quote:
Eindredacteur Harmen Roeland was dit jaar na de verslaggevers Kees Boonman en Paul Grijpma, hoofdredacteur Nico Haasbroek en correspondent Bert Tigchelaar de zoveelste bekende naam die bij het Journaal verdween. Dinsdagochtend 16 april. Roeland wordt in een drie minuten durend gesprek te verstaan gegeven dat hij weg moet. De ´onderkoning van Friesland´, zoals Roeland ook wel werd genoemd vanwege zijn frequente verslaggeving vanuit het noorden des lands: „Ik zei: dan ga ik maar, na bijna 30 jaar, goedemiddag. Op weg naar huis voelde ik een bevrijdend gevoel, alsof kilo´s ballast van mijn rug vielen, heerlijk.”
De voormalige sterverslaggever is op dat moment eindredacteur van de ochtendbulletins van de publieke omroep en niet zonder succes: onder Roelands leiding vervijfvoudigden de kijkcijfers van de vroege Journaals, die niet langer een kopie zijn van het late avondnieuws van de vorige dag. Amper twee jaar voordat Roeland ´exit´ is, noemt toenmalig hoofdredacteur Nico Haasbroek hem tijdens zijn 25jarig jubileum, uiteraard in Friesland, nog één van de vijf markantste verslaggevers in de geschiedenis van het NOS Journaal. Tal van prominenten, onder wie VVD-coryfee Hans Wiegel, heffen het glas op Roeland.
Huidig hoofdredacteur Hans Laroes ontkent niet dat Roeland veel heeft betekend voor de ochtendbulletins. „Allleen stelde hij zich steeds meer op alsof de hele wereld gek was behalve hijzelf. Je moet je collega´s met enig respect behandelen, ook als ze het misschien niet helemaal goed doen.”
Haat
Hoe dan ook, voor Roeland komt het ontslag niet helemaal als een complete verrassing. Sinds Laroes het voor het zeggen heeft bij het Journaal, woedt er achter de schermen een soort loopgravenoorlog tussen die twee. Roeland: „Laroes heeft mij altijd laten merken me niet te zien zitten. Een secretaresse kreeg zelfs de opdracht alle reportagesouvenirs van mij op de redactie in een vuilniscontainer te gooien. Het geeft aan welke enorme haat deze man tegen mij heeft.” Laroes: „Pertinent onjuist, ik heb niets weg laten gooien. Overigens heeft de redactiecommissie erop aangedrongen in te grijpen. Mijns inziens is er geen sprake van haat.”
Maar het gevecht tussen de twee kent ook een politieke achtergrond. Roeland heeft nooit onder stoelen of banken gestoken dat het nieuwsinstituut naar zijn smaak wat te veel naar links helt; wat minder over bakboord zou bij het Journaal wel mogen, om in Roelands termen te blijven. Het schiet hem volgens diverse collega´s dan ook helemaal in het verkeerde keelgat als Laroes hem in het heetst van de ´Fortuyn-verkiezingsstrijd´ ´s avonds belt met de opdracht in het ochtendbulletin geen aandacht te besteden aan onthullingen over het privé-leven van een prominente linkse politicus. Er zouden onthullingen op komst zijn over diens vermeende voorliefde voor SM-seks.
Daarnaast bestaat het vermoeden dat voormalig parlementair redacteur Hans Laroes wat al te nauwe banden heeft met Ad Melkert. „Het is één links complot, op de achtergrond spelen grote belangen. Er bestonden ten tij de van de verkiezingen vergaande afspraken met de PvdA”, zegt een voormalig Journaal-redacteur die niet met zijn naam in de krant wil.
Op zijn kantoor reageert Laroes als door een wesp gestoken. „Onzin. Ik heb Melkert één keer gezien sinds ik weg ben uit Den Haag en dat was tijdens een voetbalwedstrijd in de Arena.”
Over de opdracht geen aandacht te besteden aan ´SM-onthullingen´ overeen prominente linkse politicus, zegt Laroes: „Ik heb Roeland inderdaad gebeid met de mededeling er niets mee te doen, want die waren afkomstig uit een derderangs bron. Iedereen die aantoont dat er sprake is van politieke inmenging, krijgt een krat champagne.”
Maar een oud-Journaal-medewerker zegt dat er wel degelijk sprake is van politieke kleuring bij de staatsomroep: „Journalisten hebben een hekel aan het CDA, óók bij het Journaal. Het NOS Journaal kiest voor mensen die onderop liggen.”
Diezelfde medewerker verbaasde zich dan ook over de speciale dienstopdracht die de leiding meegaf aan verslaggever Paul Grijpma toen deze naar Italië ging om een reportage te maken over de aldaar voor de eerste Golfoorlog gestationeerde luchtmachtpiloten: „Maak er geen helden van!” Hoezo objectief?
Anti-Amerikaans
Een voormalig Journaal-redacteur voegt daar nog aan toe: „Jonge redacteuren zijn anti-Amerikaans. Vanuit die stellingname wordt geredeneerd. De recente Irak-oorlog vonden ze op de redactie maar niets. De jonge garde leest nauwelijks nog kranten en als ze er een lezen, is het de Volkskrant. En dan nog slecht ook.”
De linkse kleuring van de Journaal-redactie lijkt te worden versterkt door een schaduwverkiezing die vorig jaar op de redactie is gehouden. De uitkomst geeft een aardig beeld van de politieke voorkeuren van de medewerkers van het nieuwsinstituut: de grootste partij is PvdA (48 procent), GroenLinks tweede (20 procent). De VVD krijgt 5 procent van de stemmen en de LPF slechts eentje.
Laroes kan de uitslag niet meer boven water krijgen, maar verbaast zich niet over de genoemde cijfers.
„Het zou kunnen, maar dit betekent alleen iets als je je bij het maken van nieuwskeuzes erdoor zou laten leiden. En dat is niet het geval.”
De hoofdredacteur erkent dat de journalistiek in het algemeen – het Journaal niet uitgezonderd – een linkse traditie heeft. Sinds het verschijnen van het rapport ´Ten Aanval´ vorig jaar, waarin Laroes een nieuwe koers uitzet voor het Journaal, probeert hij de harde schijf van de Journaal-redacteuren te herprogrammeren. Zelf heeft hij het overigens liever over „een andere manier van denken”.
Sympathieker
De Journaal-baas: „De NOS staat in zijn algemeenheid iets sympathieker tegenover GroenLinks dan de LPF. Bossen zijn leuker dan snelwegen, links is links en rechts is al snel extreemrechts. Ook bij het Journaal hebben we wel eens de neiging bijstandsfraudeurs zieliger te vinden dan accountants die de boel oplichten. Ik denk dat we bij het Journaal vluchtelingen wat zieliger vinden dan de mensen in de oude stadswijken, in ieder geval een jaar geleden nog, voor het verschijnen van ´Ten Aanval´. Het NOS Journaal moet het hele spectrum overzien. Het Journaal moet minder ´nou en´- en meer ´o ja´-verhalen brengen, items die prikkelen. Geen revolutie, maar evolutie.
De linkse signatuur van het Journaal wordt pijnlijk blootgelegd door de opkomst van het politieke fenomeen Pim Fortuyn. De Rotterdamse recht-voor-zijn-raap professor vormt een splijtzwam op de Journaal-redactie en luidt in feite het vertrek in van toenmalig hoofdredacteur Nico Haasbroek. Redacteuren die erop hameren dat er meer aandacht moet worden besteed aan Fortuyn, snoert Laroes volgens ex-verslaggevers de mond. „Hij had hele korte zinnen”, zo zegt een betrokkene. „Tijdens redactievergaderingen werd je afgeserveerd als je over Fortuyn begon.” Laroes: „Dit is volstrekt niet de werkelijkheid. We zijn niet voor niets als eersten naar Rotterdam gegaan, nog voor Fortuyn daar zijn overwinning moest behalen.”
De grootste misser kan op rekening van Den Haag-verslaggever Job Frieszo worden bijgeschreven. Frieszo toont tijdens de uitzending het partijprogramma van de Centrum Democraten om aan te tonen dat deze partij op een aantal punten hetzelfde zegt als Pim Fortuyn. Alle uitleg achteraf ten spijt, veel mensen schiet dat in het verkeerde keelgat, inclusief toenmalig hoofdredacteur Nico Haasbroek. De opmerkingen die hij over Frieszo maakt in het BNN-programma Storing, kosten hem uiteindelijk de kop.
Harmen Roeland: „Bijna iedereen op de redactie vond het optreden van Frieszo prima. Ik vond het schandelijk. Nico Haasbroek kwam alleen te staan in zijn kritiek op Job Frieszo.” Bernard Tomlow, advocaat in Utrecht en juridische ´coach´ van verschillende Journaal-medewerkers, volgt de redactievloer al vanaf begin jaren tachtig. Namens diverse Journaal-medewerkers kruiste hij de degens met de Journaal-leiding.
Tomlow: „Nu ben ik echt geen Fortuynist, maar hoe het NOS Journaal hem heeft behandeld, kan echt niet. Ze hebben hem gedemoniseerd. Meneer Frieszo stond concluderend te bekritiseren. Ze keken niet naar de feiten. Frieszo deed aan beeldvorming, inkleuring. Dat is iets heel anders dan een kritische houding. Had het Journaal naar de feiten gezocht, dan had het de grieven gevonden van de blanken in de oude wijken van de grote steden. Waarom is dat niet opgepakt? Dat heeft alles te maken met de leiding en de cultuur die er heerst: er worden politieke spelletjes gespeeld en de eigen posities zijn belangrijker dan het product.”
In dezelfde BNN-uitzending waarin Haasbroek Job Frieszo afvalt, suggereert de hoofdredacteur bovendien dat de RVD soms de berichtgeving van het Journaal regisseert. Zo van: wij moeten wel, want we zijn een staatsomroep; de RVD belt ons en dan ´ploep´ is het in de uitzending. Laroes: „Dat is niet zo en zelfs al zou het zo zijn, dan mag je dat nog niet zeggen.” Het is de bekende druppel. Haasbroek heeft de Journaal-redactie al op 6 mei in de gordijnen gekregen door na de moord op Fortuyn niet naar de redactie te komen, maar naar het huis van de vermoorde politicus in Rotterdam te gaan. Tot overmaat van ramp is Haasbroek huilend bij concurrent RTL Nieuws te zien. De Journaal-redactie kijkt verbijsterd naar de beeldbuis. De hoofdredacteur ontbreekt vaker op belangrijke momenten. Een redacteur vertelt: „Ik weet nog dat hij tijdens een redactievergadering een item inbracht dat moest worden gecoverd voor het Acht Uur Journaal. Iedereen werd stil. Totdat de eindredacteur zei: Nico, dat hebben we gisteravond uitgezonden. Haasbroek keek zelf niet naar het Journaal...”
Kleine jongens
„Ondertussen behandelde hij ons als kleine jongens”, zegt Laroes. „Wij hadden als hoofdredactie geen vertrouwen meer in de wijze waarop Haasbroek opereerde. In diezelfde tijd zei ook de Haagse redactie het vertrouwen in hem op. Maar dat was niet meer nodig: dat hadden wij al gedaan.”
De onderlinge vetes bij het Journaal kosten nog meer prominenten de kop. Behalve Roeland en Haasbroek verdwijnen ook de vertrouwde gezichten van Paul Grijpma, Kees Boonman en Bert Tigchelaar van de buis. Hoewel Laroes zich er niet verantwoordelijk voor voelt (ze vertrokken vóór de machtswisseling), wil hij over reporter Paul Grijpma nog wel even kwijt: „Met Paul win je geen oorlog, als je zou rondbellen, vind je weinig mensen die zeggen dat Paul een prominent verslaggever van het Journaal was.”
Zomer 2002 verlaat Duitsland-correspondent Bert Tigchelaar onvrijwillig zijn post in Berlijn. Tigchelaar woont tegenwoordig in een boerderijtje in het oosten des lands. Bitter zegt hij: „De hoofdredactie heeft mijn contract eenzijdig beëindigd, zonder steekhoudende argumenten te noemen. De werkelijke reden is mij niet bekend.” De zittende hoofdredactie houdt het maar op ´onverenigbaarheid van karakters tussen hoofdredacteur (Haasbroek) en correspondent (Tigchelaar)´.
Angstklimaat
Juridisch coach Bernard Tomlow adviseert Journaalmedewerkers op de achtergrond. Namen kan en wil hij niet noemen, want daarvoor ligt zijn werk te gevoelig. Tomlow haalt fel uit: Het Journaal gedraagt zich arbeidsrechtelijk onder de maat. Medewerkers worden ingezet om anderen eruit te werken onder het mom van ´je hebt geen draagvlak meer´. Het NOS Journaal stelt feiten die er niet zijn: zo wordt achteraf gezegd dat een bepaalde verslaggever al heel lang een probleem was, zonder dat dit ooit aan betrokkene is medegedeeld. Laroes creëert een angstklimaat en houdt alleen de jaknikkers over. Daardoor holt de kwaliteit achteruit.
Laroes haalt de schouders op bij de kritiek van Tomlow.Hij is een lawaaierige lefadvocaat waar ik wel om moet lachen.
Maar hij heeft er geen moer verstand van. Volgens mij heeft hij maar één zaak gedaan en dat was die van Grijpma. Laat ze lekker samen in een Utrechtse kroeg gaan zitten en dan zijn ze het vast heel snel eens.;
Lokale cameramensen, de zogenaamde ´videocorrespondenten´, klagen dat het nieuws met grote regelmaat wordt gemist, omdat ´Hilversum´ de incidenten niet op de juiste waarde inschat.
Er zitten daar schoolverlaters die de ene fout na de andere maken. Over binnenlands nieuws wordt vaak laatdunkend gedaan zegt een van hen. Schrijnend is het voorbeeld dat een medewerker geeft over een ontsnappingspoging met een helikopter uit gevangenis De Geerhorst in Sittard. De heli stortte neer op de binnenplaats van de gevangenis en brandde uit, de piloot kwam om. De correspondent die de redactie in Hilversum verwittigt, krijgt te horen dat het geen nieuws is. Er stort elke dag wel ergens een helikopter neer. We zijn hier verdomme Hart van Nederland niet
Laroes denkt niet dat er op korte termijn nog meer mensen van de buis worden gehaald. Tomlow daarentegen: Als ik naar het Acht Uur Journaal kijk, moet ik onwillekeurig denken: hoe lang zit jij er nog ?