quote:
Daar heb je gelijk in, dus zal ik me verduidelijken.
De mate waarin de discussie over de wenselijkheid en onwenselijkheid van meervoudige nationaliteiten in de diverse topics hier, op andere fora en in de media wordt gevoerd zegt mij, dat een groot deel van de bevolking aanvoelt dat de specifieke wetgeving hieromtrent een uitwerking heeft die zij niet als wenselijk acht en daarvoor graag de politiek een zo goed mogelijke voorzorgen ziet te nemen die in elk geval de schijn van dubbele loyaliteit vermijdt. Dat is vooral ook in het belang van de legitimiteit en geloofwaardigheid van de bewindspersoon zelf.
Echter lijkt het politiek-correct denken een taboe op de discussie te willen leggen door de argumenten tegen meervoudige nationaliteit, die deels voortkomen uit het randgebeuren in deze discussie dat de hoofdrol opeiste, de motie van PVV bij monde van Fritsma, neer te sabelen. Althans, deze teneur ervaar ik op dit forum expliciet.
Sowieso is het onbegrijpelijk dat de PVV consequenties verbond aan het wetsvoorstel van Verdonk, omdat de nieuwe Kamer(samenstelling) deze materie anders benaderde dan tijdens de indiening van de motie Sterk. Dat bleek al uit het amendement van de Christenunie toen het wetsvoorstel werd behandeld.
Bijgevolg is dat het debat over meervoudige nationaliteiten is verzand in een spastische discussie over de definitie van loyaliteit en worden onder andere prinses Maximá en Koningin Beatrix in de discussie opgevoerd om een zo groot mogelijk smorend effect te bereiken.
Voorts wordt ook aangedragen dat de eed, die bewindspersonen moeten afleggen, voldoende moet zijn voor vertrouwen tot het tegendeel bewezen is. Hoe anders was dat bij de boer Veerman die bij de aanvang van zijn ministerschap formeel ophield boer te zijn. Daar was, als in alle gevallen van bewindspersonen met een groot vermogen of een eigen bedrijf, ‘vertrouwen tot het tegendeel is bewezen’ bepaald onvoldoende.
Ook om de reden dat burgers met dubbele paspoorten onder twee rechtsstelsels vallen is het debat over de wenselijkheid en onwenselijkheid van meervoudige nationaliteiten een legitieme politieke aangelegenheid. Daarom wordt dit zowel in Duitsland als in Nederland ontmoedigd.
Verder hebben in Amerika en Israël inwoners met dubbele identiteiten geen toegang tot alle functies en moest Prins Bernhard in 1937 afstand doen van zijn Duitse nationaliteit om met Juliana te trouwen.
Regeringen gebruiken de dubbele nationaliteit om greep te houden op hun gemigreerde burgers, zoals al bleek uit berichtgeving over Tweede Kamerlid van de PvdA Khadija Arib.
Het is eigenlijk een misstand dat landen migranten onmogelijk maken hun oorspronkelijke nationaliteit op te geven.
Overigens uit hoofdstuk IV van de wet op de Marokkaanse nationaliteit blijkt duidelijk dat men de Marokkaanse nationaliteit wel kan opgeven:
http://www.mincom.gov.ma/french/generalites/orga_eta/statut.htmlAls het landsbelang in het spel is, dient er geen twijfel te bestaan aan de loyaliteit, en die twijfel zal, al dan niet terecht, altijd een rol blijven spelen bij personen met een meervoudige nationaliteit.
Ook al zou elke tegenstander van de meervoudige nationaliteit worden gediskwalificeerd dan nog zullen de bezwaren blijven bestaan. Het sentiment van een groot deel van de bevolking dient dan ook serieus genomen te worden, niet in de laatste plaats door alle argumenten te benoemen die vóór meervoudige nationaliteit bepleiten. Nu wordt er vooral geconcentreerd om de argumenten tegen te marginaliseren (je bent dan immers in hetzelfde kamp als de PVV en Wilders).
Echter in het geval van gezagsdragers mag de vraag gesteld worden hoe het feit dat een persoon onder een vreemd rechtsstelsel valt het landsbelang dient.
Het is zeker geen privézaak die niemand wat aangaat. De carrière van individuele politici en hun wens om rechten en plichten tegenover een vreemde mogendheid te behouden is totaal niet van belang. De vraag is niet ‘waarom niet?’, maar de vraag moet zijn; ‘hoe dient die dubbele nationaliteit van regeringsleden het Nederlandse volk?’
Het debat is terecht, maar dient zuiver gevoerd te worden door de pro’s en contra’s te wisselen en te wegen met als doel solide wetgeving.