Een interview met Geert Wilders.
Bendk: Hoe je over Wilders denkt moet je zelf weten, maar voor mij is het wel duidelijk dat de democratie in nederland begint te hellen...wie herstelt dat ?
Interview:
Door de krant het Parool werd mij gevraagd terug te kijken op de moord op Theo van Gogh, nu bijna 5 jaar geleden. De laffe aanslag op zijn leven zal me altijd bijblijven. Twee dagen erna verloor ik mijn eigen vrijheid, en moest ik onderduiken voor de dreiging van islamitisch terrorisme. Helaas heeft de overheid sindsdien weinig geleerd. Je zou verwachten dat men de vrijheid van meningsuiting ten koste van alles zou beschermen, maar helaas moet ik in januari voor de rechter verschijnen vanwege mijn uitspraken over de islam. Maar ik zal niet opgeven en er alles aan doen om het recht op de vrije meningsuiting te laten zegevieren.
Hieronder het interview in Het Parool van afgelopen donderdag 29 oktober:
Van Gogh: 5 jaar na de moord, deel 3
Op 2 november 2004 werd Theo van Gogh vermoord. Twee dagen later werd Geert Wilders uit zijn huis gehaald om daar nooit meer terug te keren. Tot op de dag van vandaag wordt hij streng beveiligd. De derde aflevering van een korte serie.
‘Ik kan me niet herinneren dat ik toen echt angst heb gehad. Wel ongeloof. En woede. Later zijn er zeker ook momenten geweest dat ik bang ben geweest – daar wil ik niet flinker over doen dan ik ben – maar van de ochtend van de moord op Theo van Gogh herinner ik me dat niet. De donderdag daarna gebeurden er wel een paar dingen waarvan ik dacht: jeetje.” Sinds die donderdag, twee dagen na de moord, heeft Geert Wilders, voorman van de Partij voor de Vrijheid, altijd een handjevol beveiligingsmensen om zich heen gehad. “Ik ben mijn eigen vrijheid gewoon kwijtgeraakt.”
“Het is iets wat je je ergste vijand niet gunt. Ik was daarvóór al bedreigd via filmpjes op internet en werd daarom elke dag thuis afgezet,” vertelt Wilders. “Maar op die donderdagavond stonden ze na een half uur weer aan de deur, gewapend, in kogelvrije vesten en met de boodschap: je moet nu weg. Ik kreeg tien tot vijftien minuten om wat spullen te pakken. In dat huis ben ik nooit meer teruggeweest.”
“Sterker nog, ze wisten zelf toen nog niet waar ze naartoe gingen. We zijn tussen Venlo en de kazerne waar ze me naar toe brachten, nog een paar keer van auto gewisseld. Pas op het allerlaatst wisten ze waar ze me heen moesten brengen. Daar bleek ook Ayaan Hirsi Ali te zijn.”
Achteraf bezien vormde de moord op Van Gogh voor hem het beginpunt van vijf jaar strenge persoonsbeveiliging. “Ik wil het niet te dramatisch laten klinken, maar u vraagt ernaar. Sindsdien heb ik geen vrij leven meer. Ik ben altijd omringd door agenten, auto’s met sirenes. Ik moet altijd mijn agenda twee dagen tevoren inleveren. Ze zien alles, horen alles.”
“Maar ik heb in de loop van de tijd ook wel geleerd dat je als politicus gewoon dingen moet blijven doen.” Vorige week ging hij nog over de markt in Rotterdam bij een actie tegen de verhoging van de AOW- leeftijd. “Ik houd spreekbeurten met een kogelvrij vest aan, waardoor ik mijn jasje niet kan dichtdoen en eruitzie als een dikke pad. Maar ik doe het. Ik ga over zo’n markt, omdat het bij mijn vak hoort.”
‘Als ik me door angst laat leiden, zou niemand me meer zien. Dan zou ik mijn werk niet meer kunnen doen. Ik ga door omdat ik vind dat de mensen die mij in deze situatie hebben gebracht, niet mogen winnen. Zij zullen nooit winnen.”
Uit onderzoek in opdracht van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) bleek vorig jaar dat beveiligde politici psychologisch zeer gebukt gaan onder stress en soms zelfs het zicht op de werkelijkheid verliezen. “Ik was nog net niet knettergek, als ik die onderzoekers moest geloven,” lacht Wilders. Hij herkent zichzelf er niet in. Ook vindt hij niet dat hij is ‘geradicaliseerd’ na de moord op Van Gogh en sinds hij persoonsbeveiliging krijgt. Wilders: “Ik ben niet extremer geworden. Ik was niet extreem en ben dat nu nog niet.”
“Op een gegeven moment krijg je ook wel inzicht in de aard van de bedreigingen en weet je hoe serieus het is. Dan accepteer je het ook. Het is ook een heel dubbel gevoel. Aan de ene kant ben ik heel dankbaar dat ik in een land woon waar de overheid mensen beschermt, er zijn veel landen waar dat niet gebeurt.”
“Je hebt ook geen keuze. Ik beslis zelf niet over mijn beveiliging. En als je geen keuze hebt, maak je er gewoon het beste van. Ik ben een positief mens en binnen de beperkingen die ik heb, probeer ik het maximale eruit te halen.”
“Ook privé. Ik kan niet ’s avonds naar de kroeg, er zijn dingen die je niet kunt doen, maar ik ga wel eens naar de bioscoop. Dan is de achterste rij voor mij leeggemaakt, kom ik binnen als de film al bezig is en ga iets voor het einde weer weg. Het is allemaal niet ideaal, maar af en toe doe ik het gewoon. Als ik wil uitwaaien op het strand, ga ik uitwaaien op het strand. Dan rijden er maar auto’s mee het strand op en zijn er ik weet niet hoeveel agenten met oortjes om me heen. Het went nooit, maar je leert ermee omgaan.”
En dat terwijl hij Theo van Gogh eigenlijk nauwelijks kende. “Ik heb hem nooit ontmoet. Ik wist wel al in een heel vroeg stadium dat hij bezig was met de film Submission, omdat ik intensief contact had met Ayaan, maar ik kende hem zoals de meeste Nederlanders, als publiek figuur. Ik weet ook niet of hij het met me eens zou zijn geweest, of hij een geestverwant was. Hij sneed wel vaak onderwerpen aan die gingen over integratie en de islam. Los van de gekozen woorden lagen onze opvattingen niet ver uit elkaar.”
Het woord geitenneukers – een in de columns van Van Gogh geregeld terugkerend scheldwoord voor moslims – zou Wilders bijvoorbeeld niet gebruiken, zegt hij. “Ik richt me meer op de ideologie dan op de mensen die erin geloven. Maar ik vind wel dat hij zoiets moest kunnen zeggen. En ik moet eerlijk zeggen: ik kon er ook wel om lachen.”
‘Ik vond dat hij zijn nek uitstak en een groot compliment verdiende door de film van Ayaan te regisseren. Dat zou niet iedereen doen,” weet Wilders sinds het maken van zijn anti-islamfilm Fitna. “Van Gogh heeft daar de hoogste prijs voor moeten betalen, helaas.”
En waar Van Gogh nooit vervolgd werd voor het woord geitenneukers, moet Wilders zich in januari bij de rechter verantwoorden voor als beledigend opgevatte uitlatingen over de islam. Het is voor Wilders, vijf jaar na de moord op Van Gogh, het ultieme bewijs dat ‘de elite’ er niets van geleerd heeft. “Je zou verwachten dat we de rechtstaat en de vrije meningsuiting na de moord zouden koesteren. Maar we hebben de vrijheid van meningsuiting alleen maar verder ingeperkt.”
“We zijn bezig geweest met het appeasen van de islam en de islamitische landen. Verscheidene ministers hebben de wet tegen blasfemie willen aanscherpen. In plaats van op te komen voor de vrijheid van meningsuiting hebben ze geprobeerd die te beknotten door religiekritiek nog moeilijker te maken.”
“Eigenlijk is dat de grootste belediging voor iemand als Theo van Gogh. Iedereen die de vrijheid van meningsuiting hoog acht en ook degene die daar de ultieme prijs voor heeft betaald, hebben ze daarmee letterlijk en figuurlijk in zijn hemd gezet.”
Bron: Het parool (Bart van Zoelen), donderdag 29 oktober 2009
---
Wilders: Van Gogh is in z'n hemd gezet
DEN HAAG – ‘De elite’ van Nederland heeft Theo van Gogh ‘in zijn hemd gezet’. Dat zegt Geert Wilders, vijf jaar na de moord op de filmer. Als hij de balans opmaakt, komt hij tot de conclusie dat de vrijheid van meningsuiting sinds dien alleen maar verder is ingeperkt.
“Verscheidene ministers hebben de wet tegen blasfemie willen aanscherpen. In plaats van op te komen voor de vrijheid van meningsuiting hebben ze geprobeerd die te beknotten door religiekritiek nog moeilijker te maken,” zegt Wilders.
“Iedereen die de vrijheid van meningsuiting hoog acht en ook degene die daar de ultieme prijs voor heeft betaald, hebben ze daarmee letterlijk en figuurlijk in zijn hemd gezet.”
Wilders zelf moet zich op 20 januari bij de rechter verantwoorden voor zijn uitspraken over de islam. Voor Van Gogh, door de moord het woord ontnomen, is dat een belediging, oordeelt Wilders.
In de serie interviews waarin Het Parool deze week terugblikt op de moord op Van Gogh, concludeert Wilders dat de moord voor hem het begin is geweest van vijf jaar strenge persoonsbeveiliging. Hoop dat daarin snel verandering komt, heeft de voorman van de Partij voor de Vrijheid niet. “Ik ben mijn eigen vrijheid gewoon kwijtgeraakt.”
Bij spreekbeurten moet hij zich in een kogelvrij vest hijsen, waardoor zijn pak voor geen meter zit. Maar hij laat zich niet al zijn pleziertjes ontzeggen. Het begin en het einde van de film moet hij soms missen, maar hij gaat nog steeds af en toe naar de bioscoop. “Ik doe het gewoon.”
Bron: Het parool (Bart van Zoelen), donderdag 29 oktober 2009
nothing will change without a rebel