een wat ander financieringsmodel kennen. Die bulken sowieso al van het geldt en in tegenstelling tot in Nederland wordt er niet gevochten om aantallen studenten, maar wordt het gros van de studenten zelfs afgewezen. De Ivy League accepteert gemiddeld genomen tussen de vijf en tien procent van de studenten die er willen studeren. Het zijn ook instituten die veel meer echt private instituten ondanks forse financiering van de overheid.quote:Op dinsdag 23 januari 2018 08:10 schreef GSbrder het volgende:
[..]
Ja, de mentale lenigheid om die twee concepten te verenigen in een opiniestuk vond ik ook opvallend. Toch de illusie dat Amerikaanse universiteiten het marktdenken minder effect laten hebben op het docentencorps en meer binnen het bestuur houden?
Hij kan het mooi vertellen. Veel van zijn observaties zijn raak, maar om dit dan op het bordje van het neoliberalisme te schuiven...quote:Op maandag 22 januari 2018 19:21 schreef Bondsrepubliek het volgende:
[..]
https://www.nrc.nl/nieuws(...)niversiteit-a1589052
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |