De koninginnenrit zit er weer op. Het was niet heel enerverend, er was een hele vervelende kopgroep die regelmatig in vervelende groepjes uiteen viel, terwijl er in de achtergrond door UAE wel werd doorgefietst maar er verder ook niets te beleven viel in het peloton.
Het moest gaan gebeuren op de Passo di Foscagno, een loper die tot ver boven de 2000 hoogtemeters door blijft lopen. Het leek een waar kraamhuis wat betreft muizen die gebaard werden, totdat Majka het tempo iets de lucht in gooide om zo Pogacar op 14 kilometer van de meet (er zaten al meer dan 200 kilometer op) te lanceren richting de 3 minuten verderop fietsende Steinhauser. Martinez deed een halfzachte poging tot volgen maar Tadej was al gevlogen.
Steinhauser had ondertussen meer dingen aan zijn hoofd dan de naderende roze trui. Nairo Quintana was ook stevig op komst, nadat hij de hele dag ieders bordje had leeggegeten en vooral in het wiel van figuren als Conci en Storer had gebivakkeerd. En inderdaad, enkele kilometers voor het ronden van de pas, werd Steinhauser bijgehaald en later aan de kant geschoven door de Colombiaan. In de achtergrond maakte Tadej minuten goed op de koplopers terwijl hij anderzijds ook minuten wegreed op de pathetische groep 'klassementsmannen' die zich verschuilden achter het tergend trage tempo van fietsend lijk Valentin Paret-Peintre.
Een korte afdaling volgde na de Foscagno, met dan nog een kleine 5 kilometer waarvan de laatste 2 zeer steil richting Livigno. Hier hengelde Pogacar ook Quintana moeiteloos binnen, hij had er het steile stuk niet eens voor nodig. Remmend in de bochten vloog hij tegen 10% de berg op. Er staat geen maat op de Sloveen, die hier zijn vierde etappezege boekte.
Het is wel een mooi muurtje richting Livigno, en zowaar besloten de excuses vermomd als toprenners achter Tadej ook wat moeite te stoppen in die klim. Bardet was al eerder weggesprongen, Rubio probeerde ook iets, en Thomas floot Arensman nog terug om voor hem te knechten want Thomas haat aanvallen. Maar goed, dat werkte wel want Thymen snoert dan toch mondjes. Waarom hij knecht voor Thomas terwijl hij Geraint nog zou kunnen passeren in het AK? Onduidelijk. Enkel Martinez en uiteindelijk O'Connor konden de INEOS-tandem volgen, Tiberi was verdwenen; Ineos sloeg een uitstekende slag in de strijd om de eerste loser na Het Fenomeen. De achterstand is ondertussen meer dan gigantisch te noemen, dit heeft helemaal niets meer met wielrennen te maken.
Afijn, direct na de rustdag gaan we door, met een nieuwe bergit. Altijd een goed idee, na de rustdag, iedereen nog stijve benen en dan vlammen bergop.
Etappe 16: Livigno - Santa Cristina Val Gardena (206km)![GXeLJ8Yme5VKy9nG4J6K_140524-125136.jpg]()
![JOgBJ4RAmt9gDFcGZFSE_140524-125207.jpg]()
We beginnen waar we gebleven waren, in Livigno. Wel een stukje lager dan ze eerder finishten, overigens. Livigno is een skiplaats. Ik ben een groot fan van de bergen en bergachtige omgevingen, maar skidorpjes vind ik niets. Sowieso vind ik chaletbouw maar lelijk, lomp en sfeerloos. Prachtige uitzichten, jammer van de mensen. In Livigno proberen ze er voor de argeloze toerist desalniettemin het beste van te maken, met allerlei faciliteiten en accomodaties, getuige ook deze foto op de site van de Giro.
![jrBESkMyrnjXX3hLEpmU_120224-112528.jpg]()
Na de start gaan we direct omhoog, ongecategoriseerd via de
Passo di Eira naar opnieuw de
Passo di Foscagno, en zo pakken we in de eerste 11 kilometer van de etappe al in twee fases 550 hoogtemeters mee.
Erg mooi. We hebben wel eens kritiek op de RCS, maar deze etappe begint precies zoals je wil dat ie begint. Dit wordt vuurwerk. Het kan niet anders. We dalen de Passo di Foscagno af en is het dan gedaan met de pret? Zeer zeker niet. De renners hebben net de kranten onder hun shirt verwijderd, of ze beginnen aan een slopende klim -
De Stelvio. Nee, die gaat niet door. We gaan, omwille van sneeuwmuren, over de
Umbrailpas die net ten westen ligt. Eigenlijk dalen we vlak voor de top af.
![266px-Flag_of_Switzerland_%28Pantone%29.svg.png]()
Ironisch. De koninginnenrit moest hertekend worden want ze konden niet door Zwitserland, en nu gaan ze precies wel door Zwitserland want ze kunnen niet over de Stelvio. Het is een stap terug, maar het blijft een forse inspanning. De Umbrailpas dus, ongetwijfeld worden we doodgegooid met beelden van Tom Dumoulin die moest poepen, dus ik ga daar niet te lang bij stilstaan. We gaan door Zwitserland, land van mensen die bij de geboorte al bejaard zijn, sportbobo's, geraniums, "neutraliteit", en een historisch zeer matige verhouding tot vrouwen(kies)rechten.
![umbrailpass-bormio.png]()
De Umbrailpas vanuit Italië is
16,7 kilometer aan 7,1%. Dat is niet mis natuurlijk (hoewel zowel de Stelvio als de Umbrail vanaf de andere kant zwaarder zijn), maar de originele Cima Coppi was een klim van 20 kilometer tegen 7,5% geweest. Normaal zou ik zeggen: die paar extra, steilere, kilometers op die hoogte,
dat maakt alles uit. Nu doe ik dat niet. Ten eerste zitten de renners al 2 dagen op hoogte, dus verwacht ik enige mate van gewenning aan de omstandigheden. Maar het gaat vooral om het restant van de etappe. Die maakt dat het 99% zeker, allemaal om niets gaat zijn.
![399px-PassoUmbrail0002.jpg]()
Bovenaan de Umbrailpas, of de Giogo di Santa Maria, is niets te beleven maar de afdaling naar Santa Maria is wel steil en dus relatief kort. Na iets meer dan 60 kilometer koers zitten we dan op 1300 meter hoogte, omgeven door bergen, en een potentieel volkomen verbrokkeld peloton. En dan?
DAN NIETS. Dan gaan we heel rustig door een of ander dal naar Bolzano rijden dat 100 kilometer verderop ligt. Het eerste bedrijf van deze etappe was nagenoeg perfect, het moet enkel nog worden opgevolgd door de overige onderdelen. Natuurlijk hoeven we niet 5 monsterklimmen over, maar nu slaat de RCS de etappe wel helemaal dood met een ellenlange valleitocht. Het kan natuurlijk dat er toch vuurwerk is, maar geen enkel topteam heeft de diepte om concurrenten te lossen en tegelijkertijd knechten over te houden om de afstand via Merano tot de sprint in
Bolzano na 160 kilometer te overbruggen.
Het kastelenboek gaat onmisbaar zijn, dus laten we hier ook maar een zijsprongetje maken om de tijd te doden tot de halfmatte finale die nog komen gaat. Na het uitstapje naar Zwitserland rijden we dus oostwaarts richting Merano. Voorheen de grootste stad van (Zuid-)Tirol, bevat dit natuurlijk tal van fantastische historische elementen. Ga er vooral eens naartoe als je in de buurt bent.
![20210611164732-merano-alto-adige-shutterstock-1445781023-1]()
We hadden hier in Merano ook richting het noorden kunnen trekken. Dan loopt de dalweg spontaan omhoog (een hele radicale gedachte) om uit te komen in Sankt Leonhard. Eenmaal daar zou de RCS een paar sneeuwploegen in kunnen huren en de koers verleggen naar Oostenrijk, in het bijzonder het Otztal. De Passo del Rombo, 29 hele grillige kilometers tegen 6% met een hoogte van opnieuw bijna 2500 meter. Daal je daarna af naar Sölden en klim je daar nog ergens een stukje van een bergwand op, dat geeft zo'n etappe toch een hele andere look and feel. Duurt in zijn geheel ook een kilometer of 200-210, maar sorteert het stuk in de vallei nog voor op een finale waar je U tegen zegt. Dit kan natuurlijk nooit vanwege de eeuwige sneeuwmuren daar, dus verplaats die Giro toch op de kalender zodat we eens echte parcoursen kunnen verwelkomen.
SPOILER
Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn
ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis
Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.Enfin, we rijden verder door vanuit Merano naar het zuiden, naar Bolzano - of Bozen. Door het dal, niet over de bergrug via de Meran 2000. De hele regio is natuurlijk van oudsher Duitstalig, maar met het verlies van meerdere wereldoorlogen en de toen nog populaire vergeldingsmaatregelen heeft die Duitse cultuur de afgelopen eeuw daar behoorlijk onder druk gestaan. Italiaanse kolonisatie in eigen land, gedwongen migraties, taaldiscriminatie, Hitler, Mussolini, de hele mikmak. Bolzano is de hoofdstad en ter ere daarvan hebben ze een tussensprint gekregen. En dat opent ook de finale.
Vanuit Bolzano kun je uitstekend klimmen. Ik laat even in het midden of de organisatie de juiste keuzes gemaakt heeft; we gaan niet over de Nigerpass bijvoorbeeld, maar zoals iedereen weet speelt geld ook een rol en is Niger een van de armste landen van Afrika.
![mfMcDOMahQyPasbvutHJ_180424-011159.jpg]()
We gaan wel de
Passo Pinei (Cat. 1) over. Dit is een klim van een heuse
23 kilometer. Steil is ie niet, slechts
4,7%, en onderweg liggen nog 2 sprints hahaha. Dat kan toch niet jongens. Eigenlijk zijn het twee klimmetjes, de eerste richting Vols am Schlern, dan wat veredeld vals plat en vervolgens vanaf Kastelruth naar de top van de pas. Dat tweede stuk is grillig te noemen, ideaal voor kanshebbers in de kopgroep om een eerste- demarrage te plaatsen:
![passo-pinei-panidersattel-castelrotto-kastelruth.png]()
Eenmaal boven een kleine afdaling richting Ortisei en dan de slotklim inclusief slotmuur naar Monte Pana
(Cat. 2, 7,6km 6.1%). Leuk. Origineel. De steilste kilometers voor het laatst bewaren. Waar kennen we dat van? Het geeft in ieder geval leuke beelden van zwoegende renners. De klassementsmannen kunnen er nog weer een sprintje trekken om enkele seconden van elkaar af te snoepen.
![KCderwIqayYc7A4Rk5kY_180424-011201.jpg]()
![dU03e2Ep9OFTcnSnebvt_180424-011308.jpg]()
Ook hier is het dus weer een klim in stukken. Waar eerst ook een normale valleiweg omhoog wordt gevolgd, gaan we voor het muurtje opeens direct de bergwand op. Eenmaal boven zit de dag er weer op. We zijn dan in een of ander skidorp, die zien er overal hetzelfde uit dus zoek zelf maar wat leuke plaatjes op. Geld hebben ze wel natuurlijk, daarom ligt de finish ook hier en niet elders.
Hoe gaat de etappe zich ontvouwen? Zoals gezegd is het vooral een gemiste kans. De strijd om de vlucht kan het peloton in de zware 50 kilometer vanaf de start doen breken, maar met het oog op de etappe van woensdag zullen de "toppers" zich daarna koest houden. Dat wordt ze gemakkelijk gemaakt dankzij het eeuwige niets tussen de Umbrailpas en Bolzano. Broekjes kunnen aan blijven.
Wie wint er dan?
1. Nairo Quintana. Kan het nog steeds, is leep genoeg om het spel te spelen en dit keer geen Pogacar om zijn feestje te verstoren.
2. David Piganzoli. Ieders favoriete stokpaardje, waardoor hij nooit een paard is maar nog steeds geen punten pakt. De benen zijn goed, maar hij laat zich ongetwijfeld piepelen in het vlakke stuk tussen Merano en Bolzano.
3. Simon Geschke. Rond als eerste de Cima Coppi, pakt zo de bergtrui en wint ook nog eens de etappe. De ultieme middelvinger naar Vegni die de Stelvio hier op schandalige wijze misbruikt.
4. Filippo Zana. Is eigenlijk te goed aan het fietsen om in de aanval mee te mogen glippen. Mocht dit toch lukken dan is hij direct favoriet.
5. Damiano Caruso. Ja, waarom ook niet?
The owls are not what they seem