abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
pi_201184133
Etapa 18: Salas - Altu d’El Gamoniteiru, 162,6 km

Pfff boh, dat was wel weer een rit he? Het begon al schitterend, de eerste kopgroep bevatte mijn persoonlijke held Mauri Vansevenant en de lokale held Pelayo Sanchez. Helaas werd deze kopgroep weer gegrepen, waarna we een kilometer of 60 naar allerlei nieuwe aanvalspogingen zaten te kijken. Het lukte niemand om weg te rijden, zelfs niet op het eerste klimmetje van de dag. Er ontstonden wel wat kopgroepjes, maar ze werden allemaal weer ingerekend. Pas na een kilometer of 80 waren we op de eerste beklimming van La Collada Llomena getuige van het ontstaan van een kopgroep. Meteen een grote kopgroep, maar ook deze groep kreeg niet veel voorsprong. In het peloton zagen we dat Ineos vrij snel op kop begon te rijden, Sivakov hield de boel kort. Achteraf gezien was een van de vreemdste momenten de aanval van Landa. Hij viel aan vanuit het peloton en reed met de guidon van onder naar de kopgroep toe. Met een minuut voorsprong kwam de kopgroep voor de eerste keer boven op La Collada Llomena, een schitterende ontdekking. Wat een debuut voor deze klim, die gaat vaker terugkomen. In het verleden was de weg hier blijkbaar nog smaller en slechter, sinds er een nieuwe laag asfalt ligt kan de organisatie er pas echt gebruik van maken. In de afdaling van deze klim reed Le Gac weg, het was ondertussen begonnen met regenen. Door die regen durfden veel renners niet echt hard naar beneden te gaan, wat ervoor zorgde dat het ferm uitgedunde peloton aansloot bij de achtervolgende groep. Achtervolgend op Le Gac, die in z'n eentje op kop reed met de samengesmolten groep op een seconde of 40 achterstand. Voor Landa was het een gevalletje alles of niets geweest, nu hij weer werd gegrepen besloot hij niet veel later af te stappen. Hij probeerde nog wat, maar het lichaam werkte niet mee en dus deed hij een Induraintje. In de omgeving van Cangas de Onís afstappen, klassiekertje. Hopelijk horen we over een paar maanden niet dat hij er definitief mee kapt. Het Landismo moet blijven bestaan, zonder zijn we verloren.

Enfin, Eiking kwam op de eerste klim van La Collade Llomena al in de problemen, een veeg teken. In de afdaling sloot hij weer aan, maar de tweede keer omhoog was hij een vogel voor de dag. Dag rode trui. Nadat Jumbo-Visma in de vallei een tijdje op kop reed zagen we op de tweede klim Sivakov weer op kop beuken. Bernal in zijn wiel, die had al aangekondigd dat hij nog iets wilde proberen omdat hij toch niets te verliezen had. Op 61 kilometer van de finish zat het werk van Sivakov erop en volgde de aanval van Bernal. Een zittende aanval, leek niet direct veel op te zitten. Roglic sprong meteen op het wiel en de rest reageerde niet. Een merkwaardig beeld, vooral het feit dat Movistar niet reageerde was verrassend. Lopez reageerde even later wel, maar hij kon er niet naartoe. Le Gac was ondertussen al uit beeld verdwenen, we mochten het dus doen met een kopgroep van twee. Een atypische rit, eigenlijk nooit echt een echte vlucht van de dag gezien. Voor de vluchters een serieuze kans kregen zaten we al naar de kleppers te kijken. Bernal nam bijna de hele tweede Collada Llomena voor zijn rekening, met Roglic in het wiel. Jody reed goed hard, de voorsprong liep snel op naar 45 seconden. De nieuwe klim leverde meteen, het biedt dankzij een paar steile kilometers heel wat mogelijkheden voor aanvalswerk. Bernal levert ook, hij heeft woord gehouden. Dankzij die nieuwe klim en de aanvalslust van Bernal kregen we met een schitterende rit te maken. Dank aan de organisatie, dank aan Bernal. Alleen jammer dat het regende, dat was net wat minder genot. De afdaling was droog al lastig geweest, in natte omstandigheden was het amper te doen. Een smalle en bochtige weg door het bos, vrage om problemen. Bijna iedereen vloog uit de bocht, bij Bernal ging het al bijna mis en even later vloog Poels bijna uit dezelfde bocht. Weer wat bochten later zagen we ineens Eiking op de grond liggen. Hij was z'n rode trui virtueel al kwijt, maar na die schuiver helemaal. Een paar meter verderop lag Vlasov, dat zag er niet goed uit. Hij haalde wel de finish, maar verloor meer dan een half uur.

In die gevaarlijke afdaling maakte Bahrein wel een fout. Erkend niet-daler Wout Poels werd op kop gezet, waarom? Dat je dat bergop doet, prima, maar bergaf? Gino Mäder is een uitstekende daler die ook in de regen kan rijden, zet die gast dan op kop in zo'n lastige afdaling joh. De voorsprong van Bernal en Roglic liep daardoor snel op, die twee gingen een stuk sneller naar beneden. Na de afdaling reden we lang door de vallei, waar Roglic uiteindelijk besloot over te nemen. De voorsprong was inmiddels zo groot geworden dat het de moeite waard werd om door te rijden. Doordat Roglic overnam liep de voorsprong alleen maar verder op, op een gegeven moment hadden ze meer dan twee minuten voorsprong op de uitgedunde groep der achtervolgers. Die groep werd in de vallei wel steeds wat groter, er kwamen ook weer wat knechten terug. Maar het was toch vooral Wout Poels die lang en hard op kop mocht rijden, wat hem goed afging. Bora reed ook nog even mee, totdat Grosssssschartner in Cangas de Onis op z'n plaat ging. Voorbij Cangas de Onis reden we richting de voet van de slotklim naar Lagos de Covadonga. Het was een lang en ondankbaar stuk om te overbruggen voor Bernal en Roglic, maar het ging ze toch behoorlijk goed af. In de laatste kilometers voor de klim liep de voorsprong wel terug naar anderhalve minuut, maar met de wetenschap dat de knechten in de achtervolgende groep zouden afhaken was dat nog steeds een geruststellende voorsprong. Bernal deed onderweg misschien wel het meeste werk, maar op de slotklim naar Lagos de Covadonga was het de beurt aan Roglic. Hij deed het meeste werk en hij keek ook niet echt meer om naar Bernal. De frisse blik van Jody werd steeds minder fris, na een straffe aanval en heel wat werk in de vallei was het vat af. De topvorm was er sowieso al niet echt, deze aanval was heel dapper en heel tof, maar ook een beetje tegen beter weten in. Op de steile stroken van Lagos de Covadonga moest hij al een keer een paar meter laten, even later was het definitief gedaan. Zonder te versnellen reed Roglic weg van de Colombiaan. De Sloveen is in deze Vuelta een klasse apart, als hij heel blijft staat er geen maat op. In een paar kilometer liep hij steeds verder weg van de gekraakte Bernal. De verschillen op Lagos de Covadonga blijven normaal vrij beperkt, maar Roglic logenstraft meteen al mijn woorden. Onbedreigd reed hij naar de zege, anderhalve minuut later kwam de tweede pas binnen. Die tweede was nog eens Kuss ook, een ploeggenoot godbetert. Dominantie van Jumbo-Visma, dat hadden we na de eerste dagen ook niet direct verwacht. De derde ritzege voor Roglic alweer, uiteraard neemt hij ook meteen de leiderstrui weer over. De voorsprong op de nummer 2 is ondertussen gigantisch te noemen, er is niets aan te doen.

Bernal werd helaas op het laatst nog ingelopen, dat was wel erg cru. Na zijn stoere aanval had hij meer verdiend. De ritzege was mooi geweest, maar dan had Roglic met dichtgeknepen remmen moeten rondfietsen. Geen optie. Een tweede plaats en tijdwinst leek lang wel een optie te zijn, maar nadat Poels klaar was met zijn werk begonnen daarachter de aanvallen te komen. Mas, Lopez, Yates, zelfs Kuss, allemaal gingen ze in de aanval. Alleen de jongens van Bahrein niet, na al het werk van Poels was Haig niet in staat om iets moois te laten zien. Het verschil met Roglic bleef redelijk stabiel, hoewel die vergelijking niet helemaal eerlijk is omdat Roglic meer kracht had verspild in aanloop naar de slotklim. Op de mistige en regenachtige flanken van Lagos de Covadonga werd uiteindelijk wel een voorspelling waarheid: er kan één renner beter zijn dan de rest, maar de andere favorieten blijven vaak bij elkaar in de buurt. Zo ook nu, anderhalve minuut achter Roglic eindigden zeven renners in dezelfde tijd. Kuss won het sprintje voor Lopez en Yates, terwijl ook Haig, Mas, Bernal en Mäder in dezelfde tijd eindigden. In ieder geval geen tijdverlies voor Bernal, dat was dan nog iets. Wel een prachtige aanval, waardoor we ook naar een prachtige rit hebben gekeken. De koers kan schitterend zijn, het enige smetje was de valpartij. En het gebrek aan initiatief van Movistar, maar die jongens zijn blijkbaar tevreden met hun podiumplek. Roglic wordt geacht onklopbaar te zijn, wat op basis van de rit van gisteren wel lijkt te kloppen. Ik heb genoten. Al kleeft er ook een nadeel aan, misschien moet ik wel gaan bijdraaien met betrekking tot Lagos de Covadonga. De laatste drie aankomsten op deze berg zijn nu voor een klassementsrenner geweest, het is de laatste jaren dus helemaal geen klim meer voor een anonieme vluchter. De renners maken de koers, blijkt maar weer. Hoewel de toevoeging van La Collada Llomena ook goud waard was, meer van dat graag Unipublic. Als we dan toch naar Covadonga moeten heb ik vooraf graag wat zwaarder klimwerk. Geen unipuertoaanloop meer, por favor.

Na deze leuke bergrit gaan we door met de laatste echte bergrit van dze Vuelta. De zwaarste rit van de ronde. Ik had verwacht dat de renners zich gisteren wat zouden sparen voor deze rit, maar niets was minder waar. Het werd een heus slagveld, en dan moeten we nog aan de koninginnenrit beginnen. Onderweg naar de zwaarste en mooiste aankomst bergop van dit jaar komen we heel wat zware beklimmingen tegen. In een rit met 4500 hoogtemeters eindigen we op de nu al mythische Gamoniteiro. Voor het eerst in de historie van de Vuelta finishen we op deze Gamoniteiro, de beste berg van Spanje. Ik heb er énorm veel zin in, zeker na de dag van gisteren. Het zou al zwaar worden, maar nu al helemaal. Aangezien het de laatste echte bergrit is moeten ambitieuze renners nu nog een poging wagen, al zullen ze wel lichtelijk gedemotiveerd zijn na de demonstratie van Roglic van gisteren. Maakt allemaal niet uit, we gaan naar de Gamoniteiro. Een absoluut fenomeen. Een majestueuze klim, ik verwacht de overtreffende trap van vuurwerk. Gamoniteiro, ein-de-lijk. Dit wordt de rit der ritten. Ga er maar eens goed voor zitten.




De nu al mooiste rit van de Vuelta gaat van start in Asturias, in Salas om precies te zijn. Dit is een dorp en een gemeente met ongeveer 5000 inwoners, waar de Vuelta in 1993 al eens was. Toen ging hier ook een rit van start, een rit van liefst 250 kilometer met aankomst in Ferrol. Djamolidin Abdoezjaparov zou daar winnen, net een ander type renner dan we vandaag verwachten. Salas ligt op de route naar Santiago de Compostela, de Camino de Santiago Primitivo komt langs hier. Op zich niet gek, want het dorpje Salas is toch deftig de moeite waard. We vinden hier enkele paleisjes, wat kerkjes en een leuk parkje. Een bekende naam uit Salas is Fernando de Valdés y Salas, een Spaanse geestelijke en jurist. In het dorp vinden we een kasteel, paleis en poort terug, allemaal aan elkaar vastgeplakt, allemaal met de naam Valdés Salas. Het kasteel is eigenlijk vooral een grote vierkante toren, waarin een museum zit, het Museo Prerrománico de San Martín. Terwijl in het paleis tegenwoordig dan weer een hotel zit, zo heeft alles een nieuwe functie gekregen. Van de buitenkant ziet het er allemaal fraai uit, zoals er meer fraaie dingen te zien zijn in Salas. De lokale kerk is ook niet mis, Colegiata de Santa María la Mayor. Niet ver van daar staat een ander paleis, het Palacio de Casares, met aan de overkant een kicken parkje. Op de heuvel boven Salas ligt Santuario de la Virgen de la Asuncion del Viso, dat is een vrij vet heiligdommetje. Er loopt een weg naartoe, volgens het roadbook het favoriete klimmetje van de lokale toerders. Het is een zware klim, wordt gezegd, maar eenmaal boven heb je een prachtig uitzicht over de omgeving. Je ziet dan wellicht ook wat andere dorpjes liggen die bij de gemeente Salas horen, waar nog meer fraaie gebouwtjes te vinden zijn. Zo staat er in het dorpje Cornellana een kicken kloostertje, terwijl ergens in the middle of nowhere nog een paleisje te vinden is, het Palacio de Doriga. In deze gemeente, waar ze het vooral van agricultuur en mijnbouw moeten hebben, komen we ook nog een gaaf watervalletje tegen. Dat lijkt me wel weer genoeg, we gaan beginnen.



We gaan van start in het centrum van het dorpje Salas, tijdens de neutralisatie fietsen we een tijd door de gemeente. In de buurt van het gehucht Villampero gaat de rit echt beginnen, de eerste vier kilometer van de rit volgen we de loop van de Nonaya. Over een brede maar bochtige weg rijden we door een groene omgeving, met af en toe wat bebouwing onderweg. Het is hier redelijk vlak, al loopt het een tijdje haast niet merkbaar naar beneden. Na vier kilometer en toch al meteen heel wat bochten komen we uit in Cornellana, daar waar het kicken kloostertje te vinden is. We komen vlak voor we dit dorp betreden een rotonde tegen, waarna we door het niet onaardige centrum rijden. Buiten Cornellana rijden we over een brug, die brug brengt ons naar de andere kant van de Narcea. Deze rivier gaan we de volgende kilometers volgen, we slaan voorbij de brug rechtsaf en fietsen vervolgens een kleine tien kilometer over dezelfde weg. Weer een redelijk bochtige weg, maar het is hier enorm breed dus zal het aanvoelen alsof we rechtdoor gaan. We komen tussendoor wel een rotonde tegen, dat is zo'n beetje het spannendste moment voorlopig. Eigenlijk is het gewoon praktisch vlak, ook al gaat het officeel wel wat omhoog en omlaag. Niet echt met het blote oog waar te nemen, al zijn dit soort wegen vaak toch vervelend voor het peloton. Aan het eind van deze weg, die vooral is omgeven door heel veel bomen, slaan we linksaf. Het is tijdelijk wat smaller, in de buurt van de kerk van San Martín de Lodón. Na de bocht wordt het wel weer breed, daarna rijden we tien kilometer verder langs de volgende rivier. Langs de Pigueña rijden we naar Belmonte, op zich geen heel onaardig dorpje. In die tien kilometer begint de weg wat meer stelselmatig omhoog te lopen, we komen in dit stuk ongeveer 100 meter hoger uit. Nog steeds niet echt spannend, al pakken we blijkbaar toch wat meer hoogtemeters mee omdat het wat op en af zou gaan. Valt wederom niet echt waar te nemen, maar toch. Het valt wel waar te nemen dat ook de Pigueña over een kloof met rotswanden beschikt, daar rijden we vlak voor Belmonte doorheen. Voorbij de rotswanden bereiken we na 24 kilometer dat Belmonte, voorbij dit dorpje volgen we nog een tijd de Pigueña op weg naar de eerste klim van de dag.



Twintig kilometer lang volgen we dezelfde weg langs de Pigueña, voordat we de voet van de San Lorenzo gaan bereiken. Door een overdaad aan groen werken we ons langzaam een weg omhoog. De voet van de klim ligt 300 meter hoger dan Belmonte, er moet dus sowieso wat hoogteverschil overwonnen worden. Aangezien het tussendoor ook een aantal keer kort naar beneden gaat pakken we zelfs nog meer hoogtemeters mee, in totaal bijna 500 zelfs in dit stuk van 20 kilometer. Toch gaat dat allemaal wel op een vrij geleidelijke manier, we komen voorlopig nog geen steile klimmetjes tegen. We komen vooral mooie natuur tegen, al rijdende over de redelijk bochtige weg langs de rivier. Af en toe zien we de rivierbedding, dan weer fietsen we tussen wat rotswanden door. Tussendoor komen we een paar keer een leeg dorpje tegen, het lijkt me ook niet direct heel praktisch om in dit ruige gebied te wonen. Een van die dorpjes is Aguasmesta, hier slaan we linksaf en dan begint de weg iets serieuzer omhoog te lopen. Richting de voet van de Puerto de San Lorenzo gaat het alvast vier kilometer aan 3% omhoog. We rijden onderweg door een tunneltje en komen we vervolgens uit in La Riera, een dorpje omsloten door allerlei bekende bergen. Een van die bergen luistert naar de naam San Lorenzo. De Puerto de San Lorenzo, kan ook. Of in het Asturisch Puertu de San Llaurienzu, wat toch iets minder tot de verbeelding spreekt. Vanuit La Riera is de klim tien kilometer lang, aan 8,5% gemiddeld. Na een minimaal stukje vlak buiten La Riera slaan we linksaf en rijden we over de rivier Somiedo. Vervolgens gaat het gelijk aan 9,5% omhoog tijdens de eerste kilometer van de klim, met stroken tot 16%. De Puerto de San Lorenzo is voorzien van een vrij brede en goede weg, waardoor het makkelijker lijkt dan het is. Nochtans gaat het na de eerste lastige kilometer twee kilometer aan 11% omhoog, na de lange aanloop zal dat hard aankomen. Ook dit stuk van de klim kent weer pieken tot 16%, na die lange vals platte aanloop zal dat een aanslag op de benen vormen. In de buurt van het gehucht Las Morteras vlakt de klim wel tijdelijk af, na een kilometer aan 5% volgt er een kilometer waar het eigenlijk gewoon helemaal plat is. De eerste helft van de klim eindigt dus op een makkelijke manier, de tweede helft gaat dan weer op een enorm stevige manier verder. Met gestrekt been vliegt de San Lorenzo weer op ons af, opnieuw gaat het twee kilometer aan 11% omhoog. We blijven pieken houden tot 16%, terwijl het in de volgende kilometer gemiddeld aan 10% blijft stijgen. Na een iets makkelijkere voorlaatste kilometer van de kilometer waarin het aan 5% stijgt gaat het richting de top verder aan 9,5%.





Na 54 kilometer komen de renners boven op de Puerto de San Lorenzo, een beklimming van de eerste categorie. Een buitengewoon pittige klim, die we kennen uit het verleden. In 2019 reden we bijvoorbeeld nog over deze klim, ook al vanuit La Riera. Dat was een rit met aankomst op de fraaie en lange klim naar La Cubilla, waar Jakob Fuglsang uiteindelijk wist te winnen. De start van die rit was bijna gelijk aan de start van deze rit, vanuit een of andere kleine Asturische gemeenschap reden we door de vallei naar La Riera, waar de klim zou beginnen. Geoffrey Bouchard, dat jaar de winnaar van de bolletjestrui, was als eerste boven. In 2012 zat de klim dan weer in een rit met aankomst boven op Cuitu Negru, waar Cataldo uiteindelijk De Gendt zou verslaan. Op de top is er een prachtig uitzicht over de omgeving, de renners zien heel wat lager de weg liggen waar ze straks overheen gaan rijden. Een afdaling van 11 kilometer richting San Martín de Teverga begint direct na het passeren van de top. Ook de andere kant van de San Lorenzo is behoorlijk lastig, het gaat vijf kilometer enorm steil naar beneden aan meer dan 10%. De weg naar beneden is behoorlijk bochtig, het is dus automatisch een technische en lastige afdaling. Meteen in het begin komen de coureurs een aantal haarspeldbochten tegen, later zullen het meer korte en snelle bochtjes zijn. Het wegdek kan de afdaling wat lastiger maken, er staan in ieder geval een paar bordjes langs de kant van de weg die waarschuwen voor gaten in de weg. Op het oog lijkt dat mee te vallen, het ziet er eigenlijk prima uit en ik kan me ook niet heugen dat hier al veel slachtoffers zijn gevallen. Na het lastige eerste deel van de afdaling komen we een klein stukje in stijgende lijn tegen, waarna het nog eens vier kilometer aan ongeveer 6% naar beneden gaat. Het wordt een stuk minder lastig, de bochten nemen in hoeveelheid af. De laatste twee kilometer voor we San Martín bereiken wordt het zelfs nog wat makkelijker, het wordt bijna vlak. Op de achtergrond zien we ondertussen allerlei fraaie bergtoppen verschijnen, het is een prettige omgeving om te vertoeven. In San Martín slaan we bij een rotonde linksaf, daarna rijden we rechtdoor het plaatsje uit. Buiten het dorp gaat het nog tien kilometer verder in licht dalende lijn, we komen ongeveer 200 meter lager uit. Dat gevoel bekruipt je niet echt als je hier fietst, dat het tussendoor ook nog een keer een halve kilometer omhoog gaat valt evenmin op. Het valt vooral op dat we hier door een werkelijk prachtige omgeving rijden. We fietsen dwars door de kloof die de rivier Teverga in de loop der jaren heeft uitgesleten. Een aantal keer fietsen we precies tussen de rotswanden door, een schitterend zicht. Langs de brede weg zien we een smaller weggetje liggen, de Senda del Oso. Het berenpad, als ik dat zo vrij mag vertalen. Een populair fiets- en wandelpad, nog dichter langs de langs de randen van de kloof. Veel tunneltjes onderweg, en de kans om een echte beer te tegen te komen. De naam is niet zomaar gekozen, er schijnen hier echt beren te zijn. Er wordt er ook wel eens eentje aangereden, arme beren. Ook mensen sterven hier naar het schijnt met enige regelmaat, niet het meest veilige pad van allemaal. Enfin, na 76 kilometer koers slaan de renners rechtsaf en verlaten ze de kloof van de Teverga. De komende kilometers rijden ze verder langs de Trubia.



We gaan op weg naar de volgende klim van de dag, de overbekende Alto de la Cobertoria. De weg door de vallei is elf kilometer lang en kent een glooiend karakter. In de komende elf kilometer gaan we ongeveer 250 meter hoger uitkomen, het loopt vooral vaak wat zeurend vals plat omhoog. Een vervelende weg, waar maar geen einde aan lijkt te komen. Wel een mooie weg, de natuur blijft hier van een ongekende pracht. Tijdens onze tocht over deze weg rijden we door Bárzana, hier gaat na 85 kilometer de tussensprint van de dag plaatsvinden. Een tussensprint zonder bonussprint, voor wat het waard is. Na de tussensprint rijden we behoorlijk rechtdoor verder naar Santa Marina, waar we ongeveer anderhalve kilometer later uitkomen. In dit dorpje slaan we linksaf en dan zijn we vertrokken, de Alto de la Cobertoria begint. Deze klim, vaste prik in de Vuelta, is van deze kant 8,1 kilometer lang. In deze kilometers gaat het aan 8,6% gemiddeld omhoog, een gemiddelde dat wat omlaag wordt gehaald door de eerste kilometer. In het begin gaat het slechts aan 6,6% omhoog, de klim gaat op een minder brutale manier van start dan de San Lorenzo. In de volgende kilometers wordt het wel steeds lastiger, Drie kilometer aan ongeveer 8%, met daarin ook een aantal stroken boven de 10%. Toch wordt het na vier kilometer klimmen pas echt lastig, want in de laatste kilometers naar de top gaat het aan 9% of meer omhoog. Er is zelfs nog een kilometer aan 10%, met uitschieters richting 14%. Een uiterst zware klim, waarvan de top na 94 kilometer wordt bereikt. De Alto de la Cobertoria is een klim van de eerste categorie die bijna jaarlijks in het parcours wordt opgenomen. Er was zelfs ooit een finish boven op de berg, dat was tijdens de legendarische Vuelta van 2006. Alexandre Vinokourov wist toen te winnen, wat een fenomeen. Drie ritzeges en de eindzeges dat jaar, Valverde was niet opgewassen tegen de Kazachse entente bestaande uit Vinokourov en Kashechkin. Gelukkig komt er nu een nieuw gouden koppel aan, de tweeling van Vino. Alex en Nico, momenteel rijden ze hun eerste koers voor Vino-Astana Motors in Roemenië, in de gaten houden die aanstaande grootheden. Vorig jaar reden we ook nog over de Cobertoria, maar dan in tegengestelde richting. Rit 11 zou eindigen op La Farrapona, via de Cobertoria vanuit Pola de Lena reden we richting de San Lorenzo om ook die berg van de andere kant te bedwingen, waarna we bergop zouden aankomen op La Farrapona. In de Vuelta van 2019 reden we dan wel weer langs deze kant omhoog, onderweg naar La Cubilla. Eerst San Lorenzo en toen de Cobertoria, hetzelfde recept als nu. In 2018 werd de Cobertoria een jaartje overgeslagen, maar in de Vuelta van 2017 zat ie ook. Ook toen gingen we vanuit Santa Marina omhoog, onderweg naar de Angliru. Dat was de rit van Alberto Contador, hij sloot zijn laatste Vuelta af met een prachtige ritzege.





La Cobertoria zit vandaag eigenlijk twee keer in het parcours, we bedwingen 'm langs beide kanten. Er volgt een afdaling naar Pola de Lena, de Cobertoria omhoog vanuit dat plaatsje zat dus vorig jaar in het parcours, maar bijvoorbeeld ook in 2014 en 2015. Toch verwonderlijk dat mensen deze klim alsnog niet kennen, een beetje de Peyresourde van Asturië. Enfin, de afdaling van de Cobertoria is tien kilometer lang en behoorlijk steil. Deze kant van de Cobertoria is zo mogelijk nog lastiger dan de andere kant, maar het voordeel is dat de weg altijd breed blijft. Niet ver na de top passeren we de weg waar ik de organisatie al jaren op heb gewezen. We zien een bord met een pijl naar links en de tekst Alto de Gamoniteiro. Jaarlijks rijden we over de Cobertoria, maar dat bord heeft men altijd genegeerd. De Gamoniteiro was al die jaren zo enorm dichtbij, maar nu gaat het er dan eindelijk van komen. Alleen nu nog niet. Unipublic is een smerig teasende bitch en laat ons nog een tijd met blauwe ballen rondfietsen. We gaan ein-de-lijk naar de Gamoniteiro, maar niet voordat we eerst nog eens langs de afslag naar deze goddelijke klim zijn gefietst. Eerst naar beneden, een extra lus rijden, dan weer via de andere kant omhoog en daarna volgt pas het heilige moment, de ontmaagding waar we al jaren om roepen. God, wat een verhaal. Laten we maar snel gaan dalen dan, naar Pola de Lena. De afdaling van de Cobertoria is steil en bochtig, maar dankzij de brede weg is dit in het verleden altijd een afdaling zonder heel veel gevaar gebleken. Het gaat een aantal kilometer aan 11% naar beneden, maar er zijn weinig écht lastige bochten en het gaat ook een aantal keer lang rechtdoor. Daarom moet iedereen tien kilometer later veilig kunnen aankomen in Pola de Lena, de stad die ik altijd bestempel als het hart van Asturië. Vanuit Pola de Lena kun je aan veel beklimmingen beginnen, daarom komt de Vuelta hier ook ieder jaar langs. Niet alleen de Vuelta, ook de Vuelta a Asturias komt hier bijna altijd wel een keer aan. De laatste jaren is het hier vooral een Colombiaans feestje, na een door corona afgelaste editie van 2020 keerden we in 2021 terug met een zege voor Nairo Quintera. In de jaren daarvoor wonnen Colombiaantjes als Weimar Roldan en Julian Quintero, terwijl we in een verder verleden hier absolute eindbazen als Amets Txurruka en Igor Antón de handjes in de lucht zagen steken. Pola de Lena is dus een topstad, waar aan het eind van de afdaling een linke bocht naar links volgt.



Na de bocht naar links in Pola de Lena, in het Asturisch simpelweg La Pola genoemd, rijden we rechtdoor de stad uit. De rit begon na een lange aanloop best leuk met de uitstekende combinatie van San Lorenzo en La Cobertoria, maar nu komen we uit op een lastiger punt. Er is een lusje in het parcours gelegd om via de Cordal terug naar de Cobertoria en in het verlengde daarvan de Gamoniteiro te fietsen, maar dat lusje houdt wel in dat we met een lang stuk in de vallei te maken krijgen. Daar is niets aan te doen, dat is nu eenmaal de enige optie. We zouden meteen naar de Cordal kunnen rijden, maar dan zit er daarna een lang stuk tot aan de slotklim. Nu doen we dat lange stuk voor de vallei eerst, dan de (minder lastige) kant van de Cordal en bijna direct daarna de slotklim. De renners verlaten Pola de Lena en komen buiten dit plaatsje uit bij de welbekende spoorbrug, waar ze naar links zouden kunnen gaan. Dan begin je meteen aan de steile kant van de Cordal, maar daar gaan we dadelijk dus juist naar beneden. We negeren de weg naar links en rijden rechtdoor, hierna volgen we een andere bekende weg. Vijf kilometer volgen we de loop van de Lena richting Ujo, deden we vorig jaar in tegengestelde richting. Toen gingen we via de steile kant van de Cordal naar de Angliru, we komen altijd weer uit in deze regio. Nou, goed, de brede weg is licht bochtig en het glooit een beetje, het wordt een vervelend stuk om te overbruggen. Kan makkelijk, zagen we gisteren, maar toch. In Ujo slaan we rechtsaf en rijden we over de Lena, aan de andere kant van het water slaan we dan weer linksaf om vervolgens koers te zetten richting Mieres. Een kilometer of zes later komen we in deze plaats uit, tussendoor rijden we vooral over brede wegen die redelijk recht zijn. De renners rijden alleen even door Figaredo, waar wat bochten en ook wat vluchtheuvels liggen. In Santullano komen we ook wat bochten en zelfs een rotonde tegen, maar eigenlijk is dit stukje van de rit toch vrij makkelijk te noemen. Na 117 kilometer bereiken we Mieres del Camino, op wat vluchtheuvels na is het een makkelijke entree. Voorbij de vluchtheuvels rijden we over een brede weg rechtdoor het centrum binnen. Als we langs de fraaie kerk passeren pakken we een paar flauwe bochtjes mee, maar verder gaat het eigenlijk gewoon continu rechtdoor over een brede en vrij vlakke weg die van weinig verkeersmeubilair is voorzien. Buiten de stad komen we pas weer wat tegen, te weten, een rotonde. Na deze rotonde rijden we een kilometer of acht over een extreem brede weg langs de Caudal.



Deze weg kent wel wat bochtjes en het glooit heel licht, maar nee, dit zijn acht eenvoudige kilometers. Slecht voor een ambitieuze vluchter of een nieuwe aanval van Bernal, bepaald geen sinecure. Wel weer een leuke omgeving, er valt genoeg te zien. Vooral veel bergen, en aan het eind van deze weg ook een hoop rotsen. Onderweg komen we soms wat vluchtheuveltjes tegen, verder valt het op dat we aan het eind van deze weg ineens door vier kleine tunneltjes moeten fietsen. Na de vierde tunnel verlaten we de brede weg via een afslag aan de rechterkant. We maken een lange bocht en rijden daarna zes kilometer over een brede weg door een prachtige kloof richting La Vega. Hier ligt de voet van de mindere kant van El Cordal, hoewel die voet volgens de organisatie eerder komt. De Alto del Cordal is van deze kant acht kilometer lang, maar de organisatie maakt er 12 kilometer van en biedt ons de mogelijkheid om het ook de Altu la Segá te noemen. Je kunt de klim wel langer maken, maar dan pak je in principe alleen een paar kilometer mee waarin het vals plat omhoog gaat. De weg in de kloof begint vlak, maar zodra we door Las Mazas zijn gereden begint het wat omhoog te lopen. Verre van denderend, maar goed, ja, we komen inderdaad wel een stukje hoger uit. De weg loopt alleen niet continu omhoog, het gaat tussendoor ook een paar keer kort naar beneden. We komen ook wat bochten tegen, maar dat stelt allemaal weinig voor. Van dorpje naar dorpje fietsen we verder richting La Ara en La Vega. Tussen de dorpjes in prachtige natuur, terwijl de dorpjes zelf er ook vrij pittoresk uitzien. Merkwaardig overigens, op de officiële site staat dat het 12 kilometer omhoog gaat aan ongeveer 4%, maar op het profielkaartje valt dan weer te zien dat de voet toch echt ligt in La Vega en dat er slechts acht kilometer geklommen gaat worden. Enfin, maakt niet uit, eerst een stukkie overwegend vals plat omhoog en dan de echte klim. In La Vega komen we na 132 kilometer op bekend grondgebied uit. Hier eindigt de afdaling van de andere kant van de Cordal zo'n beetje en meestal vliegen we door het plaatsje heen op weg naar de Angliru. In plaats daarvan gaan we nu naar het stiekeme broertje van de Angliru, de Gamoniteiro. In La Vega begint de weg wat serieuzer omhoog te lopen, na een bocht naar links verlaten we vrij snel dit dorp weer en dan komen we op een smallere weg terecht. De komende acht kilometer gaat het aan 6% omhoog, de Cordal is begonnen. Normaal gaan we hier omlaag en dat wil nog wel eens valpartijen opleveren, de laatste paar keer dat we hier omhoog gingen leefden we in de jaren 2014 en 2015. De klim van tweede categorie begint met een drietal kilometer aan 6%, terwijl we over een bochtige weg door het bos rijden. Tussen de bomen door is er zo nu en dan een mooi uitzicht over de omgeving, de renners moeten er maar van genieten want het loodzware slotstuk van de rit is in aantocht. Goed, in de vierde kilometer gaat het aan 7% omhoog, dit is het steilste stuk van deze kant van de Cordal. Een minder lastige kant, maar qua beelden levert het fraaiere plaatjes op. Na nog een kilometer aan 6,5% wordt het richting de top iets makkelijker, kilometertje aan 5,5% en daarna zelfs eentje aan slechts 4,5%. Het blijft heerlijk bochtig in het bos, waarna we in de laatste kilometer van de klim gaan afsluiten aan 6,5%, zowaar een wat steiler slotstukje. Na 141 kilometer bereiken we de top van de Cordal, het opwarmertje voor de slotklim waar iedereen al bijna drie weken op aan het wachten is. Nog iets meer dan 20 kilometer te gaan, het gaat gebeuren. Bonussprint overigens op de top van de Cordal, zou het wat uitmaken?




Voor we eindelijk naar de Gamoniteiro mogen moet er eerst nog wel 5,5 kilometer tegen 9% gedaald worden, terug naar Pola de Lena. Een bijzonder steile afdaling dus, over een weg waar we normaal omhoog gaan. Het wordt een pittige afdaling, vooral omdat het er alle schijn van heeft dat het gaat regenen. Direct na de top gaan we aan 12% naar beneden, de afdaling begint met een soort van chicane. Daarna blijft het bochtig, het zijn vooral korte bochtjes. Na een tijd komen we ook wat haarspeldbochtjes tegen, dit wordt een gedoe. De weg is niet enorm breed en het asfalt had beter kunnen zijn, ik adviseer alle moeders alvast om nu al in de keuken te gaan staan. In de afdaling van de Cordal gaat het wel vaker mis, ook al is dat dan de andere kant. Maar aan deze kant gaan we ook wel een valpartijtje zien, daar zet ik wel wat geld op in. Na het steile en bochtige begin wordt de afdaling wat minder steil en wat minder bochtig, maar heel makkelijk wordt het nooit meer. Een paar stroken wat meer rechtdoor, maar de bochten zijn nooit ver weg. Het blijft vrij smal, bochtig en door de vele bomen is het ook niet altijd helemaal lekker in te schatten. Wat meer naar beneden komen we wat meer dorpjes tegen, het gaat opnieuw een tijd aan 10% naar beneden in deze omgeving. Lekker afdalinkje hoor, ik zal blij zijn als de renners beneden zijn. De laatste twee kilometer zou het nog wel mee moeten vallen, al moet je altijd alert blijven. Met die regen erbij, weinig genot. Aan het eind van de afdaling komen we uit bij de welbekende spoorbrug, we rijden onder deze brug door en slaan rechtsaf. Rechtdoor naar Pola de Lena, waar we ongeveer anderhalve kilometer later in het centrum scherp rechtsaf slaan. Na deze bocht naar rechts beginnen we aan de slotklim, we gaan naar de Gamoniteiro JAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAA. Lang hebben we moeten wachten, maar eindelijk is de tijd gekomen. Al moeten we stiekem nog wat langer wachten, want we gaan eerst negen kilometer klimmen over een bekende weg. Je kunt op twee manieren naar de Gamoniteiro fietsen, wij nemen de weg omhoog naar de Cobertoria. Een aantal kilometer geleden reden we hier naar beneden, nu rijden we omhoog over de weg die vorig jaar ook nog in de Vuelta zat. De Cobertoria is van deze kant eigenlijk tien kilometer lang, maar een kilometer voor we de top bereiken gaan we de verlossende bocht naar rechts nemen, waarna we de klim echt de Gamoniteiro mogen noemen. Of Gamoniteiru, als u Asturië een warm hart toedraagt. De Cobertoria begint vanuit Pola de Lena met een kilometer aan 5%, dat valt nog mee. Vervolgens gaat het buiten het stadje meteen aan bijna 9% omhoog, het echte werk laat niet lang op zich wachten. In de vijf kilometer hierna wordt de brede weg die ons naar het beloofde land gaat brengen helemaal steil. Je ziet het amper omdat het zo breed is, maar de komende vijf kilometer komen we niet onder de 10% uit. We beginnen met een kilometer aan 10%, daarna gaat het zelfs aan 12% omhoog. Steilste stroken tot 14%, ik geef het je te doen. Het is al geen makkelijke rit geweest en dan krijg je er zo'n uitsmijter bij cadeau, je zou voor minder. In de drie kilometer hierna gaat het steeds tussen 11 à 12% omhoog, het is nu al een heftige klim en dan moet het ergste nog komen.





Na het steile stuk van de Cobertoria moet er nog acht kilometer geklommen worden, twee kilometer daarvan kunnen we nog tot de Cobertoria rekenen, daarna is het toch echt de Gamoniteiro. In totaal is deze klim 15 kilometer lang, het gaat gemiddeld aan 9,7% omhoog. De organisatie heeft het liever over 14,6 kilometer aan 9,8%, dat mag ook. De Altu d'El Gamoniteiru is categoría especial, buitencategorie. Eigenlijk meer dan buitencategorie, we moeten voor deze klim een nieuwe categorie bedenken. Voor we de nu al legendarische bocht naar rechts gaan maken moeten we eerst nog wel even klimmen aan 9%, vooraleer we toekomen aan een kilometer aan 6%. Als het in de volgende kilometer nog wat vlakker dreigt te worden zien we aan de rechterkant van de weg ineens het verlossende bord staan. Alto de Gamoniteiro, pijltje naar rechts. Voorbij dit bord zien we even verderop bijna midden op de weg nog zo'n bord staan, hier nemen we een scherp terugdraaiende bocht naar rechts en dan zijn we vertrokken. We zijn er, het is heus. De Gamoniteiro, waar heel wielerminnend Spanje al een eeuwigheid om schreeuwt, het gaat gebeuren. De laatste zes kilometer van de rit gaan we wat beleven, dit vergeten we met z'n allen nooit meer. De weg wordt een stuk smaller en het wordt een stuk steiler, al gaat het in de eerste echte kilometer van de Gamoniteiro aan 'slechts' 7% omhoog. De klim staat overigens niet op Streetview, dat is wel een onvergeeflijke omissie van Google. Kutbedrijf, laat die aandelen maar zakken. Gelukkig hebben we nog Perico en eindeloos veel wielersites die de boel voor ons al bezocht hebben. Hoewel die beelden ook niet altijd alles zeggen, toen Perico hier reed was de smalle weg voorzien van afbrokkelend asfalt en ook wat hormigón, heden ten dage ligt er een goddelijk vers laagje fantastisch asfalt. Wel leren we dat de renners vaart moeten blijven maken, anders worden ze aangevallen door de honden die de schapen op de flanken van de Gamoniteiro beschermen. Na de eerste echte kilometer van de Gamoniteiro gaat het in de volgende kilometer aan 10,5% omhoog, met uitschieters tot 14%. Straffen toebak, terwijl we over een vrij bochtige weg door een bosachtige omgeving fietsen. Dat bos gaat alleen wel vrij snel ophouden, richting de top wordt het terrein steeds meer open. Rotsachtiger ook, de geniale plaatjes gaan ons om de oren vliegen. Dankzij een iets vlakker stukje is de volgende kilometer gemiddeld gezien wat makkelijker, het gaat aan 9% omhoog. Wel met stroken tot 14%, echt makkelijk wordt de Gamoniteiro natuurlijk nooit. Verder omhoog wordt de weg wat rechter, langere stukken rechtdoor oerend steil omhoog. Op drie kilometer van de finish gaan we aan 10% omhoog, wel weer met die steilere stukken onderweg. In de voorlaatste kilometer gaat het aan 10,5% omhoog, met weer stroken tot heel veel enorm veel procent. Zodra de antennes die op de top van de Gamoniteiro staan in beeld komen wordt het nog een stuk steiler. In de laatste kilometer mogen de renners klimmen aan 13% gemiddeld, met een steilste strook aan 17% helemaal aan het eind. In die laatste kilometer gaat het regelmatig aan meer dan 15% omhoog, het is een prachtige afsluiting van de nu al legendarische Gamoniteiro. De klim der klimmen, na 162,6 kilometer koers komen we boven op het orgelpunt van deze Vuelta.




Kijkend naar het roadbook blijkt de organisatie toch over wat zelfspot te beschikken. Voor het eerst in de hele historie van de Vuelta komen we aan op de Altu d’El Gamoniteiru. Zoals het roadbook het zelf al zegt is dit een van de laatste zware beklimmingen in Asturië die nog ontdekt moest worden door de koers. Ze zeggen er ook maar meteen bij dat dit een van de meest populaire beklimmingen is onder de locals en dat ze al jaren worden doodgegooid met de vraag wanneer we ein-de-lijk eens naar de Gamoniteiro zouden gaan. Goed dat ze dit toegeven, in ieder geval. Het probleem lag - blijkbaar - altijd bij de ruimte op de top. Op de top van de Gamoniteiro staan een paar zendmasten, een paar gebouwtjes en een hek. Een verlaten weerstation, zo mag je het ook noemen. Om de boel af te maken staat er ook een ijzeren kruis, dat mag in Asturië nooit ontbreken. Op de parkeerplaats kun je met veel fantasie drie auto's kwijt, dat schoot niet op. Maar goed, waar een wil is kun je natuurlijk ook een weg vinden. De Vuelta is al op zoveel gekke plaatsen aangekomen, het zou op de Gamoniteiro toch ook mogelijk moeten zijn. En zie, het is mogelijk. In de buurt van de top schijnt men een klein stukje egaal te hebben gemaakt, waar ze net voldoende aan gaan hebben. Je moet toch een sloot auto's en renners kwijt, wat gaat lukken als je een stukje bergflank platwalst. Linksom of rechtsom is het gelukt, beter laat dan nooit. De eindelijk debuterende Alto de Gamoniteiro is dit jaar ook meteen de Cima Alberto Fernandez, de prijs die we mogen vergelijken met de Cima Coppi en de Souvenir Henri Desgrange in de Giro en de Tour. Met dat verschil dat de Cima Alberto Fernandez niet per definitie wordt uitgereikt op de hoogste berg, wel op de berg die men het meest belangrijk vindt. In dit geval de Gamoniteiro dus, heel terecht. De Gamoniteiro vormt met zijn 1770 meter boven zeeniveau niet het dak van deze ronde, maar wel het dak van Asturië. De hoogste top van deze prachtige regio, we eindigen zelfs hoger dan op de Angliru. Die Angliru ligt hemelsbreed niet ver van hier, de Gamoniteiro maakt deel uit van dezelfde bergketen, we bevinden ons in de Sierra del Aramo. De winnaar wint dus op een van de mooiste bergen ooit, en pakt meteen een eervolle prijs mee. Vernoemd naar Alberto Fernandez, een groot talent dat in 1984 om het leven kwam. Hij werd gekroond tot wielrenner van het jaar, op de terugweg naar huis raakte hij betrokken bij een autoongeluk en dat was het einde van Alberto Fernandez. Vorig jaar reden we naar Aguilar de Campoo, de plaats waar hij vandaan kwam. Toen kwam zijn treurige verhaal wat uitgebreider aan bod, het blijft toch wel een mooie troost dat hij dankzij deze prijs jaarlijks aan bod komt. Goed, ja, wat kan ik verder over de Gamoniteiro vertellen? De klim behoort officieel tot de gemeente Quirós, een gigantisch uitgestrekt gebied met in totaal toch maar 1000 inwoners. Een gebied waar men veel aan mijnbouw heeft gedaan en waar we nu vooral getuige zijn van legendarische beklimmingen.



Uitzicht vanaf La Gamonal, de andere benaming van de Angliru, op de top van de Gamoniteiro. Schitterend, toch? Moet daar veel meer over worden gezegd? Behalve dat het nu al fantastisch is? Denk het eigenlijk niet, he. Dit is een weergaloze klim waar iedereen al jaren met smart op aan het wachten is. Mijn eigen lobby begon in 2014, de Spanjaarden en vooral de Asturiërs waren er al een jaar of 30 mee bezig. Een bloemlezing:
quote:
0s.gif Op zaterdag 6 september 2014 20:41 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Als je ooit in Oviedo bent moet je eigenlijk meteen naar het zuiden, richting Pola de Lena. Dat is een beetje het belangrijkste knooppunt van Spanje, als je het over het klimwerk hebt. Vanuit Pola de Lena kun je bijvoorbeeld beginnen aan de Angliru, om maar eens wat te noemen. Of aan de Alto de Gamoniteiro, een klim die nog ontdekt moet worden door de organisatie van de ronde, maar in principe niet eens veel onder hoeft te doen voor de Angliru.
quote:
0s.gif Op maandag 8 september 2014 15:44 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Bordje met Alto de Gamoniteiro. _O_ Zag je dat, Javier Guillen?
quote:
1s.gif Op dinsdag 13 september 2016 15:09 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:

[..]

Saai.

Eerst de Gamoniteiro, dan pas mag de Angliru weer een keer.
quote:
0s.gif Op zaterdag 9 september 2017 03:22 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Niet ver na de top passeren we overigens de weg die ons ook zou kunnen brengen naar de Alto de Gamoniteiro. Volgens mij kom ik zo ongeveer ieder jaar terug op dit punt, maar het blijft dan ook nog steeds onbegrijpelijk dat men dit schot voor open doel laat liggen. We rijden nu naar beneden, richting Pola de Lena. Als je vanuit deze stad weer omhoog zou rijden naar de top van de Cobertoria, maar dan vlak voor die top afslaat en deze weg pakt richting de Gamoniteiro heb je een klim van een kilometer of 15 aan 9,5%. Klinkt als iets voor de Vuelta, maar tot op heden is het er niet van gekomen.
quote:
0s.gif Op zondag 9 september 2018 03:03 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Enfin, Lagos de Covadonga kan dus wel leuk zijn. Het kan. Maar er zijn heel veel andere beklimmingen in Spanje die ook leuk kunnen zijn. Waar blijft de Alto de Gamoniteiro bijvoorbeeld? Ik wil eerst die klim zien en dan pas wens ik deze klim weer eens te zien. Met je kutcovadonga.
quote:
0s.gif Op maandag 9 september 2019 03:25 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Niet ver na de top passeren we overigens de weg die ons ook zou kunnen brengen naar de Alto de Gamoniteiro. Daar kom ik altijd op terug en ook nu weer. Het schijnt nogal ingewikkeld te zijn om daar een aankomst te organiseren, maar als ik zie op wat voor plaatsen ze de afgelopen dagen allemaal zijn aangekomen zou het daar toch ook eens een keer moeten lukken. Ik zal niet rusten voor de Gamoniteiro een keer in het parcours opgenomen wordt.
quote:
0s.gif Op zaterdag 31 oktober 2020 04:04 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Na 95 kilometer komen we boven op deze klim van de eerste categorie, in de wetenschap dat het nog erger had kunnen zijn. Je kan van de Cobertoria doorsteken naar de Gamoniteiro, een klim die stelselmatig wordt genegeerd door de organisatie. Ook dit jaar weer geen Gamoniteiro, bedrog. Ooit gaat het lukken, tot die tijd zal ik het moeten blijven vermelden.


Ik ben zo blij als iemand die buitengewoon blij is en ik ben eigenlijk sinds de onthulling van het parcours al aan het kwispelen. Dit was toch wel dé berg waar we met z'n allen op zaten te wachten. Voor de Angliru werd ontdekt kenden de locals de Gamoniteiro al, het is daarom best absurd dat we er zo lang op hebben moeten wachten, maar de aanhouder wint. De wereld gaat kennismaken met deze loodzware en prachtige klim, we hebben er allemaal ontzettend veel zin in. De vergelijking met de Angliru gaat verder niet helemaal op, het zijn wel echt totaal verschillende klimmen. Allebei lastig, dat wel. Maar de Gamoniteiro heeft niet die krankzinnige stroken boven 20%, het blijft wat meer een menselijke klim. Lager gimmickgehalte, hoger genotsgehalte. Soms kan een klim ook te steil zijn, hier kan juist wat meer verschil gemaakt worden dan op een strook van 25% waar iedereen aan het kruipen is en waar iedereen angst voor heeft. De Gamoniteiro vormt het summum, ik kom superlatieven tekort, al moeten we natuurlijk wel nog even de praktijk afwachten. Desalniettemin is dit de klim die ik het liefste een keer wilde zien, hoewel mijn verlanglijstje uiteraard nog groter is. Deze stond bovenaan, we vinden 'm af en we kunnen eigenlijk wel gewoon vredig sterven. GamoniteiroGOATGENOT, bent u ook zo enthousiast? Dani Navarro in ieder geval wel, die jongen woont in Asturië en hij kent de Gamoniteiro ook al jaren. Hij heeft deze klim liever dan de Angliru. Volgens mij is de Gamoniteiro vooral lastig omdat het constant omhoog gaat. Het is in de laatste paar kilometer continu steil, zonder een moment van pauze. Eindeloze stroken, ein-de-loos. Bepaalde bronnen spreken over 'de totale klim', lijkt mij een goede omschrijving. M'n broekje is al uit en die gaat voorlopig niet meer aan. Ik zit te popelen, dat wil je niet weten.



In startplaats Salas wordt het overdag 23 graden. Er is kans op regen, maar dat lijkt in de buurt van de start nog mee te vallen. Procentje of 40, dan blijft het meestal gewoon droog. Weinig tot geen wind, daar gaan we niets van merken. In Pola de Lena, aan de voet van de slotklim, wordt het 24 graden. Hier is meer kans op regen, we spreken ineens over 85%. Ja, dan weet je eigenlijk bijna zeker dat het gaat regenen. We hopen van niet, want ik zie liever geen natte afdaling van de Cordal. Dat gaat voor brokken zorgen, moeten we niet willen. Tevens gaan we met zulk slecht weer niet goed zien hoe schitterend de Gamoniteiro is, als de klim in mist is gehuld missen we een deel van het plezier. Ook hier geen wind trouwens, dat gaat echt geen rol spelen vandaag. Boven op de Gamoniteiro wordt het blijkbaar 14 graden, dat is ineens vrij fris. Ook 80% kans op regen, oeps. Een klein minpuntje, laten we allemaal een kaarsje branden voor die 20%. Geen wind, dat is wel weer een mooie bonus. De klim is vooral richting de top vrij open, met tegenwind zou dat voor een gesloten koers kunnen zorgen. Maar goed, geen wind dus. Heel mooi. Nu nog droog blijven, en dan gooi ik ook m'n onderbroek weg. Deze nu al legendarische rit met aankomst op de beste berg ooit begint om 12:38, na een neutralisatie die blijkbaar doodleuk een half uur gaat duren gaan we om 13:07 echt van start. Watte? Zo'n lange neutralisatie in een gebied waar niets te beleven valt? Ik ga uit van een fout in het roadbook, de zoveelste. Enfin, hoe het precies zit kunnen we wel mooi live gaan meemaken, want we worden weer getrakteerd op een integrale uitzending JAAAAAAAAAAAAA. Eurosport 1 en de PLAYER gaan om 12:35 live, dat is toch fantastisch jongens? Een fenomenale rit van begin tot eind volgen met commentaar van Jeroen en Karsten, het leven is een feest. Sporza is er uiteraard pas weer later bij, die zenden eerst nog de Luxe Benen Tour uit. Met je luxe benen, zo Benelux. Als die totaal nutteloze ronde een beetje opschiet kunnen ze vroeger inschakelen, anders wordt het 15:30. Schieten we niets mee op, dan zijn we al bijna voor de eerste keer boven op de Cobertoria. Eurosport it is, wie kijkt naar dat andere koerske doet niet meer mee. Aankomst verwachten we tussen 17:17 en 17:45, of weer een uur eerder als er zo hard gekoerst wordt.



Ik kijk al weken uit naar deze rit. Wat, weken? Maanden. Jaren, eigenlijk. Want het parcours van deze rit kon je eigenlijk wel vooraf uittekenen. Dat men over de San Lorenzo zou gaan om de Cobertoria in eerste instantie vanuit het westen te beklimmen om vervolgens via een lusje over de Cordal aan de Cobertoria van de oostkant te beginnen met uiteindelijk de afslag richting de Gamoniteiro had iedere volger zo voor je kunnen uittekenen. Eigenlijk niet heel origineel, maar wel heel erg goed. Lastig, lastig, krankzinnig lastig. Dit is de koninginnnenrit, laat daar geen twijfel over bestaan. Met afstand de lastigste rit van de ronde, met een prachtig klapstuk aan het eind. Combinatie San Lorenzo en Cobertoria is altijd goed, het enige nadeeltje is het lange stuk in de vallei daarna. Helaas vrij weinig aan te doen. Je zou via de westkant van de Cobertoria meteen aan de Gamoniteiro kunnen beginnen, maar daar wordt het wel wat minder lastig van. Uiteindelijk maakt het sowieso waarschijnlijk vrij weinig uit, want het zal toch vooral op de Gamoniteiro gaan gebeuren. Die klim is zo lastig, je begint er liever niet al te vroeg aan. De klim schijnt overigens zo te heten omdat de witte affodil veelvuldig voorkomt op de flanken van de berg. Een plant, in het Spaans gamón genaamd. Gamón, Gamoniteiro, kan. De nieuwste ontdekking van Unipublic, al was het eigenlijk vooral een publiek geheim. Alle locals vertellen je hetzelfde: dit is de beste klim ooit. Het is de lengte in combinatie met de constante steile stijging die het hem doet. Het gaat 15 kilometer omhoog aan bijna 10%, dat is gewoon idioot lastig. Vooral richting de top weinig momenten van rust, constant steil omhoog. Van Samuel Sanchez tot Dani Navarro tot Escartin tot Rellende_Rotscholier, allemaal zijn ze laaiend enthousiast. De gasten achter Altimetrias lopen al maanden de polonaise, alleen Pelayo Sanchez is niet zo enthousiast. De regional de l'étape woont hier 20 kilometer vandaan, maar op training komt hij hier nooit, te lastig. De Cobertoria, dat gaat nog, maar dat verlengstuk? Liever niet. Gelukkig wordt hij nu gedwongen om de Gamoniteiro te bedwingen. Een debuterende klim, die in de toekomst vaker moet terugkomen. De Gamoniteiro is here to stay. In de wandelgangen heb ik geluiden opgevangen dat de organisatie tegen de ploegen hebben verteld dat ze helemaal zelf mogen weten wat ze doen, op één dag na. Deze dag. Iedere rit mag voor de vluchters zijn, behalve deze rit. De Gamoniteiro moet meteen op een goede manier in de markt worden gezet, dit moet meteen een gevecht tussen de klassementsrenners worden. De entree van de Gamoniteiro in het wielrennen moet spectaculair worden, legendarisch, fenomenaal, onovertroffen. Dit moet dé nieuwe legendarische Asturische klim worden. Sommige klimmen komen en gaan, maar zoals de Angliru en Lagos de Covagonda moet de Gamoniteiro blijven bestaan. Een nieuwe, iconische, mythische, fabelachtige, geniale, grandioze, gruwelijke, kicken klim. De beste klim van de regio volgens de fans, hopelijk vinden we na de rit van vandaag allemaal dat dit de beste klim ooit is. Aangezien de organisatie tegen de ploegen heeft gezegd dat deze rit een waardige winnaar moet krijgen is de voorspelling makkelijk, we gaan weer kijken naar de klassementsrenners.
1. Roglic. Valt weinig anders van te maken he? Als je op zoek bent naar een waardige winnaar kom je uit bij Roglic. Na zijn exploot van gisteren is het ook de meest voor de hand liggende naam, al kan hij na een zware dag in de regen ook wel een beetje moe zijn. Iets te bewijzen heeft hij nu ook helemaal niet meer, maar hij is zo sterk dat hij hier bijna op de automatische piloot kan winnen. Al mogen we deze rit niet onderschatten. 4500 hoogtemeters, dat is enigszins pittig. En dan aan het eind die Gamoniteiro, die richting het einde steeds lastiger en verstikkender wordt. Komt maar geen eind aan, een stukje in dalende lijn zoals op Lagos de Covadonga is er niet bij. Maar dat zal verder allemaal weinig uitmaken, Roglic is de beste.
2. Mas. Had gisteren blijkbaar een slechte dag, maar op het feit na dat hij Roglic moest laten rijden viel de schade enorm mee. Zal nu wel een betere dag hebben, waardoor hij zijn tweede plaats kan consolideren. Hij gaat wel echt een goede dag nodig hebben, want op deze klim die wij hoger inschatten dan de Angliru is een slechte dag funest. Er gaat met minuten gegoocheld worden, je kunt hier een pandoering van jewelste oplopen. Vooral dus ook omdat het zo lang is en nooit meer makkelijk wordt. 't Wordt geniaal.
3. Lopez. Op misschien wel de zwaarste klim van het jaar mag Lopez zich ook wel eens tonen. Sowieso heeft Movistar wat goed te maken na gisteren, dat was geen hoogtepunt. Een vroege aanval zou leuk zijn, al hoeven we daar geen rekening mee te houden. De combinatie San Lorenzo en Cobertoria is toch wat te ver van de finish, maar ach, de renners zullen in ieder geval moe zijn. Sowieso zijn ze moe, want ze hebben zich gisteren niet ingehouden. In wiens voordeel dat precies is weet ik niet, maar het gaat wel voor verschillen zorgen vandaag. De Movistars gaan hier hun podium veiligstellen.
4. Kuss. De ene dag is de andere niet. Kuss gaat hier misschien wel gewoon in de aanval, maar komt dan weer ouderwets zichzelf tegen. De Movistarboys rijden hem voorbij op de nu al heilige flanken van de Gamoniteiro, maar de rest is nog veel verder weg en dus kan Kuss vierde worden. Plekje opschuiven in het klassement, waardoor we in de toekomst ons toch de vraag gaan stellen of hij niet stiekem een klassementsrenner kan worden. Antwoord: nee.
5. Yates. Zou leuk zijn als Bernal nóg een keer in de aanval gaat, maar dat zie ik na gisteren niet meer zo snel gebeuren. Of nouja, het kan wel, maar het zal minder ver dragen. Yates moet dan maar de eer van Ineos redden, al hebben we natuurlijk veel respect voor de poging van Bernal gisteren.

Jack does it in real time...
pi_201184137
Wat een beelden zo. _O_
Jack does it in real time...
pi_201184146
Karsten denkt dat het moeilijk wordt voor DLC om te winnen.
  donderdag 2 september 2021 @ 17:27:35 #4
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_201184151
Nou Baggerijn, doe eens wat met je tactics
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
  Moderator donderdag 2 september 2021 @ 17:27:40 #5
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201184154
quote:
0s.gif Op donderdag 2 september 2021 17:27 schreef Bugno3 het volgende:
Karsten denkt dat het moeilijk wordt voor DLC om te winnen.
Hij zoekt de grenzen op.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_201184155
Kuss lijkt niet sterk genoeg om te winnen...
Jack does it in real time...
pi_201184158
quote:
1s.gif Op donderdag 2 september 2021 17:26 schreef DeeBee het volgende:
Wat een beelden zo. _O_
:Y

Blijvertje, dit bergje.

Beetje mist er bij.
"The man who never alters his opinion is like standing water, and breeds reptiles of the mind." - William Blake, The Marriage of Heaven and Hell.
pi_201184161
Wachten op Rogla
  Moderator donderdag 2 september 2021 @ 17:28:41 #9
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201184166
Hier stel ik me een prachtig uitzicht voor.
  donderdag 2 september 2021 @ 17:28:45 #10
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_201184167
quote:
0s.gif Op donderdag 2 september 2021 17:28 schreef Frozen-assassin het volgende:
Wachten op Rogla
Laatste kilometertjes ff wegpoefen
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
pi_201184174
Heeft wel wat weg van de Col de la Loze, waar Lopez ook won.
pi_201184175
quote:
1s.gif Op donderdag 2 september 2021 17:27 schreef Salina het volgende:

[..]
:Y

Blijvertje, dit bergje.
Volgend jaar donderdag de Angliru, vrijdag deze aankomst :9
  donderdag 2 september 2021 @ 17:29:13 #13
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_201184176
Tis binnen voor Superman
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
pi_201184184
Koekoek.
"The man who never alters his opinion is like standing water, and breeds reptiles of the mind." - William Blake, The Marriage of Heaven and Hell.
  donderdag 2 september 2021 @ 17:29:48 #16
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_201184189
Yates :')
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
  Moderator donderdag 2 september 2021 @ 17:29:54 #17
362868 crew  Slobeend
of all places
  Moderator donderdag 2 september 2021 @ 17:29:54 #18
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201184198
quote:
0s.gif Op donderdag 2 september 2021 17:29 schreef Dale__Cooper het volgende:
Heeft wel wat weg van de Col de la Loze, waar Lopez ook won.
Die is wel een stuk onregelmatiger, deze is continu steil.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_201184205
Roglic mag er wel aan beginnen als hij MAL nog wil pakken
pi_201184213
Kom op man, Roglic mag zelf ook wel wat proberen. :{
Jack does it in real time...
  donderdag 2 september 2021 @ 17:30:57 #21
478082 VoMy
Seksloos kutventje
pi_201184217
Leuk, die paardjes.
  Moderator donderdag 2 september 2021 @ 17:31:03 #22
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201184218
Daar gaat 'm.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  donderdag 2 september 2021 @ 17:31:14 #23
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_201184223
Mäder is beter dan Haak
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
pi_201184225
Roglicgod.
"The man who never alters his opinion is like standing water, and breeds reptiles of the mind." - William Blake, The Marriage of Heaven and Hell.
  donderdag 2 september 2021 @ 17:31:19 #25
454292 Koffieplanter
Straight Cash Homie
pi_201184228
Haig zit drie tellen in de wind en begint al achterom te kijken waar Mader blijft. Echt...
Put these foolish ambitions to rest.
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')