Melkert en WolfowitzDoor Bart Jan Spruyt
Bart Jan Spruyt (1964) is historicus en journalist. Hij schreef het boek Lof van het conservatisme (2003).
quote:
Ad Melkert, de PvdA-politicus van wie je na de moord op Pim Fortuyn eigenlijk niet veel meer hoorde, was dezer dagen ineens weer in het nieuws. Paul Wolfowitz, president van de Wereldbank in Washington – het instituut waar Melkert na zijn opzichtige falen in de Nederlandse politiek aanvankelijk werd opgeborgen – leek te moeten opstappen omdat hij zich als fraudebestrijder zelf aan een ernstige vorm van fraude schuldig had gemaakt: de nepotistische bevoordeling van zijn vriendin, die ook bij de Wereldbank werkte en met een fikse salarisverhoging naar Buitenlandse Zaken vertrok toen Wolfowitz aantrad.
Had Wolfowitz zelf even geregeld. En op enige clementie hoefde hij niet te rekenen: ook in de Nederlandse pers staat hij immers te boek als de duistere neoconservatieve havik achter de plannen van Bush om de oorlog in Irak te beginnen. Hij was volstrekt ongeloofwaardig geworden, schreven de Nederlandse kranten, en hij moest op z’n minst de eer aan zichzelf houden.
En toen maakte de Wereldbank zelf de 109 pagina’s aan documenten in deze zaak openbaar. (De link staat in het Wikipedia-artikel over Wolfowitz’ vriendin Shaha Riza.) En wat bleek? Dat Wolfowitz zelf de mogelijke belangenverstrengeling over zijn indiensttreding en de aanwezigheid van zijn vriendin had aangekaart en dat Wolfowitz bij de verdere afhandeling van de hele zaak alles had gedaan met medeweten en volgens de richtlijnen van het Ethics Committee van de Wereldbank.
Voorzitter van die commissie voor ethische zaken – mind you! – was onze landgenoot Melkert. En Melkert zweeg. Alhoewel hij alles wist, de zaak voor gesloten had verklaard en Wolfowitz en zijn vriendin bij hem thuis te eten had gevraagd, schoot hij Wolfowitz niet te hulp toen die door enkele anonieme lekken in opspraak werd gebracht. Melkert was onbereikbaar, en hij voegde zich schielijk in het kamp van Wolfowitz’ tegenstanders: Europeanen die vooral moeite hebben met Wolfowitz’ Amerikaans-harde benadering van fraude.
Ineens was dus duidelijk dat Wolfowitz geen blaam trof. En dan verwacht je dat ook de Nederlandse media sportief genoeg zijn om de beeldvorming te corrigeren die zij zelf hadden gecreëerd, in berichten die steevast waren gelardeerd met foto’s van Wolfowitz op sokken met grote gaten (de kleren van de keizer!). Maar dat viel tegen. NRC Handelsblad, dat het nieuws over Wolfowitz tot dan toe prominent had gebracht, publiceerde het nieuws over de rol van Melkert ineens op de economiepagina in het dagelijkse tweede katern. Op dezelfde dag waarop de Volkskrant het nieuws over Melkerts medeweten publiceerde, was de kop boven het hoofdredactionele commentaar toch gewoon dat Wolfowitz de eer aan zichzelf moest houden.
Dat is net zoiets als wanneer je iemand een taart van stront in zijn gezicht duwt en dan tegen hem zegt dat hij zich niet meer kan vertonen en er beter aan doet het pand te verlaten omdat hij zo stinkt.
En sindsdien is het onderwerp-Wolfowitz geen item meer in de Nederlandse media.
Het ergste hierbij is natuurlijk dat we in Nederland, anders dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten, geen kranten of tv-stations hebben die deze waardeloze journalistiek publiekelijk corrigeren en die doen wat ze moeten doen: de feiten onderzoeken, de juiste conclusies trekken en ook over je vijanden eerlijk berichten.
http://www.opinio.nu/node/239De waarheid, de hele waarheid en niets anders dan de waarheid.