EINDELIJK VERLOST VAN LEIDERSCHAP
AMSTERDAM - De jeugd van tegenwoordig, zo verzuchtte Hedwiges Maduro (21) dik een jaar geleden... ....wordt veel te veel verwend. ,,Als er vroeger afwas stond, dacht ik: dat doe ik wel even. Veel jongens van nu zouden het gewoon laten staan. Zo van, dat lossen mijn ouders wel op.’’
Maduro is geen jongen die zijn schouders ophaalt en wegloopt. De voetballer had amper zijn debuut gemaakt in Ajax 1, of hij ontfermde zich in het veld over zijn worstelende ploeggenoten. Geef mij die bal maar, zei Maduro, alsof híj de routinier was.
,,Nu zie ik wel dat het geen normale situatie was,’’ aldus Maduro. ,,Als Jaap Stam nu zegt dat hij dat mannetje wel overneemt, is dat een prettig gevoel. Zo hoort het ook te gaan, eigenlijk. Maar doordat de balans er lang niet was bij Ajax, moesten jonge spelers de verantwoordelijkheid nemen. Dat deed ik, want in de jeugd deed ik dat ook.’’
Het kon niet eeuwig goed blijven gaan. Jonge voetballers horen te bloeien in een ploeg die stáát, Maduro moest de boel zelf overeind trekken. Afgelopen seizoen speelde de middenvelder soms voor vier verdedigers die allemaal nog jonger waren dan hij.
,,Ik was soms meer met het team bezig dan met mezelf. Niet dat ik dat erg vind hoor, het zit ook wel een beetje in me. Maar toch.’’
De Ajacied kwam amper kijken, of hij werd al vergeleken met Rijkaard, Socrates en Beckenbauer. Maduro straalde een uniek soort rust en stabiliteit uit, kwijlden de critici. De voetballer waarschuwde zichzelf voor de instabiliteit van het voetstuk.
,,Toen het zo snel ging met me, wist ik al dat het niet altijd goed kon blijven gaan,’’ aldus Maduro. ,,Ik heb dat ook steeds tegen mezelf gezegd. Daardoor kon ik alle lof ook vrij goed relativeren. Natuurlijk is het leuk als mensen positief over je zijn. Maar geen enkele voetballer presteert zijn hele carrière lang goed.’’
Maduro nam zich direct na zijn doorbraak voor om dicht bij zichzelf te blijven. De Ajacied is een evenwichtig mens, opgegroeid in een stabiel Almeers gezin. ,,Nederigheid en respect zijn heel belangrijk geweest in mijn opvoeding. Mijn vader en moeder hebben daar altijd op gehamerd. Ik denk niet dat ik de laatste anderhalf jaar een andere persoon ben geworden. Natuurlijk maak je een ontwikkeling door. Ik woon nu samen met mijn vriendin en niet meer bij mijn ouders. Je léért naarmate je ouder wordt. Maar in de kern ben ik volgens mij hetzelfde als toen niemand me nog kende. Ik vind dat belangrijk.’’
De dip waar hij nu langzaam uitkrabbelt, kan hij plaatsen. ,,In het begin gaat alles vanzelf. Mensen verwachten nog niets van je, vinden alles goed wat je doet. Als het dan wat minder vanzelf gaat, ga je nadenken. Voetbal wordt moeilijker. Dat is niet erg, als je maar vertrouwen houdt in jezelf. Dat heb ik altijd gehouden.
,,Je leert van iedere fase in je carrière, ook de moeilijke. Ik merk nu dat ik weer dichter naar mijn oude niveau groei. Op trainingen gaan dingen weer wat meer vanzelf.’’
De tank raakt bovendien weer vol, dat scheelt. Deze zomer had hij voor het eerst sinds jaren echt vakantie. Maduro bezocht Aruba, de geboortegrond van zijn vader. ,,Toen ik aankwam met mijn vriendin, stonden de fotografen en cameraploegen ons op te wachten op het vliegveld,’’ vertelt Maduro. ,,Iedereen kent me op Aruba. ik heb wel meteen gezegd dat ik in de eerste plaats voor mijn rust was gekomen. Dat werd gerespecteerd, ik heb een mooie tijd gehad.
,,Mijn laatste echte vakantie was alweer een jaar of vier geleden, als eer stejaars A-junior. Daarna heb ik iedere zomer een toernooi gespeeld, bij onder 20 en het Nederlands elftal. En dan was er nog de voorronde van de Champions League, waardoor ik snel in topconditie moest zijn. Dat ik vorige week wat extra rust kreeg in die interlandweek, was wel prettig.
,,Afgelopen seizoen was ik in de laatste fase van de competitie echt helemaal op, leeg. Met de bekerwedstrijd tegen Roda JC als dieptepunt. Toen mislukte alles.’’
Op het WK in Duitsland speelde hij maar vijf minuten. ,,Maar het was al een voorrecht er bij te zijn. Ik heb er veel geleerd.’’ Bondscoach Marco van Basten en Ajax-trainer Henk ten Cate houden hem dezelfde spiegel voor. ,,Als ik écht goed wil worden, een wereldtopper, moet ik harder worden, gemener. Ik moet in de duels af en toe bal én man meenemen. Ten Cate is veel met me bezig. Ik voel dat hij vertrouwen in mij heeft. Hij kan hard zijn. Hij probeert me te raken, of boos te maken. Dat is niet erg. Ik heb dat nodig.’’
www.ad.nl