Na een topic over Zuid-Amerikaans wielrennen en Aziatisch wielrennen mag het Afrikaanse wielrennen natuurlijk niet achterblijven. Afrika is het continent dat de laatste jaren steeds meer in opkomst is, zowel binnen als buiten de sport. Het is het continent van de onbegrensde mogelijkheden, en dus is het vooral voor ons als wielerliefhebbers interessant om de ontwikkeling van het Afrikaanse wielrennen te volgen. Qua fysiek talent is Afrika onverslaanbaar, nu is het alleen nog de vraag hoe en of zich dat gaat vertalen naar prestaties op de fiets. Een beschouwing per land volgt, in volgorde van belangrijkheid. Geheel subjectief uiteraard.
EritreaDe bakermat van het Afrikaanse wielrennen. Het land waar men toch nog iets positiefs heeft overgehouden aan de kolonisatie. De Italianen brachten naast een hoop verderf ook de fiets met zich mee. Zij waren het ook die de eerste wedstrijden organiseerden, waarna de Eritreeërs verliefd werden op de fiets. Na het vertrek van de Italianen bleef de liefde voor de fiets bestaan. Het is een van de populairste sporten in Eritrea, misschien zelfs wel de populairste. Ieder weekend worden in hoofdstad Asmara de straten afgezet zodat er wedstrijden kunnen worden afgewerkt. Wedstrijden op verschillende niveau's, want Eritrea is een van de weinige Afrikaanse landen waar men een systeem van doorstroming kent. Beginnende Eritreeërs gaan van start op het laagste niveau en kunnen zich een weg omhoog werken als ze goed blijken te zijn. Het levert een gezond systeem op, waarin de grootste talenten vanzelf boven komen drijven. Eritrea heeft een vrij goede infrastructuur, zowel qua wegennet als clubs. Enkele bekende clubs luisteren naar de namen Eritel, Asbeco en Sembel. Bijna alle bekende Eritrese wielrenners hebben voor een van deze clubs gereden, ze komen nooit uit het niets.
Voor de Eritreeërs is het wielrennen een afleiding, een manier om even de dagelijkse beslommeringen te vergeten. Want die zijn er natuurlijk genoeg in Eritrea, het is niet meteen het fijnste land op aarde. Niet voor niets dat zoveel mensen het land hebben ontvlucht. Het is natuurlijk een dictatuur, zoals je wel vaker ziet in Afrika. In Eritrea draait alles om Isaias Afewerki, de man die sinds Eritrea in 1991 onafhankelijk werd met de scepter zwaait. Dankzij het nog steeds bestaande conflict met buurland Ethiopië groei je als jonge jongen liever niet op in Eritrea, de kans dat je aan een dienstplicht met onbekende duur mag beginnen is vrij groot. Een manier om de dienstplicht te ontlopen is door op een andere manier iets bij te dragen aan het land. Bijvoorbeeld door heel hard te fietsen. De bekende Eritrese wielrenners hoeven uiteraard het leger niet in, zij maken reclame voor het land. Een extra motivatie voor jonge jongens om te beginnen met fietsen, al zouden ze dat zonder die motivatie waarschijnlijk ook wel doen. Goede nieuws is dan weer dat de spanningen tussen Eritrea en Ethiopië de laatste tijd wat minder zijn geworden, sinds Ethiopië een nieuwe premier heeft. Het verdwijnen van de spanningen zou ervoor kunnen zorgen dat Eritrea als wielernatie nog verder gaat groeien. Rust is het belangrijkste om te kunnen groeien, eigenlijk is het knap dat men tussen alle onrust door toch nog wielrenner heeft weten af te leveren. Nu alleen nog even ervoor zorgen dat de media wat minder gecensureerd wordt en dat de doorsnee Eritreeër over een telefoon met internet kan beschikken, dan kan ik misschien wat meer meekrijgen van de gebeurtenissen in het Eritrese wielrennen, want daar hoor je dus nooit wat over.
Goed, wat droge feiten dan. De Eritrese wielrenners, wie, waar?
WT:
Merhawi Kudus (Astana)
Amanuel Gebreigzabhier (Dimension Data)
PCT:
Natnael Berhane (Cofidis)
Awet Gebremedhin (Israel Cycling Academy) - een vluchteling. Na een WK wielrennen gevlucht, beschikt tegenwoordig ook over een Zweeds paspoort.
CT:
Mekseb Debesay (Bike Aid)
Yakob Debesay (Groupama-FDJ Continental) - stagiair, tevens broertje van Mekseb
Metkel Eyob (Terengganu Cycling Team) - schroeien in Azië
Natnael Testatsion (Dimension Data Continental)
Nahom Desale (BEAT) - nog een vluchteling, terechtkomen in Nederland en dankzij een of ander project om Eritrese vluchtelingen weer aan het fietsen te krijgen fietst hij nu al twee jaar voor BEAT, samen met Daniel Abraham.
Daniel Habtemichael (7 Eleven - Cliqq - Air21 by Roadbike Philippines)
Natnael Mebrahtom (7 Eleven - Cliqq - Air21 by Roadbike Philippines) - lekker man, Filipijns ploegje.
Technisch gezien rijden er dus vrij weinig Eritreeërs op fatsoenlijk niveau rond. Dat heeft verschillende oorzaken, nog even los van het niveau van de renners. Zo is het haast onmogelijk om een visum aan te vragen voor een Eritrese wielrenner. Landen zijn nogal bang dat zo'n jongen blijft hangen in het land nadat hij een tijdelijk visum heeft gekregen, de vluchtelingencrisis ligt nog vers in het geheugen. Toch slaat dit enorm door, want zelfs iemand als KUDUS heeft hier af en toe nog problemen mee. Al zoveel jaar prof en dan nog vertrouwen sommige landen hem niet, een schande natuurlijk. Veel Eritrese wielrenners zijn daarom vroegtijdig afgevoerd. Daniel Teklehaimanot bijvoorbeeld, de man die jaren voor Dimension Data reed. Eerst nog wel met fatsoenlijke resultaten, maar na een tijd begon dat wat tegen te vallen. Omdat het ook nog eens veel moeite was om iedere keer een visum voor hem aan te vragen werd hij bedankt voor bewezen diensten, net als Mekseb Debesay. Qua niveau liet Mekseb aardige dingen zien als hij kon koersen, maar vaak kon hij niet koersen dankzij blessures of visumproblemen. Ook daar waren ze snel klaar mee en nu fietst Mekseb voor Bike Aid. Teklehaimanot is na een jaartje Cofidis nu terechtgekomen bij een Franse amateurploeg, samen met boezemvriend Tesfom Okubamariam. Ook dat was ooit een groot talent, maar op een passage bij een of andere Japanse ploeg na heeft hij nergens ooit een kans gekregen.
Als we na jonge Eritreeërs kijken moeten we vooral Biniam Girmay en Henok Muluberhan noemen. Jongens die dit jaar voor het WCC rijden, het World Cycling Centre. Daar verwachten we veel van, vooral van Girmay. Typische Eritreeërs. Ze zijn bijna allemaal snel en ze kunnen aardig klimmen, dat liet Girmay zien tijdens de laatste rit van de Tour de l'Avenir. Werd toch mooi vijfde bergop, terwijl hij in het begin van het jaar nog sprintjes won in Gabon en Rwanda. Neefje van Meron Teshome overigens, dat was ook weer zo'n Eritreeër waar ik een paar jaar geleden veel van had verwacht. Na een passage bij Bike Aid verdween hij ook snel richting de vergetelheid. Ik kan nog wel een uur doorgaan met het noemen van namen van Eritreeërs, maar ze zullen zichzelf in de toekomst maar moeten bewijzen, zelf maar een plaats afdwingen in het topic. Al wil ik nog wel een uitzondering maken voor De Neus. Sirak Tesfom, de jongen met de grootste neus van het peloton. Is al wat ouder, van 1994, maar sinds vorig jaar rijdt hij overal waar hij fietst de stenen uit de straat. Gaat er ooit een ploeg zijn die hem de kans geeft? Waarschijnlijk niet, dus zien we hem snel ook weer richting de anonimiteit verdwijnen. Net als grote talenten als Saymon Musie, Awet Habtom en Solomon Zemenfes, waar zijn ze allemaal gebleven? Ik weet het niet, het is een tragedie.
Koersen, zijn er Eritrese koersen? Ja, die zijn er dus. Ieder weekend. Ook had Eritrea een aantal jaar een paar wedstrijden op de kalender van de UCI staan, zoals de Tour of Eritrea. Om onduidelijke redenen is deze koers na de editie van 2017 weer van de kalender verdwenen. Hopelijk keert het snel terug op de kalender, dat maakt het wat makkelijker om het Eritrese wielrennen te volgen. Qua uitslagen moet je het nu doen met de Eritrese kampioenschappen, en hopen dat ze meedoen aan koersen in andere landen. Vorig jaar werd in Eritrea dan wel weer de Africa Cup georganiseerd, dat was zelfs een 1.1-wedstrijd. Maar of dat een jaarlijks dingetje gaat worden, geen idee. Het Afrikaanse wielrennen is zoals de woestijn. Je loopt eindeloos in de verzengende hitte door het zand, op zoek naar een oase. Als je er eindelijk een ziet blijkt het dan meestal ook nog eens een fata morgana te zijn. Er is veel ruimte voor verbetering, laat ik het maar op een eufemistische manier uitdrukken.
Zuid-AfrikaVoor sommige mensen misschien het grootste wielerland van Afrika, ik zet het lekker op de tweede plaats. Natuurlijk ook weer een land met een geschiedenis, maar ik doe er waarschijnlijk goed aan dit niet te uitgebreid te bespreken. Zuid-Afrika is tegenwoordig in ieder geval een van de landen waar het goed mogelijk is om aan fietsen te doen. Ook hier zijn er aardig wat clubs, met een toereikend wegennet. Renners uit Europa trekken zelfs naar Zuid-Afrika omdat je hier perfect
de dopingcontroleurs kan ontlopen kan trainen. Tom Dumoulin vindt dit leuk. Al kan je dan wel net als Vakoc en De Plus worden aangereden, ook dat is Afrika. Zuid-Afrika is een prachtig land, met nog steeds de wrange nasmaak van gebeurtenissen uit het verleden vers in het geheugen. Dat er sprake is van tweespalt zie je ook goed terug in het Zuid-Afrikaanse wielrennen. Bijna alle wielrenners stonden niet vooraan toen het pigment uitgedeeld werd, donkere Zuid-Afrikanen op de fiets kom je minder snel tegen. Ze zijn er wel, zoals Songezo Jim bijvoorbeeld. Hij kreeg een paar jaar geleden een kans van Dimension Data, maar omdat je er alleen op basis van de gunfactor niet komt is hij inmiddels ook alweer van het voorfront verdwenen.
Wie zijn er dan nog wel?
WT:
Daryl Impey (Mitchelton-Scott) - de veteraan, klein dopingprobleempje achter de rug, ieder jaar schroeien Down Under en sinds een paar maanden heeft hij nog een rit in de Tour gewonnen ook.
Ryan Gibbons (Dimension Data) - de jongere en minder goede uitvoering van Impey, zou je kunnen zeggen
Reinardt Janse van Rensburg (Dimension Data) - Reinie!
Stefan de Bod (Dimension Data) - Stefan de God
Jacques Janse van Rensburg (Dimension Data)
Jaco Venter (Dimension Data)
Jay Robert Thomson (Dimension Data)
Willie Smit (Team Katusha-Alpecin) - Willem Jakobus, met dat zielige verhaal
Nic Dlamini (Dimension Data) - started from the township, now we here
Louis Meintjes (Dimension Data) - in het laatste wiel, alweer.
Daarnaast heb je sinds kort heel wat jongens op continentaal niveau, gaat me wat te ver om die allemaal op te noemen. Sinds 2019 zijn er twee nieuwe Zuid-Afrikaanse continentale ploegen, waar wel een aantal goede jongens rijden. Clint Hendricks is bijvoorbeeld niet heel slecht. Met Gustav Basson en Main Kent heeft Zuid-Afrika een aantal behoorlijk jonge hardrijders, in principe gasten die voor Dimension Data in aanmerking zouden moeten kunnen komen. Een van de twee continentale ploegen is TEG Procycling, Jason Oosthuizen is de jongste daar en lijkt het grootste talent te zijn. De andere ploeg is ProTouch, daar rijden over het algemeen wat oudere jongens. Rohan Du Plooy is een van die gasten, hij heeft dit jaar laten zien aardig snel te zijn. Eddie van Heerden is dan weer een van mijn persoonlijke favorieten, die is ook al 25 maar fietst pas sinds een paar jaar. Kan wel wat, als Afrikanen wat beter in de markt lagen zou hij ook op hoger niveau mogen rijden waarschijnlijk. Buiten Zuid-Afrika heb je ook nog Brendon Davids, die sinds vorig jaar voor een Australische continentale ploeg rijdt. Kan ook wel wat, maar uiteindelijk is het meestal toch gerommel in de marge. Misschien dat de nieuwe generatie meer kan laten zien, onder aanvoering van Marc Pritzen, Callum Ormiston en Ryan Terry. Of misschien dat Devin Shortt zich via de amateurploeg van Caja Rural op kan werken naar de profploeg. Je weet het niet zeker, maar waarschijnlijk niet.
Zuid-Afrikaantjes hebben natuurlijk de mazzel Dimension Data een Zuid-Afrikaanse ploeg is. Hoewel het de vraag is hoeveel profijt ze daar ondertussen nog van hebben. Gezien het beleid van de laatste jaren moet je als Zuid-Afrikaan of Afrikaan überhaupt enorm veel mazzel hebben, je dwingt niet zomaar een plek af. De voorkeur gaat uit naar nobuddies als Slagter, Walscheid en dat soort werk. In dat kader is het prettig dat er meer Zuid-Afrikaanse ploegen zijn ontstaan. Veel jongens krijgen nu een kans op een hoger niveau, al hebben de Zuid-Afrikanen over het algemeen niet echt te klagen. Ze krijgen vaak wel een plekje bij een amateurploeg ergens in Frankrijk of Spanje, zoals Byron Munton en Morne van Niekerk. Die laatste rijdt nu zelfs op continentaal niveau rond in Frankrijk, zonder veel aansprekende resultaten. Over het algemeen vallen de Zuid-Afrikanen erg tegen. Als Impey met pensioen gaat blijft er weinig over. De Bod, Gibbons en Meintjes, dat kan beter.
Gelukkig organiseren ze in Zuid-Afrika ook steeds meer wedstrijden op niveau, al schuilt daar een geniepige reden achter. Zuid-Afrika wil graag de Africa Tour winnen, dat is handig voor het prestige maar ook om plaatsjes af te dwingen voor het WK en dat soort werk. De laatste jaren werden ze vaak afgetroefd door Eritrea, dus hebben ze iets verzonnen. Ze organiseren meerdere 2.2 en 1.2-wedstrijden, zoals de Tour de Limpopo en de Tour of Good Hope. Vervolgens nodigen ze voor deze wedstrijden alleen Zuid-Afrikanen uit, waardoor de Zuid-Afrikanen uiteraard ook winnen. Punten voor Zuid-Afrika, geen punten voor Eritrea. Derhalve staat Zuid-Afrika nu eerste, gefeliciteerd hoor! Echt, lekker gewerkt. Zuid-Afrika dus, heb je niets aan. Al is het wel fijn dat er hier een afdeling van het WCC zit, WCC Africa. Jongens als Froome en Kudus zijn hier gepasseerd, voor ze naar Europa gingen. Verder is Zuid-Afrika dus vrij kut, in vergelijking met andere Afrikaanse landen leeft het wielrennen hier ook veel minder. Als ik wel eens wat beelden zie van die koersjes daar staat er echt nooit iemand langs de kant van de weg. Dat doen ze in Eritrea beter.
RwandaNog zo'n land met een vreselijke geschiedenis. Iets met Hutu's en Tutsi's, iets met een genocide, ergens in 1994. Dat ging allemaal niet helemaal lekker, maar tegenwoordig gaat het een stuk beter met Rwanda. Na de genocide kwam Paul Kagame naar voren als sterke man en sindsdien regeert hij met ijzeren hand. Je kan heel veel vraagtekens zetten achter het beleid van deze man, maar het politieke gehalte van dit topic kan beter vrij beperkt blijven. Hoewel de Belgen in Rwanda zijn gepasseerd hebben zij niet net zoals de Italianen in Eritrea de fiets achtergelaten. Niet op dezelfde manier. Het duurde in Rwanda veel langer voor de fiets echt populair werd. Het was een vervoersmiddel, niet meer dan dat. Tot men na de genocide manieren moest vinden om de relaties tussen het volk te lijmen. Sport is een van de manieren om dat te doen. En dus werd het wielrennen gepromoot. Vooral nadat Jock Boyer vanuit Amerika naar Rwanda vertrok, hij richtte een wielerschool op en sindsdien is Rwanda bezig aan een opmark. Dat Boyer verder ook geen man van onbesproken gedrag is schuiven we ook maar even terzijde, het werk dat hij heeft geleverd is indrukwekkend. Binnen een paar jaar begonnen de eerste Rwandezen door te breken. Adrien Niyonshuti, die zijn ouders verloor tijdens de genocide, werd de eerste Rwandees in de World Tour. Hij groeide mee met MTN-Qhubeka en later Dimension Data, in zo ongeveer iedere koers van betekenis werd hij de eerste Rwandees. Uiteindelijk werd ook hij weer bij het grof vuil gezet wegens gebrek aan prestaties, maar de deur naar Rwanda werd geopend.
In de jaren daarna is Rwanda vooral populair geworden dankzij Stephan van der Zwan. De Louis van Gaal van het wielrennen heeft Rwanda in z'n eentje op de kaart gezet. Niemand had ooit gehoord van de Tour de Rwanda, die arme Rwandezen wisten ook helemaal niet hoe je met twitter moest werken enzo, maar gelukkig was daar Steef. Hij vertrok naar Kigali en liet zien hoe je een koers onder de aandacht brengt. Sindsdien is de Tour de Rwanda de belangrijkste koers van Afrika geworden. Sinds dit jaar is het zelfs een profkoers. De Tour de Rwanda is van het niveau 2.1 en dit jaar stond er zelfs een team uit de World Tour aan de start. Astana trok richting Rwanda met Merhawi KUDUS en hij won meteen het rondje waar hij in 2012 als junior zijn doorbraak beleefde. Het bekendste element van de Tour de Rwanda ligt ergens in een achterafstraatje in de hoofdstad Kigali, de Muur van Kigali. Dat had eerste een moeilijke Rwandese naam, maar dankzij Steef is het nu heel simpel de Muur van Kigali. Sindsdien kent iedere wielerliefhebber deze steile straat met de kasseien, fantastisch. Je zou kunnen zeggen dat sponsor Skol ook een rol heeft gespeeld, maar dat zou oneerlijk zijn ten opzichte van Steef. De Belgjes achter Skol hebben veel geld in de Tour de Rwanda gepompt en dankzij deze connecties zijn er ook wat Rwandese junioren naar België afgereisd vorig jaar, maar dat kan natuurlijk niet op tegen het getwitter van Steef.
Niet alleen de Tour de Rwanda is aan het groeien, het wielerland als geheel wordt steeds beter. Daarom gaan er ook verhalen over een WK in Rwanda. De president van de UCI, David Lappartient, wil graag een WK in Afrika. Landen mogen zich nog een paar maanden aanmelden, maar voorlopig lijken alleen Marokko en Rwanda interesse te hebben. Het plan van Rwanda is inmiddels ingediend, dus krijgen we in 2025 wellicht een WK in Rwanda. Dat zou fantastisch zijn, want Rwanda staat inmiddels overal wel bekend als het land waar zo ongeveer de meeste mensen naar de koers komen kijken. Het volk staat overal rijen dik langs de kant van de weg, het levert imponerende beelden op. De wegen zijn ook nog eens goed, wat wil een mens nog meer? En er zijn ook geen vervelende meerenners, want als je het in je hoofd haalt mee te rennen mag je meteen 100 jaar naar de gevangenis. Leuk land dus, Rwanda.
We hebben nu alleen nog een paar goede Rwandese wielrenners nodig. Adrien Niyonshuti werd het niet, hij moest het vooral van zijn verhaal hebben. De renners die nu proberen door te breken zijn allemaal van na de genocide, ze moeten het niet meer van het verhaal hebben. De hoop was gevestigd op Joseph Areruya, sinds vorig jaar renner van Delko-Marseille. Joseph is een blok graniet op de fiets, in Afrika liet hij mooie dingen zien. Voor Europa is hij blijkbaar wat te ongepolijst, het komt er niet helemaal uit. Al werd hij begin dit jaar wel de eerste donkere Afrikaan die Parijs-Roubaix mocht rijden. Buiten tijd kwam hij aan bij de velodroom, maar toch. Andere jongens om in de gaten te houden zijn Samuel en Moise Mugisha. Samuel rijdt al een paar jaar bij Dimension Data Continental, net als Areruya wist hij ooit de Tour de Rwanda te winnen. Samuel heeft alleen die laatste stap niet kunnen zetten, dus we zien hem waarschijnlijk ook weer vrij snel richting de anonimiteit verdwijnen. Moise Mugisha is ook weer zo'n ongepolijste renner. Kan heel hard rijden, maar de rest moet hij nog leren. Typisch Afrikaans, het fysieke talent is er maar alle andere aspecten van het wielrennen beheerst men nog niet. Coach van Team Rwanda en voormalig lid van Rock Racing Sterling Magnell heeft er zijn handen vol aan. Tactiek, rijden in het peloton, dalen, noem het maar op. Allemaal ondermaats.
Een stap in de goede richting is het oprichten van een eigen ploeg. Sinds dit jaar heeft Rwanda een continentale ploeg, Benediction Excel Energy. Rijden alleen maar acht renners voor, dat is een beetje jammer. Alsnog rijden jongens als Eric Manizabayo, Didier 'Mbappe' Munaneza en Jean Claude Nzafashwanayo daardoor meer wedstrijden op een hoger niveau, kan ze alleen maar helpen. Yvus Nkurunziza reed ook voor dit team, maar hij heeft in de tussentijd ook nog wat koersen mogen afwerken voor een amateurclub uit Monaco. Allemaal DNF, maar toch. Het wielrennen in Rwanda staat nog echt in de kinderschoenen, veel meer dan in andere Afrikaanse landen. In Eritrea lopen ze een jaar of 20 voor op Rwanda, misschien wel meer. Op echte Rwandese toppers gaan we nog wat langer moeten wachten, maar dat WK komt er. Ik heb er nu al zin in.
EthiopiëEen interessant land, het wielrennen zou hier eigenlijk groter moeten zijn dan in Eritrea. Ethiopië heeft meer dan 100 miljoen inwoners, terwijl er in Eritrea slechts vijf miljoen wonen. Het is alleen zo dat de Italianen nooit helemaal zijn doorgedrongen in Ethiopië. Ze hebben daar niet hun stempel kunnen drukken zoals ze in Eritrea hebben gedaan. Daarnaast wonen er in Ethiopië ook een hoop verschillende volkeren, die niet allemaal iets met de fiets hebben. Fietsen is in Ethiopië vooral populair in het noorden, daar waar de Tigrinya wonen. Toevallig ook de grootste bevolkingsgroep van Eritrea. Onder de Tigrinya, voornamelijk Christenen, is het wielrennen krankzinnig populair. Voor de rest bestaat het overgrote deel van Ethiopië uit bevolkingsgroepen die wat meer richting de islam leunen, daar maakt het wielrennen om wat voor reden dan ook minder indruk. Lopen is populairder, en dat kunnen ze wel behoorlijk goed. Enfin, in het noorden van Ethiopië is wielrennen dus wél populair. Daar komen ook alle goede Ethiopische wielrenners vandaan.
Een van de steden waar wielrennen populair is luistert naar de naam Mek'ele. Uit deze stad is Tsgabu Grmay afkomstig, de enige Ethiopische wielrenner die actief is in de World Tour. De eerste Ethiopiër die een grote ronde reed, de eerste op zo ongeveer ieder gebied. Hij kreeg ooit een kans bij MTN-Qhubeka, maar werd daarna weggetrapt door Doug Ryder omdat hij lui zou zijn. Heeft in de jaren daarna toch een mooie carrière uit weten te bouwen, de afgelopen Vuelta reed hij nog een aantal keer goed in beeld. Al jaren roept Tsgabu dat er nog veel grotere talenten op komst zijn in Ethiopië. We moeten hem maar geloven op zijn woord, want ook vanuit Ethiopië krijgen we niet veel mee. Af en toe duikt er ergens een Ethiopisch talent op. Hailemelekot Hailu, die reed nog een jaar voor de amateurploeg van Caja Rural bijvoorbeeld. En zo had je ooit Temesgen Buru die een jaar voor Burgos reed. Gerommel in de marge, helaas. Ook Ethiopiërs komen niet makkelijk aan de bak in Europa, daarnaast kampen ze met dezelfde achterstanden als andere Afrikanen. Toch lijkt er nu wel echt eentje aan te komen: Mulu Hailemichael. Samen met landgenoot Milion Beza rijdt hij voor Dimension Data Continental en waar Beza niets liet zien ontpopte de piepkleine Hailemichael zich wel. Mulu is een klimmer, en wat voor een. Vijfde in de loodzware Valle d'Aosta, daarna won hij een koersje op de Monte Grappa. Hij zal zodra het niet bergop gaat nog veel bij moeten leren, maar dit kan zomaar een echt goede Afrikaan gaan worden. Al dachten we dat ook van Hafetab Weldu, nadat hij eveneens wat mooie uitslagen liet noteren namens DiDataCont. Ondanks een paar sterke wedstrijden wilde niemand hem en nu zit de man met de na Sirak Tesfom mooiste neus van Afrika bij Bike Aid, waar hij amper koersen rijdt.
Aangezien wielrennen toch wel wat aan populariteit lijkt te winnen in Ethiopië kunnen we hopen dat er in de toekomst meer goede renners uit dit land gaan komen. Bij de junioren beginnen ze al aan de hegemonie van Eritrea te tornen. Normaal winnen de Eritreeërs altijd met twee vingers in de neus, dit jaar werden ze te kijk gezet door de Ethiopiërs en de Rwandezen. Welay Berehu moeten we bijvoorbeeld in de gaten gaan houden, amai. Ethiopiërs hebben alleen nog wel een eigen ploeg nodig, en ze mogen ook wel weer wat wedstrijden gaan organiseren. In het verleden zagen we 2.2-wedstrijden als Tour Meles Zenawi georganiseerd worden, maar dat soort evenementen zijn vaak geen lang leven beschoren. Wij hopen op progressie, want als je ziet wat er in Eritrea allemaal mogelijk is zouden de mogelijkheden hier helemaal eindeloos moeten zijn.
AlgerijeLangzaam kom ik uit bij de landen waar ik wat korter van stof kan zijn. Vooral de landen in het noorden van Afrika hebben toch wat minder mijn interesse, al is dat niet helemaal terecht. Wielrennen is hier immers gewoon heel populair. Bijkomend voordeel is dat ze hier enorm veel wedstrijden organiseren. Er zijn tal van 2.2-wedstrijden in Algerije, hoewel... ik lieg een beetje. Er waren enorm veel 2.2-wedstrijden in Algerije. Vorig jaar had je de GP d'Alger, Tour d'Algerie en Tour d'Oranie om maar wat te noemen. Niet de meest boeiende koersen, maar wel UCI-koersen met een deelnemersveld dat niet enkel bestond uit Algerijnen. Dit jaar zijn alle koersen van de kalender verdwenen en worden ze alleen nog maar op lokaal niveau georganiseerd. Met vooral Algerijnen dus, vrij jammer. Het wielrennen in Algerije heeft dus een stap achteruit gezet, terwijl Algerije wel een van de beste Afrikaanse landen is. Waar andere Afrikaanse landen vooral progressie boeken zie ik in het noorden van Afrika eerder achteruitgang.
Terwijl ze vorig jaar juist nog wel wat moois neer leken te zetten. Een nieuwe continentale ploeg, met Davide Rebellin als kopman! Sovac-Natura4ever werd alleen niet echt een doorslaand succes. De ploeg bestond uit een paar Belgen, Rebellin en Algerijnen. Deze Algerijntjes mochten vooral in Afrika rijden, terwijl het Europese programma van de ploeg uitsluitend werd afgewerkt door de Gaetan Bille's en de Laurent Evrards van deze wereld. Zonde, het project is daarom een jaar later alweer volledig geflopt. Rebellin begon nog wel aan het jaar bij deze ploeg, maar vertrok een paar maanden later. Nu zijn er alleen nog Algerijnen over, waaronder alle Mansouri's. Abderrahmane, Islam, Oussama en Hamza. Ze stonden allemaal op het lijstje van de hoop, maar doorbreken is enorm moeilijk.
De enige die het ooit tot Europa heeft gehaald is Youcef Reguigui, vriend van het forum. Hij reed een aantal jaar voor Dimension Data, maar het is een terugkerend verhaal. Ook Rekiki werd na een paar jaar bedankt voor bewezen diensten en na een jaar voor die ploeg van Sovac gereden te hebben fietst hij nu in Maleisië voor Terengganu, de ploeg van Eyob en Ovechkin. Daar rijgt hij de ereplaatsen aaneen, maar winnen lukt hem nog steeds niet echt. Wel gewonnen tijdens de vierjaarlijkse Afrikaanse Spelen, waar hij Gibbons in het sprintje te snel af was. Je zou voor minder. In een verder verleden kende Algerije trouwens nog wel een andere prof, niemand minder dan Abdel-Kader Zaaf. Die ene jongen van die anekdote met de bidon waar in plaats van water sterke drank in bleek te zitten, dat is de nalatenschap van Algerije in het wielrennen. Er is ook hier ruimte voor verbetering, zou je zeggen. We moeten maar hopen dat iemand als Oussama Cheblaoui plotseling heel goed blijkt te zijn, volgens mij komt er verder niet veel aan vanuit Algerije.
MarokkoNog maar een land uit het noorden van Afrika. Een vergelijkbaar verhaal met Algerije. Al lijken ze in Marokko ieder jaar meer wedstrijden te organiseren. Ook een aantal wedstrijden op UCI-niveau, zoals de Challenge du Prince. Een reeks van wedstrijden, net als Les Challenges de la Marche Verte. Ook veel amateurwedstrijden hier, zo'n beetje het enige positieve dat ik kan melden over Marokko. Verder is het hier gewoon een enorme strontpot, vooral vorig jaar ging het goed mis. Tijdens de Ronde van Marokko van 2018 besloten de Marokkaanse renners te staken. Ze hadden al een tijd geen geld meer ontvangen van de Marokkaanse bond. Geen salaris, geen prijzengeld, helemaal niks. Terecht om te staken, zou je zeggen. De Marokkaanse bond vond van niet. Alle betrokken renners werden publiekelijk door het slijk gehaald, daarnaast kregen ze ook allemaal een mooie schorsing opgelegd. Afrikaanse praktijken? Afrikaanse praktijken. Men lijkt er niet veel voor over te hebben om de Marokkaanse wielrenners naar een hoger niveau te brengen, we hoeven dus in de toekomst niet veel van Marokko te verwachten. Al zie je die problemen met geld overal, in Zuid-Afrika hebben ze daar ook altijd gezeik mee. Moeten de renners zelf hun vlucht richting een WK regelen en dat soort werk, altijd gezellig.
Enfin, Marokko dus. Op papier wel een aantal talenten, maar wederom is dat lastig te vertalen naar de praktijk. De afgelopen jaren heb ik talloze Marokkaanse talenten gevolgd, alleen maar om te zien dat ze blijven hangen. Abderrahim Zahiri bijvoorbeeld. Klein klimmertje, kreeg vorig jaar een kans bij een continentaal ploegje rondrijdend op een Bulgaarse licentie. Matxin was daar nogal bij betrokken, dus misschien ging het via hem. Hoe dan ook, hij liet daar best wat aardige dingen zien. Won een ritje in de Toscane-Terre bijvoorbeeld, een ritje over onverharde wegen in een 2.2-koers. Daarna nog wat ereplaatsen, 10e in de lastige Ronde de l'Isard en tiende in de Ronde van Estland. Als hij een Italiaans vlaggetje had gehad was dat misschien wel genoeg geweest, zonder dat vlaggetje fietst hij dit jaar voor een Franse amateurploeg. Het leven is soms vrij oneerlijk. Zahiri had best een paar jaar op WT-niveau mogen rijden, zoals landgenoot Anass Aït El Abdia wel is gelukt. Na een goed WK in Qatar kreeg deze jongen een kans bij UAE-Emirates. Daar reed hij de afgelopen twee jaar voor. Matxin zei ooit nog dat hij El Abdia een groot talent vond, maar de sympathieke Marokkan mocht toch wieberen. Wederom gezeik met het regelen van een visum en ook met enige regelmaat geblesseerd, dan ben je een vogel voor de kat. Nu rijdt Anass de stenen uit de straat voor VIB Sports, ook niet mis. Vooral goed in Turkije, maar ook een 10e plaats in Villafranca de Ordizia. Goed hoor.
Nouja, verder blijven alle Marokkaanse talenten dus hangen. Ik had gehoopt dat Amin Galdoune een goede sprinter kon worden, maar dat lukt niet. Ik had gehoopt dat Mehdi El Chokri een goede klimmer kon worden, maar Mehdi boekt weinig progressie ondanks het feit dat hij toch een kans heeft gekregen van Dimension Data Conti. Mohcine El Kouraji dan maar, nee, ook niet. Allemaal afgeschreven, door naar de volgende generatie. Imad Sekkak rijdt voor het WCC, waar hij weinig laat zien. Jammer, wordt hem ook niet. Youssef Bdadou mag het dan gaan doen, maar ook dat wordt niet evident. Nee, de beste Marokkaanse wielrenners zijn tot nu toe de jongens die in Europa geboren zijn. Nacer Bouhanni bijvoorbeeld. Een Europese opleiding maakt toch wel een wereld van verschil, daar kan geen misverstand over bestaan. Wellicht dat de Marokkanen dan maar moeten hopen op Omar El Gouzi, een Italiaan met Marokkaanse roots die voor Tirol Cycling Team rijdt.
Marokko wil dus ook misschien het WK organiseren, maar dat gaan we dus niet doen. Als je niet eens je eigen renners kan betalen heeft het geen zin een WK te organiseren. Al heeft Lappartient al gezegd dat hij minder geld gaat vragen aan een Afrikaans land dan aan een Europees land, maar toch. Verder kunnen ze wel een wedstrijdje organiseren in Marokko hoor. Vaak Afrikaanse kampioenschappen hier, en dit jaar de Afrikaanse Spelen. Dat gaat op zich wel goed, maar ze moeten toch eerst maar eens hun interne strubbelingen gaan oplossen voor ze een echt groot evenement gaan organiseren.
KeniaHet land van Chris Froome, jawel. Al is het lastig om Froome een echte Keniaan te noemen. Nee, dat telt niet mee. Hij leerde fietsen van David Kinjah, toch een naam die genoemd moet worden als we het over Kenia hebben. Het Keniaanse wielrennen is pas echt gaan groeien nadat Nicholas Leong besloot naar Kenia te vertrekken. Een of andere fotograaf uit Singapore, ofzo. Hij vroeg zich op een dag af hoe het kon dat er in Kenia zoveel goede hardlopers waren, maar geen wielrenners. Als die jongens daar allemaal het fysieke talent hebben om marathons te lopen, waarom zouden ze dan geen goede wielrenners kunnen zijn? Voor zo'n marathon heb je toch vooral uithoudingsvermogen nodig, als ze dat daar allemaal hebben kunnen ze ook goede wielrenners zijn. Dus ging hij naar Iten,
the home of champions. Daar waar alle Kenianen en vaak genoeg ook andere atleten op grote hoogte trainen. Hij verzamelde wat mensen rond zich en besloot willekeurige Kenianen op de schouder te tikken, met de vraag of ze misschien wielrennen wilden uitproberen. Op meerdere plaatsen in Kenia worden (of werden) wedstrijd georganiseerd, waarna men onder de jonge bevolking deelnemers probeerde te verzamelen. Een aantal van die jongens mochten zelfs testen afleggen, waarna aan de hand van de resultaten werd besloten of ze welkom waren in het trainingscentrum in Iten.
Het verhaal wil dat ze Salim Kipkemboi rond zagen rijden op een oude fiets met een paar kilo hout achterop. Ze hielden hem aan en vroegen hem of hij een keer mee wilde trainen met de rest van de groep. Salim had die groep al een aantal keer zien trainen en het waren meteen zijn idolen geworden, hij zei dus meteen ja. En zo geschiedde. Blijkt dat Salim daarvoor al aan wielrennen deed, maar goed, je moet het soms wat mooier maken dan het is. Enfin, de afgelopen jaren zijn er wel steeds meer Kenianen op de fiets gezet en daardoor zien wij heel sporadisch een Keniaan in beeld verschijnen. Een paar jaar terug begon men een samenwerking met een Australische sponsor, waardoor er een continentale ploeg ontstond met een paar Keniaanse renners. Die samenwerking duurde niet lang, maar er volgde daarna wel een samenwerking met Bike Aid. Daardoor hebben er de afgelopen jaren wat Kenianen voor Bike Aid gereden. Salim Kipkemboi, Suleiman Kangangi en Geoffrey Langat. Vooral Kipkemboi en Kangangi lieten wat mooie dingen zien, Kipkemboi leek zelfs een tijd op een gigantisch groot talent. Versloeg vorig jaar in een of ander koerske in de zandbak zomaar Rebellin, dan kan je wel wat.
Dit jaar is de progressie alleen helemaal tot stilstand gekomen. Een conflict tussen de Kenianen en Bike Aid. Blijkbaar hebben ze niets of weinig betaald gekregen. Voor straf hebben ze daarom dit jaar geen koers gereden voor Bike Aid. De Kenianen zijn weer terug bij af, ze rijden alleen in Afrika rond. Kipkemboi mocht het dit jaar toen met de Ronde van Rwanda, waar hij vrij snel uitviel na een valpartij. Daarna reed hij wat lokale koersen in Kenia en mocht hij opdraven in de Ronde van Congo. Eeuwig zonde, dit had er eentje kunnen worden. Zeker met dit weggegooide jaar erbij wordt het waarschijnlijk niets meer. Voorlopig geen Kenianen in de World Tour dus. Het is ook lastig, het project in Kenia bestaat nog niet zo lang. Ze zijn hier pas een jaar of 10 bezig, wonderen mogen we eigenlijk ook niet verwachten. Het project heeft nu alleen wel een nieuwe impuls nodig, alles lijkt volledig stil te liggen. Ripkemboi.
GabonIk noem Gabon alleen even tussen neus en lippen door omdat ze hier jaarlijks een van de weinige profwedstrijden van Afrika organiseren. Lange tijd was het zelfs de enige profkoers. La Tropicale Amissa Bongo. Echt een enorme kutkoers eigenlijk, vaak alleen maar vlakke ritten die eindigen in een massasprint. Daardoor kon Niccolo Bonifazio dit jaar het eindklassement winnen. Enige mooie was dat Biniam Girmay dit jaar een rit won, verder was het eigenlijk een koers om snel te vergeten. Wel een mooie gelegenheid voor de Afrikaanse renners om zich te meten met de Europese renners, er staan hier toch altijd wat mooie ploegen aan de start. De Gaboneesjes zelf zijn alleen niet zulke goede coureurs. Meestal halen ze de finish niet eens. Er is geen enkele Gabonese wielrenner die dit jaar een punt heeft gescoord op de CQranking, een prestatie op zich. Over het Gabonese wielrennen hoeft u dus niet na te denken, op de Tropicale Amissa Bongo Bongo na is het een land om weinig rekening mee te houden. 't Is dat ze Aubameyang hebben. Geoffrey Ngandamba is de beste Gabonese wielrenner, hij werd dit jaar 43e in de Bongo Bongo Tour.
Burkina FasoJa, ook in Burkina Faso doen ze aan wielrennen. Niet echt op een bijzonder hoog niveau, maar ze hebben wel een UCI-wedstrijd. De Tour du Faso, 2.2. Vorig jaar gewonnen door Mathias Sorgho, de veteraan van het Burkinese wielrennen. Sinds kort is er opvolging in aantocht, de nieuwe hoop van Burkina Faso luistert naar de naam Paul Daumont. Deze jongen viel vorig jaar voor het eerst op in de Tour de l'Espoir, de Afrikaanse Ronde van de Toekomst. Hij werd 7e, voor iemand uit Burkina Faso niet slecht. Dit jaar werd ie slechts 19e, maar zijn piek volgde later. Zo won hij recent de Ronde van Ivoorkust, jawel! Daumont is een mooie jongen, met een prachtig geblondeerd kapsel. Staat bij niemand op de radar, want wie heeft er ooit gehoord van Burkina Faso? Desondanks een jongen die een kans hoort te krijgen in Europa. Dat moet hij dan maar afdwingen in Yorkshire, hij is van de partij. Verder valt er weinig te vertellen over Burkina Faso. Ja, dat Abdoul Aziz Nikiema een van de weinige Afrikanen is die ooit op doping is betrapt. Geen feit om trots op te zijn.
KameroenIn dit land organiseren ze wel eens een koers. De Ronde van Kameroen bijvoorbeeld, netjes 2.2. Ook de GP Chantal Biya is een begrip in heel Afrika. Wedstrijden met een opmerkelijk deelnemersveld, meestal. Een of andere amateurploeg uit Frankrijk, een amateurploeg uit Nederland, een paar Slowaken en dan nog wat Afrikaantjes. Kameroeneesjes ook, met name Clovis Kamzong. Dat is de beste renner van Kameroen. Al wat ouder, hij is van 1991. Toch is hij al jaren een stabiele kracht in het Afrikaanse circuit, hij noteert ieder jaar wel een paar mooie uitslagen. Dit jaar werd hij vijfde in de Ronde van Kameroen, maar hij won wel twee ritten. Kameroen is verder wel een land waar het wielrennen aan het groeien is, mede dankzij de Tour de l'Espoir. Deze Afrikaanse variant van de Ronde van de Toekomst bestaat sinds vorig jaar en het speelt zich af in Kameroen. Voorlopig is die koers wel steeds een strijd tussen Eritrea en Rwanda, met dit jaar inmenging van Ecuador. Kameroen zelf speelt nog niet echt een rol, maar wat niet is kan nog komen. Alleen al dat dit land is gekozen om de wedstrijd te organiseren is een positief teken, er zijn mensen die iets in Kameroen zien. Dat heb je nodig voor het iets kan worden.
TunesiëAls ik Rafaa Chtioui zeg, wat zeggen jullie dan? Naast gezondheid waarschijnlijk dat hij in het verleden voor Acqua & Sapone en Europcar reed. Jawel, we hadden ooit een Tunesische prof. Was helemaal geen slechte renner, reed best wat mooie uitslagen bij elkaar. Ook toen hij later uit Europa verdween bleef hij nog een paar jaar schroeien, zo reed hij namens een ploeg uit Dubai in 2015 alles aan gort. Sindsdien hebben we niets meer van hem vernomen, net zoals we van alle andere Tunesiërs ook niets vernemen. Tunesië is weer zo'n land in het noorden van Afrika, waar men maar geen progressie weet te boeken. Een paar jaar geleden leken ze best wat leuke talenten te hebben, maar dat komt er niet echt uit. Je ziet ze ook steeds minder koersen rijden, de liefde voor de koers is wat bekoeld. Maher Hasnaoui bijvoorbeeld, reed ook een paar jaar voor zo'n ploeg uit Dubai. Reed af en toe zelfs goed. Hoor je niets meer van. Ook Ali Nouisri gaat tegenwoordig anoniem door het leven. Hij rijdt voor een ploeg uit Qatar en wist namens die ploeg vorig jaar nog wel het een en ander te winnen, dit jaar is ie niet veel verder gekomen dan het nationale kampioenschap tijdrijden. Er zit verder ook weinig in de pijplijn in Tunesië qua aanstormend talent. Nee, hier moeten we het niet van hebben.
EgypteNog zo'n land waar ze ieder jaar minder hard gaan fietsen. Nochtans een land waar de renners interessante namen hebben. Islam Ramadan, je zou voor minder. Talaat Shawky, was ook geen verkeerde. Egypte heeft wel nog een eigen 2.2-koers, maar geen renners om die koers ook zelf te winnen. Dit jaar ging de overwinning naar een Griek, de eerste Egyptenaar was Sayed Elkhouly op de 28e plaats. Nee, dat is niet best. Mohamed Mahmoud werd 36e, ook niet fraai. Ik vrees dat Egypte een groot probleem heeft. Een paar jaar geleden zag het er mooier uit allemaal, maar alle onrust daar zal ook geen goede uitwerking hebben op het aanstormende talent. Die staan waarschijnlijk allemaal ergens op een plein te rellen, is wel wat spannender dan een rondje fietsen. Terwijl Egypte toch een van de grotere landen van het Afrikaanse wielrennen zou moeten zijn. Om de zoveel jaar organiseren ze hier de Afrikaanse kampioenschappen, ergens hebben ze toch wel iets met de koers. Komt er alleen in de praktijk vrij matig uit.
TogoAbdou-Raouf Akanga, dat is de enige Togolees die ooit op enig niveau heeft gereden. Abdou-Raouf kreeg een paar jaar geleden een kans aangeboden om voor Bike Aid te rijden, maar dankzij visumproblemen (terugkerend verhaal) kon hij nooit een koers voor die ploeg afwerken. Hij bleef dus hangen in Afrika en kon alleen wat lokale wedstrijden rijden. Zijn eigen carrière zag hij daarom vroegtijdig stranden, al won hij in 2016 wel een rit in de Ronde van Benin! Om toekomstige Togoleesjes een kans te geven op een betere toekomst begon hij een project, Up2School-Kpalimé Cycling Project. In zijn eigen streek in Togo verzamelt hij jonge kinderen die een dubbele opleiding krijgen. Ze gaan naar school en ze krijgen fietsles. Een uniek project, in die regio in ieder geval. Abdou is een lieve jongen, zijn verrichtingen zijn te volgen via twitter. I_Am_Akanga. Mooie jongen, een voorbeeld voor heel Togo.
AngolaBAI - Sicasal - Petro De Luanda. Watte? Ja, dit is de continentale ploeg van Angola. Een ploeg die voor de helft uit Angolezen bestaat en voor de andere helft uit Portugezen. Ze deden zelfs mee aan de mythische Volta, geweldig toch? Niet dat ze er iets van kunnen, de beste Angolees werd 96e. Dario Antonio was bijna drie uur langer onderweg dan Joao Rodrigues, al kunnen we daar best begrip voor opbrengen. Andere Angolezen als Bruno Araujo, Gabriel Cole en Jose Cruz Tutu haalden de finish niet eens. Jammer, want Bruno Araujo staat stiekem toch wel op het lijstje van de hoop. Hij is pas 20, wie weet wordt het nog wat. Hij is in ieder geval de kampioen van Angola, en in allerlei kleine wedstrijden in Angola eindigt hij vaak vooraan. Als hij het in Portugal moet laten zien is het alleen een ander verhaal, de finish halen is vaak al een uitdaging. Beste Angolees ooit is Igor Silva, hij is 35 en werd dit jaar zowaar derde in de Ronde van Egypte. Zo ongeveer de enige Angolees die niet voor de Angolese ploeg rijdt, al was hij in het verleden dan wel weer actief voor Banco-BIC-Garmin. Zou het wat uitmaken? Een 103e plaats in de Volta in 2014, niet echt dus. Angola is dus ook niet echt het grote wingewest van het Afrikaanse wielrennen. Helaas.
NamibiëWindhoek! Dat is de hoofdstad van Namibië. Een land dat enigszins te vergelijken valt met Zuid-Afrika. Het zijn voornamelijk de lichter getinte jongens die hier de show stelen. Of nouja, dat is wat overdreven. Bekendste exponent van Namibië is waarschijnlijk nog steeds Dan Craven. DanFromNam, de man die alleen opviel vanwege zijn gigantische baard. Reed ooit voor Europcar, naar verluidt omdat hij daar zelf zijn plekje had gekocht. Kon er verder geen reet van, maar het is wel een gezellige jongen. Best actief op twitter, probeert het Afrikaanse wielrennen ook een beetje te promoten. Geen verkeerde vent. Namibië ken ik verder van Petrus Lotto, de jongen met de fantastische naam die ooit nog voor MTN-Qhubeka reed. Goed was hij niet, maar dat maakt niet uit. Wel een kleurrijke jongen, net als Raul Costa Seibeb. Die overleed dan alleen weer in 2017 nadat hij in Namibië werd aangereden door een auto. Zo wordt het natuurlijk nooit wat met Namibië. Ooit had ik verwacht dat Till Drobisch een goede renner zou worden, maar dat is niet gelukt. Dankzij zijn Duitse naam kreeg hij wel een plek bij een Duits ploegje, maar de resultaten bleven achterwege. Nieuwe hoop is Alex Miller, een jongen uit 2000 die meteen bij de eerste poging kampioen van Namibië werd. Mocht daarna naar het WCC, waar hij meteen een mooie OTL noteerde tijdens Parijs-Roubaix U23. Maakt niet uit, we houden hem in de gaten. Toevallig is nu net de Tour de Windhoek bezig, een amateurkoers in Namibië. De jonge Zuid-Afrikaan Marc Pritzen won daar gisteren een rit, goed bezig Marc. Tristan de Lange, Hendrikus Coetzee, Dieter Koen, Xavier Papo, Namibiërs hebben wel goede namen. Nu nog goede prestaties.
IvoorkustEen van de weinige landen in die streek van Afrika waar ze een beetje aan wielrennen doen. Ivoorkust heeft ook al een aantal jaar een eigen 2.2-koers, al lijkt die wedstrijd sinds dit jaar alleen nog maar een amateurkoers te zijn. Dit jaar gewonnen door de geweldenaar Paul Daumont. De laatste keer dat het 2.2 was won dan weer de bekendste wielrenner van Ivoorkust, Issiaka Cisse. Deze jongen is al jaren een vaste waarde in het Afrikaanse circuit. Lang geleden mocht hij een tijdje voor het WCC rijden, maar geen enkele ploeg toonde interesse. Dus ging hij weer terug naar Afrika, waar hij al jaren z'n koersjes wint. Vorig jaar won hij dus de ronde van zijn eigen land, dit jaar pakte hij een ritje mee in de Ronde van Kameroen. Een andere semi-bekende Ivoriaan is Abou Sanogo, die jongen zie je ook wel altijd een paar keer per jaar vooraan verschijnen in dat soort wedstrijden. Ik vrees dat er verder niet veel te melden valt over Ivoorkust, er moet hier nog veel gebeuren voor het ergens op begint te lijken.
MauritiusDit eilandje hoort ook bij Afrika. Het ligt weliswaar behoorlijk ver weg van het vasteland, ergens voorbij Madagaskar in de Indische Oceaan. Heel groot is het eiland niet en er wonen ook niet bijzonder veel mensen (ongeveer een miljoen), toch komen er de laatste jaren steeds meer wielrenners vandaan. De familie Rougier-Lagane bijvoorbeeld, de broertjes Christopher en Gregory rijden allebei voor een Franse amateurploeg. Dat is sowieso het verhaal van Mauritius, bijna al die gastjes rijden voor een of andere Franse ploeg. Olivier Le Court ook, die fietst voor GSC Blagnac, toch geen kleine ploeg in Frankrijk. Dylan Redy en Alexandre Mayer zijn met z'n tweetjes voor dezelfde Franse ploeg actief, wel zo gezellig. Het zijn allemaal jonge gasten, Redy is bijvoorbeeld pas 20. Die staat stiekem wel op het lijstje van de hoop, net als Andriano Azor. Met zo'n naam moet je wel goed zijn, zou je zeggen. Viel dit jaar nog niet mee, maar hij is pas van 2000. Hij heeft nog wat tijd, vorig jaar won hij de African Youth Games voor landgenoot Fernando Charlot dus talent zal er wel zijn. Deze eilanders moeten we dus een beetje in de gaten gaan houden.
Democratische Republiek CongoCongo is natuurlijk altijd een gecompliceerd onderwerp. Qua wielrennen lijkt vooral de DRC van de fiets te houden, over het andere Congo hoor je minder. Het zal wel een erfenis van de Belgen zijn dat ze hier zijn gaan fietsen, hebben die patjepeeërs toch nog op een bepaalde manier iets fatsoenlijks achtergelaten. Verder wel belachelijk wat de Belgen hier allemaal uitgespookt hebben, Congo: een geschiedenis van David Van Reybrouck moet iedereen gelezen hebben. Leopold II is een drinker. Maar goed, Congo dus. Daar hebben ze wel wat wedstrijden, zoals de Tour de Congo. Amateurkoersje, gewonnen door de jonge Rwandees Jean Claude Nzafashwanayo. Congoleesjes komen er nog niet echt aan te pas, ze zijn hier niet zo ver in hun ontwikkeling. Loick Tshiyana Kamena werd 28e in de Ronde van Kameroen dit jaar, dat is waar ze hier trots op moeten zijn. Tijdens de Afrikaanse spelen eindigden er wel een paar jongens wat meer vooraan, Kyaviro Muhindo werd 21e bijvoorbeeld. Ik vrees alleen dat we deze namen niet hoeven te onthouden. Het zal van een volgende generatie afhangen of we ooit een Congolees vlaggetje in actie gaan zien.
MaliZelfs in Mali zijn er mensen die hard kunnen trappen. Daar gaan we alleen nooit iets van horen, toch wil ik nog graag even Yaya Diallo genoemd hebben. Die werd vorig jaar 13e in de Tour de l'Espoir, een Malinees met een fatsoenlijk resultaat! Daarna heb ik alleen niets meer van Yaya gehoord, dat is jammer. Staat desondanks nog steeds op het lijstje van de hoop. Volgens firstcycling heeft hij dit jaar een rit gewonnen in de Tour de Sahel, een rittenkoers in Mauritanië. Wel gaaf, maar ik weet niet of dat hem ooit een plek in Europa gaat bezorgen. Mali mag je dus meteen weer vergeten eigenlijk, sorry.
NigeriaHet enige wat ik van het Nigeriaanse wielrennen weet is dat ze altijd met z'n allen achteraan eindigen als ze een keer meedoen aan een koers. Vaak op drie kwartier van de winnaar ofzo. En ze gaan vrij snel naar de uitgang, meestal. DNF of OTL, veel meer smaken heeft Nigeria niet. Nigeria is een land met enorm veel inwoners, maar wielrennen leeft er niet echt. Lijkt me de schuld van Boko Haram, klootzakken. Als er nog een Europeaan is met wat ambitie die ergens iets neer wil zetten: ga naar Nigeria. 190 miljoen inwoners, daar moeten er een paar tussen zitten die hard kunnen fietsen. Harder dan Azeez Mutiu en Kurotimi Abaka in ieder geval, die werden tijdens de Afrikaanse spelen 65e en 73e. De beste Nigerianen daar, de rest werd op enorm grote achterstand gereden of noteerde weer lekker ouderwets een OTL. Meeste inwoners van heel Afrika, daar moet meer mogelijk zijn.
Guinee-BissauSinds dit jaar heeft Guinee-Bissau een eigen continentale ploeg. Guerciotti - Kiwi Atlantico, jawel. Hebben ze daar iets aan? Nee, natuurlijk niet. Er rijden zeven jongens uit Guinee-Bissau voor deze ploeg, allemaal met een keurige 0 op de CQranking. Het is vooral een excuusploeg, waar vijfderangs Spanjaarden aan de bak komen. David Galarreta en Mikel Ugarte, wie kent ze niet. Vreemde ploeg, hebben op wat koersjes in Spanje na ook weinig gereden. Nog leuker, de jongens uit Guinee-Bissau hebben zelfs helemaal niets gereden. Niets, geen enkele wedstrijd. Wat een fantastische ploeg is dit, geweldig. Toch weer een soort van uitbuiting van Afrika, in een of ander derdewereldland goedkoop een licentie nemen, paar gasten aantrekken die je vervolgens geen koersen laat rijden en dan een Bask van 37 z'n profdebuut laten maken. Fenomenaal. Guinee-Bissau kunnen we dus ook van het lijstje strepen, ze hebben hier een veel te lange weg te gaan.
OegandaCharles Kagimu!!! De boezemvriend van Salim Kipkemboi. Aangezien wielrennen in Oeganda niet heel groot is zijn er weinig bekende wielrenners uit dit land, maar er wordt wel aan fietsen gedaan. Charles is begonnen in Oeganda, maar omdat hij talent liet zien werd hij al snel naar buurland Kenia gebracht, waar hij in Iten terechtkwam. Daar bleek hij zo goed te zijn dat hij werd opgenomen in het team. Niet veel later werd hij stagiair bij Bike Aid, want dat was toen nog een gelukkig huwelijk. De afgelopen tijd heeft Kagimu voor Bike Aid gereden, maar ook hij is dit jaar niet aan koersen toegekomen door het gedoe waar ook de Keniaantjes last van hebben. Jammer, Kagimu leek best hard te kunnen trappen. Sympathieke knul ook, hij is behoorlijk goed te volgen op sociale media, dit in tegenstelling tot de meeste Afrikanen. Oeganda heeft verder geen andere toppers, geen wedstrijden en geen infrastructuur, of wat had u verwacht?
GhanaBest een groot land, maar geen wielerland. Ze doen hier amper aan fietsen, al kom je de Ghanese nationale ploeg soms wel tegen in het buitenland. Iemand als Anthony Boakye heb ik wel een paar keer in de uitslagen voorbij zien komen, maar verder heb ik me altijd verbaasd over hoe weinig de Ghanezen met wielrennen lijken te hebben. Sowieso is het in die hoek van Afrika met een vergrootglas zoeken naar wielrenners of landen waar het ook maar enigszins lijkt te leven. Een groeimarkt, om het maar even voorzichtig te zeggen.
SenegalZelfde verhaal als Ghana. Ook hier leeft het eigenlijk voor geen meter, zal wel komen omdat ze dankzij het Dakargebeuren een hekel hebben gekregen aan de ASO. Er zijn wel Senegalese wielrenners, maar daar hoef je geen geld op in te zetten als ze meedoen aan een wedstrijd. Fallou Mbow is momenteel kampioen van Senegal, gefeliciteerd Fallou!
BotswanaLekker man, Botswana. Ik kende ooit een wielrenner uit Botswana, Bernardo Ayuso. Deze jongen groeide op in Spanje en reed jarenlang rond in het Spaanse amateurcircuit. Reed zelfs nog een paar jaar voor een Baskische ploeg, wat een topper. Eén keer per jaar ging ie dan naar Botswana om daar nationaal kampioen te worden, goed man. Sinds 2017 is hij alleen van de aardbodem verdwenen. De nieuwe heerser in Botswana luistert nu naar de naam Abeng Malete. Botswaneesjes dienen verder vooral als kanonnenvoer voor de Zuid-Afrikaantjes tegenwoordig. In Zuid-Afrika organiseren ze dus allerlei wedstrijden om punten te scoren. Om aan voldoende deelnemers te komen nodigen ze dan gasten uit Lesotho en Botswana uit, zodat het nog ergens op lijkt. Die kunnen er verder qua niveau niets van, waardoor de Zuid-Afrikanen toch wel winnen. Waardeloos, waardeloos, waardeloos.
TanzaniaRichard Laizer reed ooit voor Bike Aid! Verder weet ik echt helemaal niets over Tanzania, behalve dat ze hier de Kilimanjaro hebben. Op zich wel leuk om daar een paar fietspaden aan te leggen, lijkt me. Dan krijgen we meer Richard Laizers, die dan misschien wel verder gaan komen dan een 34e plaats in de Tour de Rwanda als hoogtepunt.
ZambiaZambiaantjes moet je kort houden! Nou, dat is aardig gelukt. Tien jaar geleden reed er een Zambiaan voor MTN Cycling, de voorloper van wat nu Dimension Data is. Jupiter Naneembo, een gigantisch groot talent. Jupiter reed rond alsof hij van een andere planeet was. Dat vonden ze bij MTN niet echt eerlijk ten opzichte van de rest, dus liet Doug Ryder hem gaan. Sindsdien hebben we nooit meer wat vernomen van de Zambiaantjes. Ja, je moet ze toch kort houden he. Hier krijgen we weer brieven over, dat heb ik nou al weer door. Goed man, die Zambiaantjes.
ZimbabweZimbabwaantjes worden ook behoorlijk kort gehouden, geen enkel probleem. In Zimbabwe val je eigenlijk alleen op door het hebben van een briljante naam. Zo is Advocate Phiri geen slechte hoor, Alvin Makurumidze werd dan weer mooi 50e tijdens de Afrikaanse Spelen. Andrew Chikwaka, 83e in de Tour de Limpopo, je zou voor minder. Nee, sorry, ik weet niets over Zimbabwe. Behalve dat het een vreemd land is, maar we zijn in ieder geval van Mugabe af.
Ik denk dat ik nu toch minstens de helft van de Afrikaanse landen besproken heb. De landen die ik niet heb besproken willen niets met wielrennen te maken hebben, zijn er nóg slechter in of ik ben ze simpelweg vergeten. Benin is zo'n land, daar doen ze wel aan wielrennen maar niet op hoog niveau. Heel sporadisch zie ik wel eens iemand uit Burundi in de uitslagen verschijnen. De jongens uit Soedan komen altijd met z'n allen buiten tijd binnen, net als de nomaden uit Libië. Op Madagaskar schijnt er ook wel eens gefietst te worden, ik meld het maar voor de volledigheid. Verder hebben de andere Afrikaanse landen echt niets met wielrennen, voor zover ik weet. De landen die er wél wat mee hebben gaan we volgen in dit topic. Hoera.