abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_38354066
Dank michel
DD: In principe ben ik het met je eens dat de productie een album kan maken of breken, rationeel gezien zelfs ook in dit geval, maar ergens blijkt iets te zitten dat gewoon niet zo werkt, wat mij betreft. Heel raar. Ben benieuwd wie over een half jaar gewonnen blijkt te hebben, gevoel of verstand.
pi_38379908
Bij Pergola was dat je gevoel toch?

Zal zelf binnenkort even Mercelis, Ron Sexsmith en Fiery Furnaces gaan doen. Adem moet ook nog wel.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_38498991
quote:
MERCELIS - Western Union (BANG!)

Jeff Mercelis is een Belg die begin jaren negentig deelnemer was aan dezelfde HUMO Rock Rally als het inmiddels wereldberoemde dEUS. Ook Joost Zweegers, bekend van Novastar, deed toen mee. Het leverde Mercelis lof op en vier jaar later maakte hij de plaat The Hopes And Dreams Of A Drunk Punk, die in eigen land goede kritieken kreeg. Een plaat die ik persoonlijk niet ken en ik vermoed dat ik daar lang niet de enige in ben. Zeker niet omdat het daarna doodstil werd rond Mercelis.

En nu, nu is hij daar ineens weer. Veertien jaar ouder dan destijds, toen hij op velen meer indruk maakte dan bijvoorbeeld Tom Barman. Nu is het dan tijd om die belofte definitief in te lossen. Mercelis nam alles op in een studio in Brussel, met hulp van producer Kris Dane. Hij doet alles zelf, slechts één keer krijgt hij hulp van ene Manu Low. Zijn aanpak is akelig lo-fi, haast ongekend voor Vlaamse begrippen.

Daardoor klinkt alles bijzonder direct. Mercelis heeft alle opsmuk verwijderd van zijn songs en legt in tien juweeltjes zijn ziel bloot. Een getormenteerde ziel, als de teksten autobiografisch zijn. Wellicht het resultaat van tien jaar volledig uit beeld zijn in de muziekwereld, maar evengoed kan het leven zelf zijn sporen hebben nagelaten. Zijn manier van zingen is beklemmend en klinkt op sommige momenten gekweld. Slechts in het titelnummer is dat iets anders, dan klinkt Mercelis een beetje als Björn Eriksson op diens eerste plaat met Maxon Blewitt. Het is een beetje een vreemde eend in de bijt, ook al omdat het liedje het meest "af" is op dit album. De rest klinkt vaak krakerig, alsof de breekbare productie elk moment uit elkaar kan barsten.

Qua zang dringt de vergelijking met Daan Stuyven zich op, waardoor een nummer als The Main House evengoed van Dead Man Ray had kunnen zijn. Het is een naam die vaker onbewust opduikt, evenals die van Pascal Deweze en dan vooral diens werk als Sukilove. Mercelis is echter volstrekt uniek als zowel zanger als songsmid, zo bewijst hij op Western Union. Het idioot hoge niveau van het album doet per noot meer verwonderen waarom we zo lang niets van deze man hebben gehoord.

De perfect opgebouwde spanning in A Straight Line, waar Mercelis klinkt als een geschifte huurmoordenaar over een rammelende ritmebox, het dreinende Muddy Waters, de als ballad te betitelen nummers High en Heart... Om maar te zwijgen over het vast als liefdesliedje bedoelde Blossom, dat echter eerder uitnodigt tot ophanging aan een kale herfstboom. Of Precious, te mooi om in woorden te vangen. Mercelis slaagt er zelfs in om That'll Be The Day van Buddy Holly op een originele manier te coveren, namelijk eenzaam en alleen op een akoestische gitaar.

Eenmaal aanbeland bij de schitterende pianovegen die slotnummer Radiate van extra cachet voorzien, dringt zich het besef op dat dit een bijzonder album is. Een heel bijzonder album zelfs, waarmee België maar weer eens een artiest heeft om te koesteren. Kaal, dreigend, emotioneel en vooral van ongekende kwaliteit, zo zou Western Union betiteld moeten worden. Hadden ze dat in 1992 toch goed gezien daar, die mannen van HUMO.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  zaterdag 3 juni 2006 @ 11:31:59 #46
56690 DaisyDuke
In Coffee We Trust!
pi_38499306
Daar ben ik toch erg benieuwd naar!
1,000,000 demons can't be wrong...
pi_38524624
quote:
RON SEXSMITH - Time Being (Ronboy Rhymes / V2)

Ron Sexsmith is een ernstig onderschat singer / songwriter, die inmiddels al een redelijk omvangrijk oeuvre vol kwaliteitsalbums heeft opgebouwd. De laatste heet Time Being en kan weer moeiteloos worden bijgeschreven op zijn indrukwekkende CV. Sexsmith geniet veel waardering in kringen van muzikanten, maar de verkoop van zijn platen ondervindt daar geen gevolgen van. Weinig mensen kennen zijn werk. Te weinig, want de Canadees verdient het om beluisterd te worden.

Wat doet die Ron Sexsmith dan wel, dat mensen als Elvis Costello en Paul McCartney hem bedelven onder lof? Welnu, Sexsmith maakt pure ambachtelijke popmuziek. Met fraaie melodieën, die hij achteloos uit de mouw schudt. Met schitterende haast poëtische teksten, die er perfect in slagen een gevoel van weemoed tot in de puntjes te beschrijven. Hij is daarnaast gezegend met een zeer warm stemgeluid, dat de treurige teksten toch altijd troostrijk doet klinken. Kortom, hij maakt al jaren tijdloze platen van hoog niveau.

In die zin is er op Time Being weinig nieuws te bespeuren. Het is misschien het enige dat je hem kunt verwijten, Sexsmith vernieuwt zich niet echt. Wie een plaat van hem koopt weet wat hij in huis haalt. Een collectieve tijdloze popsongs over de sombere, maar ook mooie kanten van het leven. Allemaal heel traditioneel gebracht. Ron zelf zingt en speelt gitaar en heeft andere muzikanten bereid gevonden om hier bas, drum, toetsen en achtergrondvocalen aan toe te voegen. Geen bijzondere experimenten met samples, omgekeerde zanglijnen of wat voor moderns dan ook. Het plaatst hem in de lijn van traditionele singer / songwriters zoals die al eind jaren zestig actief waren.

Zoals gezegd valt ook Time Being weer naadloos in deze categorie. Het levert wederom een mooie plaat van hoog compositorisch niveau op. Opener Hands Of Time is een typerende Sexsmith-song, het daaropvolgende Snow Angel is van een grote schoonheid en mag zich meten met zijn beste werk, Jazz At The Bookstore bevat een mooie gedrevenheid, The Grim Trucker knipoogt naar Paul McCartney en afsluiter And Now The Day Is Done is de perfecte song voor nachtelijke mijmeringen.

Kortom, Ron Sexsmith levert opnieuw een prachtige plaat af die zich beweegt in het gebied tussen blues, folk en country. Of het hem veel nieuwe fans gaat opleveren is de vraag, want voor de liefhebber van deze muziek is eigenlijk alleen al het gegeven dat er een nieuwe plaat van Sexsmith is voldoende. Die weet immers wel dat Ron Sexsmith door de jaren heen een synoniem is geworden voor kwaliteit.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_38560801
quote:
THE FIERY FURNACES - Bitter Tea (Rough Trade)

Een bezoekje aan je oma is velen wel bekend. Wat doe je dan, behalve praten? Jantje Smit speelde Scrabble en Yathzee en altijd deed zijn oma mee, leerde een jeugdhit van hem ons. Typische kneuterigheid die vaak onbewust wordt verbonden aan bezoekjes aan oma. Beetje kletsen, koekjes eten, spelletjes doen. Matt en Eleanor Friedberger, ofwel The Fiery Furnaces, houden niet zo van dat gewone. Zij zetten samen met oma haar leven op muziek en brachten dit uit als plaat. Oma zong met haar donkere, haast mannelijke stemgeluid vrolijk mee. Moeilijke plaat, oordeelden zij die er verstand van hebben. Zou Bitter Tea, de titel van de nu al weer verschenen opvolger voor dit Rehearsing My Choir, een knipoog zijn naar bittere recensies en omabezoeken?

Het zou me niet eens verbazen. Niets verbaast me, als het om The Fiery Furnaces gaat. Persoonlijk beleefde ik het nodige plezier aan Rehearsing My Choir en ook deze plaat kan me weer zeer bekoren. Het is opnieuw een compleet volgepropte schijf geworden, met een zeventig minuten aan ideeënrijke muziek. Matt friemelt aan knopjes, probeert geluiden uit en Eleanor zingt de als vanouds heerlijk verhalende teksten. Een plaat van The Fiery Furnaces is met gemak een indie-opera te noemen.

Die enorme hoeveelheid ideeën die ze ook allemaal willen uitproberen is zowel de kracht als de zwakte van dit bijzondere duo. Want het is op sommige momenten wel eens een afknapper als een abrupte stijlbreuk de melodie vermoordt waar je net zo lekker op mee aan het deinen was. En ja, soms zijn die geluiden die Matt aan de wereld toevertrouwt bijna lelijk. Soms zelfs helemaal lelijk en dan zou je willen dat ze even weg waren gebleven. Maar omdat er zo veel gebeurt, zijn de irritaties maar van korte duur. Net als je Matt hartgrondig wilt vervloeken, komt hij weer met zo'n opzwepend orgelriedeltje en kietelen de catchy refreintjes en zanglijnen van Eleanor je trommelvliezen. Je bedachtzame frons is dan in één klap weer verworden tot een vrolijke glimlach.

Zolang The Fiery Furnaces de momenten waarop de glimlach het wint van de frons maar ruim in de meerderheid laten zijn, mag je hun platen wat mij betreft geslaagd noemen. Ook Bitter Tea valt weer ruimschoots in die categorie. Je kunt ze alleen maar bewonderen om hun lef en creativiteit. Voor elk minder moment staan minstens tien goede. De gejaagde zang van Eleanor die I'm In No Mood de juiste dynamiek meegeeft bijvoorbeeld. Het sprankelende titelnummer eveneens. Zoals ook het lieflijke Teach Me Sweetheart, het verslavende I'm Waiting To Know You en het opmerkelijke Whistle Rhapsody gewoon ouderwets sterk zijn.

De interessantste track is wat mij betreft Nevers, dat in de eerste versie begint als een geluidscollage waarin de zang van Matt door die van Eleanor heen geknipt lijkt en een zeer sterk refrein kent. Wie zich ergert aan het knipgedeelte, wacht gewoon op de tweede versie die achter het reguliere album aankomt. Verder slagen Matt en Eleanor erin om met Police Sweater Blood Vow een nummer te maken dat in een rechtvaardige wereld een radiohit zou kunnen zijn.

Opnieuw een plaat om te koesteren dus, deze nieuwe van The Fiery Furnaces. Per draaibeurt ontdek je meer wendingen, plots opduikende melodietjes en vervreemdende geluidjes. Hoe bitter je thee of koffie ook mag smaken, de Friedbergers maken het zoet met dit intrigerende album.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_39418904
quote:
JOAN AS POLICE WOMAN - Real Life (PIAS)

Een album dat wil meedingen in de jaarlijkse strijd om de titel "Plaat van het Jaar" moet voldoen aan enkele criteria. Naast de vanzelfsprekende kwaliteit van het gebodene speelt het verhaal rond de plaat of de artiest een rol en is het moment van de release ook nog een belangrijke factor. Wat dat betreft valt nu al te constateren dat Joan Wasser, de vrouw achter Joan As Police Woman, met Real Life aan alle criteria voldoet.

Want laat er geen misverstand over bestaan dat alle tien songs op dit debuut op langspelerformaat van hoog niveau zijn. Joan is een uitstekende zangeres en bespeelt ook nog eens tal van instrumenten. Het fijnst voelt ze zich als ze de viool teder betast en deze fraaie klanken laat uitstoken, maar evengoed speelt ze gitaar, piano, bas en Wurlitzer. Daarbij laat ze zich omringen door prima muzikale helpers in de persoon van bassist Rainy Orteca en percussionist Ben Perowsky. Verder speelt Joseph Arthur op sommige nummers mee.

Het levert een werkstuk op vol songs met overdadig veel zeggingskracht, boordevol subtiliteiten, goed getimede stiltes en prima zang. Joan klinkt wellicht nog het meest als een soulzangeres, maar is ook perfect in staat om de uptempo nummers te laten stralen. Een springerig nummer als Eternal Flame had zomaar op een plaat van een free folk artieste kunnen staan, de schitterende ballad Anyone is een visitekaartje van de zangeres Joan Wasser, het aan Elliott Smith opgedragen We Don't Own It kent de juiste sfeer, single The Ride is radiogevoelig genoeg en het uptempo Christobel bevat een heerlijke pianobegeleiding. Om maar te zwijgen over het schitterende duet met Antony, I Defy.

Waarmee het verhaal van Joan ook ter sprake komt. Zij was bandlid van The Johnsons en liet Antony schijnen op diens meesterlijke I Am A Bird Now. Daar scoor je al punten mee bij muziekliefhebbers. Verder speelde ze viool op een plaat van Adam Green en om het plaatje compleet te maken was zij de laatste geliefde van Jeff Buckley toen die het tijdelijke voor het eeuwige verruilde. Ook dat verhaal rond de artiest is dus dik in orde.

Het moment van release is dat natuurlijk ook. Er lijkt namelijk weer plek voor muziek die onbeschaamd mooi mag zijn en die toch iets lichts aparts hebben. Dat heeft Joan Wasser natuurlijk ook. Ze is volwassener dan Joss Stone, heeft een machtiger bereik dan Norah Jones en haar songs zijn net wat rijker en aparter uitgevoerd. Waarmee de kansen op een radiohit weer danig slinken, maar de mogelijkheid dat Joan As Police Woman dit jaar de Plaat van het Jaar afgeleverd heeft absoluut stijgen. Als alle politievrouwen zo waren, is het een feest om je te laten bekeuren of arresteren. Wegens het draaien van bijzonder mooie muziek dan wel, misschien zelfs harder dan toegestaan.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_39423882
quote:
Muse - Black holes and revelations (2006)

Het was even spannend vantevoren, immers welke kant zal Muse op gaan? Zullen ze de lijn van ‘Absolution’ volgen of gaan ze terug naar ‘Origin of symmetry’?

Gelukkig doet Muse geen van beide en durven ze een volledig nieuw pad in te slaan. Het pad is er een geworden vol ruimte voor muzikale uitstapjes.

Het meest opvallende uitstapje van ‘Black Holes and Revelations’ is toch wel de single ‘Supermassive black hole’ dat klinkt als een soulvolle ‘Prince’ cover.
Want zeg nou eerlijk, had je ooit ‘ooh baby, I'm a fool for you’ verwacht op een Muse album? Dit zegt ook meteen iets over het niveau van het album qua teksten. Deze ligt iets lager dan die van ‘Absolution’, maar is toch op zijn eigen poëtische manier toch heel bijzonder.

Ditmaal is er niet gekozen voor een apocalyptische setting voor de liedjes, maar is het thema ‘oorlog’. Gelukkig is op de namen van tracks niet al te veel politiek gezeur te ontdekken. Er komt hier en daar wel een opmerking langs die vast de visie van de band over de lopende oorlogen en wereldpolitiek moet voorstellen. Maar storend werd het op geen enkel moment.

Als Muse niet heeft gekozen voor de rauwe sound van ‘Origyn of Symmetry’, of de door klassieke muziek beïnvloedde stijl van ‘Absolution’. Waarvoor dan wel? Het antwoord is vrij simpel en redelijk verassend. Ze hebben ditmaal de hulp ingeroepen van ‘Marvin in the corner’ zoals ze hem zelf noemen. Marvin is de koosnaam die leadzanger Bellamy voor de hypermoderne synthesizer waar ze dit album veel mee hebben gewerkt.

Met deze ‘Marvin’ proberen ze een sound te creëren die doet denken aan ‘Deus’ van onze Belgische buren. Daarnaast natuurlijk die van onze andere buren uit Engeland ‘Depeche Mode’ en ‘’Coldplay’.
Deze invloed is dan ook al meteen tijdens de eerste track ‘Take A Bow’ te horen, een zeer goed aan te horen lied met een groots gevoel zoals je die verwacht van een eerste track op een album.

Ook de volgende track 'Starlight', zit weer bomvol synthpop invloeden en doet als eerst denken aan een Coldplay single. Na een wat poppy start, komt na ruim een minuut de kenmerkende Muse sound toch nog voorbij om het zo als geheel toch een van de meest toegankelijke tracks te worden van het album. Niet verwonderlijk, want er is ondertussen al vanuit Warner Bros al bevestigd dat Starlight de tweede single gaat worden.

Naast de stap in de elektronische muziek wereld, wordt er nog veel meer geëxperimenteerd, en zijn er verschillende invloeden te horen gedurende het hele album. Van Italiaanse volksmuziek tot klassieke muziek, alles komt voorbij. Dit is ook niet verwonderlijk als je bedenkt dat de band tijdens interviews heeft verteld dat het album is geschreven in een kasteel in zuid Frankrijk. Alles is doordrenkt met europese cultuur. Dit is een unieke en gevaarlijke wending voor een groep die het vooral moet hebben van de snelle en hardere tracks .

naast alle uitstapjes is er is gelukkig ook nog ruimte voor echte Muse klassiekers. In de nominatie hiervoor staan voor mij zeker ‘Knights of Cydonia’ en ‘Map of the problematique’. Beide zijn groots, bombastisch, dramatisch en voelen vanaf het eerste moment als de opvolgers van ‘Hysteria’ en ‘Stockholm Syndrome’.

Vergelijkbaar met ‘Endlessly’ is ditmaal ‘Soldier’s Poem’ een langzaam stuk waarin een soldaat zijn twijfels over de vrijheid waar hij voor vecht uit in een gedicht.

‘Hoodoo’ begint bijna als een Spaans volkslied, inclusief akoestische gitaar, maar gaat al snel over in een dramatisch klassiek stuk lied vol piano en violen. Om uiteindelijk weer even rustig te eindigen als het begon. Het einde raakt me telkens weer, met het prachtige <i>“And i've had recurring nightmares / That I was loved for who I am / And missed the opportunity / To be a better man”</i>.

Een andere opvallende track is ‘Assasin’, een track dat al eens live is gespeeld om meningen te peilen. De live gespeelde versie was een stuk harder met veel zwaar gitaarwerk en werd door menig fan al genomineerd als de opvolger van ‘hysteria’. Vreemd genoeg is de uiteindelijke versie compleet anders geworden, met een midi die het meest doet denken aan de intro track van de serie ‘knightrider’ en vervolgens een iets wat op de achtergrond gedrukte gitaar.

Na 'Knighs of Cydonia', de grootse afsluiter van het album, komt op sommige versies van het album de bonustrack 'Glorious'. Een zeer vermakelijk lied dat helaas niet helemaal tot climax komt. Dit is een beetje het algemene gevoel over het album, het zit vol met leuke en originele tracks. Maar het blijft altijd 'leuk' en maar op een enkele uitzondering na bijna nergens grandioos.

Ik ben nu nieuwschierig naar het het volgende album, vooral om te zien wat de volgende stap gaat worden op muziekaal gebied. Zullen ze deze cultuur geinspireerde sound houden, of gaan ze misschien toch terug naar de rauwere sound van vóór 'Absolution' en combineren ze deze met hun nieuwe synthfetish.
We zullen het over een paar jaar wel weer zien, tot die tijd vermaak ik me met ‘Black Holes And Revelations’.

4/5
Tool - HMH
quote:
Slechts enkele weken na het spetterende optreden op Pinkpop staat mega-artiest Tool alweer op de planken. Ditmaal niet op een festival, maar in de HMH. Dit komt het publiek alleen ten goede, want zo is iedereen er van verzekerd dat alleen de échte fans er zullen staan. Niet dat de iets mindere fanatieke fans ook een kans hadden om kaarten te bemachtigen. Daar zorgde de grote groep Tool fans wel voor, deze wisten er gezamenlijk voor te zorgen dat alle kaartjes uitverkocht waren in slechts 8(!) minuten.

Eenmaal langs de strenge controle van de HMH waar menig fan werd ontdaan van digicam en mp3 speler, liep ik meteen door de zaal in. Nog net op tijd om nog even snel een mooi plekje te vinden, want de zaal was ondertussen al flink aan het vollopen. De prijs die je ervoor betaald is natuurlijk wel ruim een uur wachten tot het optreden eindelijk begint, maar voor een show als deze was het elke minuut staan waard.

Als na wat een eeuwigheid lijkt te duren, de achtergrond 'muziek' eenmaal uitgaat, en de band stuk voor stuk op komen lopen weet iedereen hoe laat het is. Tool Time! De gitarist begint de track 'Lost Keys' te spelen met een prachtige oneindige sustain die langzaam overgaat in 'Rosetta Stoned'. Op dat moment is het zanger Keenan's beurt om ons weer eens live te laten genieten van zijn stem. Bewapend met een megafoon wist hij precies het vreemde effect dat deze track kenmerkt over te brengen naar een live omgeving.

Na het geweld van 'Rosetta Stoned' worden we verwend met de favoriet en grote hit van Aenema 'stinkfist'. Eindelijk begint het publiek, dat zich vrij rustig bleef tijdens het eerste stuk iets losser te komen. Blijkbaar hebben de meeste fans de tracks van het nieuwe album '10.000 days' nog niet helemaal omarmd. Wat volgt is een grote stroom aan hits en publieks favorieten: ‘Forty-six and two’, ‘Jambi’, ‘Schism’, ‘Right in Two’ en er is zelfs nog even tijd voor een jamsessie.

Vrijwel de hele setlist was gelijk aan die van Pinkpop, maar Keenan wist nog wel even tussen neus en lippen door te vertellen dat we ze 'blijkbaar' weer in november te zien zullen krijgen.

Na ‘Sober’, een van mijn favorieten en de klassieker ‘Lateralus’, worden we na een korte zitpauze van de band nog even verwend met 'Vicarious' en 'Aenima'. Dé tracks waar iedereen op zat te wachten, en het was te merken. Want toen pas ging iedereen echt iedereen los.

Keenan’s performance op het podium zo introvert als altijd. Hij bleef vrijwel het hele optreden alleen te zien als een silhouet voor het doek op het hogere deel van het podium, volledig buiten de spotlights. Iets wat ik persoonlijk wat jammer vind, ik had wat meer interactie met het publiek verwacht. Maar blijkbaar zijn de meeste Tool fans niet anders gewend, Ik hoorde namelijk na afloop er vrijwel niemand over klagen.

Ook opvallend aan de leadzanger was zijn dansje dat enigszins leek op die van een slangenbezweerder. Dat was dan ook het algemene gevoel tijdens de gehele show. Je werd door de combinatie van het prachtige gitaarspel, de achtergrond beelden en Keenan’s bewegingen meegenomen in één grote anderhalf uur durende roes.

Er valt dan ook heel weinig te klagen, dit concert definieert bijna perfectie. Technisch gezien word alles zó strak gespeeld dat je ze bijna zou verdenken van het gebruiken van een instrumentale tape, maar we hebben het hier dan ook wel over 'Tool', en daar verwachten we niks minder van toch?

Verder was het geluid in de HMH werkelijk prachtig afgesteld. Hier was gelukkig de balans tussen de vocalen en de instrumenten hier wél goed. Dit in tegenstelling tot de show op Pinkpop waar de zang soms verloren ging in het muzikale geweld. Dit was vooral te danken aan de zeer goede apparatuur en crew van Tool en de HMH. Een klein puntje was dat het geluid iets aan de hard kant was, maar omdat alles zo verschrikkelijk goed was afgesteld was dat eerder een voordeel dan een nadeel.
Achja lang leve de oordoppen, en niet te vergeten: "See you in november!"
en een oudje
quote:
Nine Inch Nails - Rockin' Park
Goffert Park Nijmegen, Nederland
2005-06-26

Na 4 jaar afwezigheid is Trent Reznor terug met zijn eeuwig duistere Industrial Rock act Nine Inch Nails. "Een nieuwe tour, een nieuw begin" moet hij gedacht hebben, want van zijn oude band is vrijwel niks meer over. Alleen Jerome Dillon zit nogsteeds achter de drums. Daarnaast bestaat het arsenaal van huurlingen ditmaal uit Jeordie White (voorheen bekend als 'Twiggy' van Marilyn Manson), Aaron North (The Icarus Line) en Alessandro Cortini.

De act was passend gekozen als afsluiter van het festival, maar staat wel in ietswat vreemd contrast tegenover de show van R.E.M. Aangezien R.EM het hoofdpodium bezette, en deze daarom logischerwijs meer volume kon produceren waren er van te voren wat zorgen of de show niet overstemd zou worden in de redelijk bescheiden tent waar NIN in zou staan.
Al tijdens het opbouwen van de set begon het publiek al NIN het podium op te roepen. Tevergeefs, want het zou nog zeker een twintigtal minuten duren voordat de show zou beginnen. Toch gaf dit al aan hoe erg de mensen op de act zaten te wachten. Reznor en co. hebben Nederland ook al een flink aantal jaren niet bezocht.

Toen het eindelijk zover was, betrad eerst alleen basgitarist Jeordy het podium. Na eerst wat verdwaald om zich heen te kijken begon hij langzaam de overbekende intro ‘Pinion’ te spelen. De overige bandleden liepen een voor een naar hun plek en gingen klaar zitten voor de echte opening, 'Wish'.
De eerste klanken van Wish waren te horen en Reznor schitterde van afwezigheid. Waar bleef hij? Precies op het moment dat hij moest gaan zingen kwam hij aanrennen en begon met zingen. Een knallende opening ondersteund door een oogverschroeiende lichtshow. Het tempo word erin gehouden met nog 2 snoeiharde tracks, er ontstaat zelfs even een pit in het midden. Helaas bevond ik me daar midden in, en besloot ik om even naar achter te stappen om er zo net achter te belanden.

Na 'The Line Begins to Blur' is er gelukkig voor het publiek even een rustmoment met 'Something I Can Never Have', een prachtig emotioneel lied. Het publiek zingt dan ook heerlijk mee, en het is duidelijk te merken dat een overgroot deel van het publiek speciaal voor NIN gekomen is. De synergie tussen publiek en de band was constant te voelen en kwam de performance zeer ten goede. De energie spatte werkelijk van het podium af.
Vooral North, de gitarist stond geen moment stil en liet tijdens een van de latere tracks één van zijn gitaren kennis maken met de binnenkant een versterker. Misschien ingestudeerd, maar het zijn de dingen die mensen van een Nine Inch Nails concert verwachten, chaos, en rauwe energie. Daar was dan ook geen tekort aan deze show.

Slechts een handvol tracks van het nieuwe album ‘With Teeth’ worden er gespeeld. Dit zal grotendeels te wijten zijn aan de geplande tijd voor de show; deze mag immers maar een uur duren, in plaats van de gebruikelijke anderhalf uur voor grote acts. Desondanks was er voor de NIN fan van elke generatie wel wat. De setlist bestond grotendeels uit alle te verwachten grote hits. Met af en toe even een rustlied tussendoor voor het publiek én de band. Overall misschien een iets wat voorspelbare ‘best-of’ set misschien, maar gezien het oeuvre van Reznor is dat zeker geen straf.

Tijdens een rustig stuk van het misschien platte maar zeer energieke 'Starfuckers Inc.' waar Reznor zachtjes "dont you?" fluistert, neem het meezingende publiek de regie in handen en blijft het zinnetje herhalen. Telkens iets sneller tot het eindigde in een massa van geklap en gefluit. Reznor knikt even goedkeurend naar zijn band bedankte met "Well fuck yeah, Thank you!". Om vervolgens de regie weer over te nemen, en het lied te eindigen in een muur van chaos en heerlijke herrie.

Terwijl we geen moment last hebben gehad van de show van R.E.M, gaf Reznor er toch nog even commentaar op tijdens 'Hurt'. "Lets see if the shitty P.A. they gave us is loud enough the drown out the soothing sounds of R.E.M". Dat is zeer zeker gelukt, het geluid klonk nagenoeg perfect in de overdekte tent.

De klapper ‘Head like a hole’ begint, en een nostalgisch gevoel bekruipt me. Is het nu al afgelopen? Helaas wel. Door de aaneenschakeling van harde en snelle liedjes is het uur verlopen alsof het slechts enkele minuten waren. Reznor doet niet aan ‘encores’ zoals hij zelf meld op zijn website, en dat weet ook het overgrote deel van het publiek.
Enkele pogen toch nog even de band terug te roepen voor een toegift. Maar zoals te verwachten was de show nu toch echt aan zijn einde gekomen.

Iedereen loopt zowel geestelijk als lichamelijk uitgeput langzaam richting de uitgang van het park, of nog even langs R.E.M om daar het eind van de show te volgen. We zullen moeten wachten tot hij ons weer komt opzoeken, hopelijk weer in 2006. Ditmaal hopelijk in een eigen zaal, en niet tijdens een festival. Hoe gezellig een festival ook is, een veteraan als Nine Inch Nails verdient een eigen show.
Now Im Nothing
pi_39655104
quote:
ED HARCOURT - The Beautiful Lie (EMI)

Ed Harcourt veroverde in 2001 mijn hart met het bijzonder fraaie album Here Be Monsters, vol van achter de piano gecomponeerde songs, die echter ook invloeden van Tom Waits en eels kenden. Nadat hij zijn klasse twee jaar later bevestigde met From Every Sphere, waarop hij her en der ook klonk als Elliott Smith, was zijn laatste plaat Strangers licht tegenvallend. Misschien was die plaat uit 2004 wel te snel gemaakt. Hoe dan ook, Ed nam wat langer de tijd en komt nu met zijn vierde volwaardig album - debuut EP Maplewood dus niet meegerekend -, getiteld The Beautiful Lie. Wat zal hij ons brengen?

Een heleboel, zo blijkt al vlug. Ed Harcourt lijkt voor The Beautiful Lie al zijn kwaliteiten gebundeld te hebben om daar een zeer gevarieerde plaat van te maken. Er zijn de ballads met de fraaie pianoklanken, er zijn fijne popliedjes rond een goofy drum en met meezingbare refreintjes en er zijn songs waarin Ed heerlijk over de top gaat. Dit alles wordt gecombineerd met steeds persoonlijkere teksten, waarin soms ook ruimte is voor bijtende observaties. In die zin lijkt hij soms de Randy Newman van deze eeuw. Zoals qua zang ook de naam van Jeff Buckley nergens echt ver weg is, al mist Ed die uithalen de hoogte in.

Zijn liedjes kennen stiltes op de juiste momenten en kunnen ook zeker wat lief overkomen. Het maakt van The Beautiful Lie een prima plaat voor een zondagmorgen of voor een donkere avond. Glas wijn erbij, naar buiten kijken en Eds songs op je laten inwerken. Zeker weten dat een door een trompet aangevulde pianoballad als afsluiter Good Friends Are Hard To Find dan de juiste song is. Tikje melancholisch, maar toch nergens zonder hoop. Dat geldt voor meer nummers op deze plaat.

Zoals de meeste songs ook tijd nodig hebben om te groeien. De meer uptempo songs waar de plaat mee opent, met name Visit From The Dead Dog met gastrol voor ex-Blur Graham Coxon, pakken je direct. Andere nummers hebben meer tijd nodig, zoals de bijzonder fraaie songs The Last Cigarette, Rain On The Pretty Ones en The Pristine Claw. De nummers waarin Ed naar een knallende climax toewerkt, hebben ook iets bijzonders. Met name het door een koortje ondersteunde Revolution In The Heart. Als Ed dan ook nog een soort van cabaretesk nummer speelt in de vorm van Scatterbraine doet zijn veelzijdigheid je nog meer zuchten van verwondering.

Een veelzijdig artiest dus, die niet lijkt te willen kiezen voor één richting en dus maar alles doet waar hij zin in heeft. Het is de kracht, maar ook de zwakte van de plaat. Want het vergt de nodige luisterbeurten voor je het geheel in The Beautiful Lie ontdekt. Tijd die misschien niet iedereen aan Ed wil gunnen. Toch maar doen. Goede vrienden zijn dan misschien moeilijk te vinden, zoals Ed zelf zingt, echt goede platen zijn dan eigenlijk net zo goed in het enorme aanbod van tegenwoordig. Ed Harcourt komt er verdraaid dicht in de buurt en dat is, in weerwil van de titel, géén leugen.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  zondag 9 juli 2006 @ 12:56:06 #52
42816 peaceman
Peace Man! ofzo...
pi_39656071
Ik heb m nog niet geluisterd, maar ben wel liefhebber (op z'n tijd) van zijn eerdere werk. Je recensie belooft veel...
pi_39909766
quote:
SHEARWATER - Palo Santo (Fargo Records)

De band Okkervil River voerde met het album Down The River Of Golden Dreams in 2003 mijn jaarlijst aan. Op americana-leest geschroeide muziek vol emoties, die met name in de af en toe intense zang tot uiting kwamen. Dat soort bands zijn nodig in de muziekwereld, waarin gelikte producties soms de boventoon lijken te voeren. Van die mannen die misschien heus wel eens ergens een tikje uit de toon vallen qua zang, maar daar tenminste niet in de studio aan sleutelen.

De belangrijkste mannen in Okkervil River waren Will Sheff en Jonathan Meiburg. Blijkt dat die heren ook in Shearwater zitten. De rollen zijn hier wel omgedraaid. In Okkervil River is Sheff de belangrijkste man, die de meeste nummers schrijft en het grootste deel van de zang op zich neemt. In Shearwater doet Meiburg dit. Niet dat het erg veel uitmaakt.

Want na beluistering van Palo Santo is volledig duidelijk waarom deze twee heren elkaar ooit hebben gevonden als muzikale vrienden en partners. Ook bij Shearwater vechten de vol emotie gebrachte liederen over alle zware kanten van de liefde en het leven om een plek op de voorgrond met rustigere nummers met een americana of folksausje. Hoogstens is hier een verschil in de stem hoorbaar. Sheff klonk nog wel eens als een Will Oldham of Adam Duritz in dat soort nummers, Meiburg zingt wat hoger.

Het resultaat is een plaat met elf sterke songs, waarin mijn voorkeur niet bij de ballads ligt. Niets mis met mooie nummers als Sing, Little Birdie of Failed Queen, absoluut niet. Toch hoor ik liever de songs waarin Meiburg al zijn emoties soms letterlijk van zich af schreeuwt. De getormenteerde ziel, die de nummers met zijn intense voordracht direct in je maag doet stompen. Je moet ze wel horen, ontsnappen is zinloos.

En van zulke songs heeft hij er wel een paar op plaat gezet. Opener La Dame Et La Licorne bijvoorbeeld, die met een fantastische opbouw al direct laat horen wat Shearwater allemaal kan. Let op de pianoklanken die hier een belangrijke rol spelen. De wat "rockender" nummers Red Sea, Black Sea en Johnny Viola zijn ook zeer geslaagd en knipogen hier en daar wat naar pakweg de jaren zeventig. Het meest geraakt word ik echter door White Waves en met name Hail, Mary. Het zijn precies die nummers waarin Meiburg alles geeft en je daarmee grijpt. Want je voelt, dit is echt.

Het maakt van Palo Santo een opmerkelijke plaat, die nergens geforceerd aandoet en toch zijn doel bereikt. Waarmee Meiburg aantoont dat hij niets onder doet voor Will Sheff en waar de liefhebber van de wat alternatievere americana een hoop lol aan gaat beleven.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_39930424
dank voor dit wederom prachtige en informatieve toetsenroersel
pi_39933066
Ha.
Aldus.
pi_39934182
TVPtje, Z???
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_39934249
Ja, 'vakantie-leesvoer'.
Aldus.
  dinsdag 18 juli 2006 @ 11:35:46 #58
52164 pfaf
pfief, pfaf, pfoef!
pi_39935287
quote:
Op dinsdag 18 juli 2006 11:33 schreef Z het volgende:
Ja, 'vakantie-leesvoer'.
Dan zal ik spoedig Stuart A. Staples en Camera Obscura doen, heb je nog meer te lezen.

En pfaf doet er ook nog een paar.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  donderdag 27 juli 2006 @ 11:53:15 #60
71333 BUG80
Stop making sense
pi_40232800
Ik begin Ed Harcourt ook steeds meer te waarderen!
pi_40239569
Dat is dan donders goed nieuws Bug!!!

Nog niet zo'n groot oeuvre, dus rap alles aanschaffen!
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_40483074
quote:
STUART A. STAPLES - Leaving Songs (Beggars Banquet Records)

Afscheid nemen is zelden leuk. Zeker niet voor altijd. Laat staan van een geliefde. Zolang als er mensen bestaan, wordt er echter afscheid genomen. Vandaar dat dichters, schrijvers, filmmakers, schilders en muzikanten het thema regelmatig in hun werk laten opduiken. De mooiste kunst kan ontstaan uit de ellende die een afscheid met zich meebrengt. Denk aan de ultieme scheidingsplaten Blood On The Tracks van Bob Dylan en Heartbreaker van Ryan Adams. Helaas is het afscheid ook wel eens tenenkrommend bezongen. Volumia! had ooit een single getiteld Afscheid, waarin het ene na het andere cliché de revue passeerde.

Het is dus wel een gevaarlijk idee om afscheid als thema van je nieuwe plaat te nemen. Stuart A. Staples, bekend van Tindersticks, deed het echter toch. Tien nummers schreef hij, in totaal nog geen veertig minuten. Alles gaat over afscheid. Van oude vrienden, van geliefden, van een stad. Hij beschrijft de gevoelens die hierbij horen en moet het gevoel kennen, want Staples komt eerlijk over. Al dan niet autobiografisch, het is herkenbaar en geloofwaardig wat de man hier zingt.

Nu is het ook weer geen grote verrassing dat dit thema hem past als een warme jas. De stem van Staples is namelijk van nature vol van weemoed. Zijn zware bariton is uitermate geschikt om de sfeer van nachtelijk verdriet in rokerige kroegen vast te leggen. Om de diepe treurnis van mislukte relaties te vertellen. De leegheid van het zoeken naar een beetje verkeerde genegenheid op de foute plaatsen. Niets nieuws, met Tindersticks deed hij het ook al.

De platen met zijn band werden echter steeds wat minder en in die zin is Leaving Songs een mooie comeback. Sterker nog, sommige nummers zouden niet misstaan tussen het materiaal van misschien wel de beste Tindersticks-plaat, Curtains. Qua geluid ligt het ook wel in het verlengde van die plaat. Altijd is er ruimte voor de strijkers, die het geheel een weemoedig tintje geven. Perfect voor het thema.

Omdat Staples als geen ander begrijpt dat zijn zware stem zo heerlijk contrasteert met een heldere vrouwenstem, is hier aan dameszang ook geen gebrek. Het zij als achtergrondzang, door Gina Foster, het zij in duetvorm. De man die al eens memorabele duetten op plaat zette doet het deze keer met Maria McKee. Ze bestormen samen de hemel in This Road Is Long, met ongetwijfeld die ene hit van Maria nog in gedachten. Show Me Heaven ja, voor de popquizliefhebbers. Het hoogtepunt is echter het duet That Leaving Feeling met Lhasa de Sela. Deze zangeres maakte ooit de plaat The Living Road, wellicht één van de best bewaarde geheimen van de afgelopen muziekjaren, en zet met haar omfloerste zang de juiste sfeer neer. Zelfs Staples lijkt een beetje van de kaart.

Al met al dus een geslaagde poging om van dit aloude thema iets moois te maken. Zo goed als Dylan en Adams doet Staples het hier niet, maar zeker de fans van Tindersticks hebben hier een heel fijn plaatje aan. De liefhebber van rustige luisterpop van hoog niveau ook.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  vrijdag 4 augustus 2006 @ 18:03:09 #63
3527 Wepeel2
zoals het is
pi_40487366
Ah meteen de laatst geposte recensie klinkt als melancholieke mannenmuziek. Ik ga het meteen even checken.
xenofoob, misantroop, antiloop, limonadesiroop.
pi_40506087
Houd je niet zo van dameszang?
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  zaterdag 5 augustus 2006 @ 22:42:44 #65
3527 Wepeel2
zoals het is
pi_40523998
quote:
Op zaterdag 5 augustus 2006 11:04 schreef methodmich het volgende:
Houd je niet zo van dameszang?
Nee, meestal knap ik daar wel erg op af. Ik vind de combi van vrouwenzang in combinatie met een zware mannenstem wel mooi (Leonard Cohen, Nick Cave). Het is gewoon puur een kwestie van smaak en ik kan er ook geen duidelijke reden voor geven, maar het raakt me gewoon niet. Of het nou hele zware muziek is of een poprockbandje, zodra een vrouw de kar trekt haak ik af.
Er zijn wel uitzonderingen hoor. PJ Harvey vind ik bijvoorbeeld wel mooi en het oude werk van Bjorn vind ik ook ok. Maar dan heb je het ook wel over hele karakteristieke stemmen.

Vandaag Verpand van BJ Baartmans binnen gekregen overigens. Ook een lekker gruizig stemgeluid.
xenofoob, misantroop, antiloop, limonadesiroop.
pi_40647137
quote:
CAMERA OBSCURA - Let's Get Out Of This Country (Elefant Records)

Op het vorige album Underachievers Please Try Harder toonde de Schotse band Camera Obscura aan prima naast landgenoten Belle & Sebastian te kunnen bestaan. Hoewel de muziek van de inmiddels zeskoppige formatie wel heel veel verwantschap kende met die van de groep van Stuart Murdoch, was de kwaliteit wel duidelijk hoorbaar. De verschillen ook. Die zaten vooral in de zang, aangezien bij Camera Obscura de vocalen grotendeels voor rekening van Tracyanne Campbell zijn. Dat is inderdaad een vrouw, wat al direct een verschil is met de doorgaans door mannenstemmen gebrachte muziek van Belle & Sebastian.

Op dit album drijft Camera Obscura ook stilistisch wat weg uit de vijver van Murdoch. Hoewel menig nummer nog altijd dat typische geluid heeft, waarvan je vermoedt dat de tijd ergens in de jaren zestig stil heeft gestaan en deze band nooit meer iets anders gehoord heeft. Camera Obscura volhardt in melodieuze pop die weemoedig en blij tegelijk kan klinken. Hier en daar is er een snufje Motown aan toegevoegd, zodat die zin over The Supremes op de vorige plaat niet helemaal uit de lucht gegrepen was.

Wat overeind blijft is dat heerlijke Schotse accent van Campbell, die de touwtjes nu volledig in handen lijkt te hebben. Mochten de heren in de band op Underachievers Please Try Harder nog af en toe een nummertje zingen, nu doet ze vrijwel alles alleen. Waarbij ze in haar teksten vooral uit haar eigen dagboeken lijkt te putten en niet, zoals Stuart Murdoch, vooral een observerende verhalenverteller is. Op de één of andere manier past zo'n dicht bij huis aanpak wel bij een band waar een vrouw de scepter zwaait. Overigens ontstijgt Tracyanne hier met achteloos gemak het Viva-gehalte dat de hitparadezangeresjes als Dido en Kelly Clarkson zo kenmerkt, maar dat mag geen verrassing heten.

Tussen de tien songs op Let's Get Out Of This Country staat vrijwel geen misser en bovendien maakt de geringe tijdsduur van de plaat dat het nergens saai wordt. Al is het maar omdat de opbouw ook dik in orde is, want mocht je na het treurig voortslepende Country Mile wat weggedroomd zijn, dan doet de Motown-stamper If Looks Could Kill je snel weer bij de les belanden. Op haar best is Campbell vooral in de songs die het dichtst bij het debuut liggen. Opener Lloyd, I'm Ready To Be Heartbroken bijvoorbeeld, maar ook in het melancholieke Tears For Affairs. Ook Come Back Margaret, Dory Previn en The False Contender verdienen de aandacht, maar het hoogtepunt is wat mij betreft het titelnummer. Daarin klinkt Camera Obscura als Belle & Sebastian pakweg tien jaar terug, in misschien wel de beste periode van die band.

Waarmee wel de vraag rijst waarom de vergelijking met die band nu wat moeilijker te maken is. Komt dat door Camera Obscura of komt het door de andere wegen die Belle & Sebastian op de laatste platen ingeslagen is? Hoe dan ook, Camera Obscura laat opnieuw horen dat er in Schotland genoeg interessants gebeurd op muzikaal gebied. En dat accent blijft geweldig.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_40740423
Ik heb de cd van Stuart Staples vanmiddag gekocht MM. Mooie tip.
Tegelijk de nieuwe van Lambchop gekocht dus die donkere regenachtige dagen kom ik nu wel door.
xenofoob, misantroop, antiloop, limonadesiroop.
pi_40741278
Leuk om te lezen, daar doe je het uiteindelijk toch ook wel een beetje voor.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_40906083
quote:
REGINA SPEKTOR - Begin To Hope (Sire Records)

Regina Spektor had op basis van haar schitterende album Soviet Kitsch, dat tot de beste werken van 2004 behoorde, al wereldberoemd moeten zijn. Maar tussen had moeten en daadwerkelijk gebeuren zit, zoals wel vaker bij dit soort kwaliteitsmuziek die net wat te eigenwijs en tegendraads is, nog een wereld van verschil. En dus is Begin To Hope vermoedelijk weer een plaat die zich straks gaat meten met alle toppers van 2006, maar de dame die hem aflevert niet in de schijnwerpers gaat zetten.

Waar loopt het dan fout voor deze roodharige rasartieste met Russische roots? In tegenstelling tot die andere lichting "rare meisjes" die de laatste jaren stuk voor stuk topplaten op ons afvuren is haar stem behoorlijk normaal. Dat niet iedereen de dames van CocoRosie trekt kan ik nog wel begrijpen. Dat de stem van Joanna Newsom grote groepen mensen afschrikt, ik snap het ook. De stem van Regina Spektor zit echter dichter bij pakweg een Fiona Apple in de buurt dan bij deze dames. Zou het dan toch dat licht dwarse zijn, dat soms in haar muziek doorklinkt? Die weigering om haar bij tijd en wijle toch zeer conventioneel opgebouwde nummers ook zo te houden en er tegen het einde toch nog net licht mee uit de bocht durft te vliegen? Of gewoon het feit dat ze er niet voor kiest om tien pianoballads op plaat te zetten, maar ook niet terugschrikt voor een paar nummers die, in tegenstelling tot On The Radio, niet op de radio te draaien zijn? Het zal wel zoiets zijn.

Heb daar maling aan, zoals iedereen die haar vorige album Soviet Kitsch terecht in de armen sloot. Want deze dame, die ooit bij een soundcheck de tot op het bot verveelde Julian Casablancas van The Strokes een ware emotie - namelijk begeestering - wist te ontlokken, barst van het talent. Het talent tot het schrijven van liedjes die zich in je hoofd nestelen en best poppy te noemen zijn, getuige Fidelity, Better en het eerder gememoreerde On The Radio. Maar ook de klasse om bloedmooie songs te schrijven, begeleid door gloedvol pianospel. Op deze plaat zijn Samson, Field Below en Lady haar geloofsbrieven op dit gebied. Maar ook het talent om bijzondere songs te schrijven, waarin daadwerkelijk iets gebeurt en die uitnodigen tot vaker luisteren. Hotel Song bijvoorbeeld, maar ook Après Moi, waarin Regina zelfs een paar Russische regels zingt. Het jachtige That Time is ook zo'n song, die ronduit rockt. Om maar te zwijgen van 20 Years Of Snow, dat per luisterbeurt meer prijs geeft. Nee, het mag duidelijk zijn na het horen van slotsong Summer In The City: dit is wederom een prima plaat!

Naast een begenadigd componiste, muzikante en zangeres is Regina Spektor ook een sterk schrijfster. Haar teksten zijn opmerkelijk, intelligent en humoristisch. Ze weet je op die manier maximaal te boeien. Dat doet ze nog grotendeels in haar eentje ook. Want Nick Valensi, ook al zo'n verveeld Strokes-bandlid, mag dan ergens een partijtje meespelen op zijn gitaar, Regina heeft de aanwezigheid van grote namen niet nodig. De tijd is rijp om dit enorme talent nu eindelijk massaal te omarmen. Al is het maar omdat bij een volgende recensie dan meer mensen weten wie Regina Spektor nu eigenlijk is!
http://reginaspektor.com
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_42359735
quote:
GOLDEN SMOG - Another Fine Day (Lost Highway)

Golden Smog begon ooit als een hobbybandje, waarin diverse grootheden uit de Amerikaanse indie- en Americanascene voor de lol lekker speelden. Ellenlange jamsessies, covers van bekende bands, lekker ongedwongen. Onder die sfeer van niets moet en alles mag werd al eens een plaat gemaakt. Nu is er opnieuw één en die verdient best wel wat aandacht.

Wie zitten er dan zoal in Golden Smog? De meest in het oog springende namen zijn die van Gary Louris en Jeff Tweedy. Louris kennen we als de magistrale helft van het songschrijverduo van The Jayhawks. Die andere helft is Mark Olson en hoewel de meningen hierover verdeeld zijn, is het toch zo dat fans van The Jayhawks vooral de platen waarop de beide heren een rol speelden omarmen. Olson stapte uit de band, waarna Louris zich ontwikkelde tot hofcomponist. Hij heeft een goed gevoel voor melodie en laat zich ook wel eens beïnvloeden door The Beatles. Dat is ook Jeff Tweedy niet vreemd. Hij is vooral bekend als de grote man achter superband Wilco.

Het is niet vreemd dat juist de songs waarop deze twee blikvangers de krachten bundelen het best klinken. Het rustige en ontroerende Long Time Ago bijvoorbeeld is een nummer om van te houden, terwijl het knap opgebouwde Listen Joe niet had misstaan op een Wilco-plaat als Summerteeth. Solo tekent Louris voor het schitterende Gone, dat zonder twijfel één van zijn beste songs ooit is.

Maar er is meer. Ook de andere leden - hoewel je daar niet echt van kunt spreken - laten zich horen. Met name Kraig Jarret Johnson heeft zijn steentje bijgedragen aan menig nummer en neemt regelmatig de leadvocals op zich. Met name in de onstuimerige songs, zoals de lekker rockende opener You Make It Easy is dat een goede keuze. Ook Daniel Murphy, drumster Lindat Pitmon, Jayhawks-bandlid Marc Perlman en percussionist Ed Ackerson zijn op diverse songs te horen.

Het geheel klinkt nog steeds als een hobbyband, met alle voor- en nadelen die daaraan gekoppeld zijn. Het spelplezier spat van de nummers af, de ongedwongen sfeer inspireert de artiesten soms tot mooie dingen, maar nodigt ook uit tot wat al te ver doorgedreven vakmanschap. Vakmanschap waar de meeste luisteraars niet op zitten te wachten. Sommige nummers ontstijgen namelijk het niveau van een vrolijke jamsessie niet en dat is jammer. Het maakt het luisteren naar Another Fine Day een wisselende ervaring. Op de beste momenten, waartoe naast de genoemde songs ook de bevlogen Dave Davies-cover Strangers en het intieme Never Felt Before horen, is het genieten met Golden Smog. Op andere momenten is het minder interessant. Zo lijkt Frying Pan Eyes zelfs een beetje een opmaat richting een nummer dat Louris schreef voor de laatste plaat van The Jayhawks, al valt dat datumtechnisch nergens uit op te maken. Al met al een sympathieke plaat, die liefhebbers van met name Louris en Tweedy zich zonder zorgen kunnen aanschaffen.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  woensdag 4 oktober 2006 @ 21:24:13 #71
42816 peaceman
Peace Man! ofzo...
pi_42370415
idd een fraaie plaat die zeker menige draaibeurt verdiend.
pi_42397566
Jij bent ook Jayhawks-fan toch?
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_42429791
quote:
FIONN REGAN - The End Of History (Bella Union)

Soms heb je ineens van die muzikale ontdekkingen die je niet verwacht. Heuse verrassingen, die volledig uit het niets lijken op te duiken en je vervolgens voor zich winnen. Fionn Regan is er zo één. Deze Ierse singer / songwriter is een veroveraar van het langzame soort, die je niet overrompelt met cadeaus en aandacht, maar langzaam je interesse wekt. Net zolang tot je het punt bereikt hebt waarop je niet meer zonder hem kan en je jezelf afvraagt waarom je dat eigenlijk niet direct hebt gezien. Of gehoord, in dit geval.

Fionn Regan kan qua sound moeiteloos in de rij introverte singer / songwriters worden geplaatst. Denk aan Damien Rice, denk aan Stephen Fretwell, denk aan Nick Drake. Van die mannen die vooral goed gedijen met een gitaar om de nek en die rustig hun fraaie liedjes zingen. Liedjes over de grote dingen van het leven en dan dus vooral de liefde. Intieme en lieve liedjes, al durft Regan af en toe ook feller uit de hoek te komen. En dat werkt natuurlijk, want een rustige persoonlijkheid die ineens erg nadrukkelijk aanwezig is, is verzekerd van aandacht. Hij doet het zowel qua zang als qua muziek, als hij sommige nummers ineens een verraderlijke dynamiek meegeeft. Of juist ineens wat verstilt en zijn stem naar de voorgrond tilt, zoals in de laatste tonen van het fraaie Hey Rabbit.

Regan toont zich ook een waardig schrijver. Zijn teksten hebben iets aparts, al dan niet doordat ze soms behoorlijk cryptisch zijn. Desondanks is het nergens zweverig of pretentieus. Fionn Regan lijkt gewoon een romanticus met een grote woordenschat te zijn, die zonder problemen kan beschikken over mooie metaforen. Er wordt dan ook van alles opgevoerd. Meisjes die schelpen verzamelen, alfabetisch drinken, vrouwen die je als een hoed draagt omdat hoeden huizen zijn voor mensen die alleen wonen en voor spookje spelen in verlaten straten. Geloof me, je leeft je na een paar keer volledig in en begrijpt wat de man bedoelt.

Zoals de songs van Fionn Regan zich steeds meer in je hoofd nestelen. Op het eerste gehoor lijken het mooie liedjes, maar misschien nog niet meer dan dat. Pas later gaan ze hun geheimen prijsgeven. Je wordt vriendjes met ze en kan ze op een bepaald moment niet meer missen. Je deelt het weemoedige gevoel dat sommige songs uit al hun poriën ademen. Je merkt dat er hier een bijzonder talent aan het werk is. Iemand die wellicht alleen nog maar beter kan worden, maar nu al een zeer hoog niveau bereikt. The End Of History is een plaat die me per draaibeurt dierbaarder is geworden en dat maak je niet altijd mee. Volslagen onverwacht en juist daarom zo leuk. En hoewel er vrouwen zijn die elders beweren, bij geduldige veroveraars ga je uiteindelijk toch voor de bijl. En zijn wij muziekliefhebbers niet net zo?
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  vrijdag 6 oktober 2006 @ 21:08:10 #74
42816 peaceman
Peace Man! ofzo...
pi_42432979
quote:
Op donderdag 5 oktober 2006 18:45 schreef methodmich het volgende:
Jij bent ook Jayhawks-fan toch?
Zekers.. was mijn 2e concert ooit... in de Zalenschaaf te Leeuwarden. Hooguit 200 man daar. Zo'n beetje ten tijde van Hollywood townhall...
Nog een handdoek gekregen van Mark Olson
pi_42449077
quote:
HOWLING BELLS - Self Titled (Liberation Music)

Bands waarin familieleden spelen hebben op voorhand altijd wel iets interessants. Zeker als ze elkaar ook nog wel eens de tent uit willen vechten, zoals bijvoorbeeld bij Oasis. Dat lijkt bij het Australische collectief Howling Bells niet aan de orde. Broer Joel en zus Juanita Stein zullen in hun jeugd heus wel eens ruzie gemaakt hebben, het heeft hun band blijkbaar niet al te zeer aangetast. Zij zijn namelijk de dragende krachten in deze band. Juanita als zangeres, Joel als gitarist. Samen met bassist Brendan Picchio en drummer Glenn Moule debuteren ze met een titelloos debuut, waarop een dozijn knappe liedjes om aandacht van de luisteraar vechten.

De sound van de band is afwisselend genoeg om je te boeien. Rustige liedjes met goed opgebouwde spanningsbogen wisselen af met wat onstuimerig rockwerk. Het meeste werk valt echter te typeren als midtempo. Daarin zorgen ze dan af en toe voor betoverend melancholische passages, maar evengoed wringt de schoen her en der wel eens wat. Dan zit de band een beetje vast in de eigen zoektocht naar een vaste structuur. Regelmatig lijken ze nog op zoek naar hun eigen smoel, met hun mengeling van pop, folk en blues. Het is dan ook niet zo vreemd dat een naam als Nick Cave & The Bad Seeds, maar evengoed My Bloody Valentine of Throwing Muses om de hoek komt zetten.

Wie duidelijk niet meer op zoek hoeft naar een eigen smoel is Juanita. De zangeres klinkt als een kruising tussen Kate Bush en vooral PJ Harvey en is de meest prominente factor in de muziek van Howling Bells. Ze kan veel met haar stem en laat dat ook horen. Op sommige nummers doet ze me ook denken aan Karen O. van The Yeah Yeah Yeahs op het laatste album van die band. Daar zouden diverse songs van Howling Bells ook best op gekund hebben. Een song als Low Happening bijvoorbeeld, waarin Juanita zich lekker mag uitleven. Andere goede instappers voor deze band zijn het rustige Velvet Girl, het vriendelijke Setting Sun, opener The Bell Hit of het heerlijke Broken Bones, wat mij betreft misschien wel het hoogtepunt van de plaat.

Als Howling Bells afsluit met het door vader Peter Stein - jawel, het is een fijne familie - geschreven I'm Not Afraid, dat best wel een song van Nick Cave had kunnen zijn, dringt dan ook het besef door dat we hier te maken hebben met een veelbelovende band. Een band die er nog lang niet is en die her en der dus nog zoekt naar de juiste sound, maar die desondanks in die zoektocht al weet te boeien. Australië heeft al weer een band om trots op te zijn.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_42502163
Heb gisteren de nieuwe Freestylers binnengehaald, dus hier mijn bevindingen, track-by-track:
quote:
FREESTYLERS - Adventures in Freestyle (Against The Grain)


In the beginning

Het intro, waarin d.m.v. vocal samples en raps wordt duidelijk gemaakt waar de Freestylers voor staan.

Security

Het eerste echte nummer van het album. Begint met een vocoder stem die me deed denken aan Leftfield’s ‘Afrika Shox’, maar al snel knalt er een dikke breakbeat uit je speakers, met rockgitaren en ja, heuse acid invloeden. De zang die erin zit hadden ze van mij wel weg kunnen laten, want zo zuiver klinkt het niet. Over het algemeen toch een beetje een zwak nummer.

Could I be dreaming?

Vreselijk nummer. Heel erg poppy. Het zit goed in elkaar en de break halverwege is leuk maar voor de rest vind ik dit echt helemaal niks! Een slechte Lo-Fidelity Allstars imitatie.

Fast life

Kijk, dit wil ik horen als ik Freestylers draai! Dikke breakbeats, zoemende bassen en strakke gitaarsamples. De raps die het geheel begeleiden flowen ook als een ‘motherfocker’, hoewel ze iets te aanwezig zijn. (Bijna) niks te klagen dus.

In love with you

Lekker discohouse nummertje, met een dikke bas, strakke beats en typische jaren ’80 disco geluiden. De cheesy zang is ook wel te pruimen.

Jump N Twist

Old school Freestylers. Klinkt alsof dit nummer zo van ‘We Rock Hard’ (de eerste cd van Freestylers) zou kunnen komen. Dat betekent dus: veel dub- en reggae invloeden, superdikke funky bassen en knallende breakbeats! Erg lekker, hoewel ze die zangeres er wel uit hadden kunnen laten.

Pocketful of sadness

Lekker funky nummertje, maar jammer van de high pitched vocals.

Electrified

Een soort van electrofunk, hoewel er ook wel een old school hip hop vibe in zit. Goede zang en lekkere snelle raps.

Hard to stay

Dit lijkt verdomd veel op de Stereo MC’s. Stuiterende bas, vrouwelijke zangeres, koortje en een funky gitaartje, trompetje en wat dub invloeden. Je verwacht elk moment dat de stem van Rob Birch (zanger van Stereo MC’s) het overneemt van de zangeres.

Painkiller

Is een collaboratie met Pendulum. Het nummer begint als hip hop nummer, maar na 40 seconden knalt er dikke drum & bass uit je speakers. Ben niet zo dol op die ragga vocals, maar toch best een lekker nummer. Leuke mengelmoes van hip hop, rock en d&b.

Turn to dust

Is een breaks nummer met schreeuwerige vocalen (die voor mij niet hadden gehoeven) en electrische gitaren. Een soort van metal breaks, zeg maar. Jammer genoeg doet dit doet me helemaal niks.

Old skool fool

Zoals de titel belooft hebben we hier te maken met een hip hop nummer met een old school vibe, denk jaren ’80. Deed me een beetje denken aan Sugar Hill Gang en Grandmaster Flash. Geinig nummer, maar ietwat aan de korte kant.

So Fine

‘Push Up’ deel twee. Terug naar het Disco tijdperk. Erg funky en dansbaar. Lekkere vocalen, zowel clean als vocoder. Maar net zoals bij Push Up het geval was: je moet er van houden.

Beat it down

Dit nummer is gewoon ontzettend dope, en vreselijk dansbaar. Een dikke clubbeat, vette bassen en kikke raps. Supernummer!

Infernos

De afsluiter. Erg poppy, met r&b achtige vocalen, zware drums en vioolpartijen. Hier en daar ook wat electronisch gezoem (de bas) en wat scratches. Goeie afsluiter, hoewel dit niet echt mijn ding is.


Conclusie:

Naar mijn mening een goed album, die veel mensen zal kunnen bekoren, hoewel een luisterbeurt toch wel aan te raden is. Het scala aan verschillende stijlen (vooral veel rock- en hip hop invloeden) zorgt in ieder geval voor veel diversiteit, zodat het niet snel saai wordt. Bij veel nummers pakken de experimenten goed uit, maar daarnaast wordt de plank ook wel eens flink misgeslagen. Toch is dit album een flink stuk beter dan hun vorige album ‘Raw As Fuck’, die ikzelf vrij saai vond. Cijfer: 7/10


[ Bericht 0% gewijzigd door PDOA op 09-10-2006 06:17:55 ]
  Moderator maandag 9 oktober 2006 @ 13:38:08 #77
32436 crew  belsen
Young, gifted and black
pi_42509122
Woah, bestaan die nog?
Geef angst en haat een stem
Ranja: "mijn bukgeit begrijpt mj niet. "
pi_42955022
quote:
SUBMARINES - Declare A New State! (Nettwerk Productions)

Zijn wij eigenlijk niet stiekem allemaal gevoelige zielen op zoek naar een beetje liefde? En als we dat dan eindelijk gevonden hebben, dan is het toch wel erg leuk om je daar volledig aan over te geven. Dan ga je ineens genieten van knisperend haardvuur, van romantische sterrenhemels en koester je de momenten van samen zijn. Om de momenten waarop je al dan niet gedwongen gescheiden bent hartgrondig te vervloeken. Niet iedereen zal het toegeven, bang om burgerlijk genoemd te worden.

Zo niet Blake Hazard en John Dragonetti. Deze dame en heer kunnen prima met elkaar opschieten en als je de teksten op Declare A New State! eens grondig tot je doet komen, begrijp je dat dit niet alleen op muzikaal gebied zo moet zijn. Blake en John schamen zich namelijk niet om te zingen over die simpele momenten van liefde. Zij doet dat met een vrij helder stemgeluid, hij klinkt af en toe wat minder toonvast. Samen schreven ze onder de naam Submarines een album met tien liedjes vol. Liedjes over relaties vooral en als de bio klopt dus over hun relatie. Je zou kunnen veronderstellen dat het hier om zoetsappig geneuzel gaat en dan kunnen afhaken. Maar dan heb je te vroeg geoordeeld. De songs zijn namelijk helemaal niet zo vrolijk. Hazard en Dragonetti schreven de nummers namelijk in de periode waarin ze uit elkaar waren en dus komt het gemeende liefdesverdriet je speakers uitgestroomd.

Dit alles over een muzikaal behoorlijk interessante achtergrond. Submarines gebruikt namelijk de nodige electronica, in combinatie met wat traditionelere instrumenten. Het resultaat is een geluid dat het midden houdt tussen sixtiespop, folk en stemmige sprookjesmuziek. Denk een beetje aan Tunng in een frivoler jasje, een beetje aan Brown Feather Sparrow, maar vooral aan Bauer. Hooverphonic, zou ook nog kunnen. Dan mag duidelijk zijn dat dit duo muzikaal interessant genoeg is. De liedjes zitten dan ook prima in elkaar en de zang is ook dik in orde.

Een extra meerwaarde zit hem voor mij vooral in de teksten, die je af en toe best op het verkeerde been zetten. Neem een nummer als Brighter Discontent, waarin Hazard om zich heen kijkt in haar huis en haar zegeningen telt. "All these things should make me happy to be home again", zingt ze. Dan snap je het al, daar zit een addertje onder het gras. Zoals er in menig nummer van Submarines wel een donker wolkje voorbij komt, al is het alleen maar omdat de titel (Clouds) dit al doet vermoeden. Het maakt van Declare A New State! een release die boven het gemiddelde uitsteekt en is zeker voor liefhebbers van eerder genoemde bands interessant. Sympathiek plaatje.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_43260620
[FOK!Awards]Crew

Er kan weer gestemd worden. Kan ik mijn titel verdedigen?
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_43361428
quote:
SUKILOVE - Good Is In Your Bones (PIAS)

Pascal Deweze is een bekende naam uit Vlaanderen. Hij maakte deel uit van Metal Molly en Mitsoobishy Jacson en vormde samen met Bettie Serveerts Carol van Dyk het duo Chitlin' Fooks. Ook in de door hem opgerichte band Sukilove kon hij in 2002 zijn creatieve ei kwijt. Met Sukilove maakte hij eerst een fijn mini-album, genaamd Talking In The Dark. Op het titelloze debuut, dat pas in 2003 in ons land verscheen, toonde hij aan dat de met de eersteling gewekte hoge verwachtingen geen incident waren. Sukilove stond vol melodieuze gitaarmuziek, gemaakt door iemand met een voorliefde voor The Beatles en countrymuziek.

Echter, je bent Vlaming of je bent het niet. Zoals veel van zijn landgenoten is ook Deweze niet iemand die je kunt betrappen op het herhalen van een kunstje. Verwacht van de creatievelingen in het Nederlands sprekende deel van België geen hele rij inwisselbare albums. Dus gooide Deweze het roer bij de tweede langspeler, You Kill Me, radicaal om. Deze plaat uit 2004 stond ineens vol met energieke rocksongs, die soms behoorlijk vuig klonken en die je bij de eerste beluistering vertwijfeld de stereo deed stoppen om te controleren of je wel de goede schijf had gekregen van je platenverkoper. Per draaibeurt won dit album aan klasse.

Nu is daar dan een derde plaat. Deze keer ging het roer niet zo radicaal om als tussen plaat één en twee. Dat kan ook bijna niet, want dan had Deweze toch op zijn minst moeten gaan rappen of iets anders dat een volledige stijlbreuk had betekend. Hij doet het niet. Op Good Is In Your Bones, een intrigerende titel, grijpt Deweze namelijk terug op zijn volledige historie als muzikant. Er zijn wat heftig rockender songs, waarvan de ook al zo curieus getitelde opener Blood And Milk Makes Holy het best geslaagd is, en er zijn melodieuze songs, al dan niet met countryrandje. Uit deze categorie komt Even The Angels Sin, dat op de titelloze plaat uit 2002 zowel qua sound als qua kwaliteit niet misstaan had. Ook het goed opgebouwde Black Heart verdient een speciale vermelding.

Het resultaat is een mix tussen de rustige, melodieuze kant van Deweze en diens onstuimige rockkant. Waarbij ik met verdriet moet constateren dat de songs op de drie genoemde werken na allemaal net even wat minder zijn dan op de vorige twee platen. Ze beklijven op de één of andere manier minder, gaan vaak net iets te onopgemerkt voorbij. Dat ligt niet aan de band, want Deweze en zijn muzikanten kunnen wel degelijk spelen. Daarnaast is Deweze ondanks alle beperkingen in zijn zangtechniek iemand die je kan raken met zijn stem. De conclusie kan dan ook niet anders luiden dan dat het songmateriaal deze keer wat onder de maat blijft. Wat niet wil zeggen dat Good Is In Your Bones een slechte plaat is, oh nee. Sukilove stuurt met gemak menig ander bandje terug richting oefenhok, maar gemeten naar de Deweze-standaard blijven de meeste nummers toch net onder de nullijn liggen. Vergelijk het met Sergei Bubka, die net onder zijn eigen wereldrecord polsstokhoogspringen blijft. Ook dan is de liefhebber teleurgesteld, maar zullen mensen die hem nooit zo hoog hebben zien springen uitbundig klappen. Ik gun Sukilove een hoop nieuwe fans, maar zet zelf voor het ultieme luisterplezier toch de andere twee platen op, ondertussen geduldig wachtend op plaat vier.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_43362669
quote:
Op zondag 5 november 2006 15:29 schreef methodmich het volgende:
[FOK!Awards]Crew

Er kan weer gestemd worden. Kan ik mijn titel verdedigen?
Je bent haast de enige die in dit topic reviews post
pi_43363061
Dat ligt aan de rest. Pfaf gaat er al een jaar weer één doen....
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
pi_43434518
quote:
DIVERSE ARTIESTEN - Motion Picture Soundtrack I'm Your Man (Verve Forecast)

Een beetje film kan niet zonder een goede soundtrack. Als de film dan gaat over Leonard Cohen, is een sterke muzikale begeleiding helemaal onontbeerlijk. Het idee bij deze soundtrack is weinig origineel: diverse artiesten coveren de songs van Leonard Cohen. Het betreft hier live opgenomen tracks, gespeeld tijdens de concertserie "Came So Far For Beauty: An Evening Of Leonard Cohen Songs". Begeleid door een bijzonder sterke band brengen de uitgenodigde artiesten een mooie ode aan de oude meester. In de band is een rol weggelegd voor Joan Wasser, die eerder dit jaar als Joan As Police Woman menig muziekliefhebber arresteerde.

De band is dus goed, de songs zijn dat als vanzelf ook. Dan is het dus de vraag hoe de uitvoerende zangers en zangeressen zich door de nummers van Cohen heen gaan slaan. Welnu, dat doen ze vrijwel zonder uitzondering op prima wijze. Hoewel de oude bard zijn broodjes zelf natuurlijk het zoetst bakte, weten de anderen het recept behoorlijk goed te vinden. Zeker op de momenten dat de nummers iets eigens krijgen en daardoor bij vlagen een betoverende werking hebben. De keuze voor live opgenomen songs blijkt dan ook al snel een juiste.

Stuk voor stuk zetten de genodigden hun beste beentje voor. In de minst beklijvende vertolkingen klinken The Handsome Family, Jarvis Cocker en de voormalige achtergrondzangeressen van Cohen, Perla Batalla en Julie Christensen, gewoon degelijk. Goed gezongen, maar er mist net dat kleine beetje extra. Teddy Thompson brengt het er met fraaie versies van Tonight Will Be Fine en vooral The Future al een stuk beter vanaf.

De andere artiesten brengen hun songs wat mij betreft wonderschoon, niet in de laatste plaats door hun van nature al pakkende stemmen en voordracht. Martha Wainwright laat opnieuw van zich horen als getalenteerde zangeres, met een geheel eigen en vooral gloedvolle voordracht. Tower Of Song en The Traitor zijn veilig in haar handen en de driestemmige samenwerking met moeder en tante Kate & Anna McGarrigle in Winter Lady geeft zelfs een bedwelmend resultaat. Beth Orton klinkt doorleefd en puur in Sisters Of Mercy en superzanger Antony maakt elk nummer dat hij zingt tot een juweeltje, dus ook If It Be Your Will.

Dan is er nog Nick Cave, die altijd al als fan van Cohen te boek stond en soms behoorlijk wat van hem weg had in zijn eigen muziek. Solo doet hij I'm Your Man, dat hem op het lijf geschreven is. Hij schittert echter nog meer in het door de dameszang van Batalla en Christensen voortgestuwde Suzanne. Mijn favoriet op de plaat is echter toch Rufus Wainwright, die Everybody Knows laat swingen als nooit te voren en Chelsea Hotel No. 2 brengt alsof hij zojuist zelf een amoureus avondje met Janis Joplin heeft doorgebracht. Slik.

Als Cohen dan zelf, ondersteund door U2, met Tower Of Song de plaat mag sluiten, is er maar één oordeel mogelijk: dit idee is dan wel simpel, maar werkt perfect. De sterke songs van Cohen staan als een huis, de band is fantastisch en de vocalisten zijn doorgaans in topvorm. Die film kan na beluistering van deze soundtrack alleen maar tegenvallen.
ASWH, de trots van de regio
www.thuisuiteten.nl
  woensdag 15 november 2006 @ 16:31:59 #84
52164 pfaf
pfief, pfaf, pfoef!
pi_43580421
Toch maar dan, om MM stil te krijgen.
quote:
popduo Bauer & The Metropole Orchestra - The Bauer Melody of 2006

2 jaar terug volgde ik een half jaar lang Bedrijfskundevakken, goed voor je algemene ontwikkeling en carrièrekansen zeggen ze dan. Ja, dat zal, nog nooit zo met tegenzin aan het studeren geslagen als destijds. Waar ik het liefst de hele dag naar differentiaalvergelijkingen, grafieken en vectoralgebra aankijk vlogen destijds de nutteloze en inhoudsloze woorden me om de oren. Veel gebakken lucht, was m’n conclusie na de verloren maanden, maar één ding moet ik ze wel toegeven, die bedrijfskundigen, hun vocabulaire is een stuk uitgebreider en meer divers dan die van ons, technici.

Maar goed ik dwaal af, één van de woorden waar ik figuurlijk dood mee gegooid werd destijds was synergie. Oftewel een situatie waarin het effect van twee of meer samenwerkende of gecombineerde organen of functies groter is dan de som van de effecten die elk van de organen of functies alleen zou kunnen opwekken, aldus de Van Dale. Laat dit nu net het eerste woord zijn wat in me op kwam na het veelvuldig beluisteren van The Bauer Melody of 2006. Een live registratie van de samenwerking tussen Bettie Serveert gitarist Berend Dubbe, Sonja van Hamel ( samen Bauer ) en het Metropole orkest. Hoewel Bauer al wat albums op het toch door mij geliefde label Excelsior had uitgebracht, wist het me nooit volledig te raken. Iets te mak, iets te weinig spanning, iets te weinig prikkeling. Naar het Metropole Orkest zul je me ook niet snel zien luisteren. Maar samen hebben ze wat geproduceerd wat vele malen beter is dan wat ik voor mogelijk hield.

De weelderige zang van Berend en Sonja komt prachtig tot z’n recht bij de klassieke instrumentatie van het orkest. Door de juiste keuze van crescendo’s, en stilte van het popduo klinkt het als een organisch geheel. Ook zeker vanwege instrumentale intermezzo’s als Long Way Around en Herrmann, die je de rust geven om bij te komen van bombastische, rijke nummers. Behalve openingstrack Bouillabaisse of Brilliance zijn de 13 korte, gevarieerde pareltjes dan ook speciaal voor het 45 minuten durende concert gecomponeerd. Ook zijn ze zo vriendelijk geweest 5 clips mee te voegen, om de cd volledig tot de nok te vullen.
De sfeer over het hele album is gemoedelijk en lichtjes, zoals we van Bauer gewend zijn, maar instrumenten als de koperblazers geven de nummers het dat extra gewicht benodigd voor een perfecte balans. Het geheel levert een heerlijke melancholische plaat, die je in deze winderige herfstdagen meesleept en wegneemt naar een extatische dagdroom.

Bauer en het metropole orkest zijn er op wonderwaarlijke wijze in geslaagd een pop-klassiek mix te maken, die nog nooit vertoond is. ( want hoe vaak is dit concept de laatste jaren al niet voorbijgekomen? ) Vanaf de eerste seconde tot de laatste climax in Snow in Spring blijft dit album met internationale allure boeiend en meeslepend. En als zelfs Elvis Costello onder de indruk is rest mij niets dan m’n mond te houden en de muziek haar werk laten toen.
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')