Stukje voorpret.
en de reeds vergeten Lieven Van Gil.
Ik streep “WOUT genoemd” alvast af.
quote:
20 jaar ‘Vive le vélo’: ‘De wereld vergaat niet als wij eens een avond overslaan. Dan kijken de mensen wel naar iets anders’
Hellingsgraden zullen in gebeeldhouwde kuiten bijten, de mooiste renners zullen en dansant de finishlijn tegemoetzweven, maar de Tour de France wordt pas écht het kroonjuweel van de wielersport zodra Karl Vannieuwkerke zijn tafel naast een fraai belicht kasteel mag neerpoten, om te beginnen aan het jubileumseizoen (20 jaar!) van ‘Vive le vélo’. HUMO mijmerde met enkele bevoorrechte getuigen van een televisionele klassieker.
Van lommerrijke hoekjes over pittoreske dorpspleinen tot imposante bergwanden: geen plek waar ‘Vive le vélo’-chauffeur, ex-wereldkampioen veldrijden en übersympathieke Kempenzoon Paul Herygers zijn gasten níét tijdig dan wel heelhuids afgezet krijgt.
PAUL HERYGERS, DE CHAUFFEUR
HUMO Naar verluidt ben jij een chauffeur die zelfs in de meest dichtgeslibde files een gaatje vindt.
PAUL HERYGERS «Eigenlijk mag ik daar niet te trots op zijn, want tussen al die manoeuvres zitten er een paar die eigenlijk echt niet kunnen. We moesten eens van een col raken, maar de auto’s van de wielerploegen hadden voorrang op ons en het ging voor geen meter vooruit. Ik ben er dan maar tussen gedoken, achter de wegbereidende zwaantjes. Na tien minuten hebben ze me eruit geplukt, maar dat was niet erg: ik was tenminste beneden. Opdracht volbracht!
»Ik herinner me ook dat het verkeer een keer potdicht zat in de buurt van Alpe d’Huez. Pure chaos. Ik moest nog een kilometer of zeven afleggen om tot bij Karl Vannieuwkerke te raken, maar alle straten waren afgesloten – en als de straten in de Tour de France afgesloten zijn, kun je nog op je kop gaan staan, maar ze laten je er niet door. Dus ben ik offroad gegaan. Door een rivier, alsof we met de mountainbike waren. Ik reed nochtans met een mooie auto die daar eigenlijk helemaal niet voor gemaakt was.»
HUMO Ik begin te snappen waarom je het weleens aan de stok krijgt met de Franse autoriteiten.
HERYGERS (lacht) «Dat gebeurt, natuurlijk. Ik had eens een ‘Vive le vélo’-gast – zijn naam zal me dadelijk wel te binnen schieten – die het in zijn hoofd had gehaald om de tijdrit te rijden vóór de coureurs eraan begonnen. Wij mochten daar zijn, als pers, maar zo’n parcours is natuurlijk verboden terrein voor amateurrenners. Dus toen de policiers ons zagen aankomen, waren ze meteen in alle staten. De eerste agent greep naast mijn gast – allee, ik zou zijn naam duizend keer zeggen – en de tweede probeerde op zijn gezicht te slaan met zijn matrak. Ik denk wel dat hij die nog net heeft kunnen ontwijken, maar we hebben onze tijdritpoging toch maar vroegtijdig stopgezet.
»(Plots luid) Louis Talpe! Dat was ’m!
»Wie ook een heel straffe was: Guga Baúl. Ik zat samen met hem in een wagen met een megafoon op het dak, en hij begon toch wel Lance Armstrong achterna te doen, zeker? Meer bepaald excuseerde hij zich voor alle doping die hij had gepakt. Amai, m’n kloten. De mensen waren ervan overtuigd dat hij de échte Armstrong was en begonnen massaal op onze auto te kloppen. We zijn moeten vluchten.»
HUMO Is het weleens mislukt om een gast op tijd aan tafel te krijgen?
HERYGERS «Nog nooit. Dat is vooral chance, hoor. Je kunt pienter en leep zijn, maar je moet vooral niet de held willen uithangen. Ik kom weleens in de penarie, maar alléén voor mijn gasten. Ik ben eens in de blakkezon gaan staan bij de finishlijn om plaats te houden voor mijn gasten, zodat zij de schaduw konden opzoeken. Alleen wilde de organisatie me daar wegjagen, want ik stond te dicht bij de fotofinish. Toen ik deed alsof ik geen Frans verstond, hebben ze mijn badge van mijn nek gesnokt. Gedaan met zingen!
»Ik heb al mijn halve kleerkast uitgedeeld aan mijn gasten. Zo was Wout van Aert eens vergeten dat het ’s avonds geweldig koud kan zijn. Toen heb ik hem mijn jasje gegeven. Jan Bakelants was zelfs met mijn broek weg. Hij zat in zijn shortje te bibberen in de schaduw van de Eiffeltoren, dus gaf ik hem de enige broek die ik nog overhad: een spiksplinternieuwe, die drie maten te groot was voor hem. Maar ja, onder Karls tafel zie je dat toch niet, hè.»
HUMO Over Van Aert gesproken: is jullie band nog altijd zo warm? Twee jaar geleden is hij mee je 60ste verjaardag komen vieren.
HERYGERS «Hij was de verrassingsact – geweldig! Ik moet toegeven: dan ben ik opeens een klein manneke. Ik ben mijn verjaardag toen helemaal uit het oog verloren en heb alleen maar vol bewondering naar die Wout zitten zien. Dat vergeet ik nooit meer. Hij had zelfs een groene trui bij voor mij. ‘Draag er zorg voor, Paul,’ zei hij, ‘want het is een echte.’
»Ik heb ook eens zijn rugnummer uit de Tour bemachtigd. Ik ben geen schooier, behalve als het over Van Aert gaat (lacht).»
HUMO Er is de laatste jaren al veel inkt gevloeid over het verwateren van de relatie tussen Michel Wuyts en José De Cauwer. Zie jij Michel nog?
HERYGERS «Jaja. Michel mocht een tijd geleden de tafelindeling doen voor de uitreiking van de Kristallen Fiets. En wie zat er bij Michel? De Paul! Nu, ik hoor hem niet elke week, natuurlijk. Hij zit ook niet elke dag voor het raam zijn gazetje te lezen, hè. Michel werkt nog altijd keihard. De laatste keer dat ik hem hoorde, was na het overlijden van Ludo Dierckxsens. Ik ben met Ludo opgegroeid. Hij was 28 toen hij als prof begon – een laatbloeier, net als ik – en hij is samen met mij begonnen in de ploeg van Gérard Bulens. Dat schept een band. En daarover heb ik met Michel even heen en weer gewhatsappt.»
HUMO Je was de chauffeur van Rob Goris, de renner die enkele uren na zijn verschijning in ‘Vive le vélo’ in 2012 overleed aan hartfalen. Jij was één van de laatsten die hem heeft gezien.
HERYGERS «Ik zette hem en zijn vriendin Katrien Van Looy af aan zijn hotel, zette zijn valies op de dorpel en zei: ‘Robke, Katrientje, bedankt voor het fijne gezelschap! We zien elkaar morgenvroeg.’ Hij antwoordde dat hij de dag van zijn leven had gehad. (Zwijgt) Da’s een vies verhaal. Ik heb er nog een serieuze knak aan overgehouden. Ik voelde me wat schuldig. Een week eerder had ik de mama van Katrien, de schoondochter van Rik Van Looy, nog gezien op haar werk in een Herentalse kledingwinkel. Ze had gezegd: ‘Paul, gij gaat ons mannekes meenemen, zo tof! Ik weet dat gij ze goed gaat soigneren.’
»Ik ben die nacht als een blok in slaap gevallen. Ik werd zelfs niet wakker van de ambulanciers die voor mijn deur naar boven stormden om Rob te reanimeren. Iedereen van Sporza lag al lang in zijn bed, dus die Katrien heeft dat helemaal alleen moeten oplossen... Ze werkte in die tijd in een tankstation in Herentals, waar ik haar daarna nog wekelijks tegenkwam. Dan moest ik telkens terugdenken aan hoe ik die nacht boomstammen lag te zagen. Ook al had ik waarschijnlijk niks kunnen doen, dat weet ik wel.»
HUMO Hoelang wil je het nog doen?
HERYGERS «Het is een geweldige job, maar vroeg of laat komt ook daar een einde aan. Ik ben nu 62, en ik zou het nog graag doen tot aan mijn pensioen. Als dat lukt, ben ik de king.»
GUNTHER LEENDERS, DE PRODUCER EN LOCATION SCOUT
De directeur van het rondreizende circus dat ‘Vive le vélo’ heet? Naast regisseur Wim Straetmans is dat sinds jaar en dag Gunther Leenders, die erbij was vanaf de allereerste aflevering.
HUMO Die werd uitgezonden op 2 juli 2005: proficiat met jullie jubileum.
GUNTHER LEENDERS «Wist je dat Karl het programma al sinds die allereerste aflevering afsluit met de woorden ‘Vive le vélo’? Ik dacht dat het alleen maar een soort mooie legende was die we onszelf in de loop der jaren hadden wijsgemaakt. Maar een paar weken geleden heb ik aflevering één dan maar eens herbekeken. Op het einde zegt Karl effectief al zijn iconische slagzin. Mooi, toch?»
HUMO Hoe verklaar je het na twintig jaar nog altijd niet afkalvende succes?
LEENDERS «Dat is volgens mij heel makkelijk te verklaren: het programma is écht. Regent het, dan regent het. Zoemt er een zwerm insecten boven de tafel, dan zoemen ze maar. Er sukkelden zelfs al eens een paar zatlappen door ons decor, die niet echt wisten waar ze plots waren terechtgekomen toen ze stevig beschonken het lokale café uit stapten – maar een vriendelijke groet kregen we nog wel.»
HUMO Jullie nodigen Patrick Lefevere wel zélf uit.
LEENDERS (onverstoorbaar) «Ik bedoel maar dat er altijd iets onverwachts kan gebeuren, en dat de kijker dat zelfs vaak léúk vindt. Daarbij ademt het programma de koers, de zomer en la douce France.»
HUMO Jullie trekken in het voorjaar steevast op prospectie. Keihard werken of niet geheel onaangenaam?
LEENDERS «Vraag het aan onze vrienden en collega’s, en die zien ons alleen maar op een luxueuze all-invakantie vertrekken, alsof we in een cabrio van kasteel naar kasteel flaneren. Maar in de realiteit stappen we om negen uur in onze auto, om twaalf uur later onze tassen honderden kilometers verderop op een al dan niet vers hotelbed te gooien, en te hopen dat er nog een restaurant open is – wat in hartje Frankrijk niet altijd een zekerheid is.»
HUMO Er komt weleens een wijngaard of een kaasbereiding aan bod in ‘Vive le vélo’. Ik neem aan dat die uitgebreid moet worden voorgeproefd.
LEENDERS «Was het maar! De ‘Touristique’-stukjes worden allemaal voorbereid op een bureau in Brussel. Voor ons is het wachten tot we eens op een wijndomein ons kamp opslaan, waar we dan hopen dat de vriendelijke eigenaars ons als aperitief een glaasje komen aanbieden.»
HUMO Hoe groot is jullie konvooi?
LEENDERS «In het allereerste seizoen hadden we geen vrachtwagens, maar ondertussen tellen we in totaal zeventien voertuigen. Vijf vrachtwagens, enkele camionettes, een satellietwagen... En een camperbus die Rudi heet, al weet ik niet meer waar we ooit die naam hebben gehaald. De chauffeur ervan heet in elk geval Jan.»
HUMO Hoelang zijn jullie, van opbouw tot afbraak, op elke locatie?
LEENDERS «Over het algemeen kun je stellen dat we om halftwee ’s middags aankomen en om middernacht zijn we weer weg. Maar dat is elke aflevering weer een beetje anders, met een gezonde dosis rock-’n-roll.»
HUMO Gieren de zenuwen op het moment van de uitzending nog door je lijf?
LEENDERS «Maar nee. Oké, het is live, maar wij staan niet tien uur per dag in een staalfabriek, hè. Het is máár tv. Wat is het ergste dat er kan gebeuren? Dat het programma er die avond niet is. Tja, dan vinden de mensen wel iets anders om naar te kijken. De wereld vergaat niet. We hebben door een onweer eens niet kunnen uitzenden – alles stond klaar, maar het satellietsignaal raakte niet door het loodzware wolkendek. Dan zeggen wij gewoon: ‘Oké, Brussel, een film dan maar, komen we over een uurtje wel terug.’»
HUMO De VRT blijft maar besparen. Voelen jullie dat?
LEENDERS «Niet echt, wij mogen nog altijd hetzelfde programma maken als die eerste keer op locatie. Dat is al bij al bescheiden: een tafel met vier gasten errond – niet bepaald de nieuwe ‘Mission: Impossible’ – en onze decors krijgen we gratis. Tegenwoordig hangen studio’s vol virtuele achtergronden en spectaculaire 3D-grafieken. ‘Vive le vélo’ niet. Bij ons is alles nog tastbaar. Als de bergwand helt, dan staat onze tafel scheef. En als de kikkers van hun oren maken, dan zul je die in je huiskamer horen kwaken.»
HUMO ‘Extra Time’ is er onlangs mee opgehouden, hoelang kan ‘Vive le vélo’ nog mee?
LEENDERS «Er staat volgens mij geen houdbaarheidsdatum op. En dat zeg ik niet zomaar, dat is gewoon zo. Zolang wij een wielerland blijven, kan ‘Vive le vélo’ glansrijk blijven bestaan.»
MARIJN DE VRIES, DE ANALISTE
In de loop der jaren zijn er tientallen ronkende namen aangeschoven bij Karl Vannieuwkerke, maar evengoed gasten die dankzij ‘Vive le vélo’ zélf een ster zijn geworden. Het fonkelende bewijs heet Marijn de Vries, ex-wielrenster, columniste en pronkstuk van het analistengilde.
HUMO Mag ik ‘Vive le vélo’ in de eerste plaats het programma noemen dat Marijn de Vries heeft grootgemaakt in Vlaanderen?
MARIJN DE VRIES (lacht) «Waarom ook niet. Ik ben in 2010 voor het eerst te gast geweest. Ik heb daar vaak aan gedacht de laatste tijd, want weet je naast wie ik toen zat?»
HUMO Geen idee.
DE VRIES «Naast de prachtige Ludo Dierckxsens. Wij hadden meteen een band, omdat we allebei pas op late leeftijd profrenner zijn geworden – in 2010 beleefde ik pas mijn eerste jaar op het hoogste niveau. Ik voelde me een groentje aan die tafel, maar hij stelde me helemaal op mijn gemak. Hij had bovendien – in een tijd waarin amper iemand omkeek naar het vrouwenrennen – enorm veel respect voor mij als renster. Het was de eerste keer dat ik van een oud-prof zoveel eerbied voelde. Dus ja, ik had me geen betere kennismaking met ‘Vive le vélo’ kunnen wensen.»
HUMO Vorig jaar telde de talkshow meestal zo’n half miljoen kijkers. Recent nog, voor de verjaardagsspecial met Eddy Merckx, was dat ruim 800.000. Wat maakt dat er vaak meer Vlamingen naar ‘Vive le vélo’ kijken dan naar de koers zelf?
DE VRIES «Er zijn een aantal factoren. De banaalste: de Tour zelf wordt overdag verreden, wanneer veel mensen natuurlijk aan het werk zijn. Dan is het heerlijk om ’s avonds een uitgebreide samenvatting met een gedegen analyse te krijgen. Tegelijk zit de sfeer van een zwoele zomeravond prachtig in ‘Vive le vélo’ vervat. Het is een programma waarbij je lekker achterover kunt leunen met een gekoeld glas wijn. Er wordt ook ruimte gemaakt voor verhalen buiten de Tour de France, zodat het ook interessant blijft voor mensen die niet per se een binnenband van een bezemwagen kunnen onderscheiden.
»Maar het succes komt natuurlijk vooral door de meesterlijke gastheer Karl Vannieuwkerke. Ik heb al heel vaak naast hem gezeten, en als journalist én ex-sporter weet ik dat wat er vanzelfsprekend en makkelijk uitziet, net heel moeilijk is. Ik bewonder zijn vermogen om razendsnel te schakelen en zijn lichtvoetigheid, waardoor de sfeer aan tafel altijd zo ontspannen is.»
HUMO Weet je al bij welke halte van deze Tour je wordt verwacht?
DE VRIES «Ik weet eigenlijk niet of ik het wel mag verklappen, maar ik ga het toch doen: ik schuif aan voor de etappe naar de Mont Ventoux.»
HUMO Neem je je fiets mee?
DE VRIES «Uiteraard. Het zou zelfs zomaar eens kunnen dat mijn Ventoux-beklimming in ‘Vive le vélo’ te zien zal zijn. (Betrapt zichzelf) Al mag ik natuurlijk ook niet té veel verklappen (lacht).»
HUMO Chauvinistisch vraagje: wat doen de Belgische wielerprogramma’s beter dan de Nederlandse?
DE VRIES «België is natuurlijk een échte wielernatie, hè. De liefde voor de koers gutst uit al jullie poriën. Zelfs in jullie verslaggeving spat het ervan af. Dat merken wij ook: voor het wielrennen zappen veel Nederlanders liever naar de VRT.»
HUMO Sporza wordt weleens bekeken als een mannenbastion en een haantjesclub. Wat vind jij daarvan, als iemand die ervaring heeft met mannenbastions en haantjesclubs?
DE VRIES (lacht) «Ik kan alleen voor mezelf spreken, maar ik heb bij Sporza áltijd respect gevoeld, ook al was ik de enige vrouw tussen de mannen. Als ik iets niet cool vond, werd daar gewoon naar geluisterd. Verfrissend wel.»
HUMO Nog een pronostiek om af te sluiten. De afgelopen jaren was er telkens een tweestrijd, tussen Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard bij de mannen, en Demi Vollering en Katarzyna Niewiadoma bij de vrouwen. Komt daar deze zomer verandering in?
DE VRIES «Bij de mannen niet, vrees ik: ik ben zelfs bang dat Pogacar iedereen wel héél hard op een hoopje zal rijden. Bij de vrouwen wordt het interessant. Het is niet meer zo vanzelfsprekend dat Vollering iedereen uit haar wiel rijdt zodra ze op haar pedalen gaat staan. Naast Niewiadoma zijn er ook Marlen Reusser, Lotte Kopecky en Anna van der Breggen als niet te onderschatten uitdagers.»
HUMO Ik noteer: de Tour des Femmes wordt interessanter dan de Tour des Hommes.
DE VRIES «Welaan dan!»
LIEVEN VAN GILS, DE EERSTE VLIEGENDE REPORTER
In de donkere middeleeuwen werd ‘Vive le vélo’ (geboren onder de ook weer niet zo swingende naam ‘Tour 2005’) nog opgenomen aan de Reyerslaan. Vanaf het tweede seizoen mocht één man als vliegende reporter het peloton in: Lieven Van Gils nam die honneurs waar en sprak jarenlang met de grootste coureurs.
HUMO Ik begin graag met een herinnering aan het laatste jaar dat je voor ‘Vive le vélo’ werkte. Weet je nog wat er gebeurde toen je in 2015 ritwinnaar Tony Martin interviewde?
LIEVEN VAN GILS (lacht) «Hoe zou ik het kunnen vergeten? Tony Martin reed voor Etixx–Quick-Step, een ploeg in moeilijkheden, waardoor de ontlading na zijn ritwinst extra groot was. Wat gebeurde er dus tijdens onze uitzending? Uit het niets passeerde er een polonaise rond onze tafel met aan het hoofd niemand minder dan ploegsponsor Marc Coucke! Hij had Martin zien finishen, had zijn auto vol wijn geladen en zette bij aankomst spontaan zijn schlagerhit ‘Het is weer Couckenbak’ in, om daarmee rond onze gasten te hossen.»
HUMO Goede wijntjes?
VAN GILS «Exquis – we hebben er achteraf nog ééntje mogen proeven. Als live sportverslaggever is het altijd uitkijken met dronken mensen – voor je het weet hebben ze je micro vast of kappen ze een pint over je kop uit – maar Marc Coucke is natuurlijk niet de eerste de beste onnozelaar. Na één à twee toertjes rond de tafel was hij alweer weg.»
HUMO Je hebt iederéén gesproken, van Mark Cavendish over Alberto Contador tot Eddy Merckx himself. Van wie heb je het meest genoten?
VAN GILS «Eén van de fijnste mensen die ik in de Tour zo heb leren kennen, was Fabian Cancellara. Die heeft zich meermaals in bochten gewrongen voor ons. Toen het regende, is hij eens mee in de bus komen zitten, gewoon om een praatje te slaan. We hebben hem uiteindelijk zelfs moeten wegjagen, omdat we echt wel moesten beginnen met opstellen (lacht).
»Sommige renners kwamen bij ons om even wég te zijn van de koers, of omdat ze wilden zien wie er allemaal een handtekening op onze tafel had gezet, of gewoonweg omdat ze op ons snoep aasden. Zo zat ik eens te wachten op het signaal om live te gaan naast Cavendish toen die plots razend enthousiast naar het voeteinde van ons bed wees: ‘Guys, can I have one of those, please?’ Hij had een koker Pringles-chips gespot (lacht).»
HUMO Was Johan Cruijff de grootste legende die ooit voor je microfoon heeft plaatsgenomen?
VAN GILS «Hij overstijgt natuurlijk alles. Toen was ik misschien wel het meest starstruck van allemaal. Lance Armstrong was dan weer de grootste tegenvaller. Hij kwam langs, signeerde onze tafel en kreeg zelfs al een microfoontje opgespeld, maar toen hij doorhad dat er een interview van hem werd verwacht, is hij glimlachend – hij wist dat de camera aan stond – weggegaan. Je zag aan mijn gezicht dat ik daar niet héél opgetogen over was (grijnst). Hij is de enige écht grote naam die we nooit te pakken hebben gekregen voor een langer interview aan onze tafel.»
HUMO Bradley Wiggins was ook geen al te beste ontmoeting.
VAN GILS «Een ramp! Het was de voorlaatste dag van de Tour en ook hij had op voorhand niet door dat er van hem een interview werd verwacht. Hij sméét zijn rugzak op de grond, het totale gebrek aan goesting spatte ervan af. En toch was het gesprek zelf eigenlijk supertof – Wiggins is iemand die altijd iets te vertellen heeft. Tot ik een vraag stelde over doping. Zijn persverantwoordelijke bleef maar gebaren dat ik moest stoppen. Die man was op den duur zo door het dolle heen dat hij in beeld is gelopen en los voor de camera is gaan staan.
»Het is een onderneming, hoor, interviewen in een live-uitzending. Want laat het duidelijk zijn: de interviews gebeuren wel degelijk écht live, en zijn daarom ook héél precies getimed. We moesten dus niet alleen de renners overtuigen om geïnterviewd te worden, maar ook om geïnterviewd te worden op dát specifieke moment. Soms moesten ze daarvoor letterlijk hun eten laten staan. En die déden dat, potverdorie! Probeer het van Kylian Mbappé maar eens te vragen, zo op de avond van de gemiddelde Champions League-kwartfinale.»
HUMO Was je na ‘Van Gils & gasten’ niet graag teruggekeerd naar Sporza en ‘Vive le vélo’?
VAN GILS (wuift het weg) «Dat gaat niet. Na al die jaren kun je niet plots zeggen: ‘Ga aan de kant, ik ben er weer!’ Want intussen waren onder meer Ruben Van Gucht en Maarten Vangramberen doorgegroeid, die dat gewoon keigoed deden. Opgestaan, plaats vergaan, dat is logisch.»
HUMO Kijk je nog naar ‘Vive le vélo’, of is dat zoals je ex zien kussen met haar nieuw lief?
VAN GILS (lacht) «In het begin voelde dat misschien zo, maar natuurlijk kijk ik nog. Ik ben en blijf een liefhebber.»
HUMO Mis je het?
VAN GILS «Ach ja, als je ziet dat Wout van Aert een rit wint... Dan voel ik wel een klein steekje in de hartstreek: daar was ik graag bij geweest. Maar als ik te jaloers dreig te worden, denk ik gewoon aan de urenlange rit die de journalisten nog voor de boeg hebben naar hun hotel, waar op dat uur geen eten meer te krijgen is, waar alle goeie kamers al zijn ingenomen en waar je met je zware koffer nog naar de derde verdieping moet. Als je dáár dan een vuil bed met een nog vuiler spreitje treft...
»Afijn, met díé gedachte zak ik graag onderuit in mijn zetel. Dan schenk ik mezelf nog een glas witte wijn in en dan zeg ik: ‘Schol, gasten!’»
HUMO Mag dat een Marc Coucke-wijntje zijn?
VAN GILS «Graag, zij het liefst zonder polonaise.»