SPOILER: wat is een feuilleton?Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.Het landschap
We hebben het hier over een mythisch land, met burchten. Ons verhaal speelt zich af op een van de burchten, en wel een die op wankele grond staat. Die grond is gevormd uit twee drijfeilanden die enige tijd geleden tegen elkaar getrokken zijn, waarop de twee losse burchtjes die op elk eiland stonden ietwat zijn afgebroken en met het materiaal nieuwe, grotere gebouwen van gemaakt. Helaas bleek de verbinding zwak, en de twee eilanden zijn weer een beetje losgescheurd, waarmee de gebouwen wat beschadigd zijn geraakt en er noodbruggetjes zijn aangelegd, met name daar waar de scheur dwars door een gebouw loopt.
De groepen/ambachten
Er is adel. In de burcht heerst de kasteelheer, tamelijk lage adel, en bovendien is het eigenlijk een omhooggevallen boer.
Er zijn kloosterlingen, afgezonden door de bisschop. Kloosterlingen doen al het schrijfwerk.
Er zijn koks. Die maken de burchtproducten voor de buitenwereld.
Er zijn recensenten/voorproevers.
Er zijn conciërges. Die verpakken de gerechten van de koks en verschepen ze naar de buitenwereld.
Er is voetvolk. Die houden waarschijnlijk de boel draaiende, maar niemand verdiept zich er erg in wat zij nu precies doen.
Oh, en er zijn goden natuurlijk. Die hebben weinig directe invloed op de burchtbewoners, maar de adel siddert voor hun oekazes. Zodra goddelijke oekazes zijn vertaald naar adellijke instructies en/of voorschriften heeft dat wel invloed op de burcht.
De taarten
Elke burcht heeft koks en kloosterlingen etc, en elke burcht heeft een eigen specialiteit. De onze bakt taarten/vlaaien. We hebben een stuk of 15 verschillende taarten en ook zoveel vlaaien, die we in verschillende oplages opleveren. Eigenlijk bakte men op de ene oude burcht taarten en op de andere vlaaien, en sinds de scheur er is doen we ook gewoon weer taarten aan de ene (onze) kant en vlaaien op de andere (hullie).
Onze burcht valt onder de banketbakkershertog, er zijn nabije burchten die koekjes bakken, of cakes etc. Verder weg zijn er ook soepburchten, stampotburchten en weetikveel meer. Wij maken taart.
De personages in hun bezigheden
De kasteelheer gaat, anders dan je misschien zou denken, eigenlijk nergens over. Hij is niet de baas van de kloosterlingen, koks, recensenten of conciërges. Wel wordt hij door hogere adel afgerekend op de hoeveelheid en kwaliteit van de taarten (en de personeelskosten). Hij mag daarom wel zeggen welke taarten eerst gebakken zouden(!) moeten worden.
Kloosterlingen doen alle schrijfwerk. Waaronder alle recepten voor de koks. Kloosterlingen hebben niet per se veel verstand van taart. Of koken. Wij hebben twee kloosterlingen, een jong nonnetje en een iets oudere monnik. De vlaaiburcht had een volwassen maagd, maar die heeft onlangs de bisschop gemeld dat ze de kasteelheer een onbehouwen boer vond en toen door de bisschop overgeplaatst. De vlaaienburcht zit nu zonder kloosterling.
De koks bakken taart en vlaai. Dat doen ze op ervaring en ietwat op recept. We hebben 1 chefkok. Toen de scheur langzaam de burcht spleet is de chefkok bij de taarten gebleven, samen met de souschef. De commis de cuisine en de casserolier zwaaien de scepter bij de vlaaien. Koks zijn vaak enorm bezig met allerlei franje van hun taart, daarbij nog wel eens andere belangrijke taartaspecten (eetbaarheid, vorm, kostprijs, levertijd) uit het oog verliezend.
De recensenten zijn arrogante lieden, die zich overal mee bemoeien. Ze kraken de recepten van de kloosterlingen af, en de taarten van de koks. Zelf leveren ze niks nuttigs op. Wij hebben er twee; de heks, vol met oude wijsheden en enge waarzeggerij, en haar hulpje, een vriendelijke gnoom die rustig en beschouwend te werk gaat. De vlaaienhelft heeft een toverkol en een dwerg.
De huurlingen
Sommige ambachtslieden zijn huurlingen. Zo is onze monnik een huurling, en de chefkok ook. Huurlingen zijn in zoverre problematisch dat we onderworpen zijn aan een goddelijk voorschrift van de Roemergod. Dit is de beschermutseling van verdrukten en vertrapten, en heeft verordend dat huurlingen onder geen beding langer dan 2 jaar gehuurd mogen worden. Helaas kiest niemand een huurling uit weelde, en liggen huurlingen niet voor het oprapen. Chefkok is ver, vér over z’n tht. Er is eenmaal pauselijk pardon verleend, en daarna een keer de draaideurconstructie gebruikt, maar chefkok zal ons moeten verlaten.
De toestand
In ons mythisch land heerst, net als bij jullie, de Pest. Sinds het uitbreken daarvan kunnen we niet meer samenwerken met directe collega's, of bij elkaar de kamer binnenvallen, lekker luistervinken bij de kloosterlingen of alvast uit de keuken halfgare hapjes proeven of kladrecensies uit de prullenbak vissen en doorlezen.
We kunnen communiceren per brief en telefoon en dergelijke, en we kunnen elk in een speciaal kamertje gaan staan met een luikje naar de binnenplaats zodat we elkaars hoofd kunnen zien terwijl we elkaar boodschappen toeschreeuwen.ik moet verrassend weinig
Es ist heute schlecht und wird nun täglich schlechter werden, – bis das Schlimmste kommt
quote:Vroeger, toen ik nog een klein hübsch beginnend heksje was, was alles anders. Het hele landschap was anders, geaccidenteerder. Elke beroepsgroep zat met alle vakgenoten in 1 burcht, wij recensenten zaten in een mooi kasteel aan een groot binnenwater, waar je mooi op kon surfen. Kloosterlingen hokten samen in het Grote Klooster en koks in de Keukenburcht, bijgenaamd 'de Beerput'.
Communicatie tussen de burchten liep via zwaarbewaakte douaneposten, die alle brieven uitgebreid controleerden op juiste lakzegels en frankering, en soms wat kwijtmaakten.
In het klooster werd eindeloos en nijver gezwoegd op schrijfwerk. Af en toe hielden ze pagansessies, waarbij allerlei volk uit andere burchten was uitgenodigd voor een studiemiddag. Dan werd 1 document in een soort Poolse landdag bezworen, en als iedereen murw was werd het document heilig verklaard. Dan werd de tekst in steen gebeiteld, en ging er een afschrift naar het surfkasteel en eentje naar de beerput.
Het waren mooie tijden voor de recensenten. Als er zo'n kloosterbrief binnenkwam werd het surfen onderbroken om de brief te bestuderen. Meestal stond er bij vrij oppervlakkige lezing wel iets in dat we konden gebruiken. Bijvoorbeeld zoiets: "men bakke de taart 3 minuten op 150o in het midden van de oven".
Beet! Dan gingen we een mooi officieel schrijven opstellen en postzegels aanvragen. Waren de zegels binnen dan ging er een brief naar het klooster, met de opmerking dat ons onduidelijk is wat voor graden bedoeld worden (Kelvin? Celsius?) en dat we er zo natuurlijk niks mee kunnen.
Dan wachtten we (lees: we gingen weer surfen). Na verloop van tijd kwam er een bode, met taart. Als de taart er taartvormig uitzag stuurden we 'm terug naar de keuken want een taart die 3 minuten gebakken is moet een rauwe flats zijn. Met begeleidend schrijven natuurlijk, dat de taart niet eens in ontvangst genomen wordt in deze staat. Dan gingen wij weer surfen. Als we wanhopige sms'jes kregen van koks die probeerden ons uit te leggen dat de kloosterlingen natuurlijk 3 KWARTIER bedoeld hadden, geen 3 MINUTEN, dan stuurden we na een weekje een bericht terug dat wij, en zij, niks te maken hadden met bedoelingen, enkel met recepten. En daarin staat 3 MINUTEN. Punt.![]()
![]()
![]()
Meestal ging er dan na verloop van tijd wel iemand palaveren in het klooster, waar na een maand studie dan besloten om er inderdaad 3 kwartier van te maken, en graden Celsius. De steen moest geherbeiteld worden, officiële afschriften naar surf en beer, en dan moesten wij toch echt iets langer ons surfen onderbreken.
Op basis van het nieuwe recept formuleerden wij dan hoe de taart er volgens ons uit zou moeten zien, wat erin zou zitten (en wat niet), van dat soort dingen. Daar maakten we enorme rapporten van, en dan gingen we weer surfen. Na enige tijd kwam er weer een taart. Deze keer moesten we 'm dan maar aansnijden.
De reden dat de keukenburcht 'de beerput' genoemd werd, was omdat het ding vergeven was van de vliegen. Taarten zaten dan ook altijd vol vliegen. Erop, erin, eronder.
Dus van de taart visten we eerst maar eens alle zichtbare vliegen, en prikten deze op een officiële vliegdeterminatiekaart. Daarna ontleden we de rest van de taart, deden chemische proefjes, metingen, wegingen, en eventueel een heeeeeel voorzichtig hapje. Taarten waren gewoonlijk smerig, en bovendien zat er vrijwel altijd toch nog een vlieg in je hapje.
Nou, en dan kwam het leuke werk: de recensie schrijven. Vol vuur schreven we een sarcastisch verslag over aantallen en soorten vliegen (stront/brom/levend/tseetsee etc), welke voorgeschreven ingrediënten er niet in zaten, onverwachte dingen aangetroffen in taart, bakkwaliteit (rauw/gaar/aangebrand/geblakerd) etc etc.
De verslag ging ergens naar een Ivoren Toren, alwaar dan besloten werd de taart wel of niet door te sturen naar de congiërges. Of dat besluit iets te maken had met onze recensie was nooit heel helder, maar dat was verder ons pakkie-an ook niet.
Mooie tijden waren dat. Recensenten waren zongebruind van al dat surfen, onaantastbaar en vilein. Kloosterlingen en koks waren bleekneusjes, altoos aan het zwoegen in de krochten van hun burchten, omgeven door pagans of vliegen. Het enige minpunt van deze tijd was dat we werkelijk nooit een mooie lekkere taart aangeboden kregen.
quote:Op zondag 13 december 2020 18:46 schreef sigme het volgende:
sigme’s eindeloze feuilletonEveryone said I was daft to build a castle on a swamp, but I built in all the same, just to show them. It sank into the swamp. So, I built another one. That sank into the swamp. So, I built another one. That burned down, fell over, THEN sank into the swamp. But the fourth one stayed up!SPOILER: wat is een feuilleton?Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.Het landschap
We hebben het hier over een mythisch land, met burchten. Ons verhaal speelt zich af op een van de burchten, en wel een die op wankele grond staat.En morgen pleurt men in Wuhan
Nog een vleermuis in een pan
quote:Op maandag 14 december 2020 11:25 schreef sigme het volgende:
verhalen uit de oude doos
De heks vertelt.
[..]
Nu ik het nog een keer las, over die vliegjes, schoot het me te binnen en kan ik het duiden. Jij bent toch ook vooral heel druk met die viegjes, S?quote:Op maandag 14 december 2020 17:13 schreef LXIV het volgende:
Gisteren heb ik de hele avond lopen peinzen waar dit nu eigenlijk over ging. Je werk? De CUL-SC? De Nederlandse maatschappij in de jaren 70? Je relatie? Ik weet het nog steeds niet maar zal trouw blijven volgen.
Nou, daar heb je wel een punt. Voorlopig vinden wij ons al heel modern dat we de taart door een butler aan het taartenmeisje laten overhandigen, in plaats van door een rituele keten van alle burchtbewoners.quote:Op woensdag 16 december 2020 19:51 schreef Cat-astrophe het volgende:
Uhm... kun je die bloemenmeisjes niet de laan uit vegen (al dan niet in stukjes en beetjes) en de taarten op een karretje zetten? Géén Stint
Nee, daar ben ik niet bang voor. Misschien komt er nog wel eens een velletje voor, om dat toe te lichten.quote:Op woensdag 16 december 2020 23:53 schreef LXIV het volgende:
Ben je niet bang dat op zeker moment standaard-taarten uit Hindustan of weet ik wat voor negorij jullie taartenbakkerij straks overbodig maakt? Met al dat gedoe? Achter de Hindukush zal er ongetwijfeld nog meer gedoe zijn, maar wie maalt daarom als het beslag voor een halve roepia kunt laten maken.
quote:In den beginne was het natuurlijk nóg anders dan in mijn tijd, maar dat is dus voor mijn tijd, dus die oude geschiedenis sla ik over.
In mijn tijd…
In mijn tijd hadden we een prachtig Groot Klooster. Het was een enorm gebouw, rond & hoog, grotendeels opgetrokken uit ivoor. Er lag een flukse gracht omheen, gevuld met voetangels en klemmen, opdat wij, in ons mooie gebouw, totaal afgezonderd en ongestoord konden werken.
Wij, dat waren wij kloosterlingen. Wij schreven. Alle recepten voor alle gerechten. Behalve schrijven van nieuwe recepten waren er ook aanpassingen van oude recepten, en van dat alles hielden we ook een grote en zeer ordelijke biblitheek bij. Als je de weg wist kon je élk recept en elke versie die er ooit van geweest was, terugvinden. Beginnelingen of gasten wisten soms de weg niet en liepen het risico enstig te verdwalen.
Het was een mooie tijd. Ons Woord Was Wet.
Dat mag je vrij letterlijk nemen. Hahahaha. Snorf. Hahahahaa. Sorry. Schrijversgrapje. Kijk, dat soort dingen mis ik zo, dat je met allemaal gelijkgestemden, allemaal schrijvers dus, elkaars grapjes moeiteloos verstond.
We schreven recepten. We hadden veel verstand van recepten, maar niet van koken, maar dat hoefde ook niet want als het recept goed is, dan wordt het gerecht ook goed. En ons woord was wet. Maakten we een fout in het recept, dan moesten koks het fout maken. Dat is logisch, want als koks op eigen houtje iets anders doen dan in het recept staat, dan weet een volgende kok dat niet en dat loopt alles in het honderd. En bovendien staat er dan een recept met een fout in onze bibliotheek zonder aantekening van de fout en dat moet voorkomen worden.
Kloosterlingen hadden dus niet speciaal verstand van koken. Dat hoefde ook niet, want:
1) Ten eerste verzonnen wij niet op eigen houtje dat er een recept geschreven moest worden. Dat kwam altijd via een bestelling binnen, en in zo’n bestelling stond al wel wat over wat voor gerecht (of complete maaltijd) werd verwacht. Dat was soms wel erg globaal, maar daar kwamen we gewoonlijk toch wel uit. Om indien nodig duidelijker te krijgen wat het recept nu moest worden, nodigden we mensen uit op het klooster. Bijvoorbeeld degene die de bestelling had geplaatst, al wist die vaak ook niet veel meer te vertellen dan “snel klaar, warm, voedzaam en goedkoop graag”. Dus dan probeerden we er nog wat mensen bij te krijgen, bijvoorbeelde de beoogde eters, of de leveranciers van ingrediënten. Nooit de koks. Koks moet je geen inspraak geven in gerechten, want die willen dan er altijd saffraan in, en avantgarde.
2) Ten tweede stuurden we de recepten in een voorlopige versie rond. Bijvoorbeeld naar de surfburcht. De surfers konden dan alvast commentaar leveren. Meesten hadden die weinig zin om er echt aandacht aan te besteden en stuurden ze gewoon wat flauw kommaneukerscommentaar (excusez-le-mot), maar soms was het slecht weer ofzo, en dan kregen we wel eens nuttige op- en aanmerkingen.
Anderen, zals de opdrachtgever enzo konden ook nog hun visie geven natuurlijk.
3) Ten derde organiseerden we altijd een grote goedkeurdag. Dan nodigden we allerlei pagans uit. Dat waren dan meest consultanten, die een groep vertegenwoordigden, maar daar meestal zelf geen deel van uitmaakten, dus de boel ook niet echt hoefde te betalen of te eten, maar die kwamen omdat hun afzenders geen tijd hadden wegens te druk en zij graag kwamen, voor de lunch en de dagvergoeding. En de vork, want ze kregen dan allemaal een rituele vork, voor de rituele lunch (steak). Dan gingen we de hele dag ritueel het recept voorlezen, amendementen behandelen, weer voorlezen, voorlezen, voorlezen, en dan lunch en dan waren ze wel murw en tekenden ze bij het kruisje. Daarna schreven ze hun declaratie met die vork, dat wel.
Als dan eenmaal het recept vaststond, werd het in een steen gebeiteld, werden daarvan afschriften gemaakt en gingen die met bodes het land in. In principe was ons werk dan gedaan. In de praktijk kwam er nog wel eens iemand aan de poort rammelen met klachten over het gerecht en dat men zei dat het aan het recept lag. In theorie kon dat niet, want het recept was zorgvuldig samengesteld. Maar dergelijke smekelingen konden worden doorgestuurd naar de paus, en die kon het klooster opdracht geven om een recept aan te passen. Dan begonnen we gewoon weer bij stap1.
Het was een mooie tijd. Ons woord was wet. Geen kok, geen ingrediënt, geen surfers, niets roerde zich zonder ons woord.
Soms waren er ongeregeldheden in het land, met coups. Zeker pausen werden daardoor nog wel eens geraakt. Dan kwam er een nieuwe tussenpaus en die ging alles anders doen. Voor ons veranderde er meestal niet veel; kleine dingetjes als dat er een plaatje bij een recept moest, of juist niet, dat het in hoofdstukken moest of juist niet. Voor het principe maakt het niet echt uit; ons woord was wet.
Helaas kwam er een eind aan de hegemonie van het Grote Klooster, en ons Woord. Er kwam een nieuwe god aan het firmament: Mefisto. Diens machtsgreep kwam voor ons als donderslag bij heldere hemel. Het was een soort sportgod en alle anderen wendden zich in volle aanbidding tot Mefisto, en wij bleven verweesd en uitgerangeerd achter. Tegenwoordig is ons woord maar gewoon ons woord, even waardevol als dat van elk ander. En we mochten ook niet meer samenhokken in ons klooster. Het klooster werd afgebroken, en wij raakten verspreid over het land. Ik ben toen maar met pensioen gegaan, ik was te oud om nog te aarden in een andere burcht.
quote:We werden gek daar. Het leek erop dat ze ons opzettelijk gek probeerden te maken. Hadden we onze jeugd besteed aan het leren koken, moesten we daar nauwgezet verplicht regel voor regel recepten volgen, ook als je zag dat het recept fout was. Verplicht! Je kreeg op je lazer als je een fout recept negeerde en een goed gerecht maakte. En ondertussen hoorden we ook het geklaag dat het eten zo smerig was.
quote:Het was er vergeven van het ongedierte. Echt! Overal vliegen. Ze kropen inj e ogen als je je handen net in het eten had, ze kropen in het eten als je handen even gebruikte om ze weg te wapperen. Ze zaten in de ingrediënten. Ze zaten in pannen en schalen. Overal, echt overal.
quote:De cipiers kochten al ons materiaal in. Had je een oven nodig die op 300oC kon bakken, kwamen zij aan met een goedkoop geval dat wel 250oC haalde, en dan moest je netjes dankjewel zeggen. Moest je een garde, kreeg je een pollepel. Alle ingrediënten waren ook altijd van ondermaatse kwaliteit.
quote:We mochten de burcht wel soms uit, maar het was verboden om contact te leggen met kloosterlingen of surfers. Want er gold een religieus voorschrift, dat zoiets zei alsdat de wereld zou vergaan als koks zouden maken wat de bedoeling was. Koks moesten per se maken wat voorgeschreven was. Daaruit volgde ook dat elke poging van een kok om te begrijpen of te bespreken wat de bedoeling was, uit den boze was.
Eén van de manieren waarop de cipiers dit probeerden te voorkomen was het maken van gespecialiseerde koks, die maar een déél van het gerecht maakten, en dan vooral steeds hetzelfde deel. Dus 1 kok die alleen maar taartbodems maakte, en dan vooral niet zou moeten weten of die bedoeld is voor een vlaai, een quiche of een slagroomtaart.
Daarna kwam dat bij een kok die er een vulling op kwakte, en die z’n hoofd vooral niet moest breken over de geschiktheid van de bodem.
Dat leverde veel rare taarten op, en andere gerechten, want hiervoor moesten recepten in stukken geknipt worden, en halffabrikaat-gerechten van de ene kok naar de andere overgedragen, en beide ging niet altijd foutloos. Zacht uitgedrukt.
quote:Uiteindelijk werden we bevrijd door de revolutie van Mefisto. Dat werd een hele omwenteling, ten eerste kwamen we die &^&*^%-burcht uit, maar misschien nog wel belangrijker: daarna mochten we ons bezig houden met de inhoud van een gerecht. Voor welke gelegenheid is het bedoeld, wat is het voor een ding, hoe maken we het klaar zodat het én lekker én geschikt én transportabel is. Natuurlijk mogen we (helaas) niet alles op sterrenniveau koken, met saffraan enzo, maar nu worden wij wel zelf geacht mee te denken, mee te werken, aan de kwaliteit en het succes van een gerecht.
Ik was zelf ook nog bijna kok geweest. Ook op mijn zolderkamertje lopen pielen en daarna zelfs de Koksschool met goed gevolg afgelegd. Alleen ben ik er, zoals jij weet S, uiteindelijk niet terechtgekomen. Ik denk dat ik toch niet het juiste type was. Niet dat waar ik nu werk er niet gekookt wordt, nog heel wat eigenlijk, maar dat is zulk prutswerk, daar wil ik al helemaal geen deel aan hebben. Het voordeel is wel dat wij onze eigen klant zijn en onszelf dus kunnen dwingen (in principe zelfs met vrijheidsberoving) om onze producten te nuttigen. Dat is ook een methode.quote:Op maandag 4 januari 2021 12:03 schreef sigme het volgende:
De koks. Wat kan ik zeggen over koks in het algemeen.
In het algemeen zijn koks gevoelige, creatieve jongens. Er zijn ook wel meisjeskoks, maar dat zijn toch echte uitzonderingen, al zijn ze wel met een opmars bezig (waar niet).
Er zijn vast ook wel ongevoelige koks, maar de meeste waarvan je dat denkt zijn toch dan van het type ‘ruwe bolster, blanke pit’. Om onduidelijke redenen zijn veel koks vrijgezel. Then again, zo onduidelijk is dat vaak niet eens; koks leiden vaak wat aan sociale akwardness en bovendien besteden ze graag al (al!) hun tijd aan prutsen met gerechtjes. Meestal al vanaf vroege puberteit, op een zolderkamer, tot diep in de nacht.
Elke goede kok is creatief. Er zijn wel oncreatieve koks, maar dat zijn dan dus geen goede koks. Soms is het beter om geen goede kok te verspillen aan stomme gerechten.
Als je een kok de vrije hand geeft, dan sluit ‘ie zich op in z’n zolderkamerkeuken, en elke keer als je vraagt of je gerecht al klaar is antoordt hij “Bijna! Echt bijna! Ik moet alleen nog even <iets meer suiker toevoegen/ de soep roeren/ ‘m iets langer laten bakken>! Maar ik weet nu hoe het moet, duurt nog maar hééél eventjes en dan krijg je de perfecte <soep/taart/biefstuk/kerstmenu>”.
Over het algemeen kan je wachten tot je een ons weegt.
Daar konden de bovenbazen, en het hongerige volk, natuurlijk niet op wachten. In de goede oude tijd hadden we daarom alle koks opgesloten in een gevangenisburcht, bijgenaamd ‘de Beerput’. Wat koks zich nog willen herinneren, en nog erover willen vertellen, over de tijd dat ze in de Beerput zaten, is fragmentarisch. Ze denken er niet graag aan terug.
[..]
[..]
[..]
[..]
[..]
Ik weet nog wel een mevrouw in Rotterdam die hele lekkere taarten schijnt te bakken.quote:Op woensdag 6 januari 2021 14:20 schreef LXIV het volgende:
Sommige van de taarten die bij ons gebakken worden zijn echt volstrekt oneetbaar. Niet in de mate zoals jij gewend bent, maar gewoon zo slecht dat ze een gevaar vormen voor de volksgezondheid. Hartklachten vooral. Letterlijk niet door te slikken. En toch moet het.
Er zijn blijkbaar verschillende Hoge Omes.quote:Op donderdag 14 januari 2021 18:32 schreef sigme het volgende:
kladblaadje
De kasteelheer heeft een appelflauwte. Gister meldde zich in zijn plaats een Hoge Ome bij de schreeuwluikjes. Kasteelheer is ongesteld en trekt zich tenminste twee weken terug in zijn torenkamertje om in rust & stilte te herstellen. Daarbij liet Hoge Ome zich ontvallen dat de adelstand op zoek gaat naar een andere kasteelheer voor de vlaaienburcht, aangezien de kloof zich nog verder heeft verbreed, of om de kloof nog verder te verbreden, of om ruimte te scheppen voor de kloof, eigenlijk was dat stukje niet heel helder. De rest ook niet eigenlijk, maar dat kwam misschien omdat de Hoge Ome, zoals dat Hoge Omes eigen is, kort en krachtig overkwam en daarbij weinig losliet.
Nee, geen huurlingen daar! Ik denk dat er mogelijk wel huurlingkasteelheren bestaan, maar ik ben ze nog niet tegengekomen. Wel veel kasteelbewoners her en der met kasteelheerambities. Eenmaal kasteelheer hebben veel kasteelheren spijt, kalief zijn in plaats van de kalief isnogoedh...quote:Op donderdag 14 januari 2021 18:42 schreef AnneX het volgende:
Is de Hoge Ome of de kasteelheer een interim meneer/mevrouw?
En hoe grappig dat het voetvolk onmiddellijk op de hoogte is.
Er zijn zeker verschillende Hoge Ome Stromingen. Mijn indruk is dat ze zich nestelen en dan omringen met soortgenoten. Ik heb in andere landen ook wel het breedsprakige gebakken luchttype gekend, en dan waren er daar vaak meerdere van.quote:Op donderdag 14 januari 2021 18:43 schreef Cat-astrophe het volgende:
[..]
Er zijn blijkbaar verschillende Hoge Omes.
Ik ken er waar veel woorden uitkomen, maar weinig inhoud. Gebakken lucht, eigenlijk.
Zo’n ome heeft met die (gebakken) lucht ooit twee kasteelheren laten wegwaaien.
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |