22-05-2012
De kameleons van Cuba
Raadselachtige reptielen bewijzen de kracht van evolutie
Als het loopt als een kameleon, van kleur verandert als een kameleon en zijn ogen draait als een kameleon, wat is het dan? Als je op Cuba bent: niet wat je denkt.
hagedis op de muur
© Elmar Veerman
Op Cuba zie je veel hagedissen die nergens anders ter wereld voorkomen. Sommige hebben grote oogbollen die net zo geschubd zijn als hun lijf, wat doet denken aan kameleons. En ze komen in zo veel kleuren voor! Allemaal verschillende soorten, dacht ik aan het begin van mijn verblijf op het Caribische eiland. Of allerlei kleurvariëteiten binnen de soorten? Of, nog gekker, zouden ze van kleur kunnen veranderen zoals een kameleon? Waren ze daar misschien aan verwant? Mijn interesse was gewekt.
De meeste zijn duidelijk geen echte kameleons. Meer iets tussen een standaard type hagedis en een kameleon in. Het leek me niet onmogelijk dat er inderdaad kameleons op Cuba voorkwamen, maar ik had er nog nooit van gehoord.
Op een boswandeling kwam de bevestiging, dacht ik. Ik zag een groot, groen reptiel dat op een typische, houterige manier over een tak sloop en zijn ogen onafhankelijk van elkaar draaide. Kijk even mee:
Het zou natuurlijk het mooiste geweest zijn als er vervolgens een lange, kleverige katapulttong tevoorschijn was geschoten om een prooi van een tak te plukken, maar dat gebeurde niet. Toch was ik overtuigd. Dit was er één!
Een poster in een ander natuurpark gaf nog extra zekerheid. Daar stond een grijs beest op met een dikke kop en bolle ogen, en daarnaast de naam: kameleon. Nou ja, in het Spaans dan. Dus inderdaad, Cuba heeft kameleons. Zaak gesloten? Nee, er bleef iets knagen.
Er klopte namelijk iets niet. Hoe zou dat dan gegaan moeten zijn in de evolutie? Als je soorten ziet die veel op elkaar lijken, is de kans groot dat ze nog niet zo heel lang geleden één soort waren, die zich vervolgens heeft opgesplitst in verschillende takken. Aangezien ik op Cuba een hele waaier van hagedissensoorten zag die bij elkaar leken te horen, moesten ze wel familie van elkaar zijn. Sommige heel gewoon, andere heel kameleonachtig, en van alles daar tussenin. Zie de diashow onder dit artikel.
Madagaskar
De familie der kameleons bestaat al heel lang, dat wist ik zeker. Er zijn fossielen gevonden van tientallen miljoenen jaren oud. En op Madagaskar, een eiland dat kort na het verdwijnen van de dinosauriërs vrijwel onbereikbaar werd voor dieren uit de rest van de wereld, komen deze dieren veel voor. Door die lange isolatie zijn daar allerlei aparte soorten ontstaan.
Zijn de kameleons dan op Cuba ontstaan en hebben ze vervolgens de rest van de wereld veroverd? Hoe anders kun je op die plek duidelijk verwante hagedissen hebben, waarvan sommige wel en andere niet in de categorie ‘kameleon’ vallen? Maar ja, dat is heel onwaarschijnlijk, omdat het al zo ontzettend lang geleden is dat de kameleonfamilie zich afsplitste van de andere hagedissen.
Pas thuis achter de computer kon ik het raadsel oplossen. Nee, op Cuba komen geen echte kameleons voor. Maar wel vijf soorten ‘valse kameleons’, die nergens anders ter wereld leven. Erg veel wetenschappelijke literatuur is er niet over ze, terwijl ze in terraria best veel gehouden worden.
Aanvankelijk waren ze ingedeeld in een eigen groep, Chamaeleolis, waarvan werd gedacht dat die al heel lang op zichzelf stond. Maar in de jaren negentig van de vorige eeuw bleek uit eiwit- en DNA-onderzoek dat het om een vrij recente aftakking gaat van de familie Anolis, de groep waartoe de meeste hagedissen op Cuba (en de rest van de Cariben) gerekend worden.
Op eigen houtje hebben de valse kameleons een heleboel kenmerken ontwikkeld die de echte kameleons ook hebben. Het is een verbluffend staaltje van wat biologen convergente evolutie noemen: voor dezelfde functie selecteert de natuur ongeveer dezelfde kenmerken, en dan krijg je uiteindelijk beesten die veel op elkaar lijken, terwijl ze geen directe familie zijn.
Toch zijn er in dit geval natuurlijk ook verschillen. De valse kameleons hebben niet de katapulttong en de oprolstaart die je bij veel kameleons ziet, en hebben heel andere voeten. Ze leven ook anders: ze zijn aangepast aan het eten van slakken, stelt dit wetenschappelijke artikel. Daaraan zouden ze hun grote kop te danken hebben - je moet hard kunnen bijten als je slakkenhuisjes kapot wilt krijgen.
Tot mijn schande moet ik bekennen: het groene dier dat mij aanvankelijk overtuigde dat er kameleons op Cuba voorkomen, hoort zelf niet eens bij de valse kameleons. Het was Anolis equestris, de ridderanolis. Die kan niet van kleur veranderen, terwijl veel andere anolissen op Cuba dat kunstje wel beheersen.
(wetenschap24.nl)