“Ik heb hem gewaarschuwd: ze zijn uw geld aan het opdoen”: Hilaire Van der Schueren over de teloorgang van ‘zijn’ Intermarché-Wanty
Tien jaar lang was Hilaire Van der Schueren (77) het gezicht van Intermarché-Wanty, een kleine maar fijne wielerploeg van de oude school. Vandaag ziet hij met pijn in het hart hoe ‘zijn’ team noodgedwongen moet fuseren met Lotto en hoe de rekeningen bloedrood kleuren. “Ik heb Jean-François Bourlart nochtans gewaarschuwd: ze zijn uw geld aan het opdoen. Voel jij dat niet?”
Wat staat er niet in de woonkamer van Hilaire Van der Schueren? Een jukebox, een wereldbol en nu ook een mattentaartje, pal voor onze neus. Twee jaar na zijn exit uit het wielrennen stelt de gastheer het prima, zo blijkt. “Ik ben recent nog op controle geweest voor mijn hart bij Maarten Van Caenegem, de arts die vroeger bij ons in de ploeg zat. Hij dacht dat ik op mijn leeftijd wel een stent zou nodig hebben, maar niks van. Alles in orde. Ik ben op dit moment perfect gezond.”
Over uw ex-ploeg Intermarché-Wanty kunnen we moeilijk hetzelfde zeggen.
“Drie miljoen euro schulden. Euro, hè. Drie miljoen Belgische frank kan je oplossen. Maar drie miljoen euro? Ik lees over de verkoop van het rollend materieel, maar de camions zijn op één na twintig jaar oud en het wagenpark is eigendom van de Steveny Groep. Ik weet echt niet wat ze gaan doen. De boel laten failliet gaan? Ik kan er met mijn verstand niet bij. CEO Jean-François Bourlart – JF zoals wij hem noemen – was er altijd zo fier op: hoe hij samen met Yves Lessens en Jean-Marc Rossignon de wielerclub van Ath uitgebouwd had tot een World Tour-team. En dat dan nu zo laten kapotgaan.”
Hoe is het budgettair zo kunnen ontsporen?
“Ik moet opletten met wat ik zeg, ik wil geen proces voor laster en eerroof, maar ik had JF gewaarschuwd. Word wakker, ze zijn uw geld aan het opdoen. Voel jij dat niet? Een voorbeeld: vind jij het normaal dat een ploeg die geen geld heeft in december op trainingskamp gaat naar Albir met honderd man? Weet je wat dat kost? De hele opleidingsploeg was mee. In januari, tot daar. Maar in december? Als je dat kan betalen: prima. Maar wij konden dat niet. Jean-François heeft dat te veel op zijn beloop gelaten. Als ik hem daarop wees, was het antwoord: ‘We moeten professionaliseren.’ Ik ben akkoord, maar alleen als je daar het geld voor hebt.”
U komt uit een familie van boeren. Daar zeggen ze: zaaien naar de zak.
“Voilà. Het klopt bijvoorbeeld dat we als ploeg een achterstand hadden als het over voeding gaat. Ik was me daar al van bewust en had ook graag pakweg drie diëtisten gehaald. Maar die konden wij niet betalen. Dus lieten we op stage een keer Stephanie Scheirlynck komen. Renners kregen de boodschap: ‘Wie wil, kan op eigen kosten een beroep op haar doen.’ Niet ideaal, dat weet ik ook, maar wat moet je doen als je geen geld hebt?”
U werkte bij Intermarché van 2014 tot eind 2023: klopten de rekeningen op dat moment wel nog?
“Ik denk dat we op dat moment elk jaar misschien 100.000 euro te kort hadden. Bedragen die je kon recupereren. Je moet weten: ik ben in 2014 bij Wanty gekomen op een moment dat er niet genoeg geld was om een ploeg te maken. Ik heb met Collstrop, B&R en later Tormans een klein miljoen aangebracht. Nooit heb ik daar een procent van gekregen, laat staan om gevraagd. En in mijn eerste jaar heb ik zelfs gezegd: er is geen geld, dus mij moet je niet betalen. Echt waar.”
“Ik heb de ploeg mee op de kaart gezet. Ik heb Jean-François en de mensen van Wanty geïntroduceerd bij de ASO, waarna we in 2017 naar de Tour konden. Ik heb zeker niks alleen gedaan, maar ik mag wel zeggen dat de Wanty-ploeg ook een beetje mijn ploeg is. Ik heb er zoveel energie in gestopt. Daarom doet het pijn om ze nu richting afgrond te zien gaan.”
Met permissie: u heeft veel verdiensten voor Intermarché, maar u stond ook wel heel erg voor het oude wielrennen. Is het niet logisch dat een team het een keer op een andere manier wil proberen?
“Akkoord, ik was het oude wielrennen. Sowieso al door mijn leeftijd. Maar ik stond zeker open voor nieuwe ideeën. Alleen moeten het dan wel goeie en haalbare ideeën zijn. Nog eens: met honderd man op stage in december. Dat doe je niet als je geen geld hebt.”
De rekeningen kleuren rood, maar sportief was het voorbije jaar ook niet goed met amper vier overwinningen.
“Dat begrijp ik ook niet. Als je ziet welke renners nog altijd voor de ploeg reden. Gerben Thijssen, dat is toch een coureur? Arne Marit moet voor Intermarché-Wanty ook waardevol zijn, maar welk programma krijgt die jongen? Lorenzo Rota wint twee jaar op rij geen enkele koers. Mocht Valerio Piva nog ploegleider zijn, gebeurt dat nooit. Maar je moet weten hoe je hem aanpakt. Hetzelfde met Biniam: hem mag je ook niet te veel zijn zin laten doen. Maar nu is Bini baas.”
“Ik snap de tactiek in de volgwagen niet. Er is met mij gelachen omdat ik destijds in de Tour Andrea Pasqualon én Timothy Dupont allebei liet sprinten. Maar zo stonden we wel op het podium voor het ploegenklassement. Met een ploegje waarin Guillaume Martin met 100.000 euro onze duurste renner was. Al de rest reed aan 50.000 euro. Nu is het alles op één man. Ik begrijp dat je Biniam moet beschermen, logisch natuurlijk, maar toch niet met zes man? Hoe vaak zie je nog een renner van Intermarché-Wanty meegaan in een ontsnapping?”
Het zit u duidelijk hoog.
“Ja. Logisch toch, als je ziet vanwaar we komen met onze ploeg. In 2016 winnen we de Amstel met Enrico Gasparotto. In 2022 Gent-Wevelgem met Biniam Girmay. Dat jaar eindigt Quinten Hermans tweede in Luik-Bastenaken-Luik. Rota is ook nog een keer vierde geworden in de Clasica San Sebastian. Zonder valpartij had hij daar waarschijnlijk zelfs gewonnen.”
“We hadden een fantastische crossploeg met Quinten, met Mieleke (Emiel, red.) Verstrynge en Joran Wyseure. De medische staf met Joost De Maeseneer, Ruben De Gendt, Maarten Van Caenegem en Piet Daneels was de beste van België. Zij zijn allemaal opgestapt uit onvrede met de mensen die het nu sportief voor het zeggen hebben in de ploeg. Dat gaat over afspraken die niet zijn nagekomen, ook financiële. Sinds mijn vertrek hebben meer dan twintig personeelsleden de ploeg verlaten. Het is een drama, jong.”
De fusie tussen Lotto en Intermarché-Wanty is duidelijk uit nood geboren, maar gelooft u dat het desondanks een succesverhaal kan worden?
“Bij de fusie ben ik zelf niet betrokken, maar mijn telefoon staat niet stil. Veel van de mensen met wie ik heb gewerkt, weten vandaag niet waar ze aan toe zijn. Er gebeuren vreemde dingen: mecaniciens als Nick Mondelaers of Jeanick Verstraete die eerst moeten vertrekken en drie weken later telefoon krijgen met de vraag om alstublieft terug te keren. Ook niet logisch: Intermarché-Wanty wil geld van Visma-Lease a Bike voor de overstap van Louis Barré, maar Arne Marit en Gerben Thijssen, die ook een lopend contract hadden, mogen wel gratis vertrekken?”
“En wat me nog het minst vertrouwen geeft: ik zie dat dezelfde mensen die het geld hebben opgemaakt nu als eersten mee de overstap maken. Waarbij ik wil opmerken dat ik Jean-François wel een capabele manager vind met wie ik altijd een goeie band heb gehad. Zijn systeem van de businessclub heeft ons jaren mee overeind gehouden. Hij heeft mij begin 2023 ook aan boord gehouden bij de ploeg, toen andere mensen mij al buiten wilden. JF heeft ervoor gezorgd dat ik dat jaar nog kon uitdoen, waardoor ik nu kan zeggen dat ik vijftig jaar ploegleider ben geweest.”
U was inderdaad vijftig jaar ploegleider, maar bent dat ondertussen al twee jaar niet meer. Hoe moeilijk is dat?
“Iedereen vraagt mij dat: ‘Hilaire, mis je de koers niet?’ Neen, helemaal niet.”
Mogen we dat met een korrel zout nemen?
“Echt waar. ’s Avonds in de bar van het hotel een pint drinken met het personeel, dat mis ik soms. Maar verder? Ik ben op mijn 75ste gestopt, niet op mijn 65ste. Dat maakt al een groot verschil. In de koers heb ik alles gezien en alles gedaan. Ik zit zolang in de koers dat ik met het hele huidige peloton ploegleiders een band heb. Soms krijg ik telefoon van mijn poulains Marco Marcato of Borut Bozic, die nu ploegleider zijn bij UAE en Bahrain. In kleinere koersen waar ze alleen in de volgwagen zitten, vragen ze soms of ik niet wil meerijden. Ik houd dat af. Ik zou het gevoel hebben dat ik mensen voor de voeten loop. Al zeg ik het zelf: op de koers had ik altijd de touwtjes in handen, ik wil daar nu niet rondhangen zonder echte rol.”
U werkt nu fulltime op uw boerderij?
“Niet fulltime, maar ik heb nog altijd zestien koeien, dus er is altijd werk. Onlangs hebben we nog de afsluiting van de weide helemaal vervangen. Stilzitten is niet aan mij besteed. Ik kijk graag in mijn zetel naar de koers of naar het voetbal. DAZN zendt niet veel uit dat ik niet heb gezien. Maar ik moet ook naar buiten kunnen. Ik heb een bos van vijf hectare, dat ook altijd onderhoud vraagt. Als er een boom omgevallen is, ruim ik die zelf op. Botten aan en in stukken zagen. Helemaal stilvallen, dat gaat niet rap gebeuren.” (lacht)
![4qdIJHV.jpeg]()
![YJtjrVr.jpeg]()