Bronquote:AMSTERDAM - Een mysterieuze mierensoort stelt wetenschappers en ongediertebestrijders in de Amerikaanse staat Texas voor raadsels. De insecten doen zich te goed aan computers, alarmsystemen en gasmeters.
'Crazy Rasberry Ants'. Zo is de nieuwe soort, vermoedelijk afkomstig uit een vrachtschip, gedoopt. ' Crazy' omdat de beesten niet netjes in het gelid lopen zoals de meeste van hun stamgenoten. En 'Rasberry' naar ongediertebestrijder Tom Rasberry, die als eerste ondervond hoe hardnekkig de nieuwe mierenplaag precies is.
Het gaat, aldus verschillende Amerikaanse media, om relatief kleine, harige mieren. Ze werden in 2002 voor het eerst ontdekt in havenstand Houston maar hebben zich inmiddels, bij gebrek aan natuurlijke vijanden, ontwikkeld tot een wijdverbreide plaag.
Ruimtevaartcentrum
Om voor wetenschappers nog duistere redenen eten de mieren allerlei elektronica; computers, alarmsystemen, meters, iPods en telefoonbedrading. Ongediertebestrijders worden overspoeld met meldingen van schade aan apparatuur door de insecten.
De mieren hebben al de pompen van een waterzuiveringsinstallatie weten te slopen. Reden tot grote zorg bij het NASA ruimtevaartcentrum in Houston, waar de mieren ook zijn gesignaleerd, en bij het plaatselijke vliegveld.
Een woordvoerder van de burgemeester van Houston laat aan de New York Times weten dat hij al een telefoontje uit Moskou heeft ontvangen. 'Ze wilden weten of het ruimtevaartcentrum bedreigd werd. Ik heb gezegd dat er geen problemen zijn.'
Bestrijding
De Crazy Rasberry Ants zijn volgens entomologen familie van mierensoorten in het Caribisch gebied. Ze bijten mensen, maar steken niet, zoals de beruchte vuurmieren van Texas wel doen. Die laatste eten ze overigens ook, en dat is het goede nieuws.
Het slechte nieuws is dat de mieren ongediertebestrijders voor veel grotere problemen stellen dan vuurmieren. Iedere kolonie heeft meerdere koninginnen, zodat het risico wordt gespreid. Het aas in gangbare mierenvallen eten ze niet.
Tot overmaat van ramp stapelen ze dode soortgenoten op elkaar om veilig over oppervlakken te lopen die zijn behandeld met pesticiden. Ongediertebestrijders hebben de milieu-autoriteiten dan ook gevraagd om uitbreiding van het arsenaal toegestane bestrijdingsmiddelen.
PLoSquote:Resurrection of DNA Function In Vivo from an Extinct Genome
There is a burgeoning repository of information available from ancient DNA that can be used to understand how genomes have evolved and to determine the genetic features that defined a particular species. To assess the functional consequences of changes to a genome, a variety of methods are needed to examine extinct DNA function. We isolated a transcriptional enhancer element from the genome of an extinct marsupial, the Tasmanian tiger (Thylacinus cynocephalus or thylacine), obtained from 100 year-old ethanol-fixed tissues from museum collections. We then examined the function of the enhancer in vivo. Using a transgenic approach, it was possible to resurrect DNA function in transgenic mice. The results demonstrate that the thylacine Col2A1 enhancer directed chondrocyte-specific expression in this extinct mammalian species in the same way as its orthologue does in mice. While other studies have examined extinct coding DNA function in vitro, this is the first example of the restoration of extinct non-coding DNA and examination of its function in vivo. Our method using transgenesis can be used to explore the function of regulatory and protein-coding sequences obtained from any extinct species in an in vivo model system, providing important insights into gene evolution and diversity.
Dit is idd gewoon een heel bizar mierensoort. Ik heb er nu het eea overgelezen, omdat het me zo verbaast dat ze zo achter allerlei electronische apparatuur aangaan. Leuk met al die nukes die her en der staan verspreid in de States.quote:
Niet meer dan logisch. Er is geen enkele reden waarom een diersoort die goud, elektronica en andere geraffineerde materialen eet niet zou bestaan. Maar vroeger waren die materialen er niet omdat er geen technologische beschaving was om die zaken te produceren. Dat soort diersoorten had vroeger dus geen kans om te overleven.quote:Op dinsdag 20 mei 2008 11:58 schreef Semisane het volgende:
[..]
Dit is idd gewoon een heel bizar mierensoort. Ik heb er nu het eea overgelezen, omdat het me zo verbaast dat ze zo achter allerlei electronische apparatuur aangaan. Leuk met al die nukes die her en der staan verspreid in de States.
Wat wel een voordeel is, is dat ze ook de Fire-ant niet overslaan als maaltijd, durf te wedden dat de Texanen daar niet geheel ontevreden overzijn, enkel nu moet je je afvragen of het medicijn niet erger is dan de kwaal.
Het zou hoe dan ook wel een bizarre evolutionaire vonst zijn, als er een mierensoort is dat kan leven op plastics, batterijzuur, siliconen, metaal, goud en wat je nog meer in electronica kan aantreffen.
Nou ja, een reden zou zijn dat die materialen geen voedingstoffen bevatten of dat het omzetten van die materialen naar voedingstoffen meer energie kost dan het oplevert, daarbij, wij als mens creeën pas sinds zeer korte tijd plastics en "composite materials" stom genoeg weet ik even de Nederlandse benaming niet van dat soort materialen.quote:Op dinsdag 20 mei 2008 12:15 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Niet meer dan logisch. Er is geen enkele reden waarom een diersoort die goud, elektronica en andere geraffineerde materialen eet niet zou bestaan. Maar vroeger waren die materialen er niet omdat er geen technologische beschaving was om die zaken te produceren. Dat soort diersoorten had vroeger dus geen kans om te overleven.
Nu zijn die materialen er wel.
bronquote:Genetics, Vol. 179, 487-496, May 2008
De Novo Origination of a New Protein-Coding Gene in Saccharomyces cerevisiae
Jing Cai*,{dagger},1, Ruoping Zhao*,1, Huifeng Jiang*,{dagger} and Wen Wang*,2
ABSTRACT Origination of new genes is an important mechanism generating genetic novelties during the evolution of an organism. Processes of creating new genes using preexisting genes as the raw materials are well characterized, such as exon shuffling, gene duplication, retroposition, gene fusion, and fission. However, the process of how a new gene is de novo created from noncoding sequence is largely unknown. On the basis of genome comparison among yeast species, we have identified a new de novo protein-coding gene, BSC4 in Saccharomyces cerevisiae. The BSC4 gene has an open reading frame (ORF) encoding a 132-amino-acid-long peptide, while there is no homologous ORF in all the sequenced genomes of other fungal species, including its closely related species such as S. paradoxus and S. mikatae. The functional protein-coding feature of the BSC4 gene in S. cerevisiae is supported by population genetics, expression, proteomics, and synthetic lethal data. The evidence suggests that BSC4 may be involved in the DNA repair pathway during the stationary phase of S. cerevisiae and contribute to the robustness of S. cerevisiae, when shifted to a nutrient-poor environment. Because the corresponding noncoding sequences in S. paradoxus, S. mikatae, and S. bayanus also transcribe, we propose that a new de novo protein-coding gene may have evolved from a previously expressed noncoding sequence.
quote:A stem batrachian from the Early Permian of Texas and the origin of frogs and salamanders. Nature, 453, 515-518.
Anderson, J.S. et al. (2008)
The origin of extant amphibians (Lissamphibia: frogs, salamanders and caecilians) is one of the most controversial questions in vertebrate evolution, owing to large morphological and temporal gaps in the fossil record. Current discussions focus on three competing hypotheses: a monophyletic origin within either Temnospondyli or Lepospondyli or a polyphyletic origin with frogs and salamanders arising among temnospondyls and caecilians among the lepospondyls. Recent molecular analyses are also controversial, with estimations for the batrachian (frog–salamander) divergence significantly older than the palaeontological evidence supports. Here we report the discovery of an amphibamid temnospondyl from the Early Permian of Texas that bridges the gap between other Palaeozoic amphibians and the earliest known salientians and caudatans from the Mesozoic. The presence of a mosaic of salientian and caudatan characters in this small fossil makes it a key taxon close to the batrachian (frog and salamander) divergence. Phylogenetic analysis suggests that the batrachian divergence occurred in the Middle Permian, rather than the late Carboniferous as recently estimated using molecular clocks, but the divergence with caecilians corresponds to the deep split between temnospondyls and lepospondyls, which is congruent with the molecular estimates.
Levendbarend heeft oa als voordeel dat de omstandigheden (temperatuur bijv) veel nauwer gereguleerd zijn dan bij een ei. Dit (samen met andere dingen) zorgt er bijvoorbeeld voor dat het genoom van een zoogdier veel simpeler kan zijn dan dat van een reptiel.quote:Op donderdag 22 mei 2008 15:40 schreef Triggershot het volgende:
Wat is eigenlijk een evolutionaire voordeel van het overgaan van het bevallen van 'slangjonkies' van eieren naar levend baren?
Stabielere temperatuur in de moeder dan in de omgeving kan een mogelijk voordeel zijn:quote:Op donderdag 22 mei 2008 15:40 schreef Triggershot het volgende:
Wat is eigenlijk een evolutionaire voordeel van het overgaan van het bevallen van 'slangjonkies' van eieren naar levend baren?
bronquote:Phylogenetic transitions from oviparity to viviparity in reptiles generally have occurred in cold climates, apparently driven by selective advantages accruing from maternal regulation of incubation temperature. But why, then, are viviparous reptiles so successful in tropical climates? Viviparity might enhance fitness in the tropics via the same pathway as in the temperate zone, if pregnant female reptiles in the tropics maintain more stable temperatures than are available in nests (Shine's maternal manipulation hypothesis). Alternatively, viviparity might succeed in the tropics for entirely different reasons than apply in the temperate zone. Our data support the maternal manipulation hypothesis. In a laboratory thermal gradient, pregnant death adders (Acanthophis praelongus) from tropical Australia maintained less variable body temperatures (but similar mean temperatures) than did nonpregnant females. Females kept at a diel range of 25–31°C (as selected by pregnant females) gave birth earlier and produced larger offspring (greater body length and head size) than did females kept at 23–33°C (as selected by nonpregnant snakes). Larger body size enhanced offspring recapture rates (presumably reflecting survival rates) in the field. Thus, even in the tropics, reproducing female reptiles manipulate the thermal regimes experienced by their developing embryos in ways that enhance the fitness of their offspring. This similarity across climatic zones suggests that a single general hypothesis—maternal manipulation of thermal conditions for embryogenesis—may explain the selective advantage of viviparity in tropical as well as cold-climate reptiles.
bronquote:What ecological factors might have contributed to the transition to viviparity? The evolution of viviparity has been attributed to selective forces such as environmental factors or biotic traits (e.g. Neill 1964; Packard et al. 1977; Tinkle and Gibbons 1977; Shine and Bull 1979; Shine 1985; Guillette 1993; Qualls and Shine 1998). Since this evolutionary step completely removes the aquatic stage, the obvious responsible agent of this microevolutionary event could be the absence of water in which to lay the larvae, a plausible scenario in some of the islands (Galán 2003). Interestingly, ‘Cíes’ originates for some authors from the Latin ‘siccus’, which means ‘dry’ (González-Alemparte 2003), and today water is scarce in these islands. The lack of available surface water in karstic limestone substrates has also been suggested as the main cause that promotes viviparity in the Cantabric Mountain S. s. bernardezi populations (Garcia-Paris et al. 2003). However, the presence of another amphibian [Lissotriton boscai (Lataste, 1979)] in all water bodies in Ons Island suggests that water limitation was not so drastic at least in Ons. On the other hand, the newts Lissotriton helveticus (Razoumowsky, 1789) and Triturus marmoratus (Latreille, 1800) which are present on the closest coast do not occur in the islands, perhaps due to the absence of favourable habitats, and L. boscai is found only in two islands of the National Park (Ons and Salvora, but not Cíes).
BBCquote:Dinosaur footprints made 150 million years ago in the bedrock of what is now Yemen are the first to be discovered in the Arabian Peninsula, say scientists.
The two separate trackways were made by a herd of 11 sauropods, and a lone two-legged plant-eating dinosaur belonging to the ornithopod family.
They went unnoticed for so long because they were covered by rubble and debris.
The fossil record in the area is very sparse, with only a handful of dinosaur remains known to science.
A Yemeni journalist stumbled upon the first set of impressions in the village of Madar north of the capital Sana'a.
They were later classified as belonging to an ornithopod, a large, common, two-legged dinosaur that flourished from the Late Triassic Period to the Late Cretaceous Period.
In 2006, a geologist at Sana'a University in Yemen made a further discovery - a set of round and elephant-like footprints from a different dinosaur family, the giant four-legged long-necked sauropods.
Dr Anne Schulp of the Maastricht Museum of Natural History in the Netherlands went out to Yemen to help in the investigation. He said the tracks were "beautifully preserved".
"The nice thing about the sauropod tracks is that we've got a herd of them, 11 individuals all walking in the same direction," Dr Schulp told BBC News.
"It's actually a group consisting of different-sized animals, so we've got old ones and we've got some younger dinosaurs as well, so different age-groups of dinosaurs were living together here."
Only a few dinosaur fossils have been reported so far from the Arabian Peninsula, including isolated bones from Oman and possible fragments of a long-necked dinosaur from Yemen.
"It's the first time we've found dinosaur trackways in the Arab Peninsula so it really is a first," said Dr Schulp.
"It's a bit of data from a place that we really don't know much about yet. There is a lot of potential for more discoveries."
Palaeontologist Dr Paul Barrett of London's Natural History Museum said the findings, published in the journal PLoS One, considerably expand our knowledge of Middle Eastern dinosaurs.
"Dinosaur material is exceptionally rare in this part of the world, and is represented by only a handful of fragmentary fossils," he said.
"As a result, we know virtually nothing about the animals that once roamed this area. This discovery shows that several different kinds of dinosaur were abundant in the region and starts to fill a large gap in our knowledge of what was going on in the Middle East during the age of the dinosaurs."
linkje.quote:Session 1: Archaean Chemistry and Earliest Fossils
* The RNA World and the Molecular Origins of Life Gerald F. Joyce, The Scripps Research Institute
* The Origins of Cellular Life Jack W. Szostak, Harvard Medical School
* Can the Distribution of Protein Domains Shed Light on the Tree of Life Russell F. Doolittle, University of California, San Diego
* The Earliest Life on Earth Roger Buick, University of Washington
* Proterozoic Life and Environments Andrew H. Knoll, Harvard University
Session 2: Cells, Cellular Evolution and Protein History
* The Tree of Life and Major Transitions in Cell Evolution Thomas Cavalier-Smith, University of Oxford
* The Origin of Eukaryotes Eugene V. Koonin, National Center for Biotechnology Information, National Institutes of Health
* Barking up the Wrong Tree: The Dangers of Reification in Molecular Phylogenetics and Systematics W. Ford Doolittle, Dalhousie University
* RNA Interference May Provide a Window on the RNA-to-DNA World Transition Phillip A. Sharp, Massachusetts Institute of Technology
Evening Lecture, 6 – 7 p.m.
Feeding and Gloating for More: The Challenge of the New Creationism Jerry A. Coyne, The University of Chicago
Session 3: Development of Eukaryotic Genetic Capacity and Multicellularity
* The Deep Evolutionary History of Eukaryotes Andrew Roger, Dalhousie University
* Demonstrating the Sufficiency of Microevolutionary Processes David Penny, Massey University
* Genes and Development: A Comparison of Human and Amphioxus Genomes Peter W.H. Holland, University of Oxford
* Cnidaria and the Evolution of the Bilaterian Body Plans: Insights from an Outgroup Ulrich Technau, University of Vienna
Session 4: Human Evolution through the Lens of DNA Sequences
* Evolution of Human Populations L. Luca Cavalli-Sforza, Stanford University School of Medicine
* Accelerated Evolution in the Human Genome Katherine S. Pollard, University of California, Davis
* Probing Human Brain Evolution at the Genetic Level Bruce T. Lahn, The University of Chicago
* A Neanderthal Perspective on Human Origins Fairfield Osborn Memorial Lecture , Svante Pääbo, Max Planck Institute for Evolutionary Anthropology
Bronquote:Leven op 1600 meter onder zeebodem
AMSTERDAM - Oceaanonderzoekers hebben bijzondere kolonies van bacteriën ontdekt op een diepte van 1626 meter onder de oceaanbodem, dieper dan ooit tevoren is vastgesteld. Dat hebben ze bekend gemaakt in het wetenschappelijk tijdschrift Science (23 mei).
De bacteriën zijn aangetroffen in 111 miljoen jaar oude sedimenten bij boringen in de Atlantische Oceaan in de buurt van Newfoundland. Het gaat om zogeheten prokaryoten, een evolutionair vroeg type organismen zonder celkern.
De stofwisseling van de micro-organismen lijkt geheel aangepast aan de extreme omstandigheden van hun thermisch actieve biotoop, waar temperaturen heersen van 60 tot 100 graden Celsius en hoge concentraties aanwezig zijn van methaan en andere koolwaterstoffen. Ze leven van de anaerobe oxidatie van methaan.
De Franse en Britse onderzoekers vermoeden dat het gaat om populaties van Archaea of oerbacteriën. Genetisch blijken ze verwant met de bekende thermofiele (hitteminnende) bacteriën uit vulkanische heetwaterbronnen.
De ontdekking is een nieuwe aanwijzing dat er een complete biosfeer bestaat diep in de aardkorst onder de oceanen. Volgens de onderzoekers leeft tweederde van alle prokaryoten ter wereld in afzettingen onder de zeebodem.
Blog post van Carl Zimmerquote:One of the most important experiments in evolution is going on right now in a laboratory in Michigan State University. A dozen flasks full of E. coli are sloshing around on a gently rocking table. The bacteria in those flasks has been evolving since 1988--for over 44,000 generations. And because they've been so carefully observed all that time, they've revealed some important lessons about how evolution works.
The experiment was launched by MSU biologist Richard Lenski. I wrote about Lenski's work last year in the New York Times, and in more detail my new book Microcosm. Lenski started off with a single microbe. It divided a few times into identical clones, from which Lenski started 12 colonies. He kept each of these 12 lines in its own flask. Each day he and his colleagues provided the bacteria with a little glucose, which was gobbled up by the afternoon. The next morning, the scientists took a small sample from each flask and put it in a new one with fresh glucose. And on and on and on, for 20 years and running.
Based on what scientists already knew about evolution, Lenski expected that the bacteria would experience natural selection in their new environment. In each generation, some of the microbes would mutate. Most of the mutations would be harmful, killing the bacteria or making them grow more slowly. Others would be beneficial allowing them to breed faster in their new environment. They would gradually dominate the population, only to be replaced when a new mutation arose to produce an even fitter sort of microbe.
Lenski used a simple but elegant method to find out if this would happen. He froze some of the original bacteria in each line, and then froze bacteria every 500 generations. Whenever he was so inclined, he could go back into this fossil record and thaw out some bacteria, bringing them back to life. By putting the newest bacteria in his lines in a flask along with their ancestors, for example, he could compare how well the bacteria had adapted to the environment he had created.
Over the generations, in fits and starts, the bacteria did indeed evolve into faster breeders. The bacteria in the flasks today breed 75% faster on average than their original ancestor. Lenski and his colleagues have pinpointed some of the genes that have evolved along the way; in some cases, for example, the same gene has changed in almost every line, but it has mutated in a different spot in each case. Lenski and his colleagues have also shown how natural selection has demanded trade-offs from the bacteria; while they grow faster on a meager diet of glucose, they've gotten worse at feeding on some other kinds of sugars.
Last year Lenski was elected to the National Academy of Sciences. This week he is publishing an inaugural paper in the Proceedings of the National Academy of Sciences with his student Zachary Blount and postdoc Christina Borland. Lenski told me about the discovery behind the paper when I first met him a few years ago. He was clearly excited, but he wasn't ready to go public. There were still a lot of tests to run to understand exactly what had happened to the bacteria.
Now they're sure. Out of the blue, their bacteria had abandoned Lenski's their glucose-only diet and had evolved a new way to eat.
After 33,127 generations Lenski and his students noticed something strange in one of the colonies. The flask started to turn cloudy. This happens sometimes when contaminating bacteria slip into a flask and start feeding on a compound in the broth known as citrate. Citrate is made up of carbon, hydrogen, and oxygen; it's essentially the same as the citric acid that makes lemons tart. Our own cells produce citrate in the long chain of chemical reactions that lets us draw energy from food. Many species of bacteria can eat citrate, but in an oxygen-rich environment like Lenski's lab, E. coli can't. The problem is that the bacteria can't pull the molecule in through their membranes. In fact, their failure has long been one of the defining hallmarks of E. coli as a species.
If citrate-eating bacteria invade the flasks, however, they can feast on the abundant citrate, and their exploding population turns the flask cloudy. This has only happened rarely in Lenski's experiment, and when it does, he and his colleagues throw out the flask and start the line again from its most recently frozen ancestors.
But in one remarkable case, however, they discovered that a flask had turned cloudy without any contamination. It was E. coli chowing down on the citrate. The researchers found that when they put the bacteria in pure citrate, the microbes could thrive on it as their sole source of carbon.
In nature, there have been a few reports of E. coli that can feed on citrate. But these oddballs all acquired a ring of DNA called a plasmid from some other species of bacteria. Lenski selected a strain of E. coli for his experiments that doesn't have any plasmids, there were no other bacteria in the experiment, and the evolved bacteria remain plasmid-free. So the only explanation was that this one line of E. coli had evolved the ability to eat citrate on its own.
Blount took on the job of figuring out what happened. He first tried to figure out when it happened. He went back through the ancestral stocks to see if they included any citrate-eaters. For the first 31,000 generations, he could find none. Then, in generation 31,500, they made up 0.5% of the population. Their population rose to 19% in the next 1000 generations, but then they nearly vanished at generation 33,000. But in the next 120 generations or so, the citrate-eaters went berserk, coming to dominate the population.
This rise and fall and rise suggests that the evolution of citrate-eating was not a one-mutation affair. The first mutation (or mutations) allowed the bacteria to eat citrate, but they were outcompeted by some glucose-eating mutants that still had the upper hand. Only after they mutated further did their citrate-eating become a recipe for success.
The scientists wondered if other lines of E. coli carried some of these invisible populations of weak citrate-eaters. They didn't. This was quite remarkable. As I said earlier, Lenski's research has shown that in many ways, evolution is repeatable. The 12 lines tend to evolve in the same direction. (They even tend to get plump, for reasons yet to be understood.) Often these parallel changes are the result of changes to the same genes. And yet when it comes to citrate-eating, evolution seems to have produced a fluke.
To gauge the flukiness of the citrate-eaters, Blount and Lenski replayed evolution. They grew new populations from 12 time points in the 33,000-generations of pre-citrate-eating bacteria. They let the bacteria evolve for thousands of generations, monitoring them for any signs of citrate-eating. They then transferred the bacteria to Petri dishes with nothing but citrate to eat. All told, they tested 40 trillion cells. Here's a movie of what that looks like...
ut of that staggering hoard of bacteria, only a handful of citrate-eating mutants arose. None of the original ancestors or early predecessors gave rise to citrate-eaters; only later stages in the line could--mostly from 27,000 generations or beyond. Still, even among these later E. coli, the odds of evolving into a citrate-eater was staggeringly low, on the order of one-in-a-trillion.
Now the scientists must determine the precise genetic steps these bacteria took to evolve from glucose-eaters to citrate-eaters. In order to eat a particular molecule, E. coli needs a special channel in its membranes through which to draw it. It's possible, for example, that a channel dedicated to some other molecule mutated into a form that could also take in citrate. Later mutations could have fine-tuned it so that it could suck in citrate quickly.
If E. coli is defined as a species that can't eat citrate, does that mean that Lenski's team has witnessed the origin of a new species? The question is actually murkier than it seems, because the traditional concept of species doesn't fit bacteria very comfortably. (For the details, check out my new article on Scientific American, "What is a Species?") In nature, E. coli swaps lots of genes with other species. In just the past 15 years or so, for example, one disease-causing strain of E. coli acquired hundreds of genes not found in closely related E. coli strains. (See my recent article in Slate.) Another hallmark of E. coli is its ability to break down lactose, the sugar in milk. But several strains have lost the ability to break it down. (In fact, these strains were originally given a different name--Shigella--until scientists realized that they were just weird strains of E. coli.)
Nevertheless, Lenski and his colleagues have witnessed a significant change. And their new paper makes clear that just because the odds of such a significant change are incredibly rare doesn't mean that it can't happen. Natural selection, in fact, ensures that sometimes it does. And, finally, it demonstrates that after twenty years, Lenski's invisible dynasty still has some surprises in store.
20 jaar al! God dacht vast, die man is ook wel eens toe aan een verzetje, laat ik eens even een leuke ingreep aan het ontwerp doen!quote:Op dinsdag 3 juni 2008 15:49 schreef Monolith het volgende:
Richard Lenski publiceert binnenkort over het langdurige onderzoek naar de evolutie van E. Coli in zijn laboratorium. Het is een beetje een lang verhaal, maar zeker de moeite waard om te lezen:
[..]
Blog post van Carl Zimmer
quote:Op dinsdag 3 juni 2008 15:49 schreef Monolith het volgende:
Richard Lenski publiceert binnenkort over het langdurige onderzoek naar de evolutie van E. Coli in zijn laboratorium. Het is een beetje een lang verhaal, maar zeker de moeite waard om te lezen:
[..]
Blog post van Carl Zimmer
PNASquote:Historical contingency and the evolution of a key innovation in an experimental population of Escherichia coli
Zachary D. Blount, Christina Z. Borland, and Richard E. Lenski
The role of historical contingency in evolution has been much debated, but rarely tested. Twelve initially identical populations of Escherichia coli were founded in 1988 to investigate this issue. They have since evolved in a glucose-limited medium that also contains citrate, which E. coli cannot use as a carbon source under oxic conditions. No population evolved the capacity to exploit citrate for >30,000 generations, although each population tested billions of mutations. A citrate-using (Cit+) variant finally evolved in one population by 31,500 generations, causing an increase in population size and diversity. The long-delayed and unique evolution of this function might indicate the involvement of some extremely rare mutation. Alternately, it may involve an ordinary mutation, but one whose physical occurrence or phenotypic expression is contingent on prior mutations in that population. We tested these hypotheses in experiments that "replayed" evolution from different points in that population's history. We observed no Cit+ mutants among 8.4 x 1012 ancestral cells, nor among 9 x 1012 cells from 60 clones sampled in the first 15,000 generations. However, we observed a significantly greater tendency for later clones to evolve Cit+, indicating that some potentiating mutation arose by 20,000 generations. This potentiating change increased the mutation rate to Cit+ but did not cause generalized hypermutability. Thus, the evolution of this phenotype was contingent on the particular history of that population. More generally, we suggest that historical contingency is especially important when it facilitates the evolution of key innovations that are not easily evolved by gradual, cumulative selection.
Klinkt interessant, ben benieuwd. Die bias fields zijn toch signalen die MRI scans (en dus in dit specifieke geval FLAIR scans) kunnen verstoren?quote:Op woensdag 11 juni 2008 12:24 schreef ATuin-hek het volgende:
Voor de matlabbers onder onsIk ben atm bezig met een genetisch algoritme om een MRI bias field correctie te berekenen voor FLAIR scans. Is best leuk om mee te spelen
Geeft een aardig gevoel over hoe krachtig een evolutionaire aanpak kan zijn.
Als het goed is wordt mijn werk onderdeel van een publicatie. Zal kijken of ik die tegen die tijd hier kan linken
quote:Evolution’s recipe for making a brain more complex has long seemed simple enough. Just increase the number of nerve cells, or neurons, and the interconnections between them. A human brain, for instance, is three times the volume of a chimpanzee’s.
A whole new dimension of evolutionary complexity has now emerged from a cross-species study led by Dr. Seth Grant at the Sanger Institute in England.
Dr. Grant looked at the interconnections between neurons, known as synapses, which until now have been regarded as a standard feature of neurons.
But in fact the synapses get considerably more complex going up the evolutionary scale, Dr. Grant and colleagues reported online Sunday in Nature Neuroscience. In worms and flies, the synapses mediate simple forms of learning, but in higher animals they are built from a much richer array of protein components and conduct complex learning and pattern recognition, Dr. Grant said.
The finding may open a new window into how the brain operates. “One of the biggest questions in neuroscience is to answer what are the design principles by which the human brain is constructed, and this is one of those principles,” Dr. Grant said.
If the synapses are thought of as the chips in a computer, then brainpower is shaped by the sophistication of each chip, as well as by their numbers. “From the evolutionary perspective, the big brains of vertebrates not only have more synapses and neurons, but each of these synapses is more powerful — vertebrates have big Internets with big computers and invertebrates have small Internets with small computers,” Dr. Grant said.
He included yeast cells in his cross-species survey and found that they contain many proteins equivalent to those in human synapses, even though yeast is a single-celled microbe with no nervous system. The yeast proteins, used for sensing changes in the environment, suggest that the origin of the nervous system, or at least of synapses, began in this way.
The computing capabilities of the human brain may lie not so much in its neuronal network as in the complex calculations that its synapses perform, Dr. Grant said. Vertebrate synapses have about 1,000 different proteins, assembled into 13 molecular machines, one of which is built from 183 different proteins.
These synapses are not standard throughout the brain, Dr. Grant’s group has found; each region uses different combinations of the 1,000 proteins to fashion its own custom-made synapses.
Each synapse can presumably make sophisticated calculations based on messages reaching it from other neurons. The human brain has about 100 billion neurons, interconnected at 100 trillion synapses.
The roots of several mental disorders lie in defects in the synaptic proteins, more than 50 of which have been linked to diseases like schizophrenia, Dr. Grant said.
Dr. Edward Ziff, a synapse expert at New York University, said Dr. Grant’s work was the first in which synapses had been analyzed from a cross-species perspective. “I would say this work is unique,” he said. “Grant’s been a leader in making this type of analysis and he deserves a lot of credit for it, although a certain amount of guesswork is involved.”
Zoiets jaquote:Op donderdag 12 juni 2008 01:35 schreef Monolith het volgende:
[..]
Klinkt interessant, ben benieuwd. Die bias fields zijn toch signalen die MRI scans (en dus in dit specifieke geval FLAIR scans) kunnen verstoren?
Dat kan ik nog wel volgen. Zelf nog wel eens ooit iets soortgelijks gedaan met betrekking tot image matching in het algemeen, dat was alleen meer op basis van neurale netwerken. Bovendien is image matching nogal een subjectief iets.quote:Op donderdag 12 juni 2008 11:45 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Zoiets jaDe sterkte van het signaal dat van een bepaalde voxel komt hangt oa af van de magneetsterkte op die positie. Ideaal gezien is dit uniform, maar in de praktijk helaas niet.
FLAIR scans hebben gelukkig het voordeel dat er maar 1 piek zit in het histogram. Mijn algoritme zoekt een benadering van het bias field zodat deze piek zo scherp mogelijk wordtDe mate van scherpte is dus de mate van fitness.
Ik ben idd ook met zoiets bezigquote:Op donderdag 12 juni 2008 11:57 schreef Monolith het volgende:
[..]
Dat kan ik nog wel volgen. Zelf nog wel eens ooit iets soortgelijks gedaan met betrekking tot image matching in het algemeen, dat was alleen meer op basis van neurale netwerken. Bovendien is image matching nogal een subjectief iets.
Nadeel bij het trainen van neurale netwerken in Matlab is wel dat je per sessie weer gezellig een kwartier tot half uur koffie kunt gaan drinken.quote:Op donderdag 12 juni 2008 13:44 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Ik ben idd ook met zoiets bezigDoe samen met de begeleiders een poging om MS laesies automatisch te segmenteren. Komt ook registratie etc. bij kijken.
MS patienten krijgen in de loop van de tijd een soort lidtekens in de witte massa in de hersenen (en centraal zenuwstelsel).quote:Op donderdag 12 juni 2008 15:26 schreef Monolith het volgende:
[..]
Nadeel bij het trainen van neurale netwerken in Matlab is wel dat je per sessie weer gezellig een kwartier tot half uur koffie kunt gaan drinken.![]()
Wat is precies het segmenteren in de context van laesies eigenlijk?
Sciencequote:Natural Selection Shapes Genome-Wide Patterns of Copy-Number Polymorphism in Drosophila melanogaster
J. J. Emerson, Margarida Cardoso-Moreira, Justin O. Borevitz, Manyuan Long
The role that natural selection plays in governing the locations and early evolution of copy-number mutations remains largely unexplored. We used high-density full-genome tiling arrays to create a fine-scale genomic map of copy-number polymorphisms (CNPs) in Drosophila melanogaster. We inferred a total of 2658 independent CNPs, 56% of which overlap genes. These include CNPs that are likely to be under positive selection, most notably high-frequency duplications encompassing toxin-response genes. The locations and frequencies of CNPs are strongly shaped by purifying selection, with deletions under stronger purifying selection than duplications. Among duplications, those overlapping exons or introns, as well as those falling on the X chromosome, seem to be subject to stronger purifying selection.
Ik snap veel, maar dit is me iets te technisch. Kan je dit vertalen in Jip en Janneketaal?quote:Op vrijdag 20 juni 2008 18:09 schreef Monolith het volgende:
Interessant artikel in Science:
[..]
Science
Ik zal morgen eens een poging wagen als ik tijd heb. Nu eerst maar eens naar de kroeg.quote:Op vrijdag 20 juni 2008 18:12 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Ik snap veel, maar dit is me iets te technisch. Kan je dit vertalen in Jip en Janneketaal?
Het artikel gaat over de invloed van natuurlijke selectie op die CNPs. Er wordt ten eerste gemeld dat er een sterke filterende werking is t.o.v. deleties dan duplicaties en verder dat er op bepaalde posities in een genoom een sterkere filterende werking is t.o.v. CNPs waaronder dus onder andere in het X chromosoom.quote:Differences in the numbers of copies of large DNA segments are an abundant source of genetic variation in humans (1, 2), mice (3), and flies (4). Because CNPs can create new genes, change gene dosage, reshape gene structures, and/or modify the elements that regulate gene expression, understanding their evolution is at the very heart of understanding how such structural changes in the genome contribute to the phenotypic evolution of organisms.
PubMedquote:The all-female worker caste of the honey bee (Apis mellifera) is effectively barren in that workers refrain from laying eggs in the presence of a fecund queen. The mechanism by which workers switch off their ovaries in queenright colonies is pheromonally cued, but there is genetically-based variation among individuals: some workers have high thresholds for ovary activation, while for others the response threshold is lower. Genetic variation for threshold response by workers to ovary-suppressing cues is most evident in "anarchist" colonies in which mutant patrilines have a proportion of workers that activate their ovaries and lay eggs, despite the presence of a queen. In this study we use a selected anarchist line to create a backcross queenright colony that segregated for high and low levels of ovary activation. We used 191 informative microsatellite loci, covering all 16 linkage groups to identify QTLs for ovary activation and test the hypothesis that anarchy is recessively inherited. We reject this hypothesis, but identify four QTLs that together explain approximately 25% of the phenotypic variance for ovary activation in our mapping population. They provide the first molecular evidence for the existence of quantitative loci that influence selfish cheating behavior in a social animal.
Omdat we trichromatische waarneming hebben. D.w.z. dat het menselijk oog drie soorten receptoren heeft die respectievelijk gevoelig zijn voor blauw, groen en rood. Deze zorgen simpel gezegd gezamenlijk voor de manier waarop wij kleuren waarnemen. Sommige insecten hebben vier soorten receptoren en kunnen daardoor ook ultraviolet waarnemen.quote:Op dinsdag 24 juni 2008 23:39 schreef Triggershot het volgende:
Waarom ziet de mens eigenlijk in kleur?
Veel dieren hebben betere overlevingskansen als ze kleur zien omdat ze eetbare zaken beter kunnen onderscheiden. Veel planten en dieren zijn felgekleurd om aan te geven dat ze giftig zijn of juist (seksueel) aantrekkelijk.quote:Op dinsdag 24 juni 2008 23:39 schreef Triggershot het volgende:
Waarom ziet de mens eigenlijk in kleur?
Naturequote:Ventastega curonica and the origin of tetrapod morphology
Per E. Ahlberg, Jennifer A. Clack, Ervi macrns Luks caronevic carons, Henning Blom & Ivars Zupincedils caron
The gap in our understanding of the evolutionary transition from fish to tetrapod is beginning to close thanks to the discovery of new intermediate forms such as Tiktaalik roseae. Here we narrow it further by presenting the skull, exceptionally preserved braincase, shoulder girdle and partial pelvis of Ventastega curonica from the Late Devonian of Latvia, a transitional intermediate form between the 'elpistostegids' Panderichthys and Tiktaalik and the Devonian tetrapods (limbed vertebrates) Acanthostega and Ichthyostega. Ventastega is the most primitive Devonian tetrapod represented by extensive remains, and casts light on a part of the phylogeny otherwise only represented by fragmentary taxa: it illuminates the origin of principal tetrapod structures and the extent of morphological diversity among the transitional forms.
Ten eerste is 'darwinisme' een beetje een vreemde term. Ik neem aan dat je de evolutionaire biologie bedoelt. Dat is echter een vakgebied met een zeer uitgebreide verzameling feiten, hypotheses en theorieën.Misschien kun je duidelijker aangeven bij welke aspecten jij problemen ziet met betrekking tot falsificatie?quote:Op donderdag 26 juni 2008 11:53 schreef Terecht het volgende:
Hoi, ik heb een vraagje.
Ik ben de laatste tijd wat aan het lezen over evolutie, en nu vraag ik me af of Darwinisme nou wel of niet falsifieerbaar is. Ik heb deze FAQ van Talkorigins gelezen, maar ik ben er nog niet helemaal uit. Misschien dat het nog even moet bezinken, maar klopt het dat het wel of niet falsifieerbaar zijn van Darwinisme in weze staat of valt bij welke definitie van falsifieerbaarheid je aanhangt?
Wel, ik sprak laatst iemand die zei dat de evolutietheorie niet falsifieerbaar is. Toen ben ik eens op zoek gegaan wat daar nou van waar is, maar van de Talkorigins FAQ ben ik nog niet echt veel wijzer gewordenquote:Op donderdag 26 juni 2008 12:02 schreef Monolith het volgende:
[..]
Ten eerste is 'darwinisme' een beetje een vreemde term. Ik neem aan dat je de evolutionaire biologie bedoelt. Dat is echter een vakgebied met een zeer uitgebreide verzameling feiten, hypotheses en theorieën.Misschien kun je duidelijker aangeven bij welke aspecten jij problemen ziet met betrekking tot falsificatie?
De tegenstanders zijn op zoek naar iets om een bepaald doel te bereiken. Evolutie heeft geen doel en daarom valt er niet veel te voorspellen. Het is een heel eenvoudig mechanisme en voor veel mensen is dat geen bevredigende verklaring voor "het wonder van het leven". Maar dat is een emotioneel/principieel standpunt, geen wetenschap.quote:Op donderdag 26 juni 2008 13:40 schreef Terecht het volgende:
Thx voor de opheldering. Degene waarmee ik sprak zei dus ook dat evolutie een self-fulfilling prophecy is, maar dat ligt dus heel wat genuanceerder.
quote:Op donderdag 26 juni 2008 12:19 schreef Terecht het volgende:
[..]
Wel, ik sprak laatst iemand die zei dat de evolutietheorie niet falsifieerbaar is. Toen ben ik eens op zoek gegaan wat daar nou van waar is, maar van de Talkorigins FAQ ben ik nog niet echt veel wijzer geworden. Als ik het goed begrepen heb, ligt het vooral aan welke criteria je aan het begrip falsifieerbaarheid wilt toekennen of evolutionaire biologie (Darwinian evolution?) falsifieerbaar is of niet.. Klopt dit, of zit ik er gruwelijk naast? Misschien is de vraagstelling wel iets te algemeen, maar zo bekend ben ik niet met de wetenschap achter evolutie
.
Hier is overigens een discussie met de auteur van betreffende publicatie aan de gang waarin hij het een en ander uitlegt / verheldert.quote:
Alleen voor een individu, maar voor een levensvorm als geheel kan het wel voordelig uitpakken.quote:Op maandag 30 juni 2008 17:44 schreef Triggershot het volgende:
Hoe verklaar je zelfopoffering eigenlijk evolutionair, is het een bijproduct van chemische reacties in je hoofd of heeft het een functie, mij lijkt het namelijk vooral anti natuurlijke selectie.
Dit is niet echt een verklaring, enkel een mening er over.quote:Op maandag 30 juni 2008 17:48 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Alleen voor een individu, maar voor een levensvorm als geheel kan het wel voordelig uitpakken.
Dat is helemaal niet "alleen maar een mening". Als mensen zo egoïstisch zijn dat ze elkaar de hersens in slaan blijft er niemand over om kindjes te krijgen. Je hebt binnen een levensvorm dus mechanismen nodig die individuen lang genoeg in leven houden om kindjes te laten krijgen. Dan kan variëren van negeren en ontlopen tot in extreme vormen voor elkaar zorgen.quote:Op maandag 30 juni 2008 17:50 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Dit is niet echt een verklaring, enkel een mening er over.
Je stelt de vraag wel heel raar. Je vraag hoe het evolutionair zit en vervolgens begin je over het specifieke mechanisme dat een bepaald gedrag veroorzaakt. Dat laatste zal van geval tot geval verschillen.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:03 schreef Triggershot het volgende:
Lees aub mijn vraag nog een keer.
Dat gaat meer over de overlevingskansen van de soort/familie/cultureel samenhangende unit dan over het individu.quote:Op maandag 30 juni 2008 17:44 schreef Triggershot het volgende:
Hoe verklaar je zelfopoffering eigenlijk evolutionair, is het een bijproduct van chemische reacties in je hoofd of heeft het een functie, mij lijkt het namelijk vooral anti natuurlijke selectie.
Het raar vinden van iets lijkt me nogal subjectief. Hoe dan ook, niemand twijfelt aan een noodzaak aan barmhartigheid en genade bij het overleven tussen je eigen soort en in een uitgebreider extent tot andere soorten om te kunnen overleven, dat is allemaal oke & waar jouw 'verklaring' over gaaft, maar dat was de vraag niet.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:10 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Je stelt de vraag wel heel raar. Je vraag hoe het evolutionair zit en vervolgens begin je over het specifieke mechanisme dat een bepaald gedrag veroorzaakt. Dat laatste zal van geval tot geval verschillen.
quote:Op maandag 30 juni 2008 18:19 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Dat gaat meer over de overlevingskansen van de soort/familie/cultureel samenhangende unit dan over het individu.
quote:Op maandag 30 juni 2008 17:50 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Dit is niet echt een verklaring, enkel een mening er over.
Natuurlijke selectie gaat niet over het overleven van de sterkste, maar van de best aangepaste. (survival of the best fitted)quote:Op maandag 30 juni 2008 18:24 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Het raar vinden van iets lijkt me nogal subjectief. Hoe dan ook, niemand twijfelt aan een noodzaak aan barmhartigheid en genade bij het overleven tussen je eigen soort en in een uitgebreider extent tot andere soorten om te kunnen overleven, dat is allemaal oke & waar jouw 'verklaring' over gaaft, maar dat was de vraag niet.
Ik heb het over jezelf opofferen, je kunt je zelf alleen opofferen voor de zwakkeren anders kan ik het niet als een offer zien met offeren bedoel ik dan ook dus niet alleen de dood tegemoet zien, maar ook de dood tegemoet komen en dat is iets wat in mijn ogen tegen natuurlijke selectie is.
Omdat natuurlijke selectie stelt dat de sterkeren zullen / kunnen overleven. Bij het opofferen is het meestal de sterkeren die zich opofferen voor wezens die het nodig hebben dus behoeftigden en dus ook meteen zwakkeren.
Al is het een een vergelijking tussen 10 triljoen wezens en 1 persoon. Zelfopoffering lijkt me geen logisch instrument wat voorkomt uit natuurlijke selectie, al heb je het alleen over dat de sterkere zich opoffert voor een kudde zwakkeren.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:19 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Dat gaat meer over de overlevingskansen van de soort/familie/cultureel samenhangende unit dan over het individu.
Wat denk jij dat ik bedoel met 'sterkte' fysieke kracht ofzo? Nee, iemand die zich het beste kan aanpassen aan dreigingen van buitenaf of veranderende omstandigheden.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:27 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Natuurlijke selectie gaat niet over het overleven van de sterkste, maar van de best aangepaste. (survival of the best fitted)
Hier heb iig meer aan.quote:Hoe gedrag en genetica precies met elkaar samenhangen weet ik niet precies, maar uit onderzoek met gescheiden opgegroeide eeneiige tweelingen is gebleken dat heel veel (gedetailleerd) gedrag een duidelijke genetische component heeft.
Waarom zou het een sterkere zijn die zich voor een kudde zwakkeren opoffert?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:28 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Al is het een een vergelijking tussen 10 triljoen wezens en 1 persoon. Zelfopoffering lijkt me geen logisch instrument wat voorkomt uit natuurlijke selectie, al heb je het alleen over dat de sterkere zich opoffert voor een kudde zwakkeren.
Maar dat verschil heeft wel grote consequenties. Een individu die zich opoffert is niet "sterk" maar binnen een soort kan het wel gedrag zijn waardoor de soort als geheel beter is aangepast, en dus betere overlevingskansen heeft dan een concurrent. Zie het als het opofferen van een schaakstuk om het spel te winnen.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:30 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Wat denk jij dat ik bedoel met 'sterkte' fysieke kracht ofzo? Nee, iemand die zich het beste kan aanpassen aan dreigingen van buitenaf of veranderende omstandigheden.
quote:
Het is een verschijnsel wat je vaak ziet in onze mensenwereld en op documentaries, in onze wereld te vergelijken met een heldendaad, in het dierenrijk meestal de ouders.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:31 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Waarom zou het een sterkere zijn die zich voor een kudde zwakkeren opoffert?
Ik zie ook een verschil tussen iemand die geen gevaar loopt, dus succesvol aan het overleven is en iemand die zich in het gevaar gooit terwijl hij dit niet was ten gunste van een groep wat in gevaar is, zodat de laatste groep kan overleven.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:34 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Maar dat verschil heeft wel grote consequenties. Een individu die zich opoffert is niet "sterk" maar binnen een soort kan het wel gedrag zijn waardoor de soort als geheel beter is aangepast, en dus betere overlevingskansen heeft dan een concurrent. Zie het als het opofferen van een schaakstuk om het spel te winnen.
[..]
Ouders hebben al kindjes en hebben hun genen dus al half doorgegeven. De volgende stap is zorgen dat het nageslacht lang genoeg overleeft om zelf genen door te geven. Als er weinig eten is is het dus voordelig als de jongeren eten krijgen, die moeten nog kindjes maken.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:34 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Het is een verschijnsel wat je vaak ziet in onze mensenwereld en op documentaries, in onze wereld te vergelijken met een heldendaad, in het dierenrijk meestal de ouders.
Maar ja idd.. dat is de vraag' waarom'![]()
quote:
Als het alleen liefde en barmhartigheid oke, als er een evolutionaire reden voor is, dan ook oke, maar wat.
En het een vergelijking betreft met iets kunnen opofferen / over je heen zetten / 2e groep behoeftig is voor wie je het doet etc
Ik bedoel meer dat je dat zo als feit stelt, terwijl dat helemaal niet het geval hoeft te zijn.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:34 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Het is een verschijnsel wat je vaak ziet in onze mensenwereld en op documentaries, in onze wereld te vergelijken met een heldendaad, in het dierenrijk meestal de ouders.
Maar ja idd.. dat is de vraag' waarom'![]()
Bekijk het vanuit het oogpunt van de groep. Of beter, vanuit de stam/clan. De stam kan door het opofferen van 1 individu een betere overlevingskans hebben dan de concurrerende stam om de hoek. Dit betekend dus ook dat het nageslacht en dus de genen van het opgeofferde individu een betere kans hebben om te overleven. Ik zeg niet dat dit 'de oplossing' is. Ik zeg enkel dat het een mogelijkheid is.quote:Als het alleen liefde en barmhartigheid oke, als er een evolutionaire reden voor is, dan ook oke, maar wat.
En het een vergelijking betreft met iets kunnen opofferen / over je heen zetten / 2e groep behoeftig is voor wie je het doet etc
Hoe verzoen je dat met in sommige normale en in andere uitzonderlijke gevallen waarin ouders hun jonkies opeten om te kunnen overleven?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:40 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Ouders hebben al kindjes en hebben hun genen dus al half doorgegeven. De volgende stap is zorgen dat het nageslacht lang genoeg overleeft om zelf genen door te geven. Als er weinig eten is is het dus voordelig als de jongeren eten krijgen, die moeten nog kindjes maken.
Bij mensen zie je dan ook vaak dat jongeren veel egoïstischer zijn dan ouderen, de jongeren "moeten " namelijk nog.
[..]
Voor zover ik weet komt dat alleen voor als de jongen te jong zijn om zonder de ouders te overleven. In dat geval is het belangrijker dat de ouder overleeft om later tijdens betere tijden nog een poging tot kinderen te doen.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:42 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Hoe verzoen je dat met in sommige normale en in andere uitzonderlijke gevallen waarin ouders hun jonkies opeten om te kunnen overleven?
Ja, dat snap ik ook wel, heb ik ook geen probleem mee, maar ik vraag het me af en ik stel de vraag, zo nodig kan jij me ook uitleggen waarom ik me moet opofferen om te kunnen overleven etc, maar hoe verkoop je dat aan een dier die naar alle waarschijnlijkheid niet die mate van redeneringsintellect heeft?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:41 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Ik bedoel meer dat je dat zo als feit stelt, terwijl dat helemaal niet het geval hoeft te zijn.
[..]
Bekijk het vanuit het oogpunt van de groep. Of beter, vanuit de stam/clan. De stam kan door het opofferen van 1 individu een betere overlevingskans hebben dan de concurrerende stam om de hoek. Dit betekend dus ook dat het nageslacht en dus de genen van het opgeofferde individu een betere kans hebben om te overleven. Ik zeg niet dat dit 'de oplossing' is. Ik zeg enkel dat het een mogelijkheid is.
Omdat dat ook een werkend mechanisme is.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:42 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Hoe verzoen je dat met in sommige normale en in andere uitzonderlijke gevallen waarin ouders hun jonkies opeten om te kunnen overleven?
Zijn niet alle jonkies een vastgestelde termijn te jong om te overleven zonder ouders?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:45 schreef ATuin-hek het volgende:
[..]
Voor zover ik weet komt dat alleen voor als de jongen te jong zijn om zonder de ouders te overleven. In dat geval is het belangrijker dat de ouder overleeft om later tijdens betere tijden nog een poging tot kinderen te doen.
Nope. De mens is eigenlijk wel een extreem wezen in dat aspect met een ultra lange zoogings tijd. Meeste dieren laten de bevruchte eitjes ergens achter en peren 'em.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:48 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Zijn niet alle jonkies een vastgestelde termijn te jong om te overleven zonder ouders?
Dan komt in dit geval toch het overleven van de ouderen voor, daar waar er geen sprake is van zelfoffering omdat er een dreiging is om te overleven, schaarsheid van voedsel zoals in jouw voorbeeld genoemd.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:48 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Omdat dat ook een werkend mechanisme is.
Sterke ouders kunnen misschien heel veel kindjes krijgen, sommige dieren leven meerdere jaren en kunnen meerdere keren per jaar jongen krijgen. Als er op een gegeven moment weinig voedsel is (waardoor de kindjes ook weinig kansen hebben) kan je je kinderen opeten om als ouder te overleven waardoor je iets later nog een kans krijgt om kinderen te krijgen.
Beide vormen komen voor in de natuur.
Het opeten van je kinderen is niet er voor zorgen dat zij in staat zijn kinderen te krijgen, noch is het opeten van je eigen kinderen een garantie dat je de kansen krijgen om een nieuwe paar kinderen te krijgen. Dan leek mij je eerste verklaring dat ze al half hun genen hebben doorgegeven en daarom offeringsgezind zijn logischer in de oren om eerlijk te zijn.quote:Ouders hebben al kindjes en hebben hun genen dus al half doorgegeven. De volgende stap is zorgen dat het nageslacht lang genoeg overleeft om zelf genen door te geven. Als er weinig eten is is het dus voordelig als de jongeren eten krijgen, die moeten nog kindjes maken.
Na het paren is de man niet meer nodig. Als een dier op een eenvoudig instinctief en agressief niveau functioneert (zoals sommige spinnen en bid sprinkhanen) is het soms niet mogelijk om die agressie te beheersen t.o.v. soortgenoten. Er is een trigger (bv meneer spin houden de voorpoten van mevrouw spin omhoog) waardoor de agressie genoeg beheerst word om te paren, maar zodra meneer los laat word ie opgevreten. Maar na een geslaagde paring is dat niet van belang. De energie die meneer spin als voedsel oplevert word gebruikt om zijn eigen kinderen groot te brengen.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:47 schreef Triggershot het volgende:
zo dan ook de vraag die eigenlijk om de hoe is en bij komt kijken waarom de weduwe haar genoot doodt na het paren?
Mijn vraag blijft alsnog staan. Als de gemiddelde mens er 12 jaar over doet om helemaal voor zichzelf te kunnen zorgen zonder ouders en de kip gemiddeld 3 maanden en de welpen 6 maanden gemiddeld, blijft mijn vraag alsnog staan hoor.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:50 schreef SpecialK het volgende:
[..]
Nope. De mens is eigenlijk wel een extreem wezen in dat aspect met een ultra lange zoogings tijd. Meeste dieren laten de bevruchte eitjes ergens achter en peren 'em.
quote:Zijn niet alle jonkies een vastgestelde termijn te jong om te overleven zonder ouders?
Het opeten van kinderen zorgt natuurlijk voor: meer energie voor jezelf, minder energie die je in kinderen hoeft te steken en dat zorgt er dus voor dat zo'n beest weerbaarder is, de kans vergrotend dat het meer succesvolle nakomelingen kan produceren dan een zwakke concurrent.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:53 schreef Triggershot het volgende:
Het opeten van je kinderen is niet er voor zorgen dat zij in staat zijn kinderen te krijgen, noch is het opeten van je eigen kinderen een garantie dat je de kansen krijgen om een nieuwe paar kinderen te krijgen.
Sure als je genoegen neemt met het feit dat voor de meeste dieren (vooral niet-zoogdieren) deze termijn t=0,0 is.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:55 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Mijn vraag blijft alsnog staan. Als de gemiddelde mens er 12 jaar over doet om helemaal voor zichzelf te kunnen zorgen zonder ouders en de kip gemiddeld 3 maanden en de welpen 6 maanden gemiddeld, blijft mijn vraag alsnog staan hoor.
[..]
Stel je dan heirmee dat de weduwe meest agressieve diersoort is tijdens het paren, of een van de meest agressieve soorten en dat het vaker gebeurt dat een vrouwetje haar paargenoot doodt?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:54 schreef Papierversnipperaar het volgende:
[..]
Na het paren is de man niet meer nodig. Als een dier op een eenvoudig instinctief en agressief niveau functioneert (zoals sommige spinnen en bid sprinkhanen) is het soms niet mogelijk om die agressie te beheersen t.o.v. soortgenoten. Er is een trigger (bv meneer spin houden de voorpoten van mevrouw spin omhoog) waardoor de agressie genoeg beheerst word om te paren, maar zodra meneer los laat word ie opgevreten. Maar na een geslaagde paring is dat niet van belang. De energie die meneer spin als voedsel oplevert word gebruikt om zijn eigen kinderen groot te brengen.
Op deze manier kan een insect met heel primitief gedrag toch voortplanten. Je kan dat zien als opoffering, maar dat is een wel heel menselijke manier van kijken.
Dat conflict is menselijke perceptie. Het zijn slecht mechanismen. Aangezien veel diersoorten een lange (aparte) evolutionaire ontwikkeling hebben doorgemaakt zullen veel levensvormen hun eigen overlevings mechanismen hebben. Krabben hebben andere ogen dan mensen maar dat is toch niet in conflict met elkaar?quote:Op maandag 30 juni 2008 18:53 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Dan komt in dit geval toch het overleven van de ouderen voor, daar waar er geen sprake is van zelfoffering omdat er een dreiging is om te overleven, schaarsheid van voedsel zoals in jouw voorbeeld genoemd.
Ik zie dat in conflict met:
[..]
Het opeten van je kinderen is niet er voor zorgen dat zij in staat zijn kinderen te krijgen, noch is het opeten van je eigen kinderen een garantie dat je de kansen krijgen om een nieuwe paar kinderen te krijgen. Dan leek mij je eerste verklaring dat ze al half hun genen hebben doorgegeven en daarom offeringsgezind zijn logischer in de oren om eerlijk te zijn.
Dat is ook geen garantie. Dat is niet nodig. Alles wat nodig is om het succes vol te maken is een iets grotere kans op het doorgeven van de genen.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:53 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Dan komt in dit geval toch het overleven van de ouderen voor, daar waar er geen sprake is van zelfoffering omdat er een dreiging is om te overleven, schaarsheid van voedsel zoals in jouw voorbeeld genoemd.
Ik zie dat in conflict met:
[..]
Het opeten van je kinderen is niet er voor zorgen dat zij in staat zijn kinderen te krijgen, noch is het opeten van je eigen kinderen een garantie dat je de kansen krijgen om een nieuwe paar kinderen te krijgen. Dan leek mij je eerste verklaring dat ze al half hun genen hebben doorgegeven en daarom offeringsgezind zijn logischer in de oren om eerlijk te zijn.
Ja, precies. Hier zie ik een directe bevestiging en verzoening van mijn definitie van natuurlijke selectie. Overleven van de sterkeren / best aangepasten of hoe je het ook wilt noemen en associeer ik dan weer met evolutie. Maar een leeuwin die zich voor een groep van hyena's gooit zodat haar jonkies kunnen vluchten lukt me dan weer niet.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:56 schreef Monidique het volgende:
[..]
Het opeten van kinderen zorgt natuurlijk voor: meer energie voor jezelf, minder energie die je in kinderen hoeft te steken en dat zorgt er dus voor dat zo'n beest weerbaarder is, de kans vergrotend dat het meer succesvolle nakomelingen kan produceren dan een zwakke concurrent.
Nee, alleen maar dat die spin zo simpel is dat ie niet (zelfstandig) haar agressie kan intomen om te paren. Dat is lastig voor het mannetje, maar een simpele levensvorm is evolutionair goedkoop.quote:Op maandag 30 juni 2008 18:58 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Stel je dan heirmee dat de weduwe meest agressieve diersoort is tijdens het paren, of een van de meest agressieve soorten en dat het vaker gebeurt dat een vrouwetje haar paargenoot doodt?
Dan zijn die dieren iets minder simpel en kunnen ze hun partner wel onderscheiden van voedsel.quote:
Zijn wel meerdere agressieve dieren namelijk waar na het paren de mannetjes niet meer nodig zijn, met name zeedieren, maar ook niet worden opgevreten door hun paargenote.
Zolang jij mee neemt in je reactie dat Tuinhek het wel over een noemenswaardige termijn heeft, een periode waar er voor en nadelen zijn ten gunste/ tegen het overleven van de jonkiesquote:Op maandag 30 juni 2008 18:58 schreef SpecialK het volgende:
[..]
Sure als je genoegen neemt met het feit dat voor de meeste dieren (vooral niet-zoogdieren) deze termijn t=0,0 is.
Hoezo zie je dat niet? Je hebt het nu gewoon over de directe nakomelingen van de leeuwin in kwestiequote:Op maandag 30 juni 2008 19:00 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Ja, precies. Hier zie ik een directe bevestiging en verzoening van mijn definitie van natuurlijke selectie. Overleven van de sterkeren / best aangepasten of hoe je het ook wilt noemen en associeer ik dan weer met evolutie. Maar een leeuwin die zich voor een groep van hyena's gooit zodat haar jonkies kunnen vluchten lukt me dan weer niet.
Het is alleen maar een ander mechanisme.quote:Op maandag 30 juni 2008 19:00 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Ja, precies. Hier zie ik een directe bevestiging en verzoening van mijn definitie van natuurlijke selectie. Overleven van de sterkeren / best aangepasten of hoe je het ook wilt noemen en associeer ik dan weer met evolutie. Maar een leeuwin die zich voor een groep van hyena's gooit zodat haar jonkies kunnen vluchten lukt me dan weer niet.
Ik snap niet precies waar je op aan stuurt maar ik heb het gevoel dat we langs elkaar heen praten.quote:Op maandag 30 juni 2008 19:10 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Zolang jij mee neemt in je reactie dat Tuinhek het wel over een noemenswaardige termijn heeft, een periode waar er voor en nadelen zijn ten gunste/ tegen het overleven van de jonkies
Daar lijkt het wel op ja.quote:Op maandag 30 juni 2008 20:23 schreef SpecialK het volgende:
[..]
Ik snap niet precies waar je op aan stuurt maar ik heb het gevoel dat we langs elkaar heen praten.
quote:Op maandag 30 juni 2008 21:06 schreef Doffy het volgende:
Trigger, evolutie werkt niet alleen op het individu, maar ook op het niveau van de groep, en meer nog op de genenpoel. Een individu heeft een set genen bij zich, die hij/zij doorgeeft bij voortplanting. Succesvolle voortplanting is dus een voortzetting van een bepaalde set 'succesvolle' genen. In dit licht is het logisch dat een individu zich soms opoffert voor groepsgenoten en (meer nog) nageslacht: het voortbestaan van de genen is immers gewaarborgd. Het ultieme voorbeeld hiervan zie je bij bijen en mieren, die allemaal nakomelingen zijn van dezelfde koningin. Ze zijn genetisch identiek, en zelf onvruchtbaar, en daarom kunnen ze zich best opofferen voor het welzijn van de groep (=koningin), die dan immers hun eigen genen kan doorgeven.
Andere vormen van altruisme zie je in sociale groepen, waaronder mensen. Altruisme is soms sociaal wenselijk gedrag (kijk naar je eigen reactie), en je daarmee bezig houden kan je dus een hogere sociale status opleveren. Ook kan het direct voordeel hebben voor de groep, als sommigen zich bezig houden met het welzijn van anderen, zodat die zich (uiteindelijk) beter voort kunnen planten. De "ratio" hierachter is dat groepsgenoten een groot deel van dezelfde genen aan boord hebben als het betreffende individu, waardoor ook op deze manier het doorgeven van genen min of meer is gewaarborgd.
bronquote:Karsten, K.B. et al. (2008) A unique life history among tetrapods: An annual chameleon living mostly as an egg. PNAS, advance online publication
The c38,300 species of tetrapods (four-limbed vertebrates) almost exclusively have perennial life spans. Here, we report the discovery of a remarkable annual tetrapod from the arid southwest of Madagascar: the chameleon Furcifer labordi, with a posthatching life span of just 4–5 months.[/b] At the start of the active season (November), an age cohort of hatchlings emerges; larger juveniles or adults are not present. These hatchlings grow rapidly, reach sexual maturity in less than 2 months, and reproduce in January– February. After reproduction, senescence appears, and the active season concludes with population-wide adult death. Consequently, during the dry season, the entire population is represented by developing eggs that incubate for 8–9 months before synchronously hatching at the onset of the following rainy season. Remarkably, this chameleon spends more of its short annual life cycle inside the egg than outside of it. Our review of tetrapod longevity (>1,700 species) finds no others with such a short life span. These findings suggest that the notorious rapid death of chameleons in captivity may, for some species, actually represent the natural adult life span. Consequently, a new appraisal may be warranted concerning the viability of chameleon breeding programs, which could have special significance for species of conservation concern. Additionally, because F. labordi is closely related to other perennial species, this chameleon group may prove also to be especially well suited for comparative studies that focus on life history evolution and the ecological, genetic, and/or hormonal determinants of aging, longevity, and senescence.
Kleine updatequote:Op donderdag 12 juni 2008 23:21 schreef Monolith het volgende:
Ben benieuwd hoe jullie het doen in vergelijking met de andere teams. Houd ons op de hoogte zou ik zeggen.
Een gen is een stukje DNA dat zichzelf 'wil' kopieren. Daarvoor bouwt het in samenwerking met andere genen een machine om dit voorelkaar te krijgen. Een gen is niet alleen het individuele gen dat zich in jouw DNA bevindt, maar alle kopieen van dat gen. De kans dat je familie/ras/soort kopieen van dit gen heeft is groot.quote:Op maandag 30 juni 2008 19:00 schreef Triggershot het volgende:
[..]
Ja, precies. Hier zie ik een directe bevestiging en verzoening van mijn definitie van natuurlijke selectie. Overleven van de sterkeren / best aangepasten of hoe je het ook wilt noemen en associeer ik dan weer met evolutie. Maar een leeuwin die zich voor een groep van hyena's gooit zodat haar jonkies kunnen vluchten lukt me dan weer niet.
En je zult je naaste familie hoger waarderen dan andere mensen, en binnen je familie zul je weer je eigen kinderen voorop stellen. Kort, bondig en scherp door de bocht: de "waardering" voor andere individuen is grofweg rechtevenredig met de hoeveelheid gedeelde genen.quote:Op maandag 7 juli 2008 00:48 schreef wijsneus het volgende:
Dit is uiteraard een grove oversimplificatie van een zeer krachtig idee.
Simpel voorbeeld? Je zult eerder geneigd zijn warme gevoelens hebben voor zoogdieren dan voor, laten we zeggen, schaaldieren.
Dat is de theorie uit de populatiegenetica. Daarbij moet je echter wel een pragmatische kanttekening maken. De mens is de enige diersoort die dergelijke relaties echt duidelijk kan communiceren. Andere diersoorten zijn aangewezen op het hanteren van minder duidelijke criteria zoals bijvoorbeeld het herkennen van bepaalde uiterlijke kenmerken of simpelweg "behoort tot de groep", aangezien de leden van groepen waarin dieren leven vaak grotendeels bestaan uit familie. Daardoor zal in de praktijk bijvoorbeeld eerder een vorm van altruisme binnen een groep dieren die samenleeft dan heel specifiek een duidelijk afgewogen altruisme naar kinderen, neven en nichten, etcetera.quote:Op maandag 7 juli 2008 09:54 schreef Doffy het volgende:
[..]
En je zult je naaste familie hoger waarderen dan andere mensen, en binnen je familie zul je weer je eigen kinderen voorop stellen. Kort, bondig en scherp door de bocht: de "waardering" voor andere individuen is grofweg rechtevenredig met de hoeveelheid gedeelde genen.
Bedoel je of incest in de natuur in groepen voorkomt? Dat doet het namelijk inderdaad. Maar overmatige incest heeft ook weer negatieve selectieve gevolgen. Daarom zie je bij sommige dieren juist ook mechanismen ontstaan om incest te vermijden:quote:Op maandag 7 juli 2008 14:57 schreef Triggershot het volgende:
Kan natuurlijke selectie in individuele gevallen en in latere termijn ook in collecftieve gevallen (clan) zo sterk zijn dat er wordt gepaard met tussen ouders en jonkies om een nieuwe generatie te zetten? Of ben ik nu gewoon onzin aan het lullen? :d
quote:Mating with close relatives generally results in reduced reproductive success (inbreeding depression) because it increases the risk that rare deleterious recessive alleles will be expressed in offspring. None the less, incest may occur when animals have incomplete knowledge about relatedness or when the costs of avoiding inbreeding are high. Over a 17-year period, Savannah sparrows, Passerculus sandwichensis, in an island population rarely paired incestuously (9 of 1110 pairs, 15 of 1609 nesting attempts). All but one case of close inbreeding (coefficient of inbreeding, F ≥ 0.25) involved 1-year-old males breeding for the first time, whereas more than half of the cases involved females that were 3 years old or older. Father–daughter matings were avoided completely. Incest avoidance was apparent in the choice of genetic as well as social mates. Paternity analysis using microsatellites revealed that birds nearly always refrained from choosing close relatives as genetic mates. These results support a model of asymmetrical incest avoidance, which predicts differences in the likelihood of incestuous matings as a function of sex, age and relationship, even when coefficients of inbreeding are identical. The model and results also emphasize the importance of distinguishing types of inbreeding and considering the social and historical context of animals' mating choices. The model may help to explain such patterns as female-biased natal dispersal in birds.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |