Ik ken het ja. Ik heb noodgedwongen met oudere versies van Maple gewerkt en daar ben ik dat soort problemen ook wel eens tegen gekomen. Omdat ik het maar zelden gebruikt heb ben ik niet verder gaan zoeken naar een oorzaak, evt. zou je in de nieuwsgroep eens na kunnen vragen: http://groups.google.com/group/comp.soft-sys.math.maple/topics .quote:Op vrijdag 29 februari 2008 00:11 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Is het trouwens normaal dat die Maple 11 zo waanzinnig onstabiel is?
Ik was gewoon wat aan het knoeien met matrices, in eens viel de boel stil bij het opslaan, ff Ctrl Alt del gedaan en nu is de helft van m'n file weg.![]()
Stochastiekquote:Op vrijdag 29 februari 2008 01:30 schreef keesjeislief het volgende:
Vragen over stochastiek in het algemeen en stochastische processen & analyse in het bijzonder worden door sommigen extra op prijs gesteld.
Dat vind ik een goed idee jaquote:Op vrijdag 29 februari 2008 10:24 schreef Iblis het volgende:
Ah! Ik zat me af te vragen of het geen idee was om een Openingspost pagina op de Wiki te maken – wellicht dat we dan nog wat nuttige links kunnen verzamelen, zoals the integrator, en wellicht een overzicht met gonio-zaken, etc.
Het moeten er aftelbaar veel zijn.quote:Op vrijdag 29 februari 2008 21:56 schreef GlowMouse het volgende:
Wat gebeurt er als z1 = 0, z2 = 4 en z3=3i?
Dan neem je de rest gelijk aan z3quote:Op vrijdag 29 februari 2008 22:09 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Het moeten er aftelbaar veel zijn.En daarmee wordt waarschijnlijk bedoeld in deze context : aftelbaar maar niet eindig.
Er zal wel impliciet verondersteld zijn dat ze allemaal verschillend zijn.quote:Op vrijdag 29 februari 2008 22:10 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dan neem je de rest gelijk aan z3
idd, verschillend en oneindig veelquote:Op vrijdag 29 februari 2008 22:14 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Er zal wel impliciet verondersteld zijn dat ze allemaal verschillend zijn.
Zelfs 8 punten kun je nog plaatsen zonder enig probleem (via pythagorese drietallen: 0, 24, +/-7i, +/- 10i, +/- 18i), en met dezelfde logica kun je dit doorvoeren tot willekeurig veel punten.quote:Op vrijdag 29 februari 2008 22:18 schreef zuiderbuur het volgende:
Wat me behoorlijk verveelt is dat elk drietal zijden zonder probleem mogelijk is (je moet natuurlijk wel ervoor zorgen dat aan de driehoeksongelijkheid voldaan is)
oke, bedankt. In meters is inderdaad verstandigerquote:Op zaterdag 1 maart 2008 17:56 schreef GlowMouse het volgende:
Jij hebt het goed berekend (alhoewel je beter in SI-eenheden kunt rekenen, je hebt geluk dat het hier goed gaat).
Eigenlijk wel, maar het helpt dan wel als je naam Archimedes is.quote:Op zondag 2 maart 2008 18:48 schreef GlowMouse het volgende:
Wel differentieren? Anders valt het gewoon niet uit te leggen namelijk.
Dus met oppervlakte berekenen van -((26^0.5)/(1.6))X^2+17 en dan het deel tussen y=0 en y=17quote:Op zondag 2 maart 2008 19:15 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Eigenlijk wel, maar het helpt dan wel als je naam Archimedes is.
Dat is toch niet toevallig "de" Willem Haemers uit Noord-Brabant?quote:Op dinsdag 4 maart 2008 19:03 schreef GlowMouse het volgende:
Vorige week ben ik begonnen aan de bachelorthesis over een verband tussen grafen en matrices. Om uit te leggen waar het over gaat, is een begrip nodig, uitgesproken als 'X fits G' (met G=(V,E)):
[ afbeelding ]
Gegeven een graaf G met kleurgetal chi, is een matrix X in A(G) te vinden waarvan de rang niet groter is dan chi (Haemers rank bound). Mijn uiteindelijke doel is om voor een aantal lichamen F_q en een aantal dimensies het grootst mogelijke verschil tussen de rang van die matrix en chi te vinden. Ik moet me daarvan in lichamen verdiepen, want behalve IR ben ik daar nooit mee bezig geweest (ben econometrist en geen wiskundige). Jullie zullen me er de komende maanden nog wel over horen
Misschien moeten we ook een Vlaams-Nederlandse woordenlijst gaan aanmaken hier. Ik maak alvast een beginnetje.quote:
Dat is hem ja. Heb wel college van hem gehad, en mijn thesisbegeleider zit in de kamer naast hem.quote:Op dinsdag 4 maart 2008 19:13 schreef zuiderbuur het volgende:
Dat is toch niet toevallig "de" Willem Haemers uit Noord-Brabant?![]()
Jouw probleem klinkt best interessant. Hou jij je als econometrist ook bezig met Galoisvelden?
De verwarring tussen velden en lichamen lijkt ook tussen Vlaanderen en Nederland te bestaan. (Wij zeggen doorgaans dat de quaternionen een lichaam zijn, en de reële getallen een lichaam en zelfs veld want commutatief voor vermenigvuldiging)quote:Op dinsdag 4 maart 2008 19:22 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dat is hem ja. Heb wel college van hem gehad, en mijn thesisbegeleider zit in de kamer naast hem.
Galoisvelden zegt mij niets, maar nu ik gelezen heb dat het een eindig lichaam is kan ik vertellen dat het een onderwerp is waar weinig econometriestudenten wat vanaf weten. In Tilburg in ieder geval; daar zijn in de eerste week van het eerste studiejaar wat eigenschappen van IR opgesomd met de opmerking dat IR een lichaam is, maar daar is het bij gebleven wat algebra betreft. Vanochtend vroeg ik mij nog af hoe F8 ooit een lichaam kon zijn als 2*4=0, dus dat geeft het niveau denk ik wel aan.
Ben je reeds vertrouwd met de exponentiële notatie van complexe getallen?quote:Op dinsdag 4 maart 2008 20:28 schreef Ki08 het volgende:
Hai,
ik ben bezig met opgaven over complexe getallen, maar kom er niet uit.
Ik zou niet weten waar ik moet beginnen met de opgaven...
Kan iemand mij helpen? Het gaat over de volgende opgaven:
1. Zoek alle z in C (verzameling complexe getallen), zodat z2 = i
Splits op in twee delen, beide zijn deelbaar door z-1 (kortom : je moet ontbinden in factoren). Het product is nul als en slechts als minstens één van de factoren nul is.quote:2. Geef drie oplossingen in C (verzameling complexe getallen) van de vergelijking:
z3 - z2 + 3z - 3 = 0
Ken je de formule van de Moivre?quote:3. Geef formules voor sin(4x) en cos(4x) uitgedrukt in sin(x) en cos(x).
Ik moet bekennen dat algebra in het algemeen een grote blinde vlek van me is, ik heb er tijdens m'n studie nooit veel moeite in gestoken en daar heb ik achteraf wel erg spijt van.quote:Op dinsdag 4 maart 2008 19:43 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
De verwarring tussen velden en lichamen lijkt ook tussen Vlaanderen en Nederland te bestaan. (Wij zeggen doorgaans dat de quaternionen een lichaam zijn, en de reële getallen een lichaam en zelfs veld want commutatief voor vermenigvuldiging)
Als je wiskunde/ ingenieursopleiding volgt in Gent, leer je in het eerste semester werken met eindige velden.
Bij ons werkt die fout ook gemaakt in het begin (dat een veld met p^3 elementen dan gewoon Z modulo p^3 is). De beste manier om het te bekijken is als de veeltermen over F_p modulo een irreduciebele veelterm.
Ik weet niet met welk programma je wil werken (Ik heb al vrij veel met Galoisvelden gewerkt en ik weet dat Maple in elk geval niet zo sympathiek is op dat gebied)
uit vraag 2 kom ik denk ik wel uit. Van vraag 1 weet ik wel dat je dat zo op kunt schrijven, maar zou niet weten hoe het nu verder moet.. Formule van Moivre ken ik ook niet. Zou je die uit kunnen leggen?quote:[quote]Op dinsdag 4 maart 2008 20:33 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Ben je reeds vertrouwd met de exponentiële notatie van complexe getallen?
Dus dat e^(Pi/2 * i)= i ?
[..]
Splits op in twee delen, beide zijn deelbaar door z-1 (kortom : je moet ontbinden in factoren). Het product is nul als en slechts als minstens één van de factoren nul is.
[..]
Ken je de formule van de Moivre?
Inderdaad. Een paardenkracht is het vermogen dat nodig is om een gewicht omhoog (tegen de valversnelling in) te hijsen. Aangezien dat vanuit rust moet gebeuren heb je een vermogen nodig. Volgens wikipedia is 1 pk 0,74 kW.quote:Op dinsdag 4 maart 2008 21:04 schreef thabit het volgende:
pk is voor zover ik weet een eenheid van vermogen, niet van kracht.
Oke, super bedankt voor je hulp!quote:Op woensdag 5 maart 2008 10:41 schreef GlowMouse het volgende:
[ afbeelding ]
[ afbeelding ]
[ afbeelding ]
De Moivre staat hier. Maar evt kan het ook via cos(2x) = cos²(x)-sin²(x) en sin(2x) = 2sin(x)cos(x), kost alleen veel meer schrijfwerk.
als |zi-zj| is geheel voor alle i,j dat houdt in dat: het imaginaire gedeelte wegvalt in de aftrekking. Neem bijv zi=a+bi en zj=c+di dan |zi-zj| is een geheel getal d.e.s.d.a. di=biquote:Op vrijdag 29 februari 2008 20:09 schreef teletubbies het volgende:
Als voor aftelbaar veel complexe getallen z1,z2,.. geldt |zi-zj|
is geheel voor alle i,j dan liggen ze allemaal op 1 rechte lijn.
Is er hint hoe dit misschien aangepakt kan worden? Ik dacht zelf aan cirkeltjes met gehele stralen om ieder van die getallen of bijv bewijzen uit het ongerijmde, toch telkens kom ik vast te zitten.
Alvast bedankt
Neem eens z1= 4 en z2= 3 * iquote:Op donderdag 6 maart 2008 22:55 schreef marleenhoofd- het volgende:
[..]
als |zi-zj| is geheel voor alle i,j dat houdt in dat: het imaginaire gedeelte wegvalt in de aftrekking. Neem bijv zi=a+bi en zj=c+di dan |zi-zj| is een geheel getal d.e.s.d.a. di=bi
Omdat dit voor alle zi's geldt, zijn dus alle imaginaire gedeeltes van de complexe getallen gelijk. En in het complexe vlak is dit dus een horizontale rechte lijn door een bepaalde y-waarde
Als zi = 7 + 6i, en zj = 4 + 2i, dan zi - zj = 3 +4i. En |3 + 4i| = 5? Of mis ik nu iets grandioos?quote:Op donderdag 6 maart 2008 22:55 schreef marleenhoofd- het volgende:
als |zi-zj| is geheel voor alle i,j dat houdt in dat: het imaginaire gedeelte wegvalt in de aftrekking. Neem bijv zi=a+bi en zj=c+di dan |zi-zj| is een geheel getal d.e.s.d.a. di=bi
Het gaan niet over de verzameling van alle complexe getallen, het gaat over een deelverzameling daarvan, anders zou de hele vraag grote onzin zijn. Dus alle complexen getallen die als verzameling aan bovenstaande voldoen, liggen op een lijn in het complexe vlak.(en dat zijn alle getallen waarvan de imaginaire waardes hetzelfde zijn) Elke horizontale lijn vormt zo een eigen deelverzameling;)quote:
het geldt idd niet voor alle complexe getallen, maar de getallen waarvoor het wel geldt, liggen op een lijnquote:Op donderdag 6 maart 2008 23:03 schreef Iblis het volgende:
[..]
Als zi = 7 + 6i, en zj = 4 + 2i, dan zi - zj = 3 +4i. En |3 + 4i| = 5? Of mis ik nu iets grandioos?
Het doet er niet toe wat je wil bewijzen, je hebt dit geschreven als argumentatie, terwijl ik (en iemand anders ook al) zeggen dat dat niet klopt.quote:Op donderdag 6 maart 2008 22:55 schreef marleenhoofd- het volgende:
. Neem bijv zi=a+bi en zj=c+di dan |zi-zj| is een geheel getal d.e.s.d.a. di=bi
Alsjebliefquote:Op donderdag 6 maart 2008 23:01 schreef marleenhoofd- het volgende:
2e orde taylorreeks formule op het punt (0,0) bij de formule: f(x,y)=e^(-x^2-y^2)cos(xy)
ik snap spontaan niet meer hoe ik een taylorreeksontwikkeling moet maken:')
Ik denk niet dat dat je zal lukken.quote:en een stukje uit een andere som: ik moet z schrijven als een functie van x en y:
xy + z +3xz^5=4
maar t klopt wel:')quote:Op donderdag 6 maart 2008 23:11 schreef zuiderbuur het volgende:
[..]
Het doet er niet toe wat je wil bewijzen, je hebt dit geschreven als argumentatie, terwijl ik (en iemand anders ook al) zeggen dat dat niet klopt.
Werkelijk, ik begrijp het allemaal niet hoor.![]()
Ik ben nog steeds niet overtuigd. Als de reële delen gelijk zijn (en je een verticale lijn hebt), dan wil het toch ook? Ik vind je gebruik van desda hoogst verwarrend. En zelfs al is het imagainere deel gelijk, neem (1 + 3i) en (1 + 3i), dan kun je nog hebben dat de modulus niet-geheel is. Dus ik zie echt niet waar je die desda vandaan tovert.quote:Op donderdag 6 maart 2008 23:30 schreef marleenhoofd- het volgende:
[..]
maar t klopt wel:')
de vraag is namelijk als dat geldt, dan liggen die punten op een rechte lijn.. en dat is zo:)
weltrusten
Heb ik nou teveel bier op of kun je gewoon uittellen dat het er resp. 150 en 450 zijn?quote:Op vrijdag 7 maart 2008 00:08 schreef Zwaardvisch het volgende:
Van de duizend studenten die zowel het tentamen wiskunde als het tentamenstatistiek hebben gedaan, is gegeven dat 600 studenten zijn geslaagd voorwiskunde, 650 zijn er geslaagd voor statistiek en 400 studenten zijn voor beide vakken geslaagd.
(a) Hoeveel studenten hebben geen van beide vakken gehaald?
(b) Hoeveel studenten hebben slechts ´e´en van de twee vakken gehaald?
Ik begrijp niet hoe ik dit soort problemen op moet lossen (nooit goed geweest in kansrekening). Iemand die het wel weet? Bij voorbaat dank.
Respect voor je geduld bij het antwoorden op zulke onzinquote:Op donderdag 6 maart 2008 23:44 schreef Iblis het volgende:
[..]
Ik ben nog steeds niet overtuigd. Als de reële delen gelijk zijn (en je een verticale lijn hebt), dan wil het toch ook? Ik vind je gebruik van desda hoogst verwarrend. En zelfs al is het imagainere deel gelijk, neem (1 + 3i) en (1 + 3i), dan kun je nog hebben dat de modulus niet-geheel is. Dus ik zie echt niet waar je die desda vandaan tovert.
Je kunt het uittekenen met behulp van Venn-diagrammen, als je wilt, of, als je (zoals je zegt) kansrekening wilt gebruiken, dan kan het ook – maar dat is een omslachtige manier. Misschien is dat wel de eigenlijke bedoeling, maar handig is het niet. Zoals keesje zegt, je kunt het gewoon uittellen. Als je aangeeft met welke methode je denkt dat het opgelost moet worden (b.v. het staat in een hoofdstuk met kansrekening, of verzamelingenleer) dan kunnen we misschien de oplossing geven die het boek verwacht.quote:Op vrijdag 7 maart 2008 00:08 schreef Zwaardvisch het volgende:
Van de duizend studenten die zowel het tentamen wiskunde als het tentamenstatistiek hebben gedaan, is gegeven dat 600 studenten zijn geslaagd voorwiskunde, 650 zijn er geslaagd voor statistiek en 400 studenten zijn voor beide vakken geslaagd.
(a) Hoeveel studenten hebben geen van beide vakken gehaald?
(b) Hoeveel studenten hebben slechts ´e´en van de twee vakken gehaald?
Ik begrijp niet hoe ik dit soort problemen op moet lossen (nooit goed geweest in kansrekening). Iemand die het wel weet? Bij voorbaat dank.
uhmm ik geloof dat ik niet geheel bekend ben met de term modulus (heeft niets met modulo te maken lijkt me)??.. en ik zie idd in dat mijn verhaal niet helemaal klopt sorry daarvoor, omdat de reele delen van de getallen natuurlijk geen gehele getallen hoeven te zijn.. Dit zou er op moeten wijzen dat het deel kleiner dan 1 (achter de komma) van alle getallen ook hetzelfde moet zijn. Dan krijg je dus allemaal punten die op een lijn liggen, maar de lijn is niet 'dicht' met punten zeg maar..quote:Op donderdag 6 maart 2008 23:44 schreef Iblis het volgende:
[..]
Ik ben nog steeds niet overtuigd. Als de reële delen gelijk zijn (en je een verticale lijn hebt), dan wil het toch ook? Ik vind je gebruik van desda hoogst verwarrend. En zelfs al is het imagainere deel gelijk, neem (1 + 3i) en (1 + 3i), dan kun je nog hebben dat de modulus niet-geheel is. Dus ik zie echt niet waar je die desda vandaan tovert.
Nee, dan wil het ook niet inderdaad. Daar was ik even wat onduidelijk, wat ik bedoelde te zeggen: Als jij een horizontale lijn hebt waarvoor geldt dat alle punten op gehele afstanden van elkaar liggen dan kun je die lijn draaien zonder dat de punten onderling qua afstand veranderen. Je zou 'm dus ook verticaal kunnen draaien, zodat alle reële delen gelijk zijn. En dan zou je stelling ook moeten gelden. Jouw redenering moet dus ook willen als alle reële delen gelijk zijn als ze in eerste instantie zou kloppen.quote:Op vrijdag 7 maart 2008 12:14 schreef marleenhoofd- het volgende:
als alle reele delen gelijk zijn wil het niet bijv: |1+3i-(1+2i)|=i en i is geen geheel getal.?
Omdat zolang s!=0 en s!=1 geldt dat s en s² niet hetzelfde zijn, of begrijp ik de vraag verkeerd?quote:Op vrijdag 7 maart 2008 17:26 schreef crossover het volgende:
In de statistiek, waarom is er ook al weer een verschil tussen (st.d.) s en s2?
Met Tex via de URL in de TS. Tex kost je een uurtje om te leren hoe je formules typt (en als je er verslagen in wilt typen wat meer), maar het is een hele nuttige investering als je ooit iets met wiskunde doet.quote:Op vrijdag 7 maart 2008 17:55 schreef crossover het volgende:
Hoe maak je trouwens die afbeeldingen met die formules?
Geen idee. Handiger is: R min een punt is niet samenhangend, Rn min een punt is dat wel.quote:Op vrijdag 7 maart 2008 22:35 schreef teletubbies het volgende:
R (als vectorruimte over zichzelf ) en Rn zijn niet homeomorf als n>=2.
Ik weet dat wat ik nu ga zeggen meer algebra is dan topologie, maar kun je als volgt beredeneren:
R heeft geen niet triviale deelruimten. Maar als n>=2 dan zijn er wel niet triviale deelruimten, dus ze kunnen niet gelijk zijn....is dit uit te drukken in topologische termen?
wegsamenhangend?quote:Op vrijdag 7 maart 2008 22:39 schreef thabit het volgende:
[..]
Geen idee. Handiger is: R min een punt is niet samenhangend, Rn min een punt is dat wel.
Ik denk dat hij gewoon samenhangend bedoelde, maar met padsamenhangendheid geldt eenzelfde onderscheid.quote:
Da's ook niet zo gek: als je de gemiddelde afwijking van het gemiddelde probeert uit te rekenen krijg je per definitie 0.quote:Op vrijdag 7 maart 2008 17:55 schreef crossover het volgende:
Okay, dat is dan weer een iets te ingewikkelde uitleg
Maar ik snap het al. Om het de st.d. te berekenen moet je alle waarden kwadrateren om de negatieven eruit te halen.
Ik bedoelde eigenlijk Vδ(0), Vδ(1), Vδ(2) en Vδ(3)quote:Op maandag 10 maart 2008 17:19 schreef GlowMouse het volgende:
Ik zie een stelsel vergelijkingen waarbij zoveel van elkaar afhankelijk is dat je niet ergens kunt beginnen met uitrekenen en de uitkomst daarvan bij een volgende berekening kunt gebruiken. Een iteratie haal ik er daarom niet uit. Kun je wat toelichten waar dit syteem vandaan komt?
Kun je ook aangeven wat het verschil is tussen Vδ(0) en V(0)?
Ik heb dus eerst een stationaire startpolitiek gekozen: pi0 = (δ0,δ0,...) met δ0(0)=4, δ0(1)=3, δ0(2)=2 en δ0(3) = 0.quote:A warehouse has an end-of-period capacity of 3 units. During a period in which production take place, a setup cost of $4 is incurred. A $1 holding cost is assessed against each unit of a period's ending inventory. Also, a variable production cost of $1 per unit is incurred. During each period, demand is equally likelly to be 1 or 2 units. All demands must be met on time, and β = 0.8. The goal is to minimize expected discounted costs over an infinite horzin.
Use the policy iteration method to determine an optimal stationary policy.
! is het symbool voor faculteit. 3! = 3 * 2 * 1 = 6. 6! = 6 * 5 * 4 * 3 * 2 * 1 = 720.quote:Op maandag 10 maart 2008 21:24 schreef Cahir het volgende:
HELP!
Dit is de opdracht
[ afbeelding ]
En dit zijn de antwoorden
[ afbeelding ]
A snap ik ook nog wel,
B ook tot het punt dat het 3 ! = 6 is, what te fuck? Ik snap dat je 3 manieren hebt. Maar wat is die ! en hoe komen ze aan 6? Voorheen werkte ik altijd met nCr.
C hier snap ik die 6 ! = 720 ook niet![]()
Wie kan me dat vage ! geval uitleggen?
Laten wet nog simpel houden zodat ik het snapquote:Op maandag 10 maart 2008 22:24 schreef zuiderbuur het volgende:
De link tussen een binomiaalcoëfficiënt en de faculteiten wordt trouwens gegeven door :
[ afbeelding ]
Dat is eigenlijk gewoon de definitie.quote:Op maandag 10 maart 2008 23:11 schreef Cahir het volgende:
[..]
Laten wet nog simpel houden zodat ik het snap
Waarom staat daar een dubbel '=' teken?quote:Op maandag 10 maart 2008 22:24 schreef zuiderbuur het volgende:
De link tussen een binomiaalcoëfficiënt en de faculteiten wordt trouwens gegeven door :
[ afbeelding ]
Soms gebruikt men een dubbel ‘=’ teken of een ‘:=’ om aan te geven dat iets als zodanig gedefinieerd is. Het is niet een gelijkheid in de eigenlijke zin. Maar we gebruiken het om aan te geven dat de definitie van C[n,k] zo is.quote:Op maandag 10 maart 2008 23:24 schreef crossover het volgende:
[..]
Waarom staat daar een dubbel '=' teken?
Eigenlijk staat daar een dubbel=teken omdat dat progje dat vreemd genoeg deed.quote:Op maandag 10 maart 2008 23:27 schreef Iblis het volgende:
[..]
Soms gebruikt men een dubbel ‘=’ teken of een ‘:=’ om aan te geven dat iets als zodanig gedefinieerd is. Het is niet een gelijkheid in de eigenlijke zin. Maar we gebruiken het om aan te geven dat de definitie van C[n,k] zo is.
De policy iteration, staat ook in de opgavequote:Op maandag 10 maart 2008 20:10 schreef Iblis het volgende:
Ik heb nu even niet heel veel tijd, maar het gaat dus om een MDP (Markov Decision Process) waarbij je een optimale policy wilt zoeken, ofwel probabilistisch dynamisch programmeren.
Je hebt een aantal opties, je kunt er een LP van maken, en je hebt ‘value iterations’ en ‘policy iterations’. Is er een manier die je wilt gebruiken? Want ze zijn allemaal wel wat werk om uit te werken.
Dan is er inderdaad geen modus.quote:Op dinsdag 11 maart 2008 13:53 schreef Sloggi het volgende:
Een gemakkelijk statistiek-vraagje voor jullie; ik moet de modus van iets uitrekenen. Dat is niet moeilijk, maar nu hebben alle getallen een frequentie van één. Is er dan geen modus, zijn alle getallen de modus of is er nog een andere mogelijkheid?
Neem als substitutie u=1-x2, du= -2xdx.quote:Op dinsdag 11 maart 2008 15:06 schreef Ki08 het volgende:
Wie kan mij helpen met de volgende integralen. Het kan met partiele integratie of met de substitutieregel, maar ik kom er niet uit.
1. INT ( x / (wortel(1 - x2)) ) dx
Neem als substitutie u=log(x), du =dx/xquote:2. INT ( logx / x ) dx
Neem als substitutie u= exquote:3. INT ( exp(x) / (exp(2x) + 2exp(x) +1) ) dx
Afhankelijk van welke conventies je gewend bent, kunnen er ook meerdere modi zijn.quote:
In ieder geval over meer dan de gekochte loten, want ook op onverkochte loten kunnen prijzen vallen. Daarover is in het verleden een klein relletje geweest. Maar hoeveel dat er dan zijn: geen idee, in ieder geval minder dan alle mogelijke combinaties.quote:Op dinsdag 11 maart 2008 16:49 schreef Zolcon het volgende:
Ik moet de kansen berekenen van het winnen van prijzen in de staatsloterij en de lotto. De lotto heb ik al gedaan alleen bij de staatsloterij snap ik het niet. Worden de prijzen verdeeld over de totaal mogelijke combinaites of de verkochte loten
en hoe bereken ik dan de kans op het winnen van zo'n prijs?
http://www.staatsloterij.nl/winnen/prijzenpakket/index.jsp dit is het prijzenpakket van de staatsloterij
iemand?quote:Op maandag 10 maart 2008 19:14 schreef _superboer_ het volgende:
[..]
Ik bedoelde eigenlijk Vδ(0), Vδ(1), Vδ(2) en Vδ(3)
Ik zal de opgave even geven:
[..]
Ik heb dus eerst een stationaire startpolitiek gekozen: pi0 = (δ0,δ0,...) met δ0(0)=4, δ0(1)=3, δ0(2)=2 en δ0(3) = 0.
Daarna heb ik de wardefuncties Vδ( i ) opgesteld die bij pi0 hoort:
Vδ(0) = 4 + 4*(1) + 1/2*(3+2) + .8*{.5*Vδ(3) + .5*Vδ(2)}
Vδ(1) = 4 + 3*(1) + 1/2*(3+2) + .8*(.5*Vδ(3) + .5*Vδ(2)}
Vδ(2) = 4 + 2*(1) + 1/2*(3+2) + .8*(.5*Vδ(3) + .5*Vδ(2)}
Vδ(3) = 1/2*(1+2) + .8*{.5*Vδ(2) + .5*Vδ(1)}
Echter nu moet ik dus de oplossing vinden waar Vδ(0), Vδ(1), Vδ(2) en Vδ(3) minimaal zijn.
-1.25 * ( P / (100.000 - 1.25P)) = -1quote:Op donderdag 13 maart 2008 23:00 schreef von_Preussen het volgende:
Goeienavond allemaal.
Ik zit voor een tentamen wat sommen door te werken, en ik kom tot de conclusie dat ik een doodsimpele vergelijking met geen meter weet op te lossen. Omdat ik het nog nooit in mijn leven heb moeten doen (en heb gezien hoe je zoiets oplost), ben ik mezelf nu wel enorm aan het opvreten dat ik deze eenvoudige som niet kan oplossen.
Mischien heeft het ermee te maken dat we op de middelbare school alleen maar gebruik van de grafische rekenmachine uitgelegd kregen, en niet hoe je het gewoon “zelf” doet.![]()
![]()
![]()
Dus als iemand mij een algebraïsche oplossing zou kunnen geven (dus niet met de grafische rekenmachine), met alle duidelijke tussenstappen aangegeven.
Hier komt de vergelijking:
To maximize revenue, GM should charge the price that makes demand unit elastic. Using the own price elasticity of demand formula, -1.25 * ( P / (100.000 - 1.25P)) = -1.
Solving this equation for P implies that the revenue maximizing price is 40.000.
Alvast hartelijk bedankt voor de hulp!
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |