HELMOND - Op het terrein van recyclingbedrijf Bowie aan de Gerstdijk in Helmond staan twee enorme stapels hout in brand. De gemeente vraagt inwoners van de wijk Brouwhuis om ramen en deuren gesloten te houden.
De brand brak even na 01.00 uur uit in de vroege vrijdagochtend en woedt nog steeds. Er raakte niemand gewond. Tot in de verre omgeving is de rook zichtbaar. De brandweer laat de houtstapels van zo'n 10 meter hoog gecontroleerd uitbranden. Belendende panden worden natgehouden. De brandweer denkt zeker tot zaterdag bezig te zijn om de brand helemaal onder controle te krijgen. „Dit wordt een lange saaie brand”, sprak Jo van Hoef, commandant van de Helmondse brandweer vannacht.
Bowie ligt aan de Gerstdijk aan de zuidkant van Helmond. Toegangswegen op het bedrijventerrein BZOB werden door de politie afgesloten om pottenkijkers op ruime afstand van de metershoge vlammenzee te houden.
Brandweerlieden uit Helmond, Leende, Deurne en Someren rukten uit met zes bluswagens, drie hoogwerkers en twee dompelpompunits. Met water uit het kanaal wordt met bluskanonnen geprobeerd het vuur zich niet verder over de enorme houtberg te laten verspreiden in de richting van het bedrijfspand. „We proberen het vuur af te grendelen. Blussen heeft verder geen zin. Dit hout is zo droog, dat blijft wel branden. Het vuur loopt langzaam over het hout heen en gaat steeds dieper naar beneden.”
Over de oorzaak kon brandweercommandant Van Hoef nog geen uitsluitsel geven maar zijn gedachten gaan uit naar brandstichting. „Zo’n vuur ontstaat niet zomaar. En er lopen hier geen konijnen met lucifers rond. Het is de laatste tijd flink prijs met branden in onze regio. Misschien dat het mensen op ideeën brengt.”
Tot dusver lijken de branden volgens Van Hoef nog niet het werk van een pyromaan. „Nee, daarvoor is het type branden te verschillend. Maar het is wel flink raak. We hebben echt grote branden gehad, op de Strabrechtse Heide, in Valkenswaard, maar ook in Aarle-Rixtel, Best en Eindhoven. Er staan nu vrijwilligers alweer voor de derde nacht op rij mee te blussen.”