quote:
Op maandag 14 juni 2010 21:30 schreef leeell het volgende:Tevens hebben Deja Vu's in mijn ogen NIETS met het bovennatuurlijke te maken maar eerder met de werking van het brein; Overlappende locaties die verwant aan elkaar zijn ed.
Kwestie van naamgeving.
Hoe verklaart men een deja-vu?
Als volgt: er is sprake van een persoon die iets ziet, en dan gelijk het idee heeft dat hij/zij dit al eerder heeft gezien.
Dat moet verklaard worden. Men gaat er van uit dat je niet iets kunt herkennen voordat datgene daadwerkelijk gebeurd en gezien is.
Dus, wat gaan we doen om dat uitganspunt te behouden? Simpel, we veronderstellen een lange-termijn geheugen, en een korte termijn geheugen. Feiten in het langetermijn geheugen krijgen een labeltje 'dit is al bekend', feiten in het korte termijn geheugen een labeltje 'dit moet je nog verwerken'.
Dit moeten we gaan veronderstellen, om daarna te zeggen dat die labeltjes in geval van een deja-vu verkeer gehangen worden, cq het waargenomenen daadwerkelijk in het langetermijn0geheugen geplaatst wordt.
De verklaring luidt dus: foutieve behandeling in het menselijk geheugen.
Eh, verklaring? Heeft iemand ooit die labels gezien? Heeft iemand ooit een korte-termijn geheugen gezien? Nope, het zijn veronderstelde processen, die geconcipieerd zijn op basis van de overtuiging dat voorkennis onmogelijk is.
Ik verwijs wederom naar de marketing-truc rond diazepam, het werkzame deel van Valium. Ook zo'n cirkel-redenatie. Hoe ging dat?
Eind jaren 50 kwam de techniek van het radio-actief markeren van bepaalde stofjes in zwang. Waarom zou je dat doen? Dat was heel handig als diagnostisch hulpmiddel: voeg zo'n marker toe, laat het stofje zijn weg zoeken in het menselijk lichaam, en je kunt dat daarna terugzien op rontgenfoto's.
Men had ontdekt dat een bepaald stofje ratten zeer kalmeerde. Stofje heette diazepam. Vraag was altijd: waar zitten emoties, in je hart of in je hoofd? Ha, lang leven de maker techniek: we gaan een rat door elkaar schudden, zodat ie geemotioneerd raakt, en geven hem dan gemarkeerd diazepam.
En jawel, de diazepam bleek zich steeds op een bepaalde plek te concentreren, nl dicht in de buurt van de hersenstam.
Dus, zo concludeerde men, dáár zit het centrum wat emoties reguleert, want het stofje wat werkt gaat daar zitten. Omdat de omschrijving 'daar' wat teleurstellend klonk, werd 'daar' omgedoopt tot 'het limbisch systeem' .
En zo werd het limbisch systeem bedacht, als de bron was van de emoties.
Na een tijdje probeerde men dat spul ook uit op mensen, en ziehier, ook hier resultaat. AH, dit heeft en markt! bedacht marketing van Hoffman-La Roche.
En die stuurde artsenbezoekers op pad, met de mededeling: 'Valium werkt,m want het werkzame bestanddeel is diazepam, en dat is van invloed op het limbisch systeem. Dus moet het wel werken!'.
Ja, nogal wiedus want het limbisch systeem was toch juist gedefinieerd aan de hand van de werking van diazepam? Maar dat wist de artsenbezoeker niet, en de bezochte artsen en het grote publiek al helemaal niet.
Waarmee ik maar wil zeggen dat het wat mij betreft nog altijd zo is dat de wetenschap feiten die zich voordoen zou moeten onderzoeken, in plaats van dat die wetenschap feiten gaat filteren.
De wetenschap is immers nog verre van volmaakt en volledig.
Bovenstaande voorbeelden tonen aan dat onjuist gebruik van op zichzelf valide wetenschappelijke resultaten de indruk kunnen wekken dat we veel meer weten dan we daadwerkelijk weten.
Is geen schande, maar wel iets om je realiseren voordat je op basis van wetenschappelijke 'inzichten' anderen belachelijk gaat maken.
En alweer, ik doe geen uitspraak over het al dan niet reeel zijn van deja-vu's, er zullen wellicht zelfs meerdere soorten van zijn - maar wel over de discutabelheid van het afwijzen van dit soort fenomenen puur op grond wetenschappelijke kennis, cq een wetenschappelijke herformulering van de ons omringende realiteit.
[ Bericht 1% gewijzigd door iteejer op 14-06-2010 23:57:28 ]