quote:Nederlands dagblad; 3 april
Niet de ambtenaren, maar de ministerdoor
F.A.J.Th. Kalberg
Een eventueel aanblijven van minister Verdonk door toedoen van de regeringscoalitie - nadat in de kwestie van de Syriërs dezelfde ernstige fouten zijn gemaakt als in de Congozaak - leidt tot verdere uitholling van de ministeriële verantwoordelijkheid.Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie heeft de Tweede Kamer afgelopen week meegedeeld, dat zij een tweetal hoge ambtenaren van de IND uit hun functie heeft gezet, omdat zij onvoldoende 'politieke sensiviteit' (gevoeligheid) hebben getoond, waardoor de minister niet in staat was de Kamer naar behoren in te lichten omtrent het gevoelige dossier van de 181 uitgeprocedeerde Syrische asielzoekers.
Met het aan de kant zetten van die hoge ambtenaren zegt de minister te zijn opgetreden. Daarbij wees zij de vraag van het PvdA-Kamerlid K. de Vries naar haar eigen politieke verantwoordelijkheid van de hand.
Het is de vraag of de Tweede Kamer er als geheel wel voldoende van doordrongen is dat hier een zeer ernstige zaak in het geding is. De ministeriële verantwoordelijkheid vormt het staatsrechtelijk fundament voor de democratische controle op het openbaar bestuur (regering en bestuursapparaat).
Bij de grondwetsherziening van 1983 stelde de regering voorop dat de inlichtingenplicht van de minister tegenover de Staten-Generaal (artikel 68 van de grondwet) voortvloeit uit de aan het parlementaire stelsel inherente verantwoordingsplicht. Het inlichtingenrecht vormt dan ook een hoeksteen van onze parlementaire democratie. Het parlement kan zijn controlerende functie niet naar behoren uitoefenen als het niet over de daarvoor noodzakelijke informatie beschikt.
Vertrouwenskwestie
Met name in de jaren tachtig van de vorige eeuw is in gevallen waarbij bleek dat de ambtelijke organisatie ernstige fouten had gemaakt in de uitvoering van het overheidsbeleid, de gedachte geopperd de politieke verantwoordelijkheid te beperken tot die gevallen waarin een minister verwijtbaar heeft gehandeld. Een zuiverder benadering zou zijn geweest de kwestie van de verwijtbaarheid in het licht van de vertrouwensvraag te bezien. Bij de grondwetsherziening van 1983 zag de regering af van een bepaling over ambtenaren, waaronder de eventuele invoering van een verantwoordingsplicht. De regering stelde zich op het standpunt dat goede voorschriften en een juiste organisatie van het regeringsapparaat voldoende zijn en dat men uitgaat van loyale ambtenaren. Ook de Aanwijzingen van 1998 inzake de externe contacten van rijksambtenaren gaan uit van dat klassieke model.
De reikwijdte van de ministeriële verantwoordelijkheid dreigt in de praktijk steeds meer te worden ingeperkt. Daarnaast is er in de debatten opnieuw een tendens om die verantwoordelijkheid te beperken tot verwijtbaar handelen van de minister in kwestie. Dit betekent dat het parlement ministers onvoldoende kan aanspreken op hun bestuursverantwoordelijkheid. Onduidelijk is dan waarvoor men als minister nog verantwoordelijk is.
Uitgehold
Als we deze lijn doortrekken naar het vertrouwensbeginsel, dat in het verkeer tussen Kamer en regering als ultieme sanctie geldt, dan is dit beginsel uiteindelijk ook aan erosie onderheving. Waar geen sanctie meer is, gaat het (parlementair) recht verloren. Kern van de zaak is dan ook, dat de ministeriële verantwoordelijkheid op onaanvaardbare wijze wordt uitgehold als een minister zich kan verschuilen achter zijn ambtenaren.
Frustrerend is ook wanneer bewindslieden erg gemakkelijk sorry zeggen en hun ambtenaren in het openbaar laten vallen. In dergelijke verantwoordingsprocessen komen ministers tegenover ambtenaren te staan, zoals in het geval van het ontslag van procureur-generaal Docters van Leeuwen in 1998. Als een minister in de Tweede Kamer zijn topambtenaren openlijk afvalt, zoals minister Verdonk deed ten aanzien van een tweetal hoge IND-ambtenaren, dan handelt zij in strijd met artikel 44, lid 1 van de grondwet. Deze bepaling wijst de minister aan als leidinggevende van zijn ministerie. Hij is dus volledig en individueel verantwoordelijk voor het handelen van zijn ambtenaren aan de Tweede Kamer. Als deze het er vervolgens bij laat zitten, dan rijst de cruciale vraag of niet veel meer deelnemers aan het politiek bedrijf schuldig kunnen worden bevonden aan de uitholling van de ministeriële verantwoordelijkheid.
Zweepslag
Het primaat van de politiek in het licht van van de grondwet (De Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk, artikel 42, lid 2) dient zodanig te worden hersteld, dat zij weer de zweepslag van de ambtelijke dienst wordt. De zuivere lijn is dat bij gemaakte ernstige fouten, zoals in het onderhavige geval, de betrokken minister aftreedt, waarna een nieuw bewindspersoon schoon schip kan maken.
In ons land met zijn moeizaam tot stand gekomen coalitiekabinetten moet al heel wat fout gaan, voordat een minister opstapt of door de Tweede Kamer wordt heengezonden. Het vertrek van de minister dramatiseert de ernst van het falen van het ambtelijk apparaat en dat is van grote betekenis. Het is een belangrijke prikkel voor dat apparaat en voor de politieke leiding ervan om voortdurend op hun qui-vive te zijn.
Resumerend ben ik van oordeel dat de Tweede Kamer van de ministeriële verantwoordelijkheid een belachelijke vertoning maakt, wanneer zij minister Verdonk na het maken van dezelfde ernstige fouten als in de Congozaak wederom met excuses laat wegkomen.
Drs. F.A.J.Th. Kalberg is staatsrechtdeskundige
De tweede kamer is hard bezig de functie van de tweede kamer niet meer uit te voeren. Waarmee de reeds lang bestaande indruk bij de kiezer bevestigd wordt: Den Haag is een praatfabriek. Ze doen niets. Emmeren over vormfouten, die niets eens fout waren, want zie maar: als het fout was, dan was er wel iemand afgetreden. QED.quote:Bron
HILVERSUM (ANP) - De Tweede Kamer toont zich ,,zwak en onmachtig'' op het beleidsterrein van minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie. Dat zei de Nijmeegse hoogleraar staatsrecht C. Kortmann zondagochtend in het IKON-radioprogramma De Andere Wereld.
Als de minister telkens naar de Kamer wordt geroepen omdat er ernstige problemen zijn ,,en dit steeds met een sisser afloopt'', verliest de burger het vertrouwen in de controlerende functie van het parlement. Volgens de hoogleraar staat de reputatie van het parlement op het spel. Hij meent dat de Kamer zich al te vaak opstelt als ,,applausmachine van deze en gene minister''.
Vooral het falen van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, zoals in de affaires met Congolese en, recenter, Syrische asielzoekers, had door het parlement veel kritischer benaderd moeten worden. ,,Dat rommelige beleid ligt primair bij het ambtenarenkorps van de minister, maar de Kamer is zonodig naar mijn oordeel nog zwakker'', aldus Kortmann.
Motie van wantrouwen
Vorige week overleefde minister Verdonk een motie van wantrouwen, de tweede binnen enkele maanden, wegens het onvolledig en verkeerd informeren van de Tweede Kamer. Het parlement moet zich ,,schamen'', vindt Kortmann.
,,Zowel uit juridisch als uit politiek oogpunt vind ik dat de Kamer op dit beleidsterrein een dikke onvoldoende verdient.'' Kortmann is van mening dat er een gevaarlijke politieke situatie is ontstaan die steeds sterker wordt bepaald door de komende verkiezingen en door de huidige coalitieverhoudingen.
Vreemdelingenzaken vormen ,,een buitengewoon serieus beleidsterrein'', aldus de Nijmeegse professor, dat veelal gaat om ,,individuen met heel persoonlijke gevaren''. Kortmann geldt internationaal als expert op het gebied van vergelijkend constitutioneel recht. Sinds 2004 is hij ook hoogleraar aan de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen.
Ik denk dat heel veel politici te veel belangen hebben om rechtvaardige besluiten te nemen.quote:Op zondag 9 april 2006 10:38 schreef sigme het volgende:
De tweede kamer is hard bezig de functie van de tweede kamer niet meer uit te voeren. Waarmee de reeds lang bestaande indruk bij de kiezer bevestigd wordt: Den Haag is een praatfabriek. Ze doen niets. Emmeren over vormfouten, die niets eens fout waren, want zie maar: als het fout was, dan was er wel iemand afgetreden. QED.
De tweede kamer maakt zichzelf tandeloos door te accepteren dat ze verkeerd worden voorgelicht. De tweede kamer maakt de ministriele verantwoordelijkheid loos door de minister niet verantwoordelijk te houden.
Stelling: de tweede kamer kan na de verkiezingen, zodra een coalitie gevormd is en het regeeraccoord getekend, best naar huis.
Dat is wat kort door de bocht, maar dat er wat moet veranderen is duidelijk. Nu wordt een minister nog te makkelijk de hand boven het hoofd gehouden door de regerende partijen, die maar al te bang zijn dat ze gezichtsverlies lijden wat weer gevolgen heeft voor de volgende verkiezingen. Wat dat betreft zou het niet verkeerd zijn als de burger de mogelijkheid krijgt om het vertrouwen in de volksvertegenwoordiging op te zeggen.quote:Op zondag 9 april 2006 10:38 schreef sigme het volgende:
Stelling: de tweede kamer kan na de verkiezingen, zodra een coalitie gevormd is en het regeeraccoord getekend, best naar huis.
Bronquote:DEN HAAG - Voorzitter Weisglas (VVD) van de Tweede Kamer maakt zich zorgen over de status van het hoogste politieke orgaan van Nederland. Dat zei hij zaterdag desgevraagd in een reactie op het aanstaande vertrek van zeker vijf Kamerleden.
"Na de laatste gemeenteraadsverkiezingen verliezen we weer tientallen jaren Kamerervaring aan college's in gemeenten als Amsterdam, Almere, Enschede en Rotterdam", zei Weisglas. "Ik maak me daar hele grote zorgen over."
Volgens het meest recente overzicht verliest de Tweede Kamer: A. Duivesteijn (PvdA, naar college Almere), M. Vos (GroenLinks, naar college Amsterdam), R. Luchtenveld (VVD, naar college Amersfoort), P. van Heemst (PvdA, fractievoorzitter Rotterdam) en M. Koomen (CDA, naar college Enschede).
Hoogste doel
Weisglas stelt vast dat de Tweede Kamer niet langer het hoogste doel is voor een politicus. "Vroeger gingen politici vanuit de gemeenteraad naar het college van burgemeester en wethouders en daarna uiteindelijk naar de Tweede Kamer. Nu kiezen Kamerleden voor een baan in het college, terwijl de Tweede Kamer toch het hoogste controlerende college is".
Sinds de laatste verkiezingen voor de Tweede Kamer gaven twintig parlementariërs hun zetel af volgens Weisglas. Hij rekent dan nog niet de Kamerleden mee die sindsdien toetraden tot het kabinet.
Trend
De Kamervoorzitter erkent dat hij weinig middelen heeft om iets te doen aan deze leegloop. "Ik wil wel een klemmend beroep doen op de partijen om niet toe te geven aan de trend van nieuw, nieuw, nieuw", aldus Weisglas. "Ze zouden beter kunnen kiezen voor ervaring op de bovenste plaatsen van de kieslijsten."
Tsja, dat krijg je ervan. Iemand die niet voor de poes haar poes een mooiweerfunctie zoekt, maar iets wil bereiken in het bestuur van dit land, heeft niks te zoeken in de tweede kamer.quote:zaterdag 8 april
Weisglas bezorgd over status Tweede Kamer
DEN HAAG - Voorzitter Weisglas (VVD) van de Tweede Kamer maakt zich zorgen over de status van het hoogste politieke orgaan van Nederland. Dat zei hij zaterdag desgevraagd in een reactie op het aanstaande vertrek van zeker vijf Kamerleden.
‘Na de laatste gemeenteraadsverkiezingen verliezen we weer tientallen jaren Kamerervaring aan college's in gemeenten als Amsterdam, Almere, Enschede en Rotterdam’, zei Weisglas. ‘Ik maak me daar hele grote zorgen over.’
Volgens het meest recente overzicht verliest de Tweede Kamer A. Duivesteijn (PvdA, naar college Almere), M. Vos (GroenLinks, naar college Amsterdam), R. Luchtenveld (VVD, naar college Amersfoort), P. van Heemst (PvdA, fractievoorzitter Rotterdam) en M. Koomen (CDA, naar college Enschede).
Weisglas stelt vast dat de Tweede Kamer niet langer het hoogste doel is voor een politicus. ‘Vroeger gingen politici vanuit de gemeenteraad naar het college van burgemeester en wethouders en daarna uiteindelijk naar de Tweede Kamer. Nu kiezen Kamerleden voor een baan in het college, terwijl de Tweede Kamer toch het hoogste controlerende college is’.
Sinds de laatste verkiezingen voor de Tweede Kamer gaven twintig parlementariërs hun zetel af volgens Weisglas. Hij rekent dan nog niet de Kamerleden mee die sindsdien toetraden tot het kabinet.
De Kamervoorzitter erkent dat hij weinig middelen heeft om iets te doen aan de bescheiden leegloop. ‘Ik wil wel een klemmend beroep doen op de partijen om niet toe te geven aan de trend van nieuw, nieuw, nieuw’, aldus Weisglas. ‘Ze zouden beter kunnen kiezen voor ervaring op de bovenste plaatsen van de kieslijsten.’
Het mag wel eens gezegd worden inderdaad.quote:'Tweede Kamer zwak inzake beleid Verdonk'
Uitgegeven: 9 april 2006 08:12
Laatst gewijzigd: 9 april 2006 08:38
HILVERSUM - De Tweede Kamer toont zich "zwak en onmachtig" op het beleidsterrein van minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie. Als de minister telkens naar de Kamer wordt geroepen omdat er ernstige problemen zijn "en dit steeds met een sisser afloopt", verliest de burger het vertrouwen in de controlerende functie van het parlement.
Dat zei de Nijmeegse hoogleraar staatsrecht C. Kortmann zondagochtend in het IKON-radioprogramma De Andere Wereld. Volgens de hoogleraar staat de reputatie van het parlement op het spel. Hij meent dat de Kamer zich al te vaak opstelt als "applausmachine van deze en gene minister"
Rommelig beleid
Vooral het falen van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, zoals in de affaires met Kongolese en, recenter, Syrische asielzoekers, had door het parlement veel kritischer benaderd moeten worden. "Dat rommelige beleid ligt primair bij het ambtenarenkorps van de minister, maar de Kamer is zonodig naar mijn oordeel nog zwakker", aldus Kortmann.
Schamen
Vorige week overleefde minister Verdonk een motie van wantrouwen, de tweede binnen enkele maanden, wegens het onvolledig en verkeerd informeren van de Tweede Kamer. Het parlement moet zich "schamen", vindt Kortmann. "Zowel uit juridisch als uit politiek oogpunt vind ik dat de Kamer op dit beleidsterrein een dikke onvoldoende verdient."
Kortmann is van mening dat er een gevaarlijke politieke situatie is ontstaan die steeds sterker wordt bepaald door de komende verkiezingen en door de huidige coalitieverhoudingen. Vreemdelingenzaken vormen "een buitengewoon serieus beleidsterrein", aldus de Nijmeegse professor, dat veelal gaat om "individuen met heel persoonlijke gevaren".
Kortmann geldt internationaal als expert op het gebied van vergelijkend constitutioneel recht. Sinds 2004 is hij ook hoogleraar aan de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen
Bekwaamheid zegt niet zoveel, het vertelt alleen iets over iemands capaciteiten, niet hoe hij of zij er mee omgaat. Natuurlijk kun je zo een primaire selectie maken, maar dan nog heeft een lid van de Tweede Kamer de mogelijkheid om bijvoorbeeld bij een motie van wantrouwen tactisch te stemmen. De zwakte van de democratie is dus niet dat iemand gekozen wordt op basis van een bepaald aantal stemmen, maar dat die keuze vervolgens onomkeerbaar is.quote:Op zondag 9 april 2006 15:51 schreef Argento het volgende:
Dat is toch gewoon de zwakte van democratie? Een Kamerlid is Kamerlid omdat hij daartoe voldoende stemmen heeft weten te vergaren, niet omdat hij daartoe ook maar enige proeve van bekwaamheid heeft afgelegd.
Het is toch ook een verkapte vorm van kritiek op de regeringspartijen? Als zij zich immers altijd achter het kabinet opstellen is het niet meer va belang of de rest van de kamer hun werk nu goed of slecht doet.quote:Op zondag 9 april 2006 18:03 schreef SCH het volgende:
Ik vind het een beetje raar om dat "de Tweede Kamer" te verwijten. De meeste partijen doen hun werk maar het zijn de coalitiepartijen die telkens blind achter hun ministers gaan staan. Vooral het CDA is hier erg zwak in.
Het klopt niet om dit de hele Kamer te verwijten, die doen volgens mij hun controlerende taak best aardig.
Die kritiek zou niet verkapt moeten zijn maar gewoon heel helder: het gaat hier volgens mij louter om de regeringspartijen, die zetten de rest buiten spel. Misschien dat je de LPF nog mag verwijten iets teveel mee te lullen met het kabinet.quote:Op zondag 9 april 2006 18:06 schreef One_of_the_few het volgende:
[..]
Het is toch ook een verkapte vorm van kritiek op de regeringspartijen? Als zij zich immers altijd achter het kabinet opstellen is het niet meer va belang of de rest van de kamer hun werk nu goed of slecht doet.
Ik he het idee bij het kabinet dat ze het echt vinden en dan heb ik er weinig problemen mee. Dan frustreer je het proces niet. dan is dat de uitkomst van verkiezingen. Maar de kritiek zou eigenlijk niet verkapt moeten zijn, maar frontaal. Maar waarschijnlijk is er dan een kleiner schok effect. En dat willen we niet natuurlijk.quote:Op zondag 9 april 2006 18:12 schreef SCH het volgende:
[..]
Die kritiek zou niet verkapt moeten zijn maar gewoon heel helder: het gaat hier volgens mij louter om de regeringspartijen, die zetten de rest buiten spel. Misschien dat je de LPF nog mag verwijten iets teveel mee te lullen met het kabinet.
Ik verwijt het niet de regeringspartijen van déze regering, want bij de voorgaande coalities was het ongeveer even slecht. Dat -sommige- oppositiepartijen nu wel controleren is ketelmuziek, als hun partij in de regering zit gaan zij ook tevreden achterover leunen.quote:Op zondag 9 april 2006 18:12 schreef SCH het volgende:
[..]
Die kritiek zou niet verkapt moeten zijn maar gewoon heel helder: het gaat hier volgens mij louter om de regeringspartijen, die zetten de rest buiten spel. Misschien dat je de LPF nog mag verwijten iets teveel mee te lullen met het kabinet.
Dat is waar, hoewel democratie natuurlijk niet alleen maar op onze manier kan worden ingericht. Maar je kan natuurlijk verkozenen na hun verkiezing wel vragen (als kiezer) een proef van begrip van de bevoegdheden te doen.quote:Op zondag 9 april 2006 15:51 schreef Argento het volgende:
Dat is toch gewoon de zwakte van democratie? Een Kamerlid is Kamerlid omdat hij daartoe voldoende stemmen heeft weten te vergaren, niet omdat hij daartoe ook maar enige proeve van bekwaamheid heeft afgelegd.
het zegt in zoverre iets dat van iemand die die capaciteiten niet heeft of waarvan niet vaststaat dat hij ze wel heeft, de vraagtekens bij het juist uitoefenen van de functie van volksvertegenwoordiger behoorlijk groot zijn. Misschien wel te groot in verhouding van het belang van de functie.quote:Op zondag 9 april 2006 17:38 schreef NewOrder het volgende:
[..]
Bekwaamheid zegt niet zoveel, het vertelt alleen iets over iemands capaciteiten, niet hoe hij of zij er mee omgaat.
Ten eerste, die keus is in het geheel niet onomkeerbaar. Er zijn om de vier jaar verkiezingen. Hoeveel schade kan een parlement in vier jaar nu werkelijk aanrichten?quote:Natuurlijk kun je zo een primaire selectie maken, maar dan nog heeft een lid van de Tweede Kamer de mogelijkheid om bijvoorbeeld bij een motie van wantrouwen tactisch te stemmen. De zwakte van de democratie is dus niet dat iemand gekozen wordt op basis van een bepaald aantal stemmen, maar dat die keuze vervolgens onomkeerbaar is.
Tja, in de praktijk van alle dag zal het voor een CDA-kamerlid (ik noem maar wat) ontzettend lastig zijn om een CDA-bewindspersoon op zijn verantwoordelijkheid aan te spreken, laat staan tegen deze een motie van wantrouwen in te dienen en daarin te volharden. Terwijl dat in theorie wel van een kamerlid MOET worden verlangd. Partijpolitiek mag natuurlijk geen enkele rol spelen in het controleren van het kabinet. Maar ja, dat is maar theorie.quote:Op zondag 9 april 2006 18:56 schreef sigme het volgende:
Een deel van mijn bezwaren wordt veroorzaakt door de structuur met partijen.
Partijgewoontes en -belangen staan soms haaks op het idee achter onze vertegenwoordiging waarin ieder parlementslid individueel gekozen heet te zijn. Die individuele verantwoordelijkheid van de parlementsleden wordt totaal uitgehold door partij + coalitie + regeeraccoord.
Elk van dat is niet principieel "fout", maar als parlementsleden geen idee meer hebben wat nu eigenlijk hun eigen staatsrechtelijke verantwoordelijkheid is dan neem ik ze dat wel kwalijk.
Gehele columnquote:Vandaar dus dat die woorden () mij uit het hart gegrepen waren. Ook hij verwonderde zich over dat 'gekerm' over cliëntelisme. 'Wat willen we eigenlijk? Dag en nacht wordt er geklaagd over de kloof tussen kiezers en gekozenen, tussen burgers en politici. (…) En kijk nu eens hoe die democratisch onderontwikkelde immigranten het probleem oplossen. Ze kiezen niet alleen een partij, maar ze wijzen meteen hun meest favoriete kandidaat aan.' Precies. Het probleem van de moderne politiek is misschien juist wel een tekort aan cliëntelisme, een gebrek aan voor-wat hoort-wat. Uitspraken als 'my constituents would not appreciate that' zijn voor een Britse politicus iets heel normaals, Nederlandse politici zeggen zoiets nooit. Wouter Bos lijkt dat juist als een verworvenheid te beschouwen. Hij is bang, legde hij uit in het gewraakte Parool-interview, dat de nieuwe allochtone raadsleden van de PvdA 'een veeleisende achterban in hun nek krijgen.'
Een veeleisende achterban, ja, daar ben je als politicus mooi klaar mee!
Ach…de tijden dat je als PvdA-er je achterban nog gewoon kon negeren. Those were the days!
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |