Je hebt dus niets met je vaderlandse geschiedenis. Plaatsen als Leerdam, Oudewater, Schoonhoven en IJsselstein hebben duidelijk de kern van de middeleeuwse stad met centrumfunctie. Bronkhorst is meer een poppenhuisstadje. Niet voor niets heb je daar jaarlijks "Dickens in Bronkhorst".quote:Op vrijdag 9 oktober 2015 22:21 schreef Beathoven het volgende:
[..]
Als jij dat wilt, hou ik je niet tegen.
En als je selectief wilt zijn in materie waar geen harde definitie voor bestaat (alles meegewogen) dan is dat ook prima.
A city is a large and permanent human settlement.[1][2] Although there is no agreement on how a city is distinguished from a town in general English language meanings, many cities have a particular administrative, legal, or historical status based on local law.
Als je alleen het verkrijgen van stadsrechten als maatstaaf neemt dan is dat een vrij gedateerde methode. Die ook situaties als deze oplevert:
Hum (Italiaans: Colmo) is een gehucht op 400 meter hoogte op het Kroatische schiereiland Istrië. Met minder dan 30 inwoners en 12 huizen, maar wel met officieel de status van stad, wordt het genoemd als de kleinste stad ter wereld. Hum ligt vlak bij Roč; tussen Hum en Roč ligt een wandelroute met als onderwerp de geschiedenis van het Glagolitisch schrift.
Bronkhorst is een stadje gelegen aan de IJssel in de gemeente Bronckhorst in de Nederlandse provincie Gelderland. De in 2005 gevormde uitgestrekte Achterhoekse fusiegemeente heeft de naam aangenomen van dit stadje, dat slechts 157 inwoners telt.
Als ik alles opnieuw zou moeten doen in Nederland, zou ik de bestaande stadjes hun stadsrechten afnemen en gaan voor plaatsen met een nog te bepalen ondergrens aan inwoners. Volgens modernere "standaarden".
wsl is een keurig inzoomen, zelfs als je waasschijnlijk (waasschijlik?) zegt: waar schijn lijk.quote:Op dinsdag 6 oktober 2015 22:08 schreef lucky_m3 het volgende:
[..]
wss komt dat omdat wsl niet logisch is
Het is 'mei', maar 't zou een woordspeling van Gerard Cocks kunnen zijn over een verloren liefde.quote:Op zaterdag 10 oktober 2015 00:34 schreef Dr.Kloothommel het volgende:
Als kind hoorde ik Gerard Cox op de radio elke dag het volgende zingen:
't Is weer voorbij die mooie zomer
Die zomer die begon zo wat in mij
Dat vond ik raar. Waarom begon die zomer in hem?
Het duurde inderdaad jaren voordat ik het begreep.
Wat was het dan?quote:Op zaterdag 10 oktober 2015 00:38 schreef Dr.Kloothommel het volgende:
Ook over de volgende tekst van Lennaert Nijgh, gezongen door Boudewijn de Groot, heb ik jarenlang getwijfeld over wat hij nu kon bedoelen:
Nee, ik heb nog niets begrepen van je woorden,
ik heb mijn moed nog lang niet bij elkaar geraapt.
Ik weet zeker nu dat ik jou huilen hoorde,
je ligt naast me en je doet alsof je slaapt.
En ik weet dat jij als ik je aan wil raken,
kribbig afweert alsof ik een vreemde ben.
Ik ben bang voor jouw gezicht als wondwaken,
ik ben bang dat ik je dan niet eens meer ken.
En ik kan jouw lichaam in het donker naast me
bijna zien, ik ken er ieder plekje van.
Misschien zie ik je nooit meer en het verbaast me
dat ik nu zo kalm en helder denken kan.
Wondwaken - wat was dat? Het stond niet in het woordenboek en internet bestond nog niet op het op te zoeken.
Pas toen ik vele jaren later een boek kocht met alle nummers van Boudewijn de Groot las ik voor het eerst wat hij eigenlijk zong.
Daarvoor moet je nu meer leren dan alleen schrijven, rekenen en wat regelrechte beroepsvakken. Ik heb zelf ook te weinig geleerd op school (mijn oudste zus op dezelfde school leer meer, toen was het leven strenger) en kon het dus ook niet plaatsen. Duidelijk wel die koude meermin, maar niet de prins uit het water.quote:Op zaterdag 10 oktober 2015 00:48 schreef Dr.Kloothommel het volgende:
Een andere voor mij onbegrijpelijke tekst van Boudewijn de Groot was De Kinderballade:
Hij was twaalf, had rappe leden,
jongen uit de Hof van Eden,
als hij lachte, lachten luidkeels
alle leeuweriken mee.
Met zijn blikkering van tanden,
met zijn marmerbleke handen,
leek hij op een tere engel
uit een sierlijk bal masqué.
Hij kon klaterhelder zingen
en zijn haar rook naar seringen,
o, hij was een waterprins,
die in zijn pak van goudlamée
was ons tegen aan de zee.
Was ons tegen aan de zee....ik begreep er niets van.
Maar ik dacht dat het wel iets geheimzinnigs moest zijn, aangezien de gehele tekst een beetje een vreemde macabere sfeer had.
Voor de volledigheid nog even de rest van de tekst, nu zonder mijn denkfout in het couplet:
Zij was dertien, een gazelle,
en haar naam was Annabelle.
Annabelle noemden haar
zowel de hinde als het ree.
Met haar helderrode wangen,
met haar glinsterende spangen,
leek zij in haar gazen bruidsjurk
't meest nog op een toverfee.
Blauw waren haar vreemde ogen,
blauw, maar zonder mededogen.
O, ze was een kleine meermin
die maar net, van lieverlee
was ontstegen aan de zee.
Samen, in het ochtendgloren,
wandelden ze langs het koren.
Mild en zonder ze te storen
scheen het zonlicht naar benee.
En onder de roze stralen
kuste hij haar lippen dralend
en hij zei haar wonderwoorden;
zelfs het gras luisterde mee.
Op het horen van die woorden
week voor hen gedwee het koren
en het lispelde: "Wees welkom",
en bood doorgang aan de twee
zoals eens de Rode Zee,
Toen hij op geblaf van honden
dagen later werd gevonden,
lag de blanke prins geschonden
in het koren, zonder fee.
Met zijn dode, grote ogen
keek hij roerloos naar omhoog en
langzaam ritselde zijn bloed nog
uit een gruwelijke snee.
Niemand wist meer te vertellen
hoezeer kleine Annabelle
had gehouden van haar engel
uit het sierlijk bal masqué,
Maar nog altijd ruist de zee.
De rest kon ik dus prima verstaan, kan ik nu ook achteraf vaststellen.
Maar begrijpen? Eigenlijk nog steeds niet. Wie kan me helpen?
Hoe is die jongen nu om het leven gekomen en welke rol speelde Annabelle daarbij?
Met zulke teksten is het net als met sterrenkijken: vaak moet je er net langs kijken om ze te vinden. Dit soort teksten moet je soms letterlijk nemen en meestal zinnebeeldig. Net als Pastorale van Liesbeth List en Ramses Shaffy.quote:Het lied is een variant op de legende van de meermin (Sirenes, Loreley). Annabelle is een meermin die zielsveel houdt van haar waterprins, maar haar meedogenloze natuur niet kan verloochenen. Ondanks haar grote liefde voor hem moet ze letterlijk zijn hart stelen. De even lieflijke als gruwelijke meermin schuilt ook nu nog in de donkerten van het water; "En nog altijd ruist de zee".
Bedankt voor de verklaring!quote:Op zaterdag 10 oktober 2015 09:21 schreef Teslynd het volgende:
[..]
Daarvoor moet je nu meer leren dan alleen schrijven, rekenen en wat regelrechte beroepsvakken. Ik heb zelf ook te weinig geleerd op school (mijn oudste zus op dezelfde school leer meer, toen was het leven strenger) en kon het dus ook niet plaatsen. Duidelijk wel die koude meermin, maar niet de prins uit het water.
Kwam het net tegen op Wikipedia. Zonder die uitwijdingen op het land had ik het misschien kunnen plaatsen:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Kinderballade
[..]
Met zulke teksten is het net als met sterrenkijken: vaak moet je er net langs kijken om ze te vinden. Dit soort teksten moet je soms letterlijk nemen en meestal zinnebeeldig. Net als Pastorale van Liesbeth List en Ramses Shaffy.
Andere waterprins:
De witte prins op het paard zou een droomfiguur zijn met de witte schuimkoppen van de zee als paarden.
http://www.historischnieu(...)style-en-trends.htmlquote:Trends zijn van alle tijden. Deze keer: het conservenblik.
Iedereen die wel eens in een tentje heeft zitten prutsen om met zijn zakmes een familieblik spaghetti open te krijgen, weet hoe rampzalig dat is: oranje slaapzakken en overal sliertjes. Achteraf gezien lijkt het dan ook onbegrijpelijk dat de uitvinding van de blikopener pas ná die van het conservenblik kwam.
Een halve eeuw lang wás het niet anders. De Britse soldaten die in 1812 als eersten ten strijde trokken met blikvoer in hun ransel, gebruikten hun bajonetten, zakmessen, of geweervuur om de blikken open te krijgen. Dit ondanks de gebruiksaanwijzing, die luidde: 'Cut round the top near the outer edge with a chisel and hammer.'
Twee jaar eerder, in 1810, was het conservenblik uitgevonden door Peter Durand. De Brit wilde de conserveermethode van de Franse kok Nicolas Appert verbeteren. Die had ontdekt dat luchtdicht opgeborgen en verhit eten eindeloos goed bleef. Appert won er een wedstrijd mee die de Franse regering had uitgeschreven om de voedselvoorziening van het leger te verbeteren - een leger marcheert op zijn maag. Vijftien jaar had Appert over zijn uitvinding gedaan, en hij kreeg er 12.000 Franse francs voor.
Durand had voor zijn patent minder tijd nodig. Toch was zijn blik een echte verbetering op het glas waarin Appert het eten opborg. IJzer met een tinnen toplaag roestte niet en kon niet breken. Geen wonder dus dat overal ter wereld mensen iets zagen in zijn vondst. Ook buiten het leger.
Een van de enthousiaste gebruikers van het eerste uur was Otto von Koztebue, de eerste die in een Russisch schip rond de wereld voer. Von Kotzebue onderzocht in 1815 de noordoostelijke doorvaart naar de Oost en nam bergen blikken met vlees mee aan boord. Ook een van zijn opvolgers, sir William Edward Parry, maakte gretig gebruik van blikvoer op zijn twee noordpoolexpedities. Eén blik geroosterd kalf kwam ongeopend mee terug en werd bewaard in een museum. In 1938 konden wetenschappers zich niet bedwingen: het blik ging open. Het kalf bleek nog prima te eten. De kat die het vlees mocht testen ging er in elk geval niet dood van.
Expeditieleiders, goud- en gelukszoekers en uiteindelijk ook consumenten; iedereen was blij met het conservenblik. Er kleefde jarenlang maar één nadeel aan: het ging niet zo gemakkelijk open.
Had Durand bij zijn blikken niet meteen een blikopener kunnen uitvinden? Niet voor het materiaal waarvan zijn blikken waren gemaakt. Die waren groot, dik en zwaar; vaak wogen de lege blikken meer dan het voedsel dat erin zat. Je kwam er eenvoudigweg niet doorheen. Pas toen er in de jaren 1850 dunner staal kwam, werd het mogelijk de blikken met minder dan een hamer en beitel open te krijgen.
Zodoende kreeg de Amerikaanse uitvinder Ezra Warner in 1858, zo'n veertig jaar na de uitvinding van het blik, een patent op de allereerste blikopener. Het was een haakvormig mesje dat je met de punt door het blik stak, dat je vervolgens van onder naar boven wrikkend opensneed (sommige kampeerders zweren er nog bij, maar oranje slaapzakken zijn hiermee evenwel etc.). Het handige model dat iedereen nu nog in de keukenla heeft, het wieltje dat het blik opensnijdt langs de rand, werd in 1870 - ook in Amerika - gepatenteerd.
Dat is geen diepe coma, dan.quote:Op zaterdag 17 oktober 2015 22:53 schreef Jaimy_Luca het volgende:
Dat je in coma kan "liggen" en dat het net lijkt alsof je gewoon leeft. Dat je kan eten en drinken. Heel apart.
quote:Op zaterdag 17 oktober 2015 23:30 schreef Teslynd het volgende:
[..]
Prins Friso schijnt ook rechtop gezeten te hebben tijdens de comaperiode.
Je bedoelt iets anders: https://nl.wikipedia.org/wiki/Vegetatieve_toestandquote:Op zaterdag 17 oktober 2015 23:30 schreef Teslynd het volgende:
Prins Friso schijnt ook rechtop gezeten te hebben tijdens de comaperiode.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |