abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_112431800
Snelle vraag,
sin (2/3) pi

Omdat mijn rekenmachinetje geen radialen pikt maar graden,
(2/3) * 180 = 120
sin 120 = 0,87

Het boek geeft het antwoord (1/2) * sqrt(3)
Ik zie dat het hetzelfde is, maar hoe komen zij daar?
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112432045
Middelbare school denk ik?



Dat riedeltje moesten wij uit ons hoofd leren. Is makkelijk te onthouden en als je een globaal beeld hebt hoe een (co)sinus eruit ziet al helemaal.
gr gr
pi_112432697
quote:
14s.gif Op maandag 4 juni 2012 17:20 schreef Quyxz_ het volgende:
Middelbare school denk ik?

[ afbeelding ]

Dat riedeltje moesten wij uit ons hoofd leren. Is makkelijk te onthouden en als je een globaal beeld hebt hoe een (co)sinus eruit ziet al helemaal.
En als je het even kwijt bent, kan je altijd een gelijkzijdige driehoek (voor de sinus en cosinus van 60 graden, of π/3 radialen) of een half vierkant dat is afgesneden via de diagonaal (voor de sinus en cosinus van 45 graden of π/2).
Helaas weet ik niet zo snel een driehoek waarmee je de sinus en cosinus van π/6 kan vinden. Het zou kunnen met de somformule voor de sinus/cosinus, maar dan moet je de somformule onthouden ipv sin(π/6)=1/4, wat me niet echt makkelijker lijkt :P

[ Bericht 8% gewijzigd door kutkloon7 op 04-06-2012 17:43:19 ]
pi_112433825
quote:
5s.gif Op maandag 4 juni 2012 17:15 schreef Quir het volgende:
Snelle vraag,
sin (2/3) pi

Omdat mijn rekenmachinetje geen radialen pikt maar graden,
(2/3) * 180 = 120
sin 120 = 0,87

Het boek geeft het antwoord (1/2) * sqrt(3)
Ik zie dat het hetzelfde is, maar hoe komen zij daar?
Je kunt dit eenvoudig meetkundig beredeneren. Teken een gelijkzijdige driehoek ABC, de hoeken van deze driehoek zijn dan elk 60 graden. Teken vanuit (bijvoorbeeld) hoekpunt C een hoogtelijn, het voetpunt D van deze hoogtelijn is dan het midden van zijde AB. Nu is driehoek ACD rechthoekig, en aangezien D het midden is van AB en dus AD = ½∙AB en ook AB = AC hebben we dus:

AD = ½∙AC

En volgens Pythagoras hebben we ook:

AC2 = AD2 + CD2

En dus:

CD2 = AC2 - AD2 = AC2 - (½∙AC)2 = AC2 - ¼∙AC2 = ¾∙AC2

En dus:

CD = √(¾)∙AC = ½√3∙AC

Nu is in een rechthoekige driehoek de sinus van een scherpe hoek de verhouding tussen de overstaande rechthoekszijde en de schuine zijde, dus hebben we:

sin 60° = sin ∠DAC = CD : AC = ½√3∙AC : AC = ½√3

En aangezien supplementaire hoeken dezelfde sinus hebben, hebben we dus ook

sin 120° = sin(180° - 60°) = sin 60° = ½√3
pi_112434016
quote:
14s.gif Op maandag 4 juni 2012 17:34 schreef kutkloon7 het volgende:

[..]

En als je het even kwijt bent, kan je altijd een gelijkzijdige driehoek (voor de sinus en cosinus van 60 graden, of π/3 radialen) of een half vierkant dat is afgesneden via de diagonaal (voor de sinus en cosinus van 45 graden of π/2).
Helaas weet ik niet zo snel een driehoek waarmee je de sinus en cosinus van π/6 kan vinden.
Heel eenvoudig: als je een rechthoekige driehoek hebt met een hoek van 60 graden, dan is de andere scherpe hoek 30 graden. En uiteraard is de cosinus van een hoek de sinus van het complement, daarom heet het ook een cosinus (als afkorting van complementi sinus).
pi_112435737
Ik begrijp dit alles, maar was meer uit naar een effectieve manier om zonder rekenmachine te berekenen. Ik heb pythagoras gebruikt, logischerwijs, maar op een iets andere manier.

cos˛ [a] + sin˛ [a] = 1

Eenheidscirkel naar concept

x˛ + y˛ = 1

Levert getallen op die moeilijker zijn om mee te rekenen.

quote:
14s.gif Op maandag 4 juni 2012 17:20 schreef Quyxz_ het volgende:
Middelbare school denk ik?

[ afbeelding ]

Dat riedeltje moesten wij uit ons hoofd leren. Is makkelijk te onthouden en als je een globaal beeld hebt hoe een (co)sinus eruit ziet al helemaal.
Basisboek Wiskunde, dus, in principe, ja.
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112435921
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 18:06 schreef Riparius het volgende:

[..]

Je kunt dit eenvoudig meetkundig beredeneren. Teken een gelijkzijdige driehoek ABC, de hoeken van deze driehoek zijn dan elk 60 graden. Teken vanuit (bijvoorbeeld) hoekpunt C een hoogtelijn, het voetpunt D van deze hoogtelijn is dan het midden van zijde AB. Nu is driehoek ACD rechthoekig, en aangezien D het midden is van AB en dus AD = ½∙AB en ook AB = AC hebben we dus:

AD = ½∙AC

En volgens Pythagoras hebben we ook:

AC2 = AD2 + CD2

En dus:

CD2 = AC2 - AD2 = AC2 - (½∙AC)2 = AC2 - ¼∙AC2 = ¾∙AC2

En dus:

CD = √(¾)∙AC = ½√3∙AC

Nu is in een rechthoekige driehoek de sinus van een scherpe hoek de verhouding tussen de overstaande rechthoekszijde en de schuine zijde, dus hebben we:

sin 60° = sin ∠DAC = CD : AC = ½√3∙AC : AC = ½√3

En aangezien supplementaire hoeken dezelfde sinus hebben, hebben we dus ook

sin 120° = sin(180° - 60°) = sin 60° = ½√3
Voor ik het vergeet, dit was wat ik moest hebben, dus.

Dank allen.
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112436080
Riparius, nu je er toch bent.

Ik had vandaag wiskunde, zoals een echte baas, en ik was wat mee aan het lezen bij de discussie over conflictlijnen (ellips).

Nu zei mijn wiskundedocent dat een ellips juist de conflictlijn (stelling / definitie doet er in deze vraag even niet toe) is van een cirkel binnen een grotere cirkel. Door middel van een cirkel met straal r1 + r2 te tekenen kreeg je dus een "somcirkel". Aan de hand van deze cirkel was het mogelijk om de ellips te construeren (en te bewijzen, aangezien de afstand van beide brandpunten N en M tot de ellips opgeteld een constante vormen, namelijk de straal van de "somcirkel").

Maar is dan de conflictlijn van een punt binnen een cirkel ook een ellips, en zoja, hoe construeer ik deze?
pi_112436155
Natuurlijk, punt is een cirkel met straal 0 immers.
pi_112436240
quote:
10s.gif Op maandag 4 juni 2012 18:54 schreef Quir het volgende:
Ik begrijp dit alles, maar was meer uit naar een effectieve manier om zonder rekenmachine te berekenen. Ik heb pythagoras gebruikt, logischerwijs, maar op een iets andere manier.

cos˛ [a] + sin˛ [a] = 1

Eenheidscirkel naar concept

x˛ + y˛ = 1

Levert getallen op die moeilijker zijn om mee te rekenen.

Hoe bedoel je moeilijker? Je hebt (½)2 + (½∙√3)2 = 1.

Het wordt pas lastig als je bijvoorbeeld wil afleiden dat sin 18° = ¼(√5 - 1).
pi_112436409
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:03 schreef twaalf het volgende:
Natuurlijk, punt is een cirkel met straal 0 immers.
Logica :') k*t
pi_112436597
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:05 schreef Riparius het volgende:

[..]

Hoe bedoel je moeilijker? Je hebt (½)2 + (½∙√3)2 = 1.

Het wordt pas lastig als je bijvoorbeeld wil afleiden dat sin 18° = ¼(√5 - 1).
Beiden zijn dan nog niet bekend, wat maakt

cos [a] = √( 1 - (4/9) * pi˛ )
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112436647
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:01 schreef Amoeba het volgende:
Riparius, nu je er toch bent.

Ik had vandaag wiskunde, zoals een echte baas, en ik was wat mee aan het lezen bij de discussie over conflictlijnen (ellips).

Nu zei mijn wiskundedocent dat een ellips juist de conflictlijn (stelling / definitie doet er in deze vraag even niet toe) is van een cirkel binnen een grotere cirkel. Door middel van een cirkel met straal r1 + r2 te tekenen kreeg je dus een "somcirkel". Aan de hand van deze cirkel was het mogelijk om de ellips te construeren (en te bewijzen, aangezien de afstand van beide brandpunten N en M tot de ellips opgeteld een constante vormen, namelijk de straal van de "somcirkel").

Maar is dan de conflictlijn van een punt binnen een cirkel ook een ellips, en zoja, hoe construeer ik deze?
Dit wordt allemaal duidelijk als je het PDF bestand van Dick Klingens waarnaar ik hierboven verwijs bestudeert. Hij bespreekt ook de conflictlijn van twee cirkels.

Overigens, als je toe bent aan een nieuwe uitdaging, dan heb ik nog wel een (algebra)opgave voor je uit de oude doos. Eentje die goede H.B.S. B en Gymnasium β leerlingen uit de hogere klassen ruim een halve eeuw geleden nog konden oplossen.
pi_112436838
quote:
3s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:12 schreef Quir het volgende:

[..]

Beiden zijn dan nog niet bekend, wat maakt

cos [a] = √( 1 - (4/9) * pi˛ )
Misschien moet je een niet-complex voorbeeld bedenken als je dan toch leuk wilt zijn..
pi_112436854
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:13 schreef Riparius het volgende:

[..]

Dit wordt allemaal duidelijk als je het PDF bestand van Dick Klingens waarnaar ik hierboven verwijs bestudeert. Hij bespreekt ook de conflictlijn van twee cirkels.

Overigens, als je toe bent aan een nieuwe uitdaging, dan heb ik nog wel een (algebra)opgave voor je uit de oude doos. Eentje die goede H.B.S. B en Gymnasium β leerlingen uit de hogere klassen ruim een halve eeuw geleden nog konden oplossen.
_O_

Kom maar op. :Y Ik was vandaag nog op zoek naar de oude vwo wiskunde B1,2 boeken (Boek 6 boeide me, daarin stonden de betreffende conflictlijnen beschreven.) Maar John zou hem morgen meenemen, als hij het niet vergeet. (John is mijn docent wiskunde B&D)

[ Bericht 3% gewijzigd door #ANONIEM op 04-06-2012 19:20:51 ]
pi_112436871
quote:
3s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:12 schreef Quir het volgende:

[..]

Beiden zijn dan nog niet bekend, wat maakt

cos [a] = √( 1 - (4/9) * pi˛ )
Ik denk dat je een beetje in de war bent ...
pi_112437147
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:17 schreef Amoeba het volgende:

[..]

_O_

Kom maar op. :Y Ik was vandaag nog op zoek naar de oude vwo wiskunde B1,2 boeken (Boek 6 boeide me, daarin stonden de betreffende conflictlijnen beschreven.)
Nog even over die conflictlijnen: die zijn geďntroduceerd door het Freudenthalinstituut. Op hun website kun je wel wat concept leerstofmodules inzien (link: 1 2). Ik ben er zelf niet enthousiast over, maar dat was denk ik al duidelijk.
pi_112437206
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:17 schreef Riparius het volgende:

[..]

Ik denk dat je een beetje in de war bent ...
Dat klopt. Want dat geeft een negatief getal. Daar kom ik nog op terug.
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112437342
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:23 schreef Riparius het volgende:

[..]

Nog even over die conflictlijnen: die zijn geďntroduceerd door het Freudenthalinstituut. Op hun website kun je wel wat concept leerstofmodules inzien (link: 1 2). Ik ben er zelf niet enthousiast over, maar dat was denk ik al duidelijk.
Wat heb je dan liever? Dat mensen het kegelsneden gaan noemen en vervolgens nooit weten waar het voor dient?
pi_112437365
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:05 schreef Riparius het volgende:

[..]

Hoe bedoel je moeilijker? Je hebt (˝)2 + (˝∙√3)2 = 1.

Het wordt pas lastig als je bijvoorbeeld wil afleiden dat sin 18° = Ľ(√5 - 1).
Het is dat ik de methode ken om eenvoudige identiteiten te vinden voor Sin(nx), anders zou het inderdaad een hell of a job zijn.
pi_112437493
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:17 schreef Amoeba het volgende:

[..]

_O_

Kom maar op. :Y
Goed. Bedenk dat er destijds nog geen elektronische rekenhulpmiddelen beschikbaar waren. Het is dus mogelijk - en ook de bedoeling - de volgende opgave uitsluitend met gebruikmaking van pen en papier op te lossen. Als je een oplossing post, laat dan ook zien hoe je aan je oplossing bent gekomen. Hier is de opgave:

In een plat vlak met een cartesisch assenstelsel ligt een rechte lijn die door het punt (1;1) gaat. Deze lijn snijdt de positieve x-as en de positieve y-as. De onderlinge afstand van de snijpunten bedraagt 4 eenheden en het snijpunt met de x-as ligt dichter bij de oorsprong dan het snijpunt met de y-as. Bereken de exacte coördinaten van de snijpunten van de lijn met de beide assen.
pi_112437616
Begrepen!

Geen passer & geodriehoek/liniaal?

[ Bericht 83% gewijzigd door #ANONIEM op 04-06-2012 19:33:09 ]
pi_112437969
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:26 schreef twaalf het volgende:

[..]

Wat heb je dan liever? Dat mensen het kegelsneden gaan noemen en vervolgens nooit weten waar het voor dient?
Het hele woord kegelsnede komt in de conceptmodules van het Freudenthalinstituut niet voor en dat is om te beginnen al een grote misser, zeker omdat ze Apollonius wél noemen. Als leerlingen dan een vervolgopleiding gaan doen en ze lezen in een engels boek de term conic sections, dat zou het dus zo maar kunnen dat ze niet eens begrijpen waar het over gaat. Overigens komt in de Nederlandse versie van Cabri waar de samenstellers nogal mee dwepen dan weer wel het woord kegelsneden voor.
pi_112438069
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:31 schreef Amoeba het volgende:
Begrepen!

Geen passer & geodriehoek/liniaal?
Tuurlijk mag je voor jezelf een tekening maken, is ook aanbevolen. Maar zoals gezegd, gevraagd wordt een exact antwoord.
pi_112438242
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:40 schreef Riparius het volgende:

[..]

Tuurlijk mag je voor jezelf een tekening maken, is ook aanbevolen. Maar zoals gezegd, gevraagd wordt een exact antwoord.
Gewoon een assenstelsel getekend, met een geodriehoek beetje uitgemeten. En nu de voorwaarden en vergelijkingen opstellen, en dan zien waar het schip strandt. Ik heb al een klein ideetje.
pi_112438583
wut

[ Bericht 96% gewijzigd door #ANONIEM op 04-06-2012 19:50:00 ]
pi_112438962
quote:
9s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:24 schreef Quir het volgende:

[..]

Dat klopt. Want dat geeft een negatief getal. Daar kom ik nog op terug.
Ach, ik kan 't niet meer terugvinden in m'n kladderschrift. Zal wel hebben lopen spiegelen.
Heb er nu in ieder geval bovenstaande wijze in staan.
"Social order at the expense of liberty is hardly a bargain."
pi_112439498
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 19:29 schreef Riparius het volgende:

[..]

Goed. Bedenk dat er destijds nog geen elektronische rekenhulpmiddelen beschikbaar waren. Het is dus mogelijk - en ook de bedoeling - de volgende opgave uitsluitend met gebruikmaking van pen en papier op te lossen. Als je een oplossing post, laat dan ook zien hoe je aan je oplossing bent gekomen. Hier is de opgave:

In een plat vlak met een cartesisch assenstelsel ligt een rechte lijn die door het punt (1;1) gaat. Deze lijn snijdt de positieve x-as en de positieve y-as. De onderlinge afstand van de snijpunten bedraagt 4 eenheden en het snijpunt met de x-as ligt dichter bij de oorsprong dan het snijpunt met de y-as. Bereken de exacte coördinaten van de snijpunten van de lijn met de beide assen.
Toch niet weer een derde/vierdegraadspolynoom die je mag oplossen? :P
pi_112439636
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:04 schreef thenxero het volgende:

[..]

Toch niet weer een derde/vierdegraadspolynoom die je mag oplossen? :P
Het komt neer op het snijpunt bepalen van een cirkel en een hyperbool. Altijd leuk ja..
pi_112440467
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:07 schreef Don_Vanelli het volgende:

[..]

Het komt neer op het snijpunt bepalen van een cirkel en een hyperbool. Altijd leuk ja..
Ja, je moet het stelsel

a^2+b^2 = 16
a=b/(b-1)

oplossen. (en als ik dat omschrijf krijg ik een vierdegraadsvergelijking :') )

[ Bericht 12% gewijzigd door thenxero op 04-06-2012 20:27:09 ]
pi_112440810
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 18:12 schreef Riparius het volgende:

[..]

Heel eenvoudig: als je een rechthoekige driehoek hebt met een hoek van 60 graden, dan is de andere scherpe hoek 30 graden. En uiteraard is de cosinus van een hoek de sinus van het complement, daarom heet het ook een cosinus (als afkorting van complementi sinus).
Hah, ik had het even snel uit mijn hoofd opschreven, stom dat ik het niet zag.
pi_112440832
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:19 schreef thenxero het volgende:

[..]

Ja, je moet het stelsel

a^2+b^2 = 16
a=b/(b-1)

oplossen.
Hoe kom je bij die a=b/(b-1)? Ik weet niets over hyperbolen verder. :')
pi_112441095
quote:
1s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:26 schreef Amoeba het volgende:

[..]

Hoe kom je bij die a=b/(b-1)? Ik weet niets over hyperbolen verder. :')
Ik noem de gezochte x-coördinaat a, en de gezochte y-coördinaat b. Dan geldt dat ab/2 de oppervlakte is van de driehoek ingesloten door de x en y as en de gezochte lijn. Maar de oppervlakte is ook op een andere manier uit te drukken, namelijk: (a-1)(b-1)/2 + 1.

Dus (a-1)(b-1)/2 + 1 = ab/2. En dan oplossen voor a geeft a=b/(b-1).
pi_112441139
En die vierdegraadsvergelijking krijg ik ook.
-b^4 +2b^3 +14b^2 -32b + 16 = 0
pi_112441248
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:29 schreef thenxero het volgende:

[..]

Ik noem de gezochte x-coördinaat a, en de gezochte y-coördinaat b. Dan geldt dat ab/2 de oppervlakte is van de driehoek ingesloten door de x en y as en de gezochte lijn. Maar de oppervlakte is ook op een andere manier uit te drukken, namelijk: (a-1)(b-1)/2 + 1.

Dus (a-1)(b-1)/2 + 1 = ab/2. En dan oplossen voor a geeft a=b/(b-1).
Kun je dit toelichten?
pi_112441300
i

[ Bericht 99% gewijzigd door #ANONIEM op 04-06-2012 20:33:14 ]
pi_112441501
quote:
1s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:32 schreef Amoeba het volgende:

[..]

Kun je dit toelichten?
Wacht, dat is onzin. Ik heb wat gegoocheld maar ik probeer nu te achterhalen wat ik deed.
pi_112441606
Gewoon de driehoek splitsen in een vierkant en twee kleine driehoeken.
pi_112441672
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:37 schreef twaalf het volgende:
Gewoon de driehoek splitsen in een vierkant en twee kleine driehoeken.
Dat is inderdaad het idee, maar mijn algebra klopt niet.
pi_112441707
O nee inderdaad.
  maandag 4 juni 2012 @ 20:40:02 #111
337947 Unsub
Unidentified subject.
pi_112441795
Het is niet (a-1)(b-1)/2, maar (a-1)+(b-1)/2, toch?
26"
Fading slowly.
pi_112441826
dus (a-1)/2 + (b-1)/2 + 1= ab/2
pi_112441878
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:40 schreef Amoeba het volgende:
dus (a-1)/2 + (b-1)/2 + 1= ab/2
Correct
pi_112441962
Krijg je die onzin a = ab-b

a = b(a-1)
a/(a-1) = b

zo kan het ook?

[ Bericht 55% gewijzigd door #ANONIEM op 04-06-2012 20:44:44 ]
  maandag 4 juni 2012 @ 20:43:46 #115
337947 Unsub
Unidentified subject.
pi_112442016
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:40 schreef Amoeba het volgende:
dus (a-1)/2 + (b-1)/2 + 1= ab/2
En dit geeft
(a+b)/2 = ab/2
a+b = ab
b/a=b

Crap, ik kan niet meer helder denken :')
Dit gaat iig nergens heen.
26"
Fading slowly.
pi_112442125
Het lijkt me dat het maken van de juiste vierdegraadsvergelijking niet het grootste probleem is.
pi_112442149
quote:
3s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:43 schreef Unsub het volgende:

[..]

En dit geeft
(a+b)/2 = ab/2
a+b = ab
b/a=b

Crap, ik kan niet meer helder denken :')
Dit gaat iig nergens heen.
Je laatste regel klopt niet.
pi_112442297
Ik denk dat je zoiets moet doen.

a + b = ab
kwadrateren geeft
a˛ + b˛ + 2ab = a˛b˛

We weten
a˛+b˛=16

dus

16 + 2ab = a˛b˛

Substitueer ab=x. Dan krijgen we een kwadratische vergelijking in x:

x˛ - 2x - 16 = 0.

Met de ABC-formule kunnen we dan x oplossen. We weten dan dus de waarde van ab, want ab=x en x is bekend. Dus a=x/b. Maar omdat ook a+b=x, hebben we ook a=x-b. Dus x-b = x/b. Dus bx - b˛ = x. Dus dan hebben we een kwadratische vergelijking in b. Die kan je ook weer oplossen. Dan heb je dus b, en dan kan je ook a berekenen.

(De details laat ik over aan amoeba :D )
pi_112442520
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:45 schreef twaalf het volgende:
Het lijkt me dat het maken van de juiste vierdegraadsvergelijking niet het grootste probleem is.
Die hebben we dus nu:

a2 + b2 = 16

-a4 + 2a3 + 14a2 -32a + 16 = 0.
pi_112442688
Ik heb morgen een proefwerk. Alleen ik snap niks van de discriminant.

Ik heb een som waar ik maar niet uit kan komen :S

f (x) = 2x˛ -4x & g(x) = x + 10.
En dan moet je ook nog afleiden of die de lijn snijdt, raakt of geen gemeenschappelijk punt heeft.

Wie o wie kan me helpen?

Alvast bedankt
pi_112442738
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:53 schreef KennyMcormick het volgende:
Ik heb morgen een proefwerk. Alleen ik snap niks van de discriminant.

Ik heb een som waar ik maar niet uit kan komen :S

f (x) = 2x˛ -4x & g(x) = x + 10.
En dan moet je ook nog afleiden of die de lijn snijdt, raakt of geen gemeenschappelijk punt heeft.

Wie o wie kan me helpen?

Alvast bedankt
Stel f(x) = g(x) en los op voor x met behulp van de abc-formule.
pi_112442814
x = 1 + √17
pi_112442819
thenxero.

ik heb het uitgerekend en kom op 55 uit maar in het antwoordenboekje staat 105.
pi_112442915
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:55 schreef KennyMcormick het volgende:
thenxero.

ik heb het uitgerekend en kom op 55 uit maar in het antwoordenboekje staat 105.
De discriminant is inderdaad 105. Laat maar zien hoe jij het berekent.
pi_112442986
thenxero
ik heb het met b˛-4ac berekend

A = 2
B= -5
C=10
pi_112443081
25-80 ? -55?
pi_112443117
oh wacht c = -10
pi_112443178
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 20:59 schreef KennyMcormick het volgende:
oh wacht c = -10
Precies. Dan gaat het wel goed.
pi_112443228
hoe heb je dat gedaan?
mij lukt het nog steeds niet. kom steeds op 55 uit
pi_112443241
Een lijn snijdt wanneer geldt:

f(x) = g(x) & f'(x)*g'(x) = -1

Een lijn raakt wanneer:

f(x) = g(x) & f'(x) = g'(x)
pi_112443351
(-5)^2 = 25
-5^2 = -25

-5 = -1 * -5 ( kwadrateren gaat voor! Daarom haakjes in je GR)
pi_112443374
a = 2
b = -5
c =-10

b˛ - 4ac = (-5)˛ - 4(2)(-10) = 25 + 80 = 105
pi_112443439
Amoeba, heb je b al berekend van het Riparius probleem? ;)
pi_112443462
thenxero.

HEEEEEEL erg bedankt !

ik had gewoon -5˛ getypt. moest dus tussen haakjes.
pi_112443641
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 21:04 schreef thenxero het volgende:
Amoeba, heb je b al berekend van het Riparius probleem? ;)
Sorry. b = (-1-√17 +/- √(14-2√17))/2

ofzo?
pi_112443665
Over die lijn door (1,1):

noem de hoek tussen de lijn en de x-as θ, noem x=cosθ en y=sinθ, dan moet
\frac{1}{x}+\frac{1}{y}=4,
dus
\frac{1}{x^2}+\frac{1}{y^2}+\frac{2}{xy}=16,
dus
\frac{x^2+y^2}{x^2y^2}+\frac{2}{xy}=16,
dus
\frac{1}{x^2y^2}+\frac{2}{xy}=16,
dus
\frac{1}{xy}\left(2+\frac{1}{xy}\right)=16,
substitutie z=1/(xy),
z(2+z)=16,
geeft een oplossing p voor z en dus ook voor xy.
Vervolgens x=1/(yp) substitueren in
x^2+y^2=1,
geeft
\left(\frac{1}{yp}\right)^2+y^2=1,
dus
\left(\frac{1}{p}\right)^2+y^4=y^2,
substitutie z=y^2,
\left(\frac{1}{p}\right)^2+z^2=z,
geeft een oplossing q voor y,
vervolgens met Pythagoras het antwoord berekenen.
pi_112444054
quote:
1s.gif Op maandag 4 juni 2012 21:07 schreef Amoeba het volgende:

[..]

Sorry. b = (-1-√17 +/- √(14-2√17))/2

ofzo?
b = (1+√17 +/- √(14-2√17))/2 krijg ik.

Volgens mij hebben we dan
b = (1+√17 + √(14-2√17))/2
a = (1+√17 - √(14-2√17))/2

(want het probleem is symmetrisch in a en b en het was gegeven dat a<b)
pi_112444475
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 21:13 schreef thenxero het volgende:

[..]

b = (1+√17 +/- √(14-2√17))/2 krijg ik.

Volgens mij hebben we dan
b = (1+√17 + √(14-2√17))/2
a = (1+√17 - √(14-2√17))/2

(want het probleem is symmetrisch in a en b en het was gegeven dat a<b)
-bx, mijn excuses. Je hebt gelijk.
pi_112444564
quote:
14s.gif Op maandag 4 juni 2012 21:18 schreef Amoeba het volgende:

[..]

-bx, mijn excuses. Je hebt gelijk.
Numeriek lijkt het ook allemaal te kloppen zo in wolfram alpha. Volgens mij is dit hem dus. Leuk probleempje.
pi_112444661
quote:
14s.gif Op maandag 4 juni 2012 21:19 schreef thenxero het volgende:

[..]

Numeriek lijkt het ook allemaal te kloppen zo in wolfram alpha. Volgens mij is dit hem dus. Leuk probleempje.
Waar ellipsen een mens wel niet toe brengen.
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')