JOSH HOMME HEEFT ALLE TIJD OM DE ZIGGO DOME IN TE PAKKENDOOR: JEROEN STURING
13 NOVEMBER 2017
‘Ik kom uit Amerika. The Land of the Free, vertelden ze mij toen ik opgroeide. Dat heb ik altijd geloofd, totdat ik twintig jaar geleden voor het eerst in Nederland kwam. Niet Amerika, maar Nederland is het land van de vrijheid, ik voel me hier thuis!’ Midden in klassieker No One Knows aan het begin van de avond, maant Josh Homme zijn Queens Of The Stone Age tot stilte. De grote, stoere Meneer Homme wil even wat zeggen en neemt daarvoor zijn tijd. Voor het gemak steekt hij er nog maar eens een peuk bij op.
Het zijn geen lege woorden. Josh Homme voelt zich echt thuis in de kabelkubus. Hij vertelt veel. Niet altijd is er een touw aan vast te knopen, maar dat geeft helemaal niets. Homme is al twintig jaar het vleesgeworden voorbeeld van cool en lijkt met de jaren alleen maar cooler te worden. Toch heeft ook hij z’n onzekere momenten. Zo was hij ineens onzeker over de manier waarop sinds jaar en dag werd opgenomen en schoof hij tot ongenoegen van sommige fans en bandleden popproducer Mark Ronson naar voren voor album zeven, Villains geheten. De ‘roll’ uit rock & roll moest terug en dansen moesten we.
Feet Don’t Fail Me Now is hét voorbeeld van de bedoelingen van Homme en Ronson. Net als de rest van dit album is het tekstueel een stuk lichter dan voorganger …Like Clockwork (2013). Ook muzikaal is het makkelijker verteerbaar. Springerig, maar nog wel met die klassieke QOTSA-groove. Bij het luisteren van de plaat stel je je hossende massa’s voor. Dat is ook wat Homme voor ogen heeft, als hij als een ware priester de zaal toespreekt: ‘Voor mij is dit zaterdagavond, alleen het moment telt, laten we dansen als nooit tevoren’. De springende menigte blijft uit, maar het vuurtje is aangestoken.
Halverwege doet de band een stapje terug. Dat de laatste plaat dansbaar is, betekent natuurlijk niet dat ze concessies doen. Oudje Turning On The Screw is een lange, dreunde, psychedelische stoner rocker. Queens Of The Stone Age durft vanavond sowieso te pas en te onpas de tijd te nemen, met lang uitgesponnen in- en uitro’s en pauzes tussen de nummers. Het lichtvoetige Make It With Chu is vanavond een lange slowjam, waarin Homme een grote greep in zijn pakje peuken doet. Hij trapt een peuk uit en laait via het sterke I Appear Missing het half uitgebluste vuur weer verder op. Het ontbrandt helemaal bij Little Sister. Op verschillende plekken in de zaal zijn die arme mannetjes met zware mobiele biertapjes op de rug hun leven niet zeker, omdat her en der voorzichtige pits ontstaan. Overigens met deelnemers die de twintig ruimschoots gepasseerd zijn. Met het ‘feestje zonder ouders’ dat hij wenst in een van zijn praatjes, overschat Homme zichzelf enigszins. De ouders staan namelijk gewoon in de zaal.
De
Ziggo Dome-show is nummer 26 op Nederlandse bodem en nog altijd lijkt het de frontman en zijn band geen moeite te kosten. Relaxed en koel als Homme is, schakelt hij met een fles vodka in zijn hand in de toegift naar de hoogste versnelling – er zit dan al twee uur op. Het is nogmaals beuken geblazen bij afsluiter A Song For The Dead (vrij letterlijk te nemen, zoals gebruikelijk), waarna fans omvergeblazen naar het hoofd grijpen. Conclusie na twintig jaar Queens Of The Stone Age: van sleet is allerminst sprake, The Queens worden eigenlijk nog elke show beter. En de ‘roll’? Die is eigenlijk nooit weggeweest.