(30-2x)^2 = (30 - 2x) * (30 - 2x)quote:Op dinsdag 26 april 2011 16:20 schreef Pipo1234 het volgende:
[..]
Waar komt die eerste -120x vandaan? Ik zie namelijk alleen 900 (30^2) en 4x^2 (2x^2)
Het klopt toch echt. Het product van x, -4 en 30 in je tweede term is -120x. Overigens zou ik het niet zo opschrijven, je kunt beter niet de volgorde van de twee functies in je product omwisselen als je de afgeleide bepaalt, daarmee maak je het voor jezelf onnodig onoverzichtelijk. Verder is je gebruik van haakjes niet standaard, en dat komt de overzichtelijkheid ook niet ten goede.quote:Op dinsdag 26 april 2011 16:09 schreef Pipo1234 het volgende:
Ik zit met een differentiatie waar ik niet uitkom. Het gaat om een combinatie van de kettingregel met de productregel:
[ afbeelding ]
En daar krijg ik (i.c.m. de kettingregel) de volgende afgeleide uit:
[ afbeelding ]
Nu is de afgeleide verder in orde, maar zodra ik het ga vereenvoudigen raak ik ergens -120X kwijt. Ik snap niet waar het zit, want ik heb echt alles geprobeerd... Het moet volgens mij antwoordenboek het volgende worden (en dit lijkt ook te kloppen):
[ afbeelding ]
Ik besef nu (met dank aan voorgaande persoon) dat ik helemaal niet 30 keer -4 heb gedaan, maar alleen 30 keer 30 en 4 keer 4. Ik had dit kunnen weten.quote:Op dinsdag 26 april 2011 16:23 schreef Riparius het volgende:
[..]
Het klopt toch echt. Het product van x, -4 en 30 in je tweede term is -120x. Overigens zou ik het niet zo opschrijven, je kunt beter niet de volgorde van de twee functies in je product omwisselen als je de afgeleide bepaalt, daarmee maak je het voor jezelf onnodig onoverzichtelijk. Verder is je gebruik van haakjes niet standaard, en dat komt de overzichtelijkheid ook niet ten goede.
Haakjes dienen om volgordes van bewerkingen expliciet te maken resp. (zoals hier) om aan te geven dat twee of meer termen bij elkaar horen. Maar dan moet je dus niet (1) of (x) schrijven, daarbij is er namelijk maar één term tussen de haakjes en zijn de haakjes dus overbodig. Eventueel gebruik je een middenpunt (of bij gebrek daaraan een asterisk) om aan te geven dat er sprake is van een product, dus bijvoorbeeld x*-4*(30 - 2x).quote:Op dinsdag 26 april 2011 16:37 schreef Pipo1234 het volgende:
[..]
Ik besef nu (met dank aan voorgaande persoon) dat ik helemaal niet 30 keer -4 heb gedaan, maar alleen 30 keer 30 en 4 keer 4. Ik had dit kunnen weten.
Wat is er trouwens niet standaard aan de haakjes? Ik doe aan zelfstudie en sta open voor elke vorm van kritiek, aangezien ik dat amper krijg.
Oké op die manier. Bedankt voor het advies, ik zal het proberen te onthouden.quote:Op dinsdag 26 april 2011 16:48 schreef Riparius het volgende:
[..]
Haakjes dienen om volgordes van bewerkingen expliciet te maken resp. (zoals hier) om aan te geven dat twee of meer termen bij elkaar horen. Maar dan moet je dus niet (1) of (x) schrijven, daarbij is er namelijk maar één term tussen de haakjes en zijn de haakjes dus overbodig. Eventueel gebruik je een middenpunt (of bij gebrek daaraan een asterisk) om aan te geven dat er sprake is van een product, dus bijvoorbeeld x*-4*(30 - 2x).
Of nog netter is: -4x(30-2x). Als je eerst getallen schrijft en dan letters mag je het vermenigvuldigingsteken weglaten, maar dat wist je zo te zien alquote:Op dinsdag 26 april 2011 17:55 schreef Pipo1234 het volgende:
[..]
Oké op die manier. Bedankt voor het advies, ik zal het proberen te onthouden.
Wat bedoel je met x^3 x 2x +2 en met (x+2)(x^2 2x +1)?quote:Op woensdag 27 april 2011 13:56 schreef Warren het volgende:
Stel ik wil x^3 x 2x + 2 opschrijven in factoren. Welke stappen zou ik dan kunnen nemen (het antwoord zou (x + 2)(x^2 2x + 1) moeten zijn.
Ik kan natuurlijk in dit in gedeelten oplossen:
x^3 x 2x + 2 = x(x^2-1) - 2(x-1) = x(x+1)(x-1) - 2(x-1)
Maar dan? Is het een kwestie van proberen?
Excuses.quote:Op woensdag 27 april 2011 14:14 schreef M.rak het volgende:
[..]
Wat bedoel je met x^3 x 2x +2 en met (x+2)(x^2 2x +1)?
Begin eens met dit te schrijven als:quote:Op woensdag 27 april 2011 14:17 schreef Warren het volgende:
[..]
Excuses. [ afbeelding ] moet worden geschreven in factoren. Het antwoord zou moeten zijn [ afbeelding ]
Je hebt net het concept van de afgeleide geleerd, dit is waar de afgeleide van pas komt. De afgeleide geeft immers de helling van de functie aan, als de helling nul is, is er dus een minimum of een maximum (strikt genomen kan er ook een buigpunt zijn, maar daar zal ik niet verder over uitweiden). Wat je dus moet doen is de afgeleide gelijk stellen aan nul, dat geeft je de x-coördinaat van het maximum/minimum, en daarmee kan je ook de y-coördinaat vinden (invullen in de oorspronkelijke formule).quote:Op donderdag 28 april 2011 18:49 schreef Pipo1234 het volgende:
Ik moet van verschillende functies de extremen bepalen en het is de bedoeling dat ik dit uitreken. Echter weet ik niet of ik het nou echt moet uitrekenen, of dat het ook algebraïsch mag?
Stel dat ik een formule heb zoals: x^4 - 9x^2 hoe kan ik dan het beste de minimum/maximum vinden? Ik weet hoe het moet met de GRM, maar ik moet het dus ook kunnen berekenen?
Ik weet dat de plek waar de afgeleide 0 is, zich een extreme bevindt, echter vraag ik mij af of ik het terug moet rekenen of dat ik het via één of andere magische methode op de waarde moet komen (behalve door de vergelijking algebraïsch uit elkaar te trekken met de uitkomst nul).quote:Op donderdag 28 april 2011 19:13 schreef M.rak het volgende:
[..]
Je hebt net het concept van de afgeleide geleerd, dit is waar de afgeleide van pas komt. De afgeleide geeft immers de helling van de functie aan, als de helling nul is, is er dus een minimum of een maximum (strikt genomen kan er ook een buigpunt zijn, maar daar zal ik niet verder over uitweiden). Wat je dus moet doen is de afgeleide gelijk stellen aan nul, dat geeft je de x-coördinaat van het maximum/minimum, en daarmee kan je ook de y-coördinaat vinden (invullen in de oorspronkelijke formule).
Daar heb je inderdaad een goed punt... De methode werkte, maar ik wist even niet of het correct is.quote:Op donderdag 28 april 2011 20:15 schreef GlowMouse het volgende:
[ afbeelding ]
dat klopt niet, f'(x) is geen 4x³. Daarnaast deel je ergens door x, wat als x=0?
een gevalletje abuse of notation dat slecht uitpakt dus....quote:Op donderdag 28 april 2011 20:15 schreef GlowMouse het volgende:
[ afbeelding ]
dat klopt niet, f'(x) is geen 4x³. Daarnaast deel je ergens door x, wat als x=0?
Ik heb het 1x uitgelegd gekregen met een cirkel erbij, en voor de rest is het alleen maar stampen jaquote:Op zaterdag 30 april 2011 23:39 schreef JohnSpek het volgende:
Hoor je al die regels te snappen? Of is het een kwestie van de regels stampen en toepassen?
Wiskunde gaat over begrijpen, niet over stampen. Als je dat laatste doet of zelfs maar denkt dat je dat moet doen dan ben je verkeerd bezig. Dit neemt natuurlijk niet weg dat je een zekere routine moet verwerven en dat je een bepaalde parate kennis moet hebben. De additietheorema's uit de goniometrie horen daar zeker bij. Als je de formules voor cos(α+β) en sin(α+β) uit het hoofd kent dan kun je trouwens heel veel andere goniometrische identiteiten daar gemakkelijk uit afleiden, zodat het lonend is in ieder geval deze identiteiten te kennen. Overigens, als je iets van complexe getallen weet dan is het niet eens nodig de formules voor cos(α+β) en sin(α+β) uit het hoofd te kennen omdat je ze dan gemakkelijk af kunt leiden. Aangezien bij vermenigvuldiging van twee complexe getallen het argument van het product gelijk is aan de som van de argumenten van de factoren geldt:quote:Op zaterdag 30 april 2011 23:39 schreef JohnSpek het volgende:
Geen huiswerk vraag maar gezien de bovenstaande post:
Snappen de meeste VWO wiskunde B/D'ers waarom bijvoorbeeld sin(A+B) gelijk staat aan SinACosB + CosASinB? Ik heb, dankzij falend onderwijs, nooit iets over sin/cos/tan gehad en zie vaak mensen met dit soort regels komen. Hoor je al die regels te snappen? Of is het een kwestie van de regels stampen en toepassen?
(Wil wellicht zelf Wiskunde B/D doen dus vraag dit uit interesse)
x = 32 ^ (3/5)quote:Op zondag 1 mei 2011 21:30 schreef Self-Catering het volgende:
[ afbeelding ]
X = 5. Prima begrijp ik.
[ afbeelding ]
(het is X^-2, maar krijg dat niet voor elkaar)
Hoe bereken ik dit?
[ afbeelding ]
Zelfde voor deze...
16=2^4, hieruit volgt x^2-3x-24=4, dat wordt x^2-3x-28=0, ontbinden in factoren geeft (x+4)(x-7)=0, dat geeft als oplossingen x=-4 en x=7.quote:Op zondag 1 mei 2011 22:18 schreef Self-Catering het volgende:
Ik heb ook nog steeds deze: [ afbeelding ]
Deze komt met tips van andere nog steeds met de ABC formule uit.
Ps. Alles tussen haakjes staat tot de macht to..
Ik vond wiskunde B zelf voor het grootste deel begrijpen, alleen bij de goniometrische formules kregen we zo'n overload (alle verdubbelingsformules, afgeleiden, somformules etc. moesten we kennen) dat het makkelijker was om uit je hoofd te leren dan om allemaal te beredeneren.quote:Op zaterdag 30 april 2011 23:39 schreef JohnSpek het volgende:
Geen huiswerk vraag maar gezien de bovenstaande post:
Snappen de meeste VWO wiskunde B/D'ers waarom bijvoorbeeld sin(A+B) gelijk staat aan SinACosB + CosASinB? Ik heb, dankzij falend onderwijs, nooit iets over sin/cos/tan gehad en zie vaak mensen met dit soort regels komen. Hoor je al die regels te snappen? Of is het een kwestie van de regels stampen en toepassen?
(Wil wellicht zelf Wiskunde B/D doen dus vraag dit uit interesse)
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |