Die vergelijking volg ik als de 3-de component (z in dit geval) een vast getal is. Maar nu hangt z af van x en y, dan ziet de ruimte toch anders uit?quote:Op vrijdag 31 december 2010 16:58 schreef BasementDweller het volgende:
De vectoren in V hebben drie componenten, d.w.z. ze zitten in |R³ en niet in |R². Maar de vectoren in V spannen een tweedimensionaal vlak op. Als je een papiertje in de lucht houdt dan heeft iedere papiermolecuul ook drie ruimtelijke componenten (x,y,z), ook al liggen ze allemaal in een tweedimensionaal vlak.![]()
Je kan de basis zo kiezen dat je blaadje bijvoorbeeld in het x,y-vlak ligt en dus z constant is, maar dat hoeft niet. Als je je blaadje 'schuin' houdt t.o.v. van de basis, dan zijn de x,y en z component variabel. Je hebt dus een twee dimensionaal vlak in een driedimensionale ruimte waarbij alle 3 componenten variabel zijn. Dit is ook het geval bij V.quote:Op vrijdag 31 december 2010 18:06 schreef Siddartha het volgende:
[..]
Die vergelijking volg ik als de 3-de component (z in dit geval) een vast getal is. Maar nu hangt z af van x en y, dan ziet de ruimte toch anders uit?
Ok, denk dat ik me er nu beter een voorstelling van kan maken. Bedankt!quote:Op vrijdag 31 december 2010 18:42 schreef BasementDweller het volgende:
[..]
Je kan de basis zo kiezen dat je blaadje bijvoorbeeld in het x,y-vlak ligt en dus z constant is, maar dat hoeft niet. Als je je blaadje 'schuin' houdt t.o.v. van de basis, dan zijn de x,y en z component variabel. Je hebt dus een twee dimensionaal vlak in een driedimensionale ruimte waarbij alle 3 componenten variabel zijn. Dit is ook het geval bij V.
Is het dan niet 'triviaal' ?quote:Op zondag 2 januari 2011 13:18 schreef GlowMouse het volgende:
Als in het vlak de z-component vast is, is het ook een deelruimte van IR³.
Even 'triviaal' als elke andere lineaire deelruimte, het is gewoon een kwestie van de definitie gebruiken. De vz. V={(a 0 0)T | a \in R} is ook een lineaire deelruimte bijv., of V={(a 0 b)T | a,b \in R}.quote:Op dinsdag 4 januari 2011 12:41 schreef Siddartha het volgende:
[..]
Is het dan niet 'triviaal' ?
Omdat R2 altijd een deelruimte is van R3, alleen meestal in punt [0].
R² is geen deelruimte van R³ omdat een element uit R² niet in R³ zit (hij mist een component, die kun je niet op 0 denken).quote:Op dinsdag 4 januari 2011 12:41 schreef Siddartha het volgende:
[..]
Is het dan niet 'triviaal' ?
Omdat R2 altijd een deelruimte is van R3, alleen meestal in punt [0].
Wel isomorf?quote:Op dinsdag 4 januari 2011 13:43 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
R² is geen deelruimte van R³ omdat een element uit R² niet in R³ zit (hij mist een component, die kun je niet op 0 denken).
Wikipedia zegt 't al: Twee eindig-dimensionale vectorruimten zijn isomorf als en slechts als hun dimensies gelijk zijn.quote:
Misschien als aanvulling op GM: de z-waarde die je gekregen hebt hoor bij een standaard normale verdeling, d.w.z. een normale verdeling met gemiddelde 0 en standaardafwijking 1. Elke normaal verdeelde stochast X met een gemiddelde mu en een standaardafwijking sigma heeft als eigenschap dat de stochast (X-mu)/sigma een standaard normale verdeling volgt. Als je dus een kans oid wilt berekenen voor X kun je het altijd terugbrengen naar een kans voor een standaard normale verdeling en vandaar dat je in de standaard tabellenboeken alleen de kansen voor standaard normale verelingen opgenomen ziet, dat is immers voldoende voor elke normale verdeling.quote:Op woensdag 5 januari 2011 16:17 schreef algebra010 het volgende:
Ik zit met de volgende vraag:
If X has a normal distribution with mean 60 and standard deviation 6, which value of X
corresponds with the value z = 1.96?
Het antwoord is x = 71.76.
Nou dacht ik dat je de standardized test statistic moest gebruiken:
z = x - μ / (sigma/√n)
Maar dan ontbreekt natuurlijk de n waardoor je het niet kan berekenen. Ik zie in dat ze 1.96*6+60 doen. Dit maakt de formule z = x - μ / sigma, ik snap alleen niet welke formule dit dan is...
Voor de eerste krijg je 15*1/x*1/80. Ik begrijp niet helemaal uit je post of dat nu wel of niet in het antwoordenboek staat?quote:Op woensdag 5 januari 2011 16:27 schreef GoodGawd het volgende:
Hallo ik heb enige moeite met deze diff:
[ afbeelding ]
Als je die dy/dx oplost gebruik ik dus ln x = 1/x regel. Dan krijg je 15 . 1/x/80 (maar dan zie ik bij de antwoorden dat je nog keer 1/80 moet doen, is dat product regel ofzo?)
Maar daarna d2y/dx2 die vind ik veel moeilijker, die snap ik eigenlijk helemaal niet. Hoe pak je die aan?
Ok, je krijgt dus dy/dx = 15/(80*x) = (15/80)*x-1. Nog een keer differentieren geeft (15/80)*(-1)*x-2 = -15/80*x-2.quote:Op woensdag 5 januari 2011 16:39 schreef GoodGawd het volgende:
Dat heb ik een beetje vaag gezegd, maar je gebruik dus de y functie.
y = 15 ln (x/80)
En daarvan wil ik te weten komen: d2y/dx2
quote:Op woensdag 5 januari 2011 16:47 schreef GoodGawd het volgende:
Oooooh, het is zo lang geleden. Jaartje ziek geweest en uit de running dan vergeet je echt allesthx men!
Klopt niet. Het moet -15/x2 zijn. Je vergeet de kettingregelquote:Op woensdag 5 januari 2011 16:41 schreef keesjeislief het volgende:
[..]
Ok, je krijgt dus dy/dx = 15/(80*x) = (15/80)*x-1. Nog een keer differentieren geeft (15/80)*(-1)*x-2 = -15/80*x-2.
Edit: die kwadraten staan gewoon voor de tweede afgeleide.
Ik vergat niet de kettingregel maar paste hem verkeerd toe. <font size=463729463>quote:Op donderdag 6 januari 2011 07:34 schreef Holy_Goat het volgende:
[..]
Klopt niet. Het moet -15/x2 zijn. Je vergeet de kettingregel
Je vergeet volgens mij het laatste gedeelte van de eerste zin in je opgave in de rest van je berekening.quote:Op vrijdag 7 januari 2011 21:05 schreef TheLoneGunmen het volgende:
Hoi BD, bedankt voor je reacties; ik bedoel inderdaad integreren. Om het een beetje duidelijk te maken: dit is de hele opgave + mijn poging tot oplossing. Hopelijk kun je me wat op weg helpen:
[ afbeelding ]
Held.quote:Op vrijdag 7 januari 2011 21:13 schreef freiss het volgende:
[..]
Je vergeet volgens mij het laatste gedeelte van de eerste zin in je opgave in de rest van je berekening.
Ah ok. Bedankt. Ik ga er zelf wel even verder mee stoeien vooraleer ik jullie weer lastig val. Heb je toevallig een link naar duidelijke theorie hierover (mag Engels/Nederlands).quote:Op zaterdag 8 januari 2011 00:13 schreef GlowMouse het volgende:
Voor de joint PDF van S en T werkt deze theorem niet. Daarvoor moet je iets doen met de hessiaan van de inversefuncties.
Voor alleen T doe je het bijna goed, alleen heb je f(x,y) verkeerd. Op sommige punten in je gebied is die 0 omdat dan niet geldt dat 0<x<y<1.
Het boek van Bain en Engelhardt, maar die theorem lijkt daar ook uit te komen.quote:Op zaterdag 8 januari 2011 00:19 schreef TheLoneGunmen het volgende:
[..]
Ah ok. Bedankt. Ik ga er zelf wel even verder mee stoeien vooraleer ik jullie weer lastig val. Heb je toevallig een link naar duidelijke theorie hierover (mag Engels/Nederlands).
Tja, misschien vooral ervaring, maar vaak zie je wel snel of ergens een uniforme schattng op past of niet, ook door te kijken naar de punten waar het evt. mis zou kunnen gaan.quote:Op zaterdag 8 januari 2011 17:57 schreef BasementDweller het volgende:
Is er een manier om intuïtief in te kunnen zien dat iets uniform convergeert of niet? Ik weet het pas als ik het bewezen heb, anders heb ik geen flauw idee... dus heb er totaal geen intuïtie voor.
Het moest Jacobiaan zijn. Staat ook wel ergens in B&E.quote:Op zaterdag 8 januari 2011 00:22 schreef TheLoneGunmen het volgende:
Hahah klopt, ik vind 'm lelijk. Bedoel je Hessiaan of Jacobiaan?
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |